Voorgesteld tijdens het Notaoverleg van 17 juni 2019
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de kwaliteit van het onderwijs niet gebaat is bij normen ten aanzien van tijd, maar van kwaliteit;
constaterende dat in het basis- en voortgezet onderwijs wettelijke normen voor de te verzorgen onderwijstijd bestaan;
constaterende dat deze normen de kwalitatieve ontwikkeling van leraren en onderwijs in de weg staan en daarmee de aantrekkelijkheid van het beroep van leraar;
verzoekt de regering, de scholen in het basis- en voortgezet onderwijs, net als in het middelbaar beroepsonderwijs, de mogelijkheid te bieden om beargumenteerd en met instemming van de medezeggenschap af te wijken van de gestelde urennormen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Meenen
Van den Hul
Westerveld