Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 mei 2018
Op 9 mei jl. stuurde ik u een reactie (Kamerstuk 34 775 X, nr. 103) op het verzoek van de vaste commissie voor Defensie van 20 april 2018 om in te gaan op de volledigheid van het mandaat voor CAO-onderhandelingen, alsmede te laten weten hoe ik tijdig een onderhandelingsresultaat denk te bereiken. Met deze brief wil ik een punt in mijn reactie verduidelijken.
In het arbeidsvoorwaardenakkoord (AV-akkoord) dat Defensie op 24 november 2017 met de centrales van overheidspersoneel overeen is gekomen, is afgesproken dat er met ingang van 1 oktober 2018 overeenstemming is over een structurele defensiespecifieke pensioenregeling voor militairen die per 1 januari 2019 zal worden geïmplementeerd. Er is geen specifieke termijn verbonden in het huidige AV-akkoord aan het overeenkomen van een nieuw AV-akkoord. In mijn vorige brief had dit wel zo gelezen kunnen worden. Wel loopt het huidige AV-akkoord op 1 oktober 2018 af. Dit maakt dat ik mijn uiterste best doe om ook het huidige AV-akkoord, tijdig op te laten volgen door een nieuw akkoord.
De Staatssecretaris van Defensie, B. Visser