Ontvangen 21 november 2018
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
De departementale begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:
I
In artikel 6 Investeringen krijgsmacht worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verlaagd met € 20.000 (x € 1.000).
II
In artikel 12 Nog onverdeeld worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 20.000 (x € 1.000).
In de Defensienota 2018 wordt gesproken over «allereerst investeren in onze mensen». De mannen en vrouwen van Defensie verdienen waardering, ook in hun portemonnee. Die waardering is hard nodig om hun vertrouwen in de organisatie te vergroten.
De cao is een geëigend middel daartoe. Tot nu toe is echter geen goede cao tot stand gekomen. Onlangs zijn, na een eerder massaal verworpen onderhandelingsresultaat, de onderhandelingen daartoe heropend. Omdat die naar verwachting niet direct tot resultaat zullen leiden en een blijk van waardering voor de mensen van Defensie zonder meer op zijn plaats is, wordt met dit amendement geld (te weten 20 miljoen euro) vrijgemaakt voor een (hogere) eenmalige uitkering zonder dat dit een koste gaat van de onderhandelings- c.q. loonruimte bij bedoelde onderhandelingen. De middelen die aan artikel 12 worden toegevoegd, zijn bedoeld om deze eenmalige uitkering mogelijk te maken. De dekking voor dit amendement wordt gevonden in het niet-juridisch verplichte deel van artikel 6.
Kerstens Karabulut