Ontvangen 22 november 2016
In het voorstel van wet tot vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) voor het jaar 2017 (TK, 34 550 XIII, nr. 1) wordt de begrotingsstaat als volgt gewijzigd (Bedragen x € 1.000):
|
Art. |
Omschrijving |
Stand van ontwerpbegroting vóór |
Stand van ontwerpbegroting |
||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
|
nota van wijziging |
na nota van wijziging |
||||||
|
Verplichtingen |
Uitgaven |
Ontvangsten |
Verplichtingen |
Uitgaven |
Ontvangsten |
||
|
6 |
Concurrerende, duurzame, veilige agro-, visserij- en voedselketens |
650.823 |
538.382 |
57.398 |
650.823 |
538.382 |
57.398 |
De budgettaire wijziging vindt plaats binnen het beleidsartikel 6 (Concurrerende, duurzame, veilige agro-, visserij- en voedselketens) en heeft derhalve geen gevolgen voor de totaaltelling van het beleidsartikel.
Op vrijdag 18 november heeft de Staatssecretaris van Economische Zaken de Tweede Kamer geïnformeerd over het maatregelenpakket waarmee in 2017 de benodigde fosfaatreductie wordt gerealiseerd (TK, 34 532, nr. 45). LTO Nederland, NZO, Nevedi, NAJK, NMV en Rabobank committeren zich aan een maatregelenpakket dat tot doel heeft de fosfaatproductie in Nederland voor het eind van 2017 terug te brengen tot het niveau dat is toegestaan op basis van de derogatiebeschikking Nitraatrichtlijn. Het pakket richt zich op fosfaatreductie in 2017.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) prognosticeert op basis van de meest actuele gegevens dat het fosfaatproductieplafond in 2016 met 6,6 miljoen kilogram wordt overschreden. Het maatregelenpakket moet ruim voldoende zijn om de fosfaatproductie met ruim 6,6 miljoen kilogram te verkleinen. Een pakket van voldoende omvang is noodzakelijk om rekening te kunnen houden met een hogere fosfaatproductie en een kleinere opbrengst van de maatregelen dan nu wordt verwacht. De daling wordt lineair gedurende het jaar 2017 gerealiseerd.
Op 18 juli 2016 heeft Eurocommissaris Hogan een nieuw steunpakket van maatregelen van de Europese Commissie voor de melkvee- en varkenshouderij toegelicht. Onderdeel hiervan is een nationale enveloppe van bijna € 23 mln, waarmee Nederland flexibel kan inspelen op de situatie in de melkvee- en varkenshouderij. Deze nationale enveloppe wordt ingezet om bij te dragen aan de noodzakelijke fosfaatreductie. Aanvullend daarop zal, zoals gemeld in de brief van 18 november jl., € 7 mln beschikbaar worden gesteld binnen het beleidsartikel 6 (Concurrerende, duurzame, veilige agro-, visserij, en voedselketens). Het betreft een verhoging van € 7 mln op het onderdeel «Subsidies» (Duurzame veehouderij). De dekking komt uit het niet-juridisch verplichte deel van beleidsartikel 6. Het gaat om € 4 mln budget van het onderdeel «Medebewind en overige voormalige publieke PBO-taken» en € 3 mln budget vanuit de «Bijdrage begrotingsreserve Borgstellingsfaciliteit». Dit betekent dat het beschikbare budget van € 3 mln in 2017 niet wordt gestort in de Begrotingsreserve Begrotingsfaciliteit. Naar huidige inzichten is het reeds beschikbare bedrag in de reserve toereikend om de schadebetalingen in 2017 te kunnen opvangen.
De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp