Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat wenselijk is het Wetboek van Strafrecht BES te wijzigen ter uitvoering van het door Nederland goedgekeurde, op 4 april 2014 te Montreal tot stand gekomen Protocol tot wijziging van het Verdrag inzake strafbare feiten en bepaalde andere handelingen begaan aan boord van luchtvaartuigen (Trb. 2019, 140 en Trb. 2020, 3);
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Het Wetboek van Strafrecht BES wordt als volgt gewijzigd:
Aan artikel 4 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel 16 door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:
17°. Aan enig strafbaar feit waardoor de veiligheid van een luchtvaartuig, de veiligheid van personen of goederen aan boord of de goede orde en discipline aan boord in gevaar wordt gebracht, indien het strafbare feit is begaan aan boord van een luchtvaartuig waarvan het laatste punt van opstijgen of het volgende beoogde landingspunt zich bevindt in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en dat luchtvaartuig vervolgens in een van die openbare lichamen landt met de verdachte aan boord.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Justitie en Veiligheid,