Ontvangen 3 november 2017
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
De begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2018 komt te luiden:
Artikel |
Omschrijving |
Verplichtingen |
Uitgaven |
Ontvangsten |
---|---|---|---|---|
Totaal |
14.645.803 |
15.223.447 |
99.585 |
|
Volksgezondheid, Welzijn en Sport |
||||
1 |
Volksgezondheid |
652.043 |
666.585 |
8.403 |
3 |
Langdurige zorg en ondersteuning |
3.978.091 |
3.910.770 |
3.441 |
4 |
Zorgbreed beleid |
936.428 |
1.085.233 |
68.860 |
5 |
Jeugd |
90.135 |
90.135 |
4.508 |
7 |
Oorlogsgetroffenen en Herinnering Wereldoorlog II |
272.798 |
272.798 |
901 |
9 |
Algemeen |
33.140 |
33.140 |
0 |
10 |
Apparaatsuitgaven |
271.998 |
272.223 |
11.679 |
11 |
Nominaal en onvoorzien |
– 16.181 |
– 16.222 |
0 |
Medische Zorg |
||||
2 |
Curatieve zorg |
3.054.882 |
3.523.559 |
1.053 |
6 |
Sport en bewegen |
125.320 |
136.135 |
740 |
8 |
Tegemoetkoming specifieke kosten |
5.247.149 |
5.249.091 |
0 |
Als gevolg van nadere nog te maken afspraken tussen beide bewindspersonen kunnen er nog wijzigingen in de verantwoordelijkheidsverdeling komen. Als dit aan de orde is zal de Tweede Kamer hierover worden geïnformeerd.
De maatregelen die in het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III zijn opgenomen met betrekking tot het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, zijn zoveel mogelijk in deze nota van wijziging verwerkt. Voor zover dat nog niet het geval is, zal dat gebeuren door middel van een nota van wijziging of een suppletoire begroting.
In deze nota van wijziging wordt aangegeven welke wijzigingen in de departementale begrotingsstaat zijn doorgevoerd als gevolg van de in het regeerakkoord opgenomen maatregelen of de Koninklijke besluiten. Het betreft ombuigingen en beleidsintensiveringen uit het regeerakkoord.
Artikelsgewijze toelichting
Artikel 2
H58 Stimulering medisch specialisten in loondienst/ participatiemodel
Voor meer gelijkgerichtheid in het ziekenhuis wordt gestimuleerd dat medisch specialisten de stap maken naar het participatiemodel of loondienst.
Macro-economisch effect
De uitgavenraming van de rijksbijdrage zorgverzekeringsfonds voor financiering van verzekerden 18- is aangepast op basis van de nieuwe MLT1-raming van het CPB, waarin de gevolgen van het regeerakkoord zijn verwerkt.
Artikel 3
Macro-economisch effect
De uitgavenraming van de Bijdrage in Kosten van Kortingen (BIKK) is aangepast op basis van de nieuwe MLT-raming van het CPB, waarin de gevolgen van het regeerakkoord zijn regeerakkoord verwerkt.
Artikel 4
H67 Verlaging eigen bijdragen Wlz
In het regeerakkoord is een drietal maatregelen ten aanzien van de eigen bijdragen in de Wlz opgenomen. In verband met de aanpassing van de processen als gevolg van de drie maatregelen maakt het CAK extra uitvoeringskosten (€ 2 miljoen per jaar).
Artikel 8
M143 Aanpassing uitgavenraming Zorgtoeslag als gevolg van aanpassing heffingvrije vermogen in box 3
De verhoging van het heffingvrije vermogen in box 3 leidt tot hogere uitgaven zorgtoeslag doordat meer huishoudens binnen het vrijgestelde vermogen zullen vallen.
H74 Aanpassing uitgavenraming Zorgtoeslag als gevolg van maatregelen in de cure
Maatregelen in de cure zoals zorgakkoorden, waardoor de Zvw-uitgaven verlaagd worden, werken één op één door in een lagere nominale premie, inkomensafhankelijke bijdrage. De lagere nominale premie op zijn beurt werkt door in een lagere zorgtoeslag. De uitgavenraming voor de Zorgtoeslag wordt in verband hiermee verlaagd met € 89 miljoen in 2019, oplopend tot € 415 miljoen vanaf 2022.
H76 Aanpassing uitgavenraming zorgtoeslag als gevolg van hogere zorgpremies
De bevriezing van het eigen risico op € 385 leidt tot een lager gemiddeld eigen risico en een hogere nominale zorgpremie. Beide effecten worden meegenomen in de standaardpremie, die daardoor hoger uitvalt. Hiervoor worden verzekerden met een laag inkomen gecompenseerd via een hogere zorgtoeslag.
M133 Verlaging normpercentage zorgtoeslag paren
De zorgtoeslag van meerpersoonshuishoudens wordt vanaf 2019 verhoogd door het normpercentage te verlagen met 0,45%-punt (€ 80 miljoen).
M142 Doorwerken verhoging algemene heffingskorting
De verhoging van de algemene heffingskorting werkt door naar hogere uitkeringen via de referentiesystematiek. Hierdoor wordt er minder zorgtoeslag uitgekeerd.
Macro-economisch effect
De uitgavenraming van de zorgtoeslag is aangepast op basis van de nieuwe MLT-raming van het CPB, waarin de gevolgen van het regeerakkoord zijn verwerkt.
Meerjarige doorwerking
In de onderstaande tabellen worden per artikel de standen ontwerpbegroting 2018 vóór nota van wijziging, de mutaties in het kader van het regeerakkoord en de herverkaveling en de standen ontwerpbegroting 2018 na nota van wijziging meerjarig opgenomen.
Art. |
Omschrijving |
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
---|---|---|---|---|---|---|
1 |
Volksgezondheid |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
652.043 |
646.406 |
645.741 |
644.637 |
667.093 |
|
Stand na nota van wijziging |
652.043 |
646.406 |
645.741 |
644.637 |
667.093 |
|
2 |
Curatieve zorg |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
3.052.782 |
3.262.130 |
3.312.813 |
3.371.628 |
508.769 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. H58 Stimulering medisch specialisten in loondienst/ participatiemodel |
0 |
16.000 |
8.000 |
8.000 |
0 |
|
Macro-economisch effect |
2.100 |
12.100 |
3.500 |
– 28.100 |
– 11.500 |
|
Stand na nota van wijziging |
3.054.882 |
3.290.230 |
3.324.313 |
3.351.528 |
497.269 |
|
3 |
Langdurige zorg en ondersteuning |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
3.972.691 |
4.003.171 |
4.075.917 |
4.145.504 |
310.473 |
|
Macro-economisch effect |
5.400 |
– 46.700 |
– 18.100 |
102.000 |
236.300 |
|
Stand na nota van wijziging |
3.978.091 |
3.956.471 |
4.057.817 |
4.247.504 |
546.773 |
|
4 |
Zorgbreed beleid |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
934.428 |
1.007.077 |
1.052.832 |
921.864 |
875.293 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. 67 verlaging eigen bijdragen Wlz |
2.000 |
2.000 |
2.000 |
2.000 |
2.000 |
|
Stand na nota van wijziging |
936.428 |
1.009.077 |
1.054.832 |
923.864 |
877.293 |
|
5 |
Jeugd |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
90.135 |
83.226 |
85.524 |
67.633 |
67.536 |
|
Stand na nota van wijziging |
90.135 |
83.226 |
85.524 |
67.633 |
67.536 |
|
6 |
Sport en bewegen |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
125.320 |
141.548 |
124.106 |
130.387 |
142.938 |
|
Stand na nota van wijziging |
125.320 |
141.548 |
124.106 |
130.387 |
142.938 |
|
7 |
Oorlogsgetroffenen en Herinnering Wereldoorlog II |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
272.798 |
255.318 |
240.176 |
225.662 |
211.415 |
|
Stand na nota van wijziging |
272.798 |
255.318 |
240.176 |
225.662 |
211.415 |
|
8 |
Tegemoetkoming specifieke kosten |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
5.263.880 |
5.736.128 |
6.028.362 |
6.484.229 |
6.817.525 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. M143 Aanpassing uitgavenraming zorgtoeslag als gevolg van aanpassing heffingvrije vermogen in box 3 |
14.000 |
14.000 |
14.000 |
14.000 |
14.000 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. H74 Aanpassing uitgavenraming zorgtoeslag als gevolg van maatregelen in de cure |
0 |
– 89.000 |
– 235.000 |
– 389.000 |
– 415.000 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. H76 aanpassing uitgavenraming zorgtoeslag als gevolg van hogere zorgpremies |
9.000 |
14.000 |
19.000 |
23.000 |
22.000 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. M133 verlaging normpercentage zorgtoeslag paren |
0 |
80.000 |
80.000 |
80.000 |
80.000 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. M142 doorwerken verhoging algemene heffingskorting |
0 |
– 30.000 |
– 50.000 |
– 66.000 |
– 66.000 |
|
Macro-economisch effect |
– 39.731 |
25.121 |
237.587 |
220.520 |
148.124 |
|
Stand na nota van wijziging |
5.247.149 |
5.750.249 |
6.093.949 |
6.366.749 |
6.600.649 |
|
9 |
Algemeen |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
33.140 |
35.264 |
40.221 |
45.455 |
40.223 |
|
Stand na nota van wijziging |
33.140 |
35.264 |
40.221 |
45.455 |
40.223 |
|
10 |
Apparaatsuitgaven |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
271.998 |
263.248 |
259.062 |
258.147 |
257.869 |
|
Stand na nota van wijziging |
271.998 |
263.248 |
259.062 |
258.147 |
257.869 |
|
11 |
Nominaal en onvoorzien |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
– 16.181 |
– 19.005 |
– 19.136 |
– 19.180 |
– 19.186 |
|
Stand na nota van wijziging |
– 16.181 |
– 19.005 |
– 19.136 |
– 19.180 |
– 19.186 |
|
Totaal |
||||||
Stand voor nota van wijziging |
14.653.034 |
15.414.511 |
15.845.618 |
16.275.966 |
9.879.948 |
|
Maatregelen regeerakkoord |
25.000 |
7.000 |
– 162.000 |
– 328.000 |
– 363.000 |
|
Macro-economisch effect |
– 32.231 |
– 9.479 |
222.987 |
294.420 |
372.924 |
|
Stand na nota van wijziging |
14.645.803 |
15.412.032 |
15.906.605 |
16.242.386 |
9.889.872 |
Artikel |
Omschrijving |
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
---|---|---|---|---|---|---|
1 |
Volksgezondheid |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
666.585 |
683.262 |
652.695 |
647.837 |
667.093 |
|
Stand na nota van wijziging |
666.585 |
683.262 |
652.695 |
647.837 |
667.093 |
|
2 |
Curatieve zorg |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
3.521.459 |
3.202.760 |
3.252.854 |
3.372.849 |
3.477.608 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. H58 Stimulering medisch specialisten in loondienst/ participatiemodel |
0 |
16.000 |
8.000 |
8.000 |
0 |
|
Macro-economisch effect |
2.100 |
12.100 |
3.500 |
– 28.100 |
– 11.500 |
|
Stand na nota van wijziging |
3.523.559 |
3.230.860 |
3.264.354 |
3.352.749 |
3.466.108 |
|
3 |
Langdurige zorg en ondersteuning |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
3.905.370 |
3.929.571 |
4.000.617 |
4.068.804 |
4.138.773 |
|
Macro-economisch effect |
5.400 |
– 46.700 |
– 18.100 |
102.000 |
236.300 |
|
Stand na nota van wijziging |
3.910.770 |
3.882.871 |
3.982.517 |
4.170.804 |
4.375.073 |
|
4 |
Zorgbreed beleid |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
1.083.233 |
1.070.693 |
1.052.831 |
1.036.360 |
965.650 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. 67 verlaging eigen bijdragen Wlz |
2.000 |
2.000 |
2.000 |
2.000 |
2.000 |
|
Stand na nota van wijziging |
1.085.233 |
1.072.693 |
1.054.831 |
1.038.360 |
967.650 |
|
5 |
Jeugd |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
90.135 |
83.226 |
85.524 |
67.633 |
67.536 |
|
Stand na nota van wijziging |
90.135 |
83.226 |
85.524 |
67.633 |
67.536 |
|
6 |
Sport en bewegen |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
136.135 |
142.078 |
140.341 |
141.057 |
142.938 |
|
Stand na nota van wijziging |
136.135 |
142.078 |
140.341 |
141.057 |
142.938 |
|
7 |
Oorlogsgetroffenen en Herinnering Wereldoorlog II |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
272.798 |
255.318 |
240.176 |
225.662 |
211.415 |
|
Stand na nota van wijziging |
272.798 |
255.318 |
240.176 |
225.662 |
211.415 |
|
8 |
Tegemoetkoming specifieke kosten |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
5.265.822 |
5.736.128 |
6.028.362 |
6.484.229 |
6.817.525 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. M143 Aanpassing uitgavenraming zorgtoeslag als gevolg van aanpassing heffingvrije vermogen in box 3 |
14.000 |
14.000 |
14.000 |
14.000 |
14.000 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. H74 Aanpassing uitgavenraming zorgtoeslag als gevolg van maatregelen in de cure |
0 |
– 89.000 |
– 235.000 |
– 389.000 |
– 415.000 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. H76 aanpassing uitgavenraming zorgtoeslag als gevolg van hogere zorgpremies |
9.000 |
14.000 |
19.000 |
23.000 |
22.000 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. M133 verlaging normpercentage zorgtoeslag paren |
0 |
80.000 |
80.000 |
80.000 |
80.000 |
|
Maatregel regeerakkoord nr. M142 doorwerken verhoging algemene heffingskorting |
0 |
– 30.000 |
– 50.000 |
– 66.000 |
– 66.000 |
|
Macro-economisch effect |
– 39.731 |
25.121 |
237.587 |
220.520 |
148.124 |
|
Stand na nota van wijziging |
5.249.091 |
5.750.249 |
6.093.949 |
6.366.749 |
6.600.649 |
|
9 |
Algemeen |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
33.140 |
35.264 |
40.221 |
45.455 |
40.223 |
|
Stand na nota van wijziging |
33.140 |
35.264 |
40.221 |
45.455 |
40.223 |
|
10 |
Apparaatsuitgaven |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
272.223 |
263.467 |
259.281 |
258.247 |
257.869 |
|
Stand na nota van wijziging |
272.223 |
263.467 |
259.281 |
258.247 |
257.869 |
|
11 |
Nominaal en onvoorzien |
|||||
Stand vóór nota van wijziging |
– 16.222 |
– 19.005 |
– 19.136 |
– 19.180 |
– 19.186 |
|
Stand na nota van wijziging |
– 16.222 |
– 19.005 |
– 19.136 |
– 19.180 |
– 19.186 |
|
Totaal |
||||||
Stand voor nota van wijziging |
15.230.678 |
15.382.762 |
15.733.766 |
16.328.953 |
16.767.444 |
|
Maatregelen regeerakkoord |
25.000 |
7.000 |
– 162.000 |
– 328.000 |
– 363.000 |
|
Macro-economisch effect |
– 32.231 |
– 9.479 |
222.987 |
294.420 |
372.924 |
|
Stand na nota van wijziging |
15.223.447 |
15.380.283 |
15.794.753 |
16.295.373 |
16.777.368 |
De ontvangsten veranderen niet.
Financieel Beeld Zorg
1. Inleiding
In deze nota van wijziging (NVW) zijn de begrotingsaanpassingen in het niet amendeerbare deel van de VWS-begroting, namelijk de bruto Zorguitgaven en -ontvangsten voor 2018–2022 onder andere voortvloeiend uit het Regeerakkoord in de onderhavige begroting (TK 34 775 XVI, nr. 2) verwerkt.
Daarnaast is de term BKZ vervangen door Uitgavenplafond Zorg en de term BKZ-uitgaven en -ontvangsten door Zorguitgaven en -ontvangsten.
Portefeuilleverdeling
Minister van VWS is voor wat betreft het Financieel Beeld Zorg verantwoordelijk voor alle uitgaven en ontvangsten, met uitzondering van de Zorgverzekeringswet (Zvw), exclusief wijkverpleging en de ggz.
In de onderstaande paragrafen wordt verder ingegaan op de ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg en de ontwikkeling van de Zorguitgaven.
2. Ontwikkeling van het Uitgavenplafond Zorg en de Zorguitgaven
Voor de uitgavenkant van de begroting worden aan het begin van een kabinetsperiode afspraken gemaakt over het maximale uitgavenniveau: het Uitgavenplafond. Voor elk jaar wordt een plafond voor de totale uitgaven afgesproken dat niet overschreden mag worden. De hoogte van het
Uitgavenplafond wordt vervolgens jaarlijks aangepast aan prijsontwikkelingen. De Uitgavenplafonds van de sectoren Rijksbegroting, Sociale Zekerheid en Zorg samen vormen het totale Uitgavenplafond.
Het Uitgavenplafond Zorg is bij de start van het kabinet Rutte III voor de periode 2018–2021 vastgesteld bij Startnota. Voor het vaststellen van het Uitgavenplafond Zorg is uitgegaan van de netto Zorguitgaven bij Miljoenennota 2018 (2). Op deze stand zijn de maatregelen (3) en de macro-economische doorwerking (4) uit het Regeerakkoord verwerkt.
In tabel 1 is de opbouw van het Uitgavenplafond Zorg na verwerking van de Startnota te zien.
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
||
---|---|---|---|---|---|
1 |
Uitgavenplafond Zorg bij Startnota (=5) |
72.762 |
72.896 |
77.581 |
82.087 |
2 |
Zorguitgaven bij Miljoenennota 2018 |
72.557 |
76.887 |
81.517 |
86.457 |
3 |
Maatregelen Regeerakkoord |
172 |
– 5.284 |
– 6.145 |
– 7.175 |
4 |
Macro-economische doorwerking Regeerakkoord |
34 |
1.293 |
2.209 |
2.805 |
5 |
Zorguitgaven bij Startnota (=2 t/m 4) |
72.762 |
72.896 |
77.581 |
82.087 |
6 |
Over/onderschrijding Uitgavenplafond Zorg bij Startnota (=5–1) |
0 |
0 |
0 |
0 |
3. Verticale ontwikkeling van de Zorguitgaven en -ontvangsten
3.1. Verticale ontwikkeling van de totale Zorguitgaven en -ontvangsten
Tabel 2 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2018 de verticale ontwikkeling van de totale Zorguitgaven en -ontvangsten zien.
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
|
---|---|---|---|---|---|
Bruto Zorguitgaven ontwerpbegroting 2018 |
77.744,1 |
82.317,2 |
87.205,6 |
92.414,0 |
97.710,8 |
Bijstellingen in de bruto Zvw-uitgaven |
22,0 |
326,1 |
41,8 |
– 547,5 |
– 264,3 |
Bijstellingen in de bruto Wlz-uitgaven |
49,8 |
609,4 |
827,9 |
901,7 |
958,7 |
Bijstellingen in de bruto begrotingsgefinancierde Zorguitgaven |
17,0 |
– 5.208,0 |
– 5.218,9 |
– 5.287,8 |
– 5.289,7 |
Totaal bijstellingen |
88,8 |
– 4.272,5 |
– 4.349,2 |
– 4.933,6 |
– 4.595,3 |
Bruto Zorguitgaven Startnota |
77.832,9 |
78.044,7 |
82.856,4 |
87.480,4 |
93.115,5 |
Zorgontvangsten ontwerpbegroting 2018 |
5.187,5 |
5.430,5 |
5.689,1 |
5.957,2 |
6.232,4 |
Bijstellingen Zvw-ontvangsten |
– 100,7 |
– 236,5 |
– 382,9 |
– 532,9 |
– 573,0 |
Bijstellingen Wlz-ontvangsten |
– 16,2 |
– 44,8 |
– 30,5 |
– 30,5 |
– 30,5 |
Totaal bijstellingen |
– 116,9 |
– 281,3 |
– 413,4 |
– 563,4 |
– 603,5 |
Zorgontvangsten Startnota |
5.070,6 |
5.149,2 |
5.275,7 |
5.393,8 |
5.628,9 |
Netto Zorguitgaven ontwerpbegroting 2018 |
72.556,6 |
76.886,7 |
81.516,5 |
86.456,8 |
91.478,4 |
Bijstellingen in de netto Zorguitgaven |
205,7 |
– 3.991,2 |
– 3.935,8 |
– 4.370,2 |
– 3.991,8 |
Netto Zorguitgaven Startnota |
72.762,4 |
72.895,5 |
77.580,8 |
82.086,7 |
87.486,6 |
Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.
Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten
Tabel 3 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2018 de verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten zien.
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
|
---|---|---|---|---|---|
Bruto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2018 |
48.495,3 |
51.168,7 |
53.966,1 |
56.819,0 |
60.006,2 |
Bijstellingen Startnota |
|||||
Autonoom |
– 17,0 |
747,1 |
1.249,8 |
1.497,5 |
1.930,7 |
Loon- en prijsontwikkeling |
– 17,0 |
747,1 |
1.249,8 |
1.497,5 |
1.930,7 |
Beleidsmatig |
39,0 |
– 421,0 |
– 1.208,0 |
– 2.045,0 |
– 2.195,0 |
H51 Hoofdlijnenakkoorden 2019–2021 |
0,0 |
– 460,0 |
– 1.190,0 |
– 1.920,0 |
– 1.920,0 |
H52 Maatregelen genees- en hulpmiddelen |
0,0 |
– 61,0 |
– 158,0 |
– 305,0 |
– 465,0 |
H54 Gedragseffect derving eigen risico als gevolg van HLA+geneesmiddelen |
0,0 |
20,0 |
35,0 |
50,0 |
65,0 |
H55 Gedragseffect stabilisatie eigen risico |
39,0 |
80,0 |
105,0 |
130,0 |
125,0 |
Totaal bijstellingen |
22,0 |
326,1 |
41,8 |
– 547,5 |
– 264,3 |
Bruto Zvw-uitgaven Startnota |
48.517,3 |
51.494,8 |
54.007,9 |
56.271,5 |
59.741,9 |
Zvw-ontvangsten ontwerpbegroting 2018 |
3.308,4 |
3.492,5 |
3.676,8 |
3.863,3 |
4.053,4 |
Bijstellingen Startnota |
|||||
Autonoom |
0,3 |
9,5 |
15,1 |
19,1 |
24,0 |
Loon- en prijsontwikkeling |
0,3 |
9,5 |
15,1 |
19,1 |
24,0 |
Beleidsmatig |
– 101,0 |
– 246,0 |
– 398,0 |
– 552,0 |
– 597,0 |
H53 Doorwerking maatregelen Zvw (HLA en geneesmiddelen) |
0,0 |
– 43,0 |
– 92,0 |
– 141,0 |
– 184,0 |
H55 Stabilisatie eigen risico 2018–2021 |
– 101,0 |
– 203,0 |
– 306,0 |
– 411,0 |
– 413,0 |
Totaal bijstellingen |
– 100,7 |
– 236,5 |
– 382,9 |
– 532,9 |
– 573,0 |
Zvw-ontvangsten Startnota |
3.207,7 |
3.256,0 |
3.293,9 |
3.330,4 |
3.480,4 |
Netto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2018 |
45.186,9 |
47.676,1 |
50.289,3 |
52.955,7 |
55.952,7 |
Bijstellingen in de netto Zvw-uitgaven |
122,7 |
562,6 |
424,7 |
– 14,6 |
308,7 |
Netto Zvw-uitgaven Startnota |
45.309,6 |
48.238,7 |
50.714,0 |
52.941,1 |
56.261,5 |
Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.
Toelichting
STARTNOTA
Uitgaven
Autonoom
Loon- en prijsontwikkeling
De raming van de loon- en prijsbijstelling van de bruto-zorguitgaven is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).
Beleidsmatig
H51 Hoofdlijnenakkoorden 2019–2021
Er worden opnieuw hoofdlijnenakkoorden gesloten over medisch-specialistische zorg, geestelijke gezondheidszorg, huisartsen- en multidisciplinaire zorg en wijkverpleging met een totale opbrengst die oploopt tot 1,92 miljard euro per jaar vanaf 2021. Als de uitgaven onverwacht hoger uitvallen, dan wordt het macrobeheersingsinstrument ingezet.
H52 Maatregelen genees- en hulpmiddelen
Met een samenhangend pakket aan maatregelen moeten de uitgaven aan genees- en hulpmiddelen beter worden beheerst. Dit gebeurt zo veel mogelijk door een scherpere inkoop van genees- en hulpmiddelen (inclusief barcodering), een overheveling van extramuraal naar intramuraal en een aanpassing van de Wet geneesmiddelenprijzen. Sluitpost is een aanpassing van het Geneesmiddelenvergoedingensysteem (GVS). Per 2019 worden de GVS-bijbetalingen per verzekerde gemaximeerd op € 250 per jaar.
H54 Gedragseffect derving eigen risico als gevolg van hoofdlijnenakkoorden en maatregelen genees- en hulpmiddelen
De gematigde ontwikkeling van het verplicht eigen risico (als gevolg van het beperken van de curatieve zorguitgaven) leidt tot extra zorgconsumptie en extra zorguitgaven.
H55 Gedragseffect stabilisatie eigen risico
De stabilisatie van het verplicht eigen risico op € 385 leidt tot een verlaagd remgeldeffect, dat wil zeggen extra zorgconsumptie en extra zorguitgaven.
Ontvangsten
Autonoom
Loon- en prijsontwikkeling
De raming van de ontvangsten Zvw (de opbrengst van het eigen risico) is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).
Beleidsmatig
H53 Doorwerking maatregelen Zvw (HLA en geneesmiddelen)
Het beperken van de curatieve zorguitgaven als gevolg van de hoofdlijnenakkoorden en de maatregelen op het terrein van de genees- en hulpmiddelen leidt tot lagere ontvangsten van het verplicht eigen risico.
H55 Stabilisatie eigen risico 2018–2021
De stabilisatie van het verplicht eigen risico op € 385 levert een derving op van de opbrengst van het eigen risico.
3.2. Verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten
Tabel 4 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2018 de verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten zien.
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
|
---|---|---|---|---|---|
Bruto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2018 |
21.811,9 |
23.718,3 |
25.880,7 |
28.165,1 |
30.330,6 |
Bijstellingen Startnota |
|||||
Autonoom |
49,8 |
549,6 |
965,2 |
1.315,0 |
1.703,0 |
Loon- en prijsontwikkeling |
49,8 |
549,6 |
965,2 |
1.315,0 |
1.703,0 |
Beleidsmatig |
0,0 |
136,0 |
208,0 |
213,0 |
188,0 |
H72 Terugdraaien taakstelling Wlz |
0,0 |
136,0 |
208,0 |
213,0 |
188,0 |
Technisch |
0,0 |
– 76,3 |
– 345,3 |
– 626,3 |
– 932,3 |
Overheveling volumegroei Wmo en Jeugd tranche 2019 |
0,0 |
– 76,3 |
– 76,3 |
– 76,3 |
– 76,3 |
A2 Accreseff. incl. aanpassing normeringssystematiek GF/PF |
0,0 |
0,0 |
– 269,0 |
– 550,0 |
– 856,0 |
Totaal bijstellingen |
49,8 |
609,4 |
827,9 |
901,7 |
958,7 |
Bruto Wlz-uitgaven Startnota |
21.861,7 |
24.327,7 |
26.708,6 |
29.066,8 |
31.289,3 |
Wlz-ontvangsten ontwerpbegroting 2018 |
1.879,1 |
1.938,0 |
2.012,3 |
2.093,9 |
2.179,0 |
Bijstellingen Startnota |
|||||
Beleidsmatig |
– 16,2 |
– 44,8 |
– 30,5 |
– 30,5 |
– 30,5 |
H67 Verlaging eigen bijdragen Wlz |
– 16,2 |
– 44,8 |
– 30,5 |
– 30,5 |
– 30,5 |
Totaal bijstellingen |
– 16,2 |
– 44,8 |
– 30,5 |
– 30,5 |
– 30,5 |
Wlz-ontvangsten stand Startnota |
1.862,9 |
1.893,1 |
1.981,7 |
2.063,3 |
2.148,4 |
Netto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2018 |
19.932,8 |
21.780,4 |
23.868,4 |
26.071,3 |
28.151,7 |
Bijstellingen in de netto Wlz-uitgaven |
66,0 |
654,2 |
858,4 |
932,2 |
989,2 |
Netto Wlz-uitgaven Startnota |
19.998,8 |
22.434,6 |
24.726,8 |
27.003,5 |
29.140,9 |
Bron: VWS, gegevens Zorginstituut over (voorlopige) financieringslasten Zvw en Wlz en NZa-gegevens over de productieafspraken en (voorlopige) realisatiegegevens.
Toelichting
STARTNOTA
Uitgaven
Autonoom
Loon- en prijsontwikkeling
De raming van de loon- en prijsbijstelling van de bruto-zorguitgaven is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).
Beleidsmatig
H72 Terugdraaien taakstelling Wlz
Bij de begrotingsvoorbereiding voor 2018 is een niet-ingevulde taakstelling op de zorguitgaven geboekt om het beeld voor het Uitgavenplafond Zorg sluitend te maken. Deze taakstelling wordt in het Regeerakkoord teruggedraaid.
Overheveling volumegroei Wmo en Jeugd tranche 2019
De gereserveerde middelden voor de volume-indexatie 2019 van de Wmo- en jeugdbudgetten die voorheen tot het BKZ behoorden, worden (met uitzondering van de middelen voor de indexatie van het budget voor beschermd wonen) overgeheveld naar de algemene uitkering van het gemeentefonds en vallen daarmee onder het Uitgavenplafond voor de Rijksbegroting. De loon- en prijsindexatie 2018 en 2019 voor deze budgetten blijft conform reguliere begrotingssystematiek gereserveerd op de Wlz en wordt bij Voorjaarsnota van het betreffende jaar op basis van de dan actuele indices overgeheveld naar het gemeentefonds (Uitgavenplafond rijksbegroting).
A2 Accreseffect inclusief aanpassing normeringsystematiek gemeentefonds/provinciefonds
De gereserveerde middelden voor de indexatie van de Wmo- en jeugdbudgetten die voorheen tot het BKZ behoorden, worden (met uitzondering van de middelen voor de indexatie van het budget voor beschermd wonen) vanaf 2020 afgeboekt omdat vanaf dat jaar de accressystematiek gaat gelden die vanuit het Uitgavenplafond voor de Rijksbegroting loopt.
Ontvangsten
Beleidsmatig
H67 Verlaging eigen bijdragen Wlz
De vermogensinkomensbijtelling Wlz wordt gehalveerd naar 4%. Daarnaast wordt de overgangstermijn van de lage eigen bijdrage aangepast naar 4 maanden; mensen betalen bij verhuizing naar een instelling of accommodatie voortaan 4 maanden de lage eigen bijdrage en daarna de hoge eigen bijdrage. Deze maatregel is van toepassing op cliënten die vanaf 2019 in een instelling komen wonen (geen effect op bestaande bewoners). Tot slot wordt het marginale tarief van de lage eigen bijdrage verlaagd naar 10%.
3.3. Verticale ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde Zorguitgaven
Tabel 5 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2018 de verticale ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde Zorguitgaven zien.
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
|
---|---|---|---|---|---|
Netto begrotingsgefinancierde Zorguitgaven ontwerpbegroting 2018 |
7.437,0 |
7.430,2 |
7.358,9 |
7.429,9 |
7.374,0 |
Bijstellingen Startnota |
|||||
Autonoom |
1,2 |
5,6 |
9,0 |
11,3 |
14,1 |
Loon- en prijsontwikkeling |
1,2 |
5,6 |
9,0 |
11,3 |
14,1 |
Beleidsmatig |
15,8 |
33,2 |
24,5 |
19,5 |
11,5 |
H58 Stimulering medisch specialisten in loondienst/participatiemodel |
0,0 |
16,0 |
8,0 |
8,0 |
0,0 |
H67 Verlaging eigen bijdragen beschermd wonen |
0,8 |
2,2 |
1,5 |
1,5 |
1,5 |
H62 Onafhankelijke cliëntondersteuning |
15,0 |
15,0 |
15,0 |
10,0 |
10,0 |
Technisch |
0,0 |
– 5.246,8 |
– 5.252,4 |
– 5.318,6 |
– 5.315,3 |
Overheveling sociaal domein Wmo |
0,0 |
– 3.334,7 |
– 3.340,3 |
– 3.402,7 |
– 3.399,3 |
Overheveling sociaal domein Jeugd |
0,0 |
– 1.912,1 |
– 1.912,1 |
– 1.915,9 |
– 1.915,9 |
Totaal bijstellingen |
17,0 |
– 5.208,0 |
– 5.218,9 |
– 5.287,8 |
– 5.289,7 |
Netto begrotingsgefinancierde Zorguitgaven Startnota |
7.454,0 |
2.222,2 |
2.140,0 |
2.142,1 |
2.084,3 |
Toelichting
STARTNOTA
Uitgaven
Autonoom
Loon- en prijsontwikkeling
De raming van de loon- en prijsbijstelling van de bruto-zorguitgaven is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).
Beleidsmatig
H58 Stimulering medisch specialisten in loondienst/participatiemodel
Voor meer gelijkgerichtheid in het ziekenhuis stimuleren we dat medisch specialisten de stap maken naar het participatiemodel of loondienst.
H67 Verlaging eigen bijdragen beschermd wonen
De maatregelen op het terrein van de verlaging van de eigen bijdragen Wlz hebben gevolgen voor de groep mensen die op grond van de Wmo een eigen bijdrage betalen voor beschermd wonen omdat voor deze groep dezelfde eigen bijdrage systematiek geldt als in de Wlz.
Gemeenten worden door het Rijk gecompenseerd voor de eigen bijdragederving die hiervan het resultaat is. Het gaat om een bedrag van structureel € 1,5 miljoen.
H62 Onafhankelijke cliëntondersteuning
Er wordt door dit kabinet extra geïnvesteerd in onafhankelijke cliëntondersteuning. In samenspraak moeten gemeenten en zorgkantoren zorgen voor een grotere bekendheid, vindbaarheid en professionaliteit van cliëntondersteuning.
Technisch
Overheveling sociaal domein Wmo
Het Wmo-budget dat voorheen tot het Uitgavenplafond Zorg behoorde, wordt (met uitzondering van het budget voor beschermd wonen) vanaf 2019 overgeheveld naar de algemene uitkering van het gemeentefonds en komt daarmee onder het Uitgavenplafond voor de Rijksbegroting.
Overheveling sociaal domein Jeugd
Het jeugdbudget dat voorheen tot het Uitgavenplafond Zorg behoorde, wordt vanaf 2019 overgeheveld naar de algemene uitkering van het gemeentefonds en komt daarmee onder het Uitgavenplafond voor de Rijksbegroting.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge
De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins