Kamerstuk 34556-7

Amendement van het lid Van Weyenberg over terugdraaien van het afschaffen van de monumentenaftrek

Dossier: Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 met het oog op afschaffing van de aftrek van uitgaven voor monumentenpanden (Wet fiscale maatregel rijksmonumenten)

Gepubliceerd: 2 november 2016
Indiener(s): Steven van Weyenberg (D66)
Onderwerpen: belasting financiƫn
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34556-7.html
ID: 34556-7

Nr. 7 AMENDEMENT VAN HET LID VAN WEYENBERG

Ontvangen 2 november 2016

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Artikel I vervalt.

II

In artikel II, onderdeel A, wordt «onderdeel d (nieuw) tot onderdeel c» vervangen door: onderdelen d en e tot onderdelen c en d.

III

In artikel II, onderdeel E, wordt «artikel 10a.19» vervangen door «artikel 10a.18» en wordt «Artikel 10a.20» vervangen door: Artikel 10a.19.

IV

Na artikel II worden drie artikelen ingevoegd, luidende:

ARTIKEL IIA

In de Wet op de accijns wordt met ingang van 1 april 2017 het tarief, genoemd in artikel 35, eerste lid, onderdeel c, verhoogd met € 35,13.

ARTIKEL IIB

In de Wet op de accijns wordt met ingang van 1 april 2018 het tarief, genoemd in artikel 35, eerste lid, onderdeel c, verlaagd met € 20,23.

ARTIKEL IIC

In de Wet op de accijns wordt met ingang van 1 april 2019 het tarief, genoemd in artikel 35, eerste lid, onderdeel c, verlaagd met € 1,24.

V

Artikel III vervalt.

VI

Artikel IV, onderdeel A, komt te luiden:

A

In artikel 3.32 wordt «artikel 10a.18» vervangen door «artikel 10a.19» en wordt «Artikel 10a.19» vervangen door: Artikel 10a.20.

VII

In artikel IV, onderdeel B, wordt «artikel 10a.20» vervangen door «artikel 10a.19» en wordt «artikel 10a.21» vervangen door: artikel 10a.20..

VIII

Artikel V vervalt.

Toelichting

Met dit amendement wordt de maatregel tot het afschaffen van de aftrek van uitgaven voor monumentenpanden teruggedraaid. Zo wordt de bezuiniging van € 57 miljoen volledig teruggedraaid waardoor het onderhoud van Rijksmonumenten niet in gevaar komt en het Nederlands cultureel erfgoed kan worden behouden. Het terugdraaien van de bezuiniging wordt gedekt door een verhoging van de accijns op rooktabak. Door de gehele fiscale regeling te dekken, is de 32 miljoen euro voor een vervangende subsidieregeling op de begroting van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW), niet langer noodzakelijk. Dit bedrag kan deels ingezet worden voor het University College for Engineering and Innovation (Bèta college) in Zeeland. Dit wordt verder behandeld bij de begrotingsbehandeling van OCW.

Omdat een verhoging van de accijns op tabaksproducten in verband met het aanvragen en produceren van nieuwe accijnszegels niet eerder in werking kan treden dan met ingang van 1 april 2017 wordt het accijnstarief van rooktabak met ingang van 1 april 2017 zodanig verhoogd dat over 2017 een opbrengst van € 57 miljoen wordt gerealiseerd. Daarbij is rekening gehouden met een gedragseffect van 60% en met het feit dat tabaksfabrikanten en -groothandelaren nog tot uiterlijk eind mei 2017 rooktabak met oude accijnszegels (waarover al accijns is betaald tegen het oude tarief) mogen verkopen en afleveren aan de detailhandel. Met ingang van 1 april 2018 en 1 april 2019 wordt het accijnstarief van rooktabak weer zodanig verlaagd, rekening houdend met een gedragseffect van 40%, dat vanaf het jaar 2018 structureel een opbrengst van € 57 miljoen wordt gerealiseerd.

Van Weyenberg