Voorgesteld 30 juni 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat militairen met leeftijdsontslag gaan vijf jaar voor de AOW-leeftijd;
constaterende dat Defensie hierdoor een RVU-heffing afdraagt;
overwegende de nieuwe pensioenwetgeving;
overwegende de bijzondere positie van de militair;
verzoekt de regering, een onderzoek uit te laten voeren door een onafhankelijke partij, waarin wordt bezien op welke wijze de vervroegde-uittredingsregeling van militairen, in relatie tot de bijzondere positie van de militair, past in de financiële wet- en regelgeving,
en gaat over tot de orde van de dag.
Bosman
Van Helvert
Belhaj