Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 juli 2019
Hierbij bied ik u de jaarlijkse Staat van het Consulaire, editie 2019 aan1. Een brief over de staat van de consulaire dienstverlening aan Nederlanders in het buitenland en ook aan buitenlanders die naar Nederland willen komen.
Met deze brief kom ik tegemoet aan verscheidene toezeggingen aan uw Kamer:
– toezending van de rapportage van de IOB over de evaluatie van de hele consulaire keten en consulaire dienstverlening. Op 19 juni 2019 is de kamerbrief met daarin de beleidsreactie op IOB-evaluatie toegezonden, inclusief bijlagen (Kamerstuk 32 734, nr. 36). In de Kamerbrief «Staat van het Consulaire» wordt nader ingegaan op de specifieke aanbevelingen van IOB.
– toezegging om een review aan de Kamer over de verbetering van de visumprocedure (AO 13 februari 2019, Kamerstuk 35 000 V, nr. 61)
– reactie op de toezegging om het nieuwe subsidiekader over juridische bijstand aan gedetineerden in het buitenland te sturen, nadat het dit jaar wordt gepubliceerd (AO 13 februari 2019, Kamerstuk 35 000 V, nr. 61)
– ingegaan wordt op de motie met Kamerstuk 35 000 VI, nr. 103 over een actieplan consulaire en juridische steun bij scheiding in het buitenland en
– motie met Kamerstuk 35 000 VI, nr. 106 over het erkenningsbeleid van Marokko als voorbeeld voor andere landen naar aanleiding van debat over huwelijkse gevangenschap op 24 april 2019 (Handelingen II 2018/19, nr. 79, item 9).
De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok