Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 december 2019
In overeenstemming met de Comptabiliteitswet 2016 informeer ik u met deze brief over de nu voorziene overschrijdingen (uitgaven, ontvangsten en/of verplichtingen) op begrotingsartikelniveau, die na het vaststellen van de Tweede suppletoire begroting 2019 zijn geconstateerd.
Aangezien de begrotingsuitvoering van zowel de reguliere bedrijfsvoering als van de lopende missies doorgaat tot de sluiting van de kassen op 31 december en ik u nu reeds over de uitkomst moet informeren, berusten de bedragen op de huidige verwachtingen. Een aandachtspunt betreft de hoogte van de salarisbetalingen in december. Het op 30 juli afgesloten arbeidsvoorwaardenakkoord 2018–2020 kent enkele nieuwe regelingen, zoals andere pensioenpremies en toelagen, waarvan de uitkomst niet exact te ramen is. Omdat de salarisbetaling in december circa € 300 miljoen bedraagt, kan een gering percentueel verschil tot een afwijking van enkele miljoenen euro’s leiden. Tevens kan de herwaardering van de bij Defensie aanwezige termijnvaluta op 31 december leiden tot nu nog onvoorspelbare aanpassingen. De definitieve realisatiestanden zullen worden opgenomen en toegelicht in de Slotwet.
De hieronder genoemde verwachte hogere realisaties van de geautoriseerde budgetten leiden niet tot overschrijding van het totaal van de Defensiebegroting. Het betreft herschikkingen tussen de (niet-)beleidsartikelen van Defensie. De verwachte overschrijdingen worden gecompenseerd door onderrealisaties op andere (niet-)beleidsartikelen.
Artikel 1 (Inzet)
Hogere ontvangsten
De realisatie van de ontvangsten zal € 5 miljoen hoger zijn dan het budget van de tweede suppletoire begroting. Het betreft meer ontvangsten vanuit de Verenigde Naties voor missies en verrekeningen met bondgenootschappelijke strijdkrachten.
Artikel 2 (Taakuitvoering zeestrijdkrachten)
Hogere ontvangsten
De realisatie van de ontvangsten zal € 8 miljoen hoger zijn dan het budget van de tweede suppletoire begroting. Het betreft hogere ontvangsten uit de terugstorting van BTW over aan oorlogsschepen verstrekte goederen. Deze terugstorting betreft een inhaalslag over de afgelopen jaren.
Artikel 3 (Taakuitvoering landstrijdkrachten)
Hogere uitgaven voor personeel, instandhouding en materiële uitgaven
De achterstand in onderhoud bij materieel is groot en het kost tijd en geld om dat op te lossen. De uitgaven voor de instandhouding nemen daardoor toe. Bovendien zorgt het langdurig interen op voorraden dat er een inhaalslag moet worden gemaakt. Nu de logistieke keten blijk geeft van herstel, stijgen de uitgaven voor instandhouding. In de tweede suppletoire begroting is hiervoor al € 15 miljoen extra budget toegevoegd aan de instandhoudingsbudgetten van artikel 3. Nu blijkt dat de realisatie naar verwachting nog € 30 miljoen hoger zal zijn dan het budget van de tweede suppletoire begroting 2019. Ook is de vraag van andere Defensieonderdelen voor goederen die de landstrijdkrachten aan hen leveren hoger dan geschat ten tijde van de tweede suppletoire begroting.
Hogere ontvangsten
De realisatie van de ontvangsten zal € 6 miljoen hoger zijn dan het budget van de tweede suppletoire begroting. Het betreft een ontvangst wegens de annulering van het ter beschikking stellen van een oefenterrein en een onverwachte terugstorting van BTW over aan oorlogsschepen verstrekte goederen (dezelfde vordering als bij artikel 2).
Hogere verplichtingen
De realisatie van de verplichtingen zal evenredig aan de uitgaven hoger zijn dan het budget van de tweede suppletoire begroting.
Artikel 4 (Taakuitvoering luchtstrijdkrachten)
Hogere uitgaven voor personeel, instandhouding en huisvesting
De realisatie zal naar verwachting € 16 miljoen hoger zijn dan het budget van de tweede suppletoire begroting 2019. De uitgaven voor personeel zijn hoger dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd verwacht. Dat is met name het gevolg van hogere bindingspremies voor schaarse categorieën personeel, zoals helikoptertechnici. Verder zal het budget voor instandhouding worden overschreden door snellere leveringen van leveranciers dan verwacht, het eerder versturen van facturen voor onderhoud van bijvoorbeeld de C-130 Hercules dan verwacht en een hogere bijdrage aan de Foreign Military Sales (FMS). Ook de budgetten voor legering bij oefeningen en reiniging van vervuild materieel en infrastructuur worden overschreden.
Artikel 5 (Taakuitvoering Marechaussee)
Hogere uitgaven
De realisatie van het budget van de tweede suppletoire begroting zal naar verwachting hoger zijn dan het budget van de tweede suppletoire begroting met een maximum van € 1 miljoen als gevolg van het eerder betalen van enkele facturen dan verwacht.
Artikel 7 (Ondersteuning krijgsmacht door Defensie Materieel Organisatie)
Hogere uitgaven
De realisatie zal naar verwachting € 25 miljoen hoger zijn dan het budget in de tweede suppletoire begroting. Het betreft voor kleding en uitrusting een overschrijding van € 15 miljoen en voor € 10 miljoen diverse personele en materiële uitgaven, zoals een hogere instroom van eigen en ingehuurd personeel dan voorzien en hogere uitgaven voor de instandhouding van het materieel.
Extra verplichtingen
De realisatie van de verplichtingen zal evenredig aan de uitgaven hoger zijn dan het budget van de tweede suppletoire begroting.
Artikel 8 (Ondersteuning krijgsmacht door Defensie Ondersteuningscommando)
Hogere ontvangsten
De realisatie van de ontvangsten zal naar verwachting € 8 miljoen hoger zijn dan het budget van de tweede suppletoire begroting. Het betreft hogere materiële ontvangsten, met name hogere opbrengsten van medegebruik en ingebruikgevingen.
Artikel 10 (Apparaat Kerndepartement)
Hogere ontvangsten
De realisatie van de ontvangsten zal naar verwachting € 3 miljoen hoger zijn dan het budget van de tweede suppletoire begroting als gevolg van eerdere ontvangsten dan verwacht.
De Minister van Defensie, A.Th.B. Bijleveld-Schouten