Ontvangen 25 september 2017
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
Artikel I wordt als volgt gewijzigd:
1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1. » geplaatst.
2. Er worden twee leden toegevoegd, luidende:
2. Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport verleent over het kalenderjaar 2018 aan het Zorgverzekeringsfonds, genoemd in artikel 39 van de Zorgverzekeringswet, een bijdrage in de financiering van de zorgverzekering, bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van die wet in verband met het niet verhogen van het eigen risico op grond van artikel 19, tweede lid, van die wet in dat jaar. De bijdrage is gelijk aan het bedrag dat daarvoor in de wet tot vaststelling van de begroting van zijn ministerie voor dat jaar is toegestaan.
3. De bijdrage wordt betaald in gelijke maandelijkse delen en komt ten gunste van het Zorgverzekeringsfonds, genoemd in artikel 39 van de Zorgverzekeringswet.
4. De gevolgen van de gederfde inkomsten van een zorgverzekeraar als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Zorgverzekeringswet, voor zijn inkomsten uit premies, worden bij de toekenning van de bijdrage, bedoeld in artikel 32 van de Zorgverzekeringswet over het kalenderjaar 2018 en bij de vaststelling van die bijdrage, op nihil gesteld.
Dit amendement regelt dat de zorgverzekeraars de premie niet (extra) hoeven te verhogen in verband met het niet verhogen van het eigen risico omdat zij hiervoor een compensatie ontvangen van het Zorginstituut. Het Zorginstituut Nederland kan met de extra Rijksbijdrage een hogere vereveningsbijdrage toekennen en vaststellen. Er wordt wel met een lagere opbrengsten uit het verplicht eigen risico rekening gehouden, de gevolgen daarvan voor de premie blijven bij de berekening van de vereveningsbijdrage buiten aanmerking.
Ellemeet Nijboer Marijnissen Agema Kuzu Arissen Baudet Sazias