Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het bedrag van het verplicht eigen risico voor de zorgverzekering ongewijzigd te laten voor de jaren 2019, 2020 en 2021;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
De Zorgverzekeringswet wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 19 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het vijfde lid tot zesde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
5. In afwijking van het vierde lid is de zorgverzekeraar gerechtigd het verplicht eigen risico in rekening te brengen indien het aan de verzekerde te wijten is dat de rekening niet voor de bij algemene maatregel van bestuur bepaalde dag is ingediend.
2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
7. Het tweede en derde lid blijven buiten toepassing voor de jaren 2019, 2020 en 2021.
B
In artikel 124, eerste lid, wordt «18aa, eerste lid19, vierde en vijfde lid.» vervangen door «18aa, eerste lid, 19, vierde en zesde lid».
De wet van 27 september 2017 tot het ongewijzigd laten van het verplicht eigen risico voor de zorgverzekering voor het jaar 2018 (Stb. 2017, 356) wordt ingetrokken.
Artikel 19, zevende lid, van de Zorgverzekeringswet vervalt met ingang van 1 januari 2022.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister voor Medische Zorg,