Voorgesteld 12 november 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat christenen wereldwijd de grootste groep geloofsvervolgden zijn, en dat vervolging volgens de Open Doors Ranglijst Christenvervolging plaatsvindt in zeker 50 landen in met name het Midden-Oosten en (Oost-)Azië;
overwegende dat ook andere religieuze minderheden, waaronder Oeigoeren en jezidi’s, zwaar onderdrukt worden;
overwegende dat deze geloofsvervolging uitermate zwaar en bedreigend is en gepaard gaat met fysiek en psychisch geweld, arbitraire opsluiting en soms zelfs de doodstraf;
verzoekt de regering, in de VN-Mensenrechtenraad het initiatief te nemen tot het opstellen van resoluties speciaal gericht op het agenderen en tegengaan van geloofsvervolging, waaronder christenvervolging, in specifieke landen waar dit het meest ernstig is,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van der Staaij
Voordewind