Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 november 2016
U heeft mij verzocht om een brief over de door de Belgische overheid aangekondigde investeringen in infrastructuur en mijn inzet in dezen, alsmede over de metingen van de Verkeersinformatiedienst (VID) van de verkeersdrukte in de grensstreek met België, en de vraag of de gegevens van de VID hierover verschillen met die van de provincie Noord-Brabant en Rijkswaterstaat.
Zoals in het mondelinge vragenuur op 27 september 2016 door Minister Asscher is toegezegd (Handelingen II 2016/2017, nr. 4, item 4), doet Rijkswaterstaat onderzoek naar de verkeerseffecten in Nederland en kijkt daarbij naar een mogelijk verband met de invoering van de Belgische kilometerheffing. Dit onderzoek zal in het voorjaar van 2017 gereed zijn. Daarbij wordt ook gekeken naar cijfers uit andere bronnen. Het overleg met de provincie en de gemeenten wordt geïntensiveerd.
Vooralsnog blijkt echter dat de route door de grensgemeentes noch volgens TLN, noch volgens ViaPass, de Belgische inter-gewestelijke organisatie die zorg draagt voor de kilometerheffing in België, een logisch alternatief is. ViaPass neemt geen toename van sluipverkeer waar aan de Belgische zijde van de grens. Daarbij is de situatie van vrachtverkeer door gemeentes, hoewel problematisch, reeds langer bekend. Dit benadrukt bij mij het belang van goed onderzoek, om een eventuele link met de kilometerheffing eenduidig vast te kunnen stellen. Ik zal u te zijner tijd uiteraard informeren over de uitkomsten van het onderzoek.
Voorts spreek ik zoals ook gemeld door Minister Asscher mijn Vlaamse collega Minister Weyts regelmatig over dit onderwerp.
Daarnaast heeft u mij gevraagd in te gaan op de aangekondigde investeringen in de infrastructuur in Vlaanderen en mijn inzet hierbij. De verantwoordelijkheid voor infrastructuurinvesteringen in Vlaanderen ligt bij Minister Weyts. Ik begrijp dat hij € 2 miljard investeert in grootschalige werken aan de ring rond Brussel. Daarnaast wordt ook geïnvesteerd in nieuwe tramlijnen, fietsinfrastructuur en groen. In de begroting voor 2017 wordt door het Vlaams gewest € 100 miljoen extra vrijgemaakt voor wegenbouw. Het jaarbudget van Minister Weyts zou daarmee stijgen van € 350 naar 450 miljoen.
Vanuit mijn ministerie worden tot slot met name de verbindingen gevolgd die over de grens gaan en als zodanig belangrijk zijn voor het vrachtvervoer, zoals de N69
in Noord-Brabant, die aansluit op de N74 in België, tussen Eindhoven en Hasselt. In 2012 is een akkoord gesloten om de N69 te verleggen (grenscorridor N69). Met een nieuw tracé wordt het vrachtverkeer om Valkenswaard en Waalre heen geleid.
De N62 in Zeeland, tussen Goes en de grensovergang, wordt verdubbeld van 2x1 naar 2x2 rijstroken. Tot slot heb ik voor de A67 Leenderheide-Zaarderheiken in Limburg op 12 oktober jl. de startbeslissing genomen. De A67 is de internationale doorvoerroute van Antwerpen en Rotterdam naar het Roergebied en is ook van regionaal en lokaal belang voor de regio’s Eindhoven (Brainport) en Venlo (Greenport). Er is op deze route uitzonderlijk veel vrachtverkeer. Uitgangspunt voor het project is volgens afspraak: «Smart Mobility waar mogelijk en capaciteitsvergroting waar nodig». Prioriteit voor maatregelen ligt op het traject Leenderheide-Asten.
De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus