Voorgesteld 10 oktober 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat op Aruba en Curaçao sprake is van een forse toevloed van vluchtelingen uit Venezuela;
constaterende dat de toegezegde financiële ondersteuning vanuit Nederland vooral ingezet wordt voor opvanglocaties en asielprocedures en in veel mindere mate voor directe humanitaire hulp;
overwegende dat onder de vluchtelingen de nood op het vlak van eten, kleding en medicijnen groot is;
verzoekt de regering tevens, te onderzoeken of POBW-gelden (voor vrede, veiligheid stabiliteit en/of juridische samenwerking) van de begroting van Buitenlandse Zaken benut kunnen worden om bij te dragen aan het lenigen van de humanitaire nood onder vluchtelingen op Curaçao en Aruba, en de Kamer daarover te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Dam
Diertens
Van der Graaf
Kuiken