Aan de leden
Den Haag, 12 maart 2020
Bij de behandeling van de begroting Staten-Generaal voor het jaar 2020 d.d. 21 november 2019 (Handelingen II 2019/20, nr. 27, item 4) is de motie Van der Molen/Geurts (Kamerstuk 35 300 IIA, nr. 6) ingediend. In deze motie verzoekt de Tweede Kamer het Presidium te bevorderen dat het aanbod van Nederlandse (streek)producten in de restaurants van de Tweede Kamer wordt verruimd.
Het Presidium heeft de voornoemde motie besproken op 19 februari 2020. Met deze brief informeert het Presidium u over de uitvoering van de motie.
De inkoop van producten door het Restaurantbedrijf van de Tweede Kamer geschiedt binnen de inkoopvoorwaarden en volgens de normen biologisch, duurzaam en maatschappelijk verantwoord van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. In aanvulling daarop houdt het Restaurantbedrijf ook rekening met de specifieke eetwensen van de Kamerbewoners, resulterend in het inkopen van circa 3.400 verschillende producten op jaarbasis.
Het Restaurantbedrijf heeft recentelijk contact gehad met haar leveranciers om producten, zowel dagelijkse kruidenierswaren als verse producten, nóg meer lokaal in te kopen. Bij de recente aanbesteding in het derde kwartaal van vorig jaar zijn er twee extra eisen gesteld. Er wordt emissieloos getransporteerd en er worden meer biologisch producten ingekocht.
Daarnaast is er, in overleg met leveranciers, nader invulling gegeven aan het beleid om nog bewuster in te kopen. Het resultaat van dit overleg is dat de leveranciers van de Tweede Kamer nu ook overeenkomstig de richtlijnen van de stichting IK KOOK BEWUST leveren. Producten binnen het IK KOOK BEWUST-assortiment voldoen aan drie pijlers: het seizoen, duurzaam geproduceerd, herkomst van dichtbij en sluiten aan bij de ingestelde inkoop criteria.
Met de voorgenoemde acties wordt er binnen de gestelde (inkoop)kaders naar gestreefd het aanbod van Nederlandse (streek)producten in de restaurants van de Tweede Kamer zo veel mogelijk te bevorderen. Het Presidium is van mening dat daarmee uitvoering is gegeven aan motie Van der Molen/Geurts.
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, K. Arib