Ontvangen 26 oktober 2020
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I wordt na onderdeel M een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ma
In artikel 2.65, eerste lid, wordt «, geldt voor vijf jaar» vervangen door «, geldt voor de duur van vijf jaar, die begint met ingang van de concessie, bedoeld in artikel 2.60k, dan wel met ingang van het zesde jaar van die concessie,» en wordt «vervalt van rechtswege na afloop van deze periode» vervangen door «daarna van rechtswege vervalt».
II
In artikel I wordt onderdeel DD als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt «wordt een afdeling» vervangen door «worden twee afdelingen».
2. Er wordt een afdeling toegevoegd, luidende:
In afwijking van artikel 2.65, eerste lid, blijft een aanwijzing op grond van artikel 2.65, eerste lid, zoals dat luidde op de dag voorafgaand aan de inwerkingtreding van dit artikel, die geldt op de dag waarop artikel I, onderdeel Ma, van de Wijziging van de Mediawet 2008 met het oog op de versterking van het toekomstperspectief van de publieke omroep in werking treedt, gelden tot en met 31 december 2025 en vervalt daarna van rechtswege.
De concessie die voor de duur van zeven jaar aan de stichting Regionale Publieke Omroep (RPO) is verleend en de aanwijzingen van de dertien regionale publieke omroepen voor vijf jaar zijn in duur niet gelijk. Daarnaast lopen de periodes van concessie en aanwijzingen niet synchroon. Hierdoor gelden er feitelijk veertien verschillende periodes voor de toewijzing van de regionale publieke mediaopdracht hetgeen ongewenst is. De indiener stelt voor dat wordt geregeld dat de RPO en de regionale publieke omroepen voor eenzelfde duur en in eenzelfde periode als geheel de regionale publieke mediaopdracht kunnen uitvoeren en eenheid uitstralen.
In dit amendement wordt voorgesteld de dertien huidige aanwijzingen van de regionale publieke omroepen te verlengen tot en met 31 december 2025, waarna zij gelijklopen met de planperiodes binnen de concessie van de RPO. Het amendement bewerkstelligt dat de uitvoering van het concessiebeleidsplan, de jaarbegrotingen, de binnenkort af te sluiten prestatieovereenkomst alsmede de afspraken die worden gemaakt over de samenwerking tussen de regionale publieke omroepen onderling, met de NPO en met de lokale publieke omroepen voor de gehele duur daarvan worden uitgevoerd door alle regionale publieke omroepen die bij de totstandkoming daarvan betrokken zijn geweest en zich aan de uitvoering hebben gecommitteerd.
Van der Molen