Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 21 november 2016
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de regering structureel 10 miljoen euro extra beschikbaar stelt voor topsport en dit een belangrijke impuls kan geven aan het topsportklimaat in Nederland;
overwegende dat de extra middelen voor topsport nader ingevuld dienen te worden en dat slagvaardig handelen cruciaal is in deze periode na de Olympische Spelen van Rio en in aanloop naar de Olympische Spelen in Tokio;
overwegende dat de sportbonden en NOC*NSF baat hebben bij een financieel kader zodat zij weten waar ze aan toe zijn;
verzoekt de regering, de extra beschikbare 10 euro miljoen structureel als volgt in te zetten:
– 8 miljoen euro specifiek voor topsport met als bestedingsrichtingen: investeren in talentvolle en kansrijke sportprogramma's waarbij sportbonden eindverantwoordelijk blijven voor de programma's, maatwerkfinanciering voor en verbreding van de focus- en topsportprogramma's, innovatie, ondersteuning van stand-alone topsporters, ondersteuning van nieuwe takken van sport op de Olympische Spelen en vergroten van de talent- en opleidingsprogramma's;
– 1 miljoen euro specifiek voor paralympische sport met als bestedingsrichtingen: het doorontwikkelen van de paralympische sport, paralympisch maatwerk op het gebied van bijvoorbeeld materiaalkennis en innovatie en talentontwikkeling specifiek gericht op de paralympische sport;
– 1 miljoen euro flankerend aan topsport met onder andere als bestedingsrichtingen: de stipendiumregeling en het optimaliseren van de coachesopleidingen waarbij het Ministerie van VWS een landschapsverkenning doet om het opleidingslandschap te vereenvoudigen, te versterken en te professionaliseren, waarbij partners zoals bijvoorbeeld alo's, de CIOS'en, sportbonden en NLcoach nauw betrokken worden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Rudmer Heerema