Vastgesteld 29 januari 2016
De vaste commissie voor Financiën belast met het voorbereidend onderzoek van bovenstaand wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.
Onder het voorbehoud dat de regering de vragen en opmerkingen in dit verslag afdoende zal beantwoorden, acht de commissie hiermee de openbare behandeling van het voorstel van wet voldoende voorbereid.
Inhoudsopgave
Blz. |
|
---|---|
1. Inleiding |
1 |
2. Algemeen |
2 |
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten behoeve van Curaçao, en de Verenigde Staten van Amerika tot verbetering van de internationale belastingplicht en de tenuitvoerlegging van de FATCA. Deze leden maken graag van deze gelegenheid gebruik een paar vragen te stellen.
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden, ten behoeve van Curaçao, en de Verenigde Staten van Amerika tot verbetering van de internationale belastingplicht en de tenuitvoerlegging van de FATCA. Zij hebben enkele vragen over onder andere de uitzonderingen die hierin zijn opgenomen.
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van het FATCA-verdrag.
De leden van de VVD-fractie benadrukken al geruime tijd de ongewenste gevolgen van FATCA. Goedwillende Nederlanders, die enkel omdat ze in Amerika geboren zijn ook de Amerikaanse nationaliteit hebben, die zich nooit hebben gerealiseerd dat ze jaarlijks een belastingaangifte moeten doen in Amerika, worden ineens geconfronteerd met de Amerikaanse fiscus die belastingen kan opleggen voor zaken waarover de Nederlandse Belastingdienst ook belasting heft. Tijdens het algemeen overleg Belastingdienst van 15 oktober 2015 heeft de Staatssecretaris toegezegd een «passend kanaal» te zoeken om dit probleem aan te kaarten in Amerika. De leden van de fractie van de VVD vragen de Staatssecretaris of hij kan aangeven welke acties hij heeft ondernomen om aan deze toezegging tegemoet te komen? Kunnen we dezelfde problemen verwachten met de tenuitvoerlegging van FATCA voor Curaçao, vragen de leden van de VVD-fractie.
De leden van de SP-fractie vragen allereerst waarmee wordt onderbouwd dat de kans op belastingontduiking door Amerikaanse belastingplichtigen gering is in de pensioensector. Kan de regering dat toelichten? Kan ook worden uitgelegd waarom het doorgeven van de benodigde gegevens een forse verzwaring van de administratieve lasten zou inhouden voor bijvoorbeeld de pensioensector en de lokale banken?
De leden van de SP-fractie vragen hoeveel fte de Curaçaose belastingdienst tot zijn beschikking heeft. Ook vragen zij hoeveel fte belast zal zijn met de uitvoer van de FATCA. Ten slotte vragen zij op welke wijze de Nederlandse belastingdienst de Curaçaose helpt bij de implementatie.
Kan worden uitgelegd welke «bepaalde beleggingsentiteiten» zijn vrijgesteld van rapportageverplichtingen, vragen de leden van de SP-fractie? Kan ook worden toegelicht waarom deze zijn vrijgesteld?
De leden van de CDA-fractie vragen de regering waarom het zo lang geduurd heeft voordat de wet aan het parlement werd voorgelegd. Zij achten het juist dat Nederland een aanvullend protocol met een langere termijn getekend heeft dat bewijst dat Curaçao wel degelijk compliant is, maar waarom was dat überhaupt nodig?
De belastingproblematiek die voortkomt uit de Amerikaanse nationaliteit of andere banden met Amerika en die aan het licht komt door de FATCA-wetgeving is serieus. In Nederland bleek dat US persons tegen een enorme bureaucratie aanlopen en in sommige gevallen zelfs tegen aanzienlijke dubbele belastingheffing. Nederland sluit heel veel verdragen tegen dubbele belastingheffing, maar voor deze vorm van dubbele belastingheffing, waarbij een staat heft op basis van het nationaliteitsbeginsel biedt het verdrag onvoldoende soelaas. Het valt te verwachten dat hetzelfde voor Curaçao zal gaan gelden en misschien zijn de problemen op Curaçao nog wel groter, omdat het een stuk dichter bij de Verenigde Staten ligt.
Daarom hebben de leden van de CDA-fractie nog enkele vragen hierover.
De leden van de CDA-fractie vragen de regering hoeveel mensen er op Curaçao wonen met de Amerikaanse nationaliteit. Hoeveel inwoners van Curaçao hebben een green card of andere voor de FATCA relevante banden met de Verenigde Staten? Op welke wijze zijn deze inwoners geïnformeerd over de gevolgen van het FATCA-verdrag? Hoeveel inwoners ondervinden problemen bij het afsluiten van een bankrekening vanwege hun banden met de Verenigde Staten?
De leden van de CDA-fractie merken op dat het goed mogelijk is dat een belastingplichtige in zijn woonland aan al zijn belastingverplichtingen voldoet en zich niet bewust is dat hij door zijn of haar Amerikaanse nationaliteit ook nog fiscale verplichtingen heeft in de Verenigde Staten. De FATCA-wetgeving brengt hier in zoverre verandering in dat deze fiscale verplichtingen, bijvoorbeeld door brieven van de bank, aan het licht komen. Tegelijkertijd komen deze mensen bij de IRS in het vizier. Het belastingstelsel van Curaçao is echter heel anders dan dat van Nederland. Kan de regering een overzicht geven welke onderdelen van het belastingstelsel van Curaçao, inclusief genoten uitkeringen van de overheid, van belang zijn voor inwoners met de Amerikaanse nationaliteit omdat ze afwijken van het Amerikaanse belastingstelsel, zo vragen de leden van de CDA-fractie. Zijn er bijvoorbeeld uitkeringen of tegemoetkomingen die op Curaçao niet belast worden, maar waarover een inwoner met de Amerikaanse nationaliteit in de Verenigde Staten nog belasting verschuldigd is? Hoe verhoudt de vastgoedbelasting van Curaçao zich met de vermogenswinstbelasting van de Verenigde Staten? Zijn er veel tarieven die wezenlijk lager liggen dan het Amerikaanse tarief, zodat de Amerikaanse fiscus bijheft?
De voorzitter van de commissie, Duisenberg
De waarnemend griffier van de commissie, Van den Eeden