Voorgesteld 2 juli 2020
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat bijna de gehele Kamer vorig jaar een positieve grondhouding en de wil heeft uitgesproken om in de periode na de huidige concessie een directe intercity Randstad-Eindhoven-Heerlen-Aken te laten rijden;
constaterende dat de NS een alternatief hiervoor heeft uitgewerkt;
overwegende dat er kansen liggen om vanaf 2025 een directe intercity te laten rijden als wordt voldaan aan randvoorwaarden zoals materieel, exploitatie en infrastructuur;
overwegende dat het grootste deel van de lijn binnenlands treinvervoer is, waarbij maar een klein deel over de grens ligt;
verzoekt de regering, haast te maken met het uitwerken van de mogelijkheden van een directe intercityverbinding Randstad-Eindhoven-Heerlen-Aken vanaf 2025 en hierbij ook de mogelijkheid in kaart te brengen om dit binnen de nieuwe concessie van het hoofdrailnet te brengen;
verzoekt de regering tevens, de uitwerking voor het debat over spoorordening in het najaar naar de Kamer te sturen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Postma,
Amhaouch
Laçin
Schonis
Ziengs
Van der Graaf
Gijs van Dijk
Stoffer,
Kuzu
Van Brenk
Van Haga
Van Esch
Kröger