Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 juni 2017
Graag bied ik hierbij de reactie aan op het verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van 11 mei 2017 inzake stand van zaken moties en amendementen.
Amendement Ten Broeke c.s. van 5 december 2016 (Kamerstuk 34 550 V, nr. 52)
Het Ministerie van Buitenlandse Zaken richt voor 2017 conform het amendement Ten Broeke een BZ Eenheid Huwelijksdwang op. Door oprichting van deze eenheid wordt expertise binnen het Ministerie van Buitenlandse Zaken gebundeld en de capaciteit van het ministerie voor de aanpak van huwelijksdwang vergroot.
De eenheid zal zich richten op de behandeling en opsporing van huwelijksdwangzaken, het trainen van diplomatieke en consulaire medewerkers op het gebied van huwelijksdwang, en op het begeleiden van posten in probleemlanden1 bij het uitwerken van hun draaiboeken voor de behandeling van huwelijksdwangzaken. De eenheid brengt de bestaande BZ-expertise en capaciteit samen op het gebied van bestrijding van gedwongen huwelijk. Daaraan wordt nieuwe capaciteit toegevoegd. Het gaat om twee à drie experts op het gebied van huwelijksdwang.
Het ministerie zal budget beschikbaar stellen aan posten in probleemlanden om de capaciteit van deze posten te versterken met lokale op huwelijksdwang gespecialiseerde (nationale en/of regionale) experts, die zich ook inzetten op het achterhalen van slachtoffers. Er vindt geen Nederlandse recherche in het buitenland plaats. Dit kan niet op basis van huidige internationale verdragen en de soevereiniteit van andere landen, net zomin als buitenlandse ambassades dat in Nederland kunnen. De eenheid zal in haar werkzaamheden consulteren en samenwerken op alle voor huwelijksdwang relevante niet-consulaire vakgebieden, zoals recherche en zorg. Experts op deze gebieden zullen waar mogelijk worden betrokken bij zowel de casusbehandeling als bij de capaciteitsopbouw in de probleemlanden.
De eenheid zal adviseren en onderzoeken welke mogelijkheden er zijn voor het ministerie om opsporing en melding van slachtoffers in probleemlanden te vergemakkelijken. In aanvulling op de bestaande informatie via landelijke campagnes van SZW, zullen de websites van ambassades in probleemlanden helderder informatie opnemen voor (melding van) slachtoffers van huwelijksdwang. In probleemlanden zal de eenheid zich met de ambassades ook richten op het verkennen van mogelijkheden voor het verbeteren van de lokale infrastructuur voor opvang van-, advies aan- en begeleiding van terugkeer van slachtoffers naar Nederland. Ook zal per land worden bekeken of en zo ja op welke wijze ambassades de samenwerking met de lokale autoriteiten kunnen verbreden, mits dit de veiligheid van de slachtoffers niet schaadt en mits dit bijdraagt aan een veilige terugkeer naar Nederland van slachtoffers.
De eenheid zal proactief en in gezamenlijkheid met het Landelijk Knooppunt Huwelijksdwang en Achterlating (LKHA2) en het Landelijk Expertise Centrum Eergerelateerd geweld van de politie (LEC EGG3) slachtoffers bij staan in hun verzoek om terug te keren naar Nederland. Tot op heden zijn er in 2017 wereldwijd vier gevallen met succes bijgestaan. Het ministerie zal eenmalig EURO 25.000,– investeren in het op te richten ticketfonds van het LKHA opdat de voorfinanciering van de kosten voor terugkeer van slachtoffers van huwelijksdwang gedekt is en achteraf op gemeentelijk niveau kan worden geregeld.
De eenheid zal tevens investeren in internationale samenwerking en gaat proactief op zoek naar mogelijkheden om de bestaande samenwerking in EU-verband en met landen als Noorwegen, Canada en het Verenigd Koninkrijk te bestendigen en te versterken. Nederland heeft tijdens het EU-voorzitterschap in 2016 het onderwerp familiezaken (inclusief huwelijksdwang) geprioriteerd binnen de EU-consulaire samenwerking. Zo wordt momenteel in Pakistan in EU-verband en in samenwerking met Noorwegen, Canada en VS gewerkt aan een initiatief om het probleem van huwelijksdwang beter te kunnen aanpakken. De intensivering van de samenwerking met Noorwegen verdient bijzondere aandacht gegeven de vergelijkbare problematiek en aanpak in Nederland en in Noorwegen.
De eenheid zal data verzamelen die na de zomer worden geanalyseerd met als doel de deskundigheid in de prioriteitslanden en op de Nederlandse ambassades verder te verhogen. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken verwacht uiterlijk zomer 2018 te rapporteren aan de Kamer over de resultaten en bevindingen waarbij een advies zal worden gegeven over toekomstige inzet.
Voor de doelstelling de oprichting van een BZ Eenheid Huwelijksdwang bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken, wordt binnen de begroting van BZ een budget beschikbaar gesteld van EUR 1,5 miljoen in 2017.
Amendement van het lid Sjoerdsma c.s. van 30 november 2016 (Kamerstuk 34 550 V, nr. 46)
Het Ministerie van Buitenlandse Zaken start een nieuwe fase van de modernisering van de consulaire dienstverlening waarmee meer aandacht komt voor de belangen van de Nederlanders in het buitenland. Het programma Modernisering Consulaire Diplomatie 2.0. richt zich op snellere en betere dienstverlening aan de ruim één miljoen Nederlanders in het buitenland.
Nederlanders zullen in 2020 wereldwijd op efficiënte wijze digitaal consulaire producten en diensten, zoals een paspoort kunnen aanvragen. De klant wordt hierin ondersteund door de informatie die hij van het Ministerie van Buitenlandse Zaken ontvangt, onder andere via de totaal vernieuwde en doelgroep- en taakgerichte websites van BZ, inclusief die van het 24/7 Contact Center. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken zal voorts verkennen of en hoe de digitale dienstverlening kan worden uitgebreid met diensten die door andere departementen aan de Nederlander in het buitenland worden aangeboden. Zo is het op dit moment al op 14 posten met grote Nederlandse gemeenschappen mogelijk om een DigiD ter plaatse aan te vragen. Verkend wordt of deze dienstverlening verder kan worden uitgebreid en ook digitaal kan worden aangeboden.
De consulaire dienstverlening aan Nederlanders in het buitenland wordt verder gemoderniseerd. De nadruk ligt vanaf 2017 op het digitaliseren van nu nog handmatige, papieren en bewerkelijke processen en het vervangen van diverse verouderde IT-systemen. Zo is in 2017 de nieuwe informatieservice voor Nederlanders in het buitenland geïntroduceerd waarmee Nederlanders zich op de hoogte kunnen laten houden door het ministerie en de ambassades over de veiligheidssituatie in het buitenland.
Concreet gaat de aandacht voor de komende periode uit naar:
– Een nieuw vormgegeven loket (frontoffice 2020) waar de klant – waar die zich ter wereld bevindt – rechtstreeks zijn verzoek kan indienen. De klant staat centraal en kan zijn verzoek digitaal op elke plek en op elk moment van de dag indienen. Waar dit mogelijk is, zal deze taak worden uitbesteed aan externe dienstverleners om het proces zo kosteneffectief en efficiënt mogelijk in te richten.
– Om de klant zo goed en snel mogelijk van dienst te zijn, zal de aanvraag van de klant worden behandeld door een gemoderniseerd en op de producten en diensten gespecialiseerd backoffice;
De veranderingen zullen worden ondersteund door up-to-date informatietechnologie voor het realiseren van deze veranderingen. Front- en backoffice zullen worden bemenst door consulaire professionals.
Voor de doelstelling de dienstverlening van het Ministerie van Buitenlandse Zaken aan de Nederlandse burger in het buitenland sneller en toegankelijker te maken, wordt het budget voor consulaire belangenbehartiging verhoogd met € 2,5 miljoen in 2017.
De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders