Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 juni 2023
De aanhoudende dreiging die uitgaat van terrorisme en ernstige criminaliteit, zoals mensenhandel en drugssmokkel stopt niet bij onze landsgrenzen, maar heeft steeds vaker een internationaal karakter. Grensoverschrijdende criminele netwerken maken gebruik van internationale reisroutes en van de mogelijkheden van het vrije verkeer van personen binnen het Schengengebied om hun criminele en terroristische activiteiten internationaal voort te zetten.
Het gebruik van Passenger Name Record-gegevens (hierna: PNR-gegevens) draagt bij aan het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en ernstige criminaliteit, zonder de reismogelijkheden van gewone passagiers te beperken. Zo blijkt uit een strafzaak naar grootschalige cocaïnehandel uit december 2022 dat passagiersgegevens hebben bijgedragen aan de bewijslast. In deze specifieke casus was het mogelijk om versleutelde berichten te koppelen aan reisbewegingen van verdachten1.
Het gebruik van PNR-gegevens is geborgd in de «Wet gebruik passagiersgegevens voor de bestrijding van terroristische en ernstige misdrijven». Hierbij is het van groot belang dat het recht op de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer, het recht op bescherming van persoonsgegevens en het recht op non-discriminatie worden gerespecteerd. Deze belangen worden ook onderschreven in de uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 21 juni 20222. Het verantwoordingsregime, dat integraal onderdeel uitmaakt van de Passenger Name Record-richtlijn3 en de Nederlandse wet4, draagt hier in belangrijke mate aan bij.
De Passagiersinformatie-eenheid Nederland is bij de uitvoering van de wettelijke taak gebonden aan de privacy waarborgen die zijn opgenomen in de «Wet gebruik passagiersgegevens voor de bestrijding van terroristische en ernstige misdrijven». Met deze waarborgen wordt invulling gegeven aan de universele privacy-beginselen, zoals de doelmatigheid, rechtmatigheid en transparantie. In dit kader stelt de functionaris gegevensbescherming (hierna: FG) van de Passagiersinformatie-eenheid Nederland jaarlijks een rapportage op in uitvoering van artikel 18 van de wet. Hierbij bied ik u de jaarrapportage aan van de functionaris gegevensbescherming van de Passagiersinformatie-eenheid Nederland over 2022.
Ik onderschrijf de conclusie van de FG, dat binnen de Passagiersinformatie-eenheid Nederland men zich bewust is van het belang van gegevensbescherming en dat zorgvuldig omgaan wordt met de persoonsgegevens die worden verwerkt. De FG concludeert dat de wettelijke waarborgen voor het beschermen van persoonsgegevens die zijn gecontroleerd, aanwezig zijn en voldoende functioneren. Tegelijkertijd constateert FG een aantal aandachts- en verbeterpunten. Dit zijn onder meer de tijdige formalisatie van spoedvorderingen, het verwerken van Advance Passenger Information-gegevens ten behoeve van de datakwaliteit, implementatie van een gerichter autorisatiesysteem, opvolging geven aan de interne audit uitgevoerd in 2022 en het actualiseren van de gegevensbeschermingseffectbeoordeling uit 2020. De opgenomen aandachts- en verbeterpunten worden in overleg met de FG, de Passagiersinformatie-eenheid Nederland en het Ministerie van Justitie en Veiligheid besproken en in samenwerking opgepakt. Zo is naar aanleiding van de bevindingen van de FG gewerkt aan een vernieuwd autorisatiesysteem, dat in de zomer van 2023 wordt geïmplementeerd.
In de jaarrapportage benoemt de FG twee belangrijke verbeterpunten die ik hieronder graag verder toelicht. Daarbij zal ik, mede namens de Minister van Defensie, ingaan in op de wijze waarop opvolging wordt gegeven aan deze bevindingen.
Uitvoering geven aan de uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie5
De FG constateert dat de Passagiersinformatie-eenheid Nederland in 2023 uitvoering dient te geven aan de uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie, specifiek ten aanzien van de bewaartermijnen van passagiersgegevens en de selectie van intra-Europese vluchten.
In lijn met de conclusie van de FG heb ik uw Kamer op 10 maart 20236 geïnformeerd op welke wijze ik invulling geef aan de uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie. Bij de verdere uitwerking van het maatregelenpakket wordt, binnen de wettelijke kaders, de FG van de Passagiersinformatie-eenheid Nederland betrokken. In mijn brief van 17 mei 20237 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de voortgang van het implementatietraject. Het uitvoering geven aan de uitspraak heeft ook in het tweede deel van 2023 prioriteit. Zoals toegezegd aan uw Kamer in het Commissiedebat Justitie en Veiligheid van 7 juni 2023, zal ik uw Kamer in het najaar opnieuw informeren over de voortgang.
Meer geïntegreerde en gedocumenteerde privacy-aanpak
De FG stelt dat de Passagiersinformatie-eenheid Nederland baat heeft bij een meer geïntegreerde en gedocumenteerde privacy-aanpak ten behoeve van het optimaliseren van de inrichting van het privacy-management van de organisatie.
Ik onderschrijf ook deze aanbeveling. Hiertoe is een privacy-activiteitenkalender voor 2023/2024 opgesteld, waarin de aandachts- en verbeterpunten van de FG en de bevindingen uit eerdere audits zijn geadresseerd. In dit verband heeft de Passagiersinformatie-eenheid Nederland naar aanleiding van de interne audit uit 2021, zijn operationele processen verder uitgewerkt in procesbeschrijvingen en werkinstructies. Gelet op de prioritering, worden de implementatie van de maatregelen met betrekking tot de Hofuitspraak en de geïntegreerde privacy-aanpak als eerst aangepakt. Vervolgens worden ook de overige aandachts- en verbeterpunten gefaseerd geïmplementeerd.
Ook in het komende jaar blijft mijn inzet gericht op versterking van de aanpak van terrorisme en ernstige criminaliteit. Hierbij is de inzet van het PNR-instrument essentieel. Daarbij wordt bij de Passagiersinformatie-eenheid Nederland een zo hoog mogelijk niveau van bescherming van persoonsgegevens in acht genomen, als noodzakelijke randvoorwaarde van het essentiële werk dat zij doen.
De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius