Voorgesteld 19 december 2018
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat miljoenen Nederlanders nu al in de problemen komen met het betalen van hun significant gestegen energierekeningen als gevolg van de «klimaatbelastingen»;
overwegende dat de indieners voornemens zijn deze situatie nog eens ernstig te doen verslechteren door met de nu voorliggende wet een radicale «energietransitie» in te zetten om obsessief CO2 te gaan terugdringen, en we daarvoor gemakkelijk zo'n 1.000 miljard euro moeten gaan uitgeven, die in het meest optimistische geval, eventueel, een minuscuul effect van ten hoogste 0,00007°C minder opwarming zal hebben;
spreekt uit dat persoonlijke verantwoordelijkheid en individuele afrekenbaarheid van politici en bewindspersonen een belangrijk democratisch principe is;
roept de indieners van de Klimaatwet en de individuele bewindslieden van de regering op om uit te spreken dat zij, indien de opwarming en/of de gevolgen daarvan op 1 januari 2030 veel minder ernstig blijken te zijn dan de indieners nu doen voorkomen, en/of indien landen als China, India, Rusland, de Verenigde Staten of andere industriële reuzen dan nog steeds niet meedoen met deze gigantische operatie om CO2-uitstoot terug te dringen, waardoor al onze inspanningen hoe dan ook weer teniet worden gedaan, publiekelijk hun persoonlijke excuses zullen aanbieden aan de Nederlandse bevolking, hun eventuele publieke functie zullen neerleggen indien zij die op dat moment bekleden, en zich zullen inspannen om de Klimaatwet weer in te trekken of ingetrokken te krijgen, het beleid ongedaan te maken en de Nederlandse bevolking voor de extreme kosten die zijn opgebracht zo veel mogelijk te compenseren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Baudet