Ontvangen 24 juni 2016
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Aan het opschrift wordt na «Wegenverkeerswet 1994» ingevoegd «en het Wetboek van Strafvordering» en wordt toegevoegd: en het invoeren van een getrapte recidiveregeling voor rijontzeggingen wegens rijden onder invloed.
II
In de beweegreden wordt voor de puntkomma aan het slot ingevoegd: , en een getrapte recidiveregeling in te voeren voor rijontzeggingen wegens rijden onder invloed.
III
Aan artikel I wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
G
Artikel 179 wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het vijfde tot en met tiende lid tot het zesde tot en met elfde lid, wordt een lid ingevoegd, luidende:
5. Indien tijdens het plegen van een strafbaar feit in artikel 8, eerste tot en met vierde lid genoemd nog geen vijf jaren zijn verlopen na het einde van de tijdsduur waarvoor bij een vroegere onherroepelijke veroordeling wegens een van die strafbare feiten de betrokkene de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen is ontzegd, en betrokkene:
a. tweemaal eerder onherroepelijk is veroordeeld wegens een van die feiten, kan hem de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen voor ten hoogste twintig jaren worden ontzegd;
b. driemaal eerder onherroepelijk is veroordeeld wegens een van die feiten, kan hem de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen voor ten hoogste dertig jaren worden ontzegd;
c. viermaal eerder onherroepelijk is veroordeeld wegens een van die feiten, kan hem de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen levenslang worden ontzegd.
2. In het zevende lid (nieuw) wordt «vijfde lid» vervangen door: zesde lid.
3. In het negende lid (nieuw) wordt «zesde lid» vervangen door: zevende lid.
4. In het elfde lid (nieuw) wordt «onderscheidenlijk het vijfde» vervangen door: tot en met het zesde.
IV
Na artikel I wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Ia
In het Wetboek van Strafvordering wordt in het Vierde Boek, na Titel IX, een titel ingevoegd, luidende:
1. De veroordeelde aan wie de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen is ontzegd wegens een misdrijf omschreven in artikel 179, vijfde lid, onderdeel c, van de Wegenverkeerswet 1994 kan na verloop van 25 jaren na de onherroepelijke veroordeling een schriftelijk verzoek tot herbeoordeling van de rijontzegging indienen bij de griffie van het gerecht in feitelijke aanleg waarvoor de zaak het laatst werd vervolgd.
2. De behandeling van het verzoek door de raadkamer vindt plaats in het openbaar.
3. Tijdens de behandeling van het verzoek worden de veroordeelde en de officier van justitie in de gelegenheid gesteld te worden gehoord. De veroordeelde kan zich doen bijstaan door een advocaat welke in de gelegenheid wordt gesteld de nodige opmerkingen te maken. De beschikking van het gerecht is met redenen omkleed en wordt in het openbaar uitgesproken. Aan de veroordeelde wordt door de griffier tijdig te voren schriftelijk mededeling van de dag der uitspraak gedaan. Acht het gerecht het verzoek gegrond, dan herroept het de levenslange ontzegging van de rijbevoegdheid.
De indiener beoogt met dit amendement een getrapte recidiveregeling in het leven te roepen voor rijontzeggingen wegens alcohol- en drugsgebruik in het verkeer. Dit amendement regelt dat wanneer een verkeersdeelnemer eerder de bevoegdheid tot het besturen van motorvoertuigen is ontzegd, en binnen vijf jaar opnieuw de fout ingaat, de rechter hem de bevoegdheid tot het besturen van motorvoertuigen voor langere tijd kan ontzeggen dan nu het geval is. Momenteel kan de rechter een rijontzegging van maximaal vijf jaar opleggen bij het rijden onder invloed van alcohol of drugs. In geval van recidive binnen vijf jaar na het aflopen van de rijontzegging kan de rechter momenteel een maximale rijontzegging van tien jaar opleggen. Dit amendement stelt in aanvulling daarop een getrapte recidiveregeling voor die, in het uiterste geval, ertoe kan leiden dat een verkeersdeelnemer een levenslange rijontzegging opgelegd kan krijgen. De indiener is van mening dat wanneer iemand vanwege herhaald alcohol- en drugsgebruik dusdanig overtuigend heeft bewezen geen deel te kunnen nemen aan het verkeer, deze uiteindelijk uitgesloten zou moeten kunnen worden van het besturen van motorvoertuigen. Met het oog op de proportionaliteit van de mogelijkheid een levenslange ontzegging van de rijbevoegdheid op te leggen, is in het amendement een periodieke herbeoordelingsmogelijkheid opgenomen. De betrokkene kan daardoor de rechter na 25 jaar vragen om de levenslange sanctie te heroverwegen.
Hoogland