Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 september 2016
Tijdens het debat over de voorjaarsnota (Kamerstuk 34 485, nr. 1) op 6 juli jl. heb ik met het lid Grashoff gesproken over welke asieluitgaven op welke manier zijn gefinancierd uit de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (BHOS) (Handelingen II 2015/16, nr. 105, item 14). Met voorliggende brief informeer ik uw Kamer zoals toegezegd hierover nader, mede namens de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
Tabel 1 geeft de uitgaven voor eerstejaarsopvang van asielzoekers weer die conform de OESO-DAC criteria zijn toegerekend aan Official Development Assistance (ODA) op de BHOS begroting. De kosten van bijvoorbeeld de asielprocedure vallen hier niet onder. Belangrijke bepalende factoren voor de omvang van de eerstejaarsopvangkosten zijn het aantal asielzoekers, de gemiddelde opvangduur per asielzoeker en de kosten per opvangplek.
De kosten voor eerstejaarsopvang 2014 en 2015 zijn gebaseerd op een instroom van 29.890 respectievelijk 58.000.1 Voor 2016 en 2017 zijn de verwachte kosten opgenomen, gebaseerd op de raming van de asielinstroom in de betreffende jaren van respectievelijk 58.000 en 42.000. De raming van de asielinstroom en van de opvangkosten is met substantiële onzekerheid omgeven omdat ze afhangen van moeilijk te voorspellen ontwikkelingen in de landen en regio’s van herkomst.
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
|
---|---|---|---|---|---|
Eerstejaarsopvangkosten ODA |
697 |
1.186 |
713 |
900 |
383 |
Om de toerekening per jaar meer in lijn te brengen met de werkelijke kosten, is vanaf 2016 de toerekening verdeeld over de twee jaren dat de kosten gemaakt worden. Gemiddeld genomen wordt namelijk 1/3 deel van de opvangkosten voor een asielzoeker die instroomt in jaar t gemaakt in jaar t+1. Als gevolg van deze systeemaanpassing is de toerekening aan ODA in 2016 eenmalig lager, ondanks de hogere instroomraming in dat jaar.
In de begroting van Veiligheid en Justitie voor 2017 is een overzicht opgenomen van het aan ODA toegerekende deel van de opvangkosten van asielzoekers. Dit overzicht is opgenomen naar aanleiding van een toezegging van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (Kamerstuk 34 000, nr. 58).
Tabel 2 geeft een overzicht van de budgettaire dekking. De dekking van de stijging in de kosten van eerstejaarsasielopvang als gevolg van de hogere instroom(raming) is merendeels gevonden binnen het meerjarige ODA-budget. Dit betreft onder andere meevallers binnen het ODA-beleidsterrein en met name de budgettaire ruimte die ontstaat door de koppeling die het kabinet legt tussen de ontwikkeling van het bruto nationaal inkomen (BNI) en het ODA-budget (als het BNI met een zeker bedrag toe(af)neemt, dan neemt het ODA-budget met 0,7%-punt daarvan toe (af)). Om de bestaande ODA-programmalijnen zoveel mogelijk te ontzien is besloten om ook meerjarige doorwerking van BNI-ruimte als dekking in te zetten. Dat betekent wel dat deze BNI-ruimte niet inzetbaar is voor nieuwe programma’s en niet inzetbaar is om te salderen met de doorwerking van een negatieve BNI-ontwikkeling. Daarnaast heeft het kabinet extra middelen toegevoegd aan het ODA-budget om de kosten voor asielopvang te financieren.
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
|
---|---|---|---|---|---|
Basisasielraming MN 2014 |
234 |
||||
Basisasielraming MN 2015 |
297 |
296 |
296 |
295 |
|
Dekking binnen ODA (BNI-ruimte, meevallers) |
88 |
539 |
417 |
604 |
88 |
Toevoeging aan ODA-budget |
375 |
350 |
|||
totaal |
697 |
1.186 |
713 |
900 |
383 |
De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem