Voorgesteld 13 december 2018
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er bij drinkwaterbedrijven zorgen zijn over het waarborgen van de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater;
overwegende dat in het nieuwe stelsel de normen voor bodemkwaliteit en daarmee dus ook de bescherming van grond- en oppervlaktewater voor een groot deel in lagere regelgeving worden vastgelegd;
spreekt uit dat de kwaliteit van het drinkwater altijd voorop dient te staan;
verzoekt de regering, om tijdens het opstellen van het aanvullingsbesluit bodem in overleg te treden met de drinkwaterbedrijven en andere betrokken partijen om te bezien hoe de zorgen over de bescherming van de kwaliteit van het grond- en oppervlaktewater kunnen worden gewaarborgd, en de Kamer tijdig over de uitkomsten van dit overleg te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Smeulders
Kröger