Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om nadere regels te kunnen stellen met betrekking tot de vaststelling van de verzekeringsplicht ingevolge de Zorgverzekeringswet alsmede om na te gaan of personen zonder verzekeringsplicht desalniettemin een zorgverzekering hebben en regels te stellen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens waarop pseudonimisering als bedoeld in artikel 4, onderdeel 5 van de Algemene verordening gegevensbescherming is toegepast, door Onze Minister voor Medische Zorg ten behoeve van de uitvoering van zijn taken met betrekking tot de vereveningsbijdrage, door het Zorginstituut Nederland ter uitvoering van zijn in de Zorgverzekeringswet of de Wet langdurige zorg opgedragen taken en door het RIVM ter uitvoering van taken op het gebied van infectieziektebestrijding;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
De Zorgverzekeringswet wordt gewijzigd als volgt:
A
Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel n wordt «Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport» vervangen door «Onze Minister voor Medische Zorg».
2. Na onderdeel x wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
Sociale verzekeringsbank, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel d, van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;.
B
Artikel 4a wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid, onderdeel b, wordt «Sociale Verzekeringsbank» vervangen door «Sociale verzekeringsbank».
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld met betrekking tot het derde lid.
C
Aan artikel 5 wordt een lid toegevoegd, luidende:
6. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over de vaststelling, bedoeld in het tweede lid, en over het verkrijgen van de gegevens die noodzakelijk zijn voor deze vaststelling.
D
Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het vierde lid wordt na «zorgverzekeraar» ingevoegd «uit eigen beweging of op diens verzoek».
2. Onder vernummering van het vijfde lid tot zesde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
5. De Sociale verzekeringsbank gaat op basis van vergelijking van bij ministeriële regeling aan te wijzen bestanden na voor welke personen in weerwil van het ontbreken van hun verzekeringsplicht een zorgverzekering wordt uitgevoerd en informeert hun zorgverzekeraar daarover.
3. In het zesde lid (nieuw) wordt «vierde lid» vervangen door «vierde of vijfde lid».
4. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
7. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over de feiten en omstandigheden, bedoeld in het vierde lid, over de wijze waarop de zorgverzekeraar van die feiten en omstandigheden kennisneemt alsmede over de wijze waarop de zorgverzekeraar tot de conclusie, bedoeld in het zesde lid komt.
E
Aan artikel 18 wordt een lid toegevoegd, luidende:
7. De zorgverzekeraar en de werkgever, bedoeld in het eerste lid, vermelden bij de verstrekking van persoonsgegevens aan elkaar met betrekking tot een werknemer die verzekeringnemer en een verzekerde is van een zorgverzekering op basis van de modelovereenkomst, bedoeld in het eerste lid, waarvoor die werkgever de verschuldigde premie aan die zorgverzekeraar betaalt, het burgerservicenummer van die werknemer.
F
Aan artikel 32 worden drie leden toegevoegd, luidende:
8. Onze Minister verwerkt de persoonsgegevens waaronder gegevens over gezondheid als bedoeld in artikel 4, onderdeel 15, van de Algemene verordening gegevensbescherming, die noodzakelijk zijn voor:
a. de bepaling van de criteria, bedoeld in het derde lid of het criterium, bedoeld in het vierde lid,onderdeel b, of
b. de statistische onderbouwing van de aan de criteria krachtens het vierde lid, onderdeel c, gekoppelde bijdragen.
9. Onze Minister verwerkt op grond van het achtste lid slechts persoonsgegevens indien daarop pseudonimisering als bedoeld in artikel 4, onderdeel 5 van de Algemene verordening gegevensbescherming is toegepast en vervolgens onafgebroken is gecontinueerd.
10. Artikel 21, eerste lid, tweede volzin, van de Algemene verordening gegevensbescherming, is bij de verwerking door Onze Minister niet van toepassing.
G
In artikel 35, eerste lid, vervalt onderdeel c en wordt de puntkomma aan het slot van onderdeel b vervangen door een punt.
H
Na artikel 35 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Het Zorginstituut verwerkt de persoonsgegevens waaronder gegevens over gezondheid als bedoeld in artikel 4, onderdeel 15 van de Algemene verordening gegevensbescherming, die noodzakelijk zijn voor de berekening van aan een zorgverzekeraar toekomende bijdragen als bedoeld in de artikelen 32 tot en met 34.
2. Het Zorginstituut verwerkt op grond van het eerste lid slechts persoonsgegevens indien daarop pseudonimisering als bedoeld in artikel 4, onderdeel 5 van de Algemene verordening gegevensbescherming is toegepast en vervolgens onafgebroken is gecontinueerd.
3. Artikel 21, eerste lid, tweede volzin van de Algemene verordening gegevensbescherming, is bij de verwerking door het Zorginstituut niet van toepassing.
I
Aan artikel 66 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Het Zorginstituut signaleert gevraagd en ongevraagd aan Onze Minister feitelijke ontwikkelingen op het gebied van kosten van zorg die behoort tot de te verzekeren prestaties voor de zorgverzekering.
J
Aan artikel 66c wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. Het Zorginstituut bevordert de ontwikkeling van de kwaliteit van zorg en het door zorgaanbieders aanbieden van goede zorg als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg.
K
Na artikel 68 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Het Zorginstituut verwerkt de persoonsgegevens waaronder gegevens over gezondheid als bedoeld in artikel 9 van de Algemene verordening gegevensbescherming, die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van zijn in de artikelen 64, 66 of 66c opgedragen taken.
2. Het Zorginstituut verwerkt op grond van het eerste lid slechts persoonsgegevens indien daarop pseudonimisering als bedoeld in artikel 4, onderdeel 5 van de Algemene verordening gegevensbescherming, is toegepast en vervolgens onafgebroken is gecontinueerd.
3. Artikel 21, eerste lid, tweede volzin van de Algemene verordening gegevensbescherming, is bij de verwerking door het Zorginstituut niet van toepassing.
L
In artikel 89 worden onder vernummering van het vijfde en zesde lid tot achtste en negende lid drie leden ingevoegd, luidende:
5. De verstrekking aan Onze Minister op grond van artikel 88, eerste lid of het eerste lid betreft gegevens, waaronder gegevens over gezondheid als bedoeld in artikel 4, onderdeel 15 van de Algemene verordening gegevensbescherming, die noodzakelijk zijn voor de bepaling van de criteria, bedoeld in artikel 32 derde lid of van het criterium, bedoeld in het vierde lid, onderdeel b, of de statistische onderbouwing van de aan de criteria krachtens artikel 32, vierde lid, onderdeel c, gekoppelde bijdragen.
6. De verstrekking aan het Zorginstituut op grond van artikel 88, eerste lid of het eerste lid, betreft gegevens waaronder gegevens over gezondheid als bedoeld in artikel 4, onderdeel 15 van de Algemene verordening gegevensbescherming, die noodzakelijk zijn voor:
a. de berekening van de aan een zorgverzekeraar toekomende bijdragen als bedoeld in artikelen 32 tot en met 34, of
b. de uitvoering van de aan het Zorginstituut in de artikelen 64, 66 of 66c opgedragen taken.
7. Op de aan Onze Minister of het Zorginstituut te verstrekken persoonsgegevens is pseudonimisering als bedoeld in artikel 4, onderdeel 5 van de Algemene verordening gegevensbescherming, toegepast die vervolgens onafgebroken is gecontinueerd.
De Wet marktordening gezondheidszorg wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 83, eerste lid, wordt «89, eerste, tweede en zevende lid» vervangen door «89, eerste en tweede lid».
B
In artikel 88, eerste lid, vervalt «68, tweede lid,».
De Wet langdurige zorg wordt als volgt gewijzigd:
A
Aan artikel 5.1.3 wordt een lid toegevoegd, luidende:
3. Het Zorginstituut signaleert gevraagd en ongevraagd aan Onze Minister feitelijke ontwikkelingen op het gebied van kosten van zorg en van de vraag naar en het aanbod van zorg.
B
Na artikel 5.1.3 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
1. Het Zorginstituut verwerkt de persoonsgegevens waaronder gegevens over gezondheid als bedoeld in artikel 4, onderdeel 15 van de Algemene verordening gegevensbescherming, die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van zijn in de artikelen 5.1.1, tweede lid, 5.1.2 of 5.1.3 opgedragen taken.
2. Het Zorginstituut verwerkt op grond van het eerste lid slechts persoonsgegevens indien daarop pseudonimisering als bedoeld in artikel 4, onderdeel 5 van de Algemene verordening gegevensbescherming, is toegepast en vervolgens onafgebroken is gecontinueerd.
3. Artikel 21, eerste lid, tweede volzin van de Algemene verordening gegevensbescherming, is bij de verwerking door het Zorginstituut niet van toepassing.
C
Artikel 9.1.3 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid, onder b, komt te luiden:
b. het Zorginstituut, voor zover die gegevens noodzakelijk zijn voor de uitvoering van zijn in de artikelen 5.1.1 tot en met 5.1.3 van deze wet en de artikelen 89 tot en met 91 van de Wet financiering sociale verzekeringen opgedragen taken;.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
9. Op de op grond van het eerste lid aan het Zorginstituut te verstrekken persoonsgegevens is pseudonimisering als bedoeld in artikel 4, onderdeel 5 van de Algemene verordening gegevensbescherming, toegepast en vervolgens onafgebroken is gecontinueerd.
De Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 5.1.1 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het zesde lid tot zevende lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
6. Het college is bevoegd tot verwerking van persoonsgegevens van de cliënt waaronder gegevens over gezondheid als bedoeld in artikel 4, onderdeel 15 van de Algemene verordening gegevensbescherming, die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de overeenkomst met een aanbieder tot levering van maatwerkvoorzieningen.
2. In het zevende lid (nieuw) wordt «in het eerste tot en met vijfde lid» vervangen door «in het eerste tot en met zesde lid».
B
In artikel 5.2.2, onder a, wordt «artikel 2.1.4, 2.1.5, 2.3.2, 2.3.9, 2.3.10, 2.4.3» vervangen door «artikel 2.1.4, 2.1.5, 2.3.2, 2.3.9, 2.3.10 of 2.4.3 of de verantwoording van een geleverde maatwerkvoorziening».
De Wet aanvullende bepalingen verwerking persoonsgegevens in de zorg wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 1, eerste lid, onderdeel a, komt te luiden:
Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport of Onze Minister voor Medische Zorg;
B
Artikel 9 wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
2. De zorgaanbieder vermeldt bij het verstrekken van persoonsgegevens met betrekking tot de subsidiëring door Onze Minister van verleende zorg aan een verzekeringsplichtige als bedoeld in artikel 1 van de Zorgverzekeringswet, aan Onze Minister steeds het burgerservicenummer van de cliënt.
C
In artikel 13, derde lid, wordt «De artikelen 89, eerste, tweede en zesde lid» vervangen door «Artikel 89, eerste, tweede en negende lid».
De Wet publieke gezondheid wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1 wordt, onder vervanging van de punt in onderdeel ab door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:
een laboratorium dat naar de laatste stand van de wetenschap gespecialiseerd is in de diagnostiek, surveillance en behandeling dan wel bestrijding van een specifieke ziekte of ziekteverwekker.
B
Na artikel 6b wordt een artikel ingevoegd, luidende;
1. Het RIVM heeft, onverminderd het bepaalde bij of krachtens andere wetten, tot taak om namens Onze Minister werkzaamheden te verrichten bij de bestrijding van infectieziekten.
2. Het RIVM verwerkt de persoonsgegevens waaronder gegevens over gezondheid als bedoeld in artikel 4, onderdeel 15 van de Algemene verordening gegevensbescherming die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van de taak, bedoeld in het eerste lid.
3. Het RIVM verwerkt op grond van het eerste lid slechts persoonsgegevens indien daarop pseudonimisering als bedoeld in artikel 4, onderdeel 5 van de Algemene verordening gegevensbescherming, is toegepast en vervolgens onafgebroken is gecontinueerd.
4. Artikel 21, eerste lid, tweede volzin, van de Algemene verordening gegevensbescherming is bij de verwerking door het RIVM niet van toepassing.
5. Voor zover het voor het RIVM noodzakelijk is om voor de taakuitvoering gebruik te maken van een referentielaboratorium zijn het tweede tot en met vierde lid van overeenkomstige toepassing op het referentielaboratorium.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister voor Medische Zorg,