Voorgesteld 5 juli 2018
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er nog veel onduidelijkheid is over de uiteindelijke invulling van de maatschappelijke diensttijd en de kosten van de daarvoor op te bouwen structuur;
van mening dat de uiteindelijke voorgestelde infrastructuur van de maatschappelijke diensttijd wellicht grote overeenkomsten zal hebben met de reeds bestaande structuur van de maatschappelijke stage;
verzoekt de regering, de optie open te houden om de besteding van deze 100 miljoen euro structureel te benutten voor de versterking van maatschappelijke stages in het onderwijs in plaats van het opbouwen van een geheel nieuwe infrastructuur voor de maatschappelijke diensttijd,
en gaat over tot de orde van de dag.
Hijink