Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 mei 2021
In deze brief wil ik diverse verzoeken van uw Kamer beantwoorden. Het gaat om de volgende verzoeken:
• Het verzoek van de commissie voor Justitie en Veiligheid om een reactie op de brief namens behandelaars in de GGZ (10 september 2020);
• Het verzoek van de commissie voor Justitie en Veiligheid om een afschrift van mijn reactie op de brief van de Vereniging Caleidoscoop (17 december 2020);
• Het verzoek van de commissie voor Justitie en Veiligheid om een brief over het proces en de voortgang van onafhankelijk onderzoek naar de Landelijke Experitisegroep Bijzondere Zedenzaken (LEBZ) (10 februari 2021).
Ik wil allereerst mijn verontschulding aanbieden voor de vertraging in de beantwoording. Uw Kamer treft als bijlage bij deze brief een afschrift van mijn antwoord aan de Vereniging Caleidoscoop1.
Op 25 maart jl. heb ik uw Kamer per brief op de hoogte gesteld van het instellen van een onafhankelijke commissie die onderzoek gaat doen naar het georganiseerd sadistisch ritueel misbruik van kinderen2. Dit naar aanleiding van de motie van de leden Van den Berge, Van Nispen en Kuijken met de vraag om een onafhankelijk onderzoek te laten uitvoeren naar de aard en omvang van georganiseerd sadistisch misbruik van kinderen en daarbij ervaringen van overlevenden van ritueel misbruik en hun therapeuten te betrekken, zodat de uitkomsten betrokken kunnen worden bij een effectieve opsporing van deze netwerken.3
De opdracht aan de door mij ingestelde commissie luidt als volgt:
Verzamel de beschikbare informatie omtrent het genoemde fenomeen van georganiseerd sadistisch misbruik van minderjarigen door gebruik te maken van zoveel mogelijk bronnen (inclusief slachtoffers, therapeuten, wetenschappelijke bronnen en deskundigen op dit specifieke terrein). Geef op basis van de bevindingen een advies aan de opsporing. Geef daarnaast op basis van de bevindingen een advies over het instellen van een meldpunt.
In mijn opdracht aan de commissie heb ik expliciet opgenomen ook gebruik te maken van de inzichten van therapeuten, hieronder versta ik ook de GGZ-behandelaars. Ik heb daarom de oproep van de GGZ-behandelaars doorgeleid naar de commissie, opdat de commissie dit bij hun onafhankelijk onderzoek kan betrekken.
Op 5 oktober jl. hebben de leden Van Nispen, Van den Berge en Kuiken mij middels een motie verzocht om een onafhankelijk onderzoek naar de wetenschappelijke onderbouwing en de visie, rol en taakopvatting, de onofficiële doelstellingen van de LEBZ, de werkwijze en de resultaten van de afgelopen jaren4. Op 12 april jl. verzocht u mij te berichten over het proces en de voortgang. Het WODC bereidt het onderzoek momenteel zorgvuldig voor, het onderzoek zal medio 2021 een aanvang nemen.
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus