Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 juli 2021
Op 7 juli jl. informeerde ik uw Kamer over het onderzoek naar de aanslag op Peter R. de Vries in Amsterdam.1 Deze vreselijke gebeurtenis heeft in eerste instantie een enorme impact op alle direct betrokkenen, maar de ontsteltenis leeft breed in de samenleving gezien de bijzondere positie van de heer De Vries en zijn enorme inzet voor rechtvaardigheid. Daarnaast raakt deze aanslag eenieder in het bijzonder die zich op wat voor wijze dan ook inzet voor de rechtsstaat en waarvan zij het fundament vormen.
Het strafrechtelijk onderzoek naar de aanslag is op dit moment gaande. De rechter-commissaris heeft afgelopen vrijdag 9 juli twee aangehouden verdachten in de zaak in bewaring gesteld. Gezien het lopende onderzoek kan ik hier op dit moment geen nadere mededelingen over doen.
In mijn brief van 7 juli schreef ik dat het zaak is om zorgvuldig en adequaat onderzoek te doen naar de omstandigheden van deze uitermate schokkende gebeurtenis en uw Kamer over de uitkomsten en de vervolgstappen zou informeren. Ik acht het daarbij essentieel dat er ten aanzien de beveiligingssituatie van de heer De Vries volledig zicht is op de vraag welke informatie op welk moment bij welke (overheids)partij beschikbaar was en in hoeverre op basis van deze informatie passend geacteerd is. Ik heb daarom mijn secretaris-generaal opdracht gegeven hiernaar een onafhankelijk feitenonderzoek te laten uitvoeren. De heer mr. Tj.H.J. Joustra is inmiddels bereid gevonden het onderzoek uit te voeren.
Het onderzoek zal uiteraard worden verricht met inachtneming van het lopende strafrechtelijk onderzoek, zodat beide onderzoeken op geen enkele wijze met elkaar interfereren. De uitkomsten van het onderzoek zullen tezamen worden bezien met de uitkomsten van het adviescollege toekomstbestendig stelsel bewaken beveiligen onder leiding van de heer Bos. Streven is dat dit onderzoek in gezamenlijkheid met het onderzoek van de adviescommissie in september een complementair beeld schetst van het stelsel en de relevante feiten in de onderzochte casus. De instelling van het feitenonderzoek is afgestemd met OM, politie, en NCTV. Zodra het instellingsbesluit van het feitenonderzoek gereed is zal ik deze aan uw Kamer doen toekomen.
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus