Voorgesteld 28 juni 2018
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de NAM een winningsplicht wordt opgelegd en hiermee onduidelijkheid is ontstaan over aansprakelijkheid over toekomstige schades;
constaterende dat de Staat de intentie lijkt te hebben de NAM niet meer zelf aansprakelijk te laten zijn voor toekomstige schades;
van mening dat er absoluut geen onduidelijkheid mag bestaan wie wanneer waar verantwoordelijk voor gehouden moet worden;
verzoekt de regering, duidelijk te stellen wanneer de NAM in de toekomst aansprakelijk is voor schades en wanneer de Staat, en geen onduidelijkheid te laten bestaan over de financiële verantwoordelijkheid voor deze schades,
en gaat over tot de orde van de dag.
Beckerman
Van der Lee
Nijboer
Sazias
Wassenberg