Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 september 2017
In de brief van 7 juli jl. heeft de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport verzocht om uw Kamer een overzicht te verstrekken van de stukken die wij voornemens zijn nog dit jaar aan uw Kamer te sturen.
Hierbij zenden wij u een overzicht van alle moties en toezeggingen waaraan wij dit jaar hopen te voldoen1. Voor iedere motie en toezegging is een stand van zaken opgenomen. De ervaring leert dat op het brede terrein van de volksgezondheid, welzijn en sport zich tal van actuele ontwikkelingen kunnen voordoen die ook om een reactie vragen. Het kan zijn dat deze ontwikkelingen van invloed zijn op de timing van reeds aangekondigde stukken.
Ook is een wetgevingsoverzicht bijgevoegd dat van belang is voor de periode tot 1 januari 20182. Dat overzicht bestaat uit twee delen.
Het eerste deel omvat:
– de bij de Eerste Kamer aanhangige wetgeving. Niet alleen vanwege de overzichtelijkheid, maar ook omdat een enkele novelle tot aanpassing van die wetgeving is aangekondigd die door uw Kamer zal worden behandeld.
– daarnaast is in het wetgevingsoverzicht de bij uw Kamer aanhangige wetgeving opgenomen
– en bevat het die wetsvoorstellen die ter advisering zijn voorgelegd aan de Raad van State of wetsvoorstellen waarover het advies is ontvangen en waarvoor een nader rapport in voorbereiding is.
Naar verwachting zal een aanzienlijk deel van deze laatstgenoemde categorie wetsvoorstellen nog dit jaar kunnen worden ingediend.
In deel 2 zijn de voor te hangen AMvB’s opgenomen.
Wij merken op dat de demissionaire periode waarin het kabinet zich bevindt noopt tot meer voorzichtigheid bij het aangeven van de planning dan gebruikelijk. Een deel van de in het overzicht opgenomen wetgeving is door uw Kamer controversieel verklaard. Tegelijkertijd geldt dat een aantal onderwerpen zich
meer zal lenen om te worden overgelaten aan een volgend kabinet. Daarbij spelen de kabinetsformatie, nieuw opgekomen vraagstukken bij de behandeling van wetsvoorstellen een rol. Afhankelijk van de duur van de formatie bekijken wij opnieuw of het aanbieden van wetsvoorstellen aan uw Kamer opportuun is.
Graag willen wij benadrukken dat de planning om de hierboven genoemde redenen een indicatief karakter heeft.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn