Voorgesteld 20 november 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de Kamer met de motie-Ouwehand (35 334, nr. 13) heeft uitgesproken dat er geen wildgroei van biomassacentrales mag komen;
constaterende dat het kabinet in de beantwoording van de schriftelijke vragen (2019D46736) heeft aangegeven dat decentrale overheden alle «hernieuwbare» opties, waaronder biomassacentrales, kunnen overwegen;
van mening dat deze decentrale besluitvorming wildgroei in de hand werkt;
verzoekt de regering, nationaal de regie te houden over de hoeveelheid (en het totaal vermogen aan) biomassacentrales;
verzoekt de regering, verder te streven naar zo min mogelijk biomassacentrales en concreet aan te geven hoe zij de wildgroei aan biomassacentrales gaat voorkomen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Raan
Van Haga