Wetsartikelen 1 tot en met 3
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2015 wijzigingen aan te brengen in:
de departementale begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII);
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen
Door middel van het onderhavige wetsvoorstel wordt voorgesteld de uitgaven van de begroting 2015 van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) per saldo met EUR 69,5 miljoen te verhogen.
De voorliggende suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2015 van hoofdstuk XVII van de begroting van het Rijk.
In de toelichting worden de belangrijkste mutaties op de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking toegelicht. Ten slotte volgt per artikel de nieuwe stand en een toelichting op de opmerkelijke verschillen.
Per artikel is een tabel opgenomen met de mutaties. De toelichting per beleidsartikel heeft betrekking op de kolom mutaties suppletoire begroting. Het aantal activiteiten en het aantal financiële instrumenten van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking is aanzienlijk. Om de leesbaarheid te waarborgen worden daarom alleen de financiële instrumenten die meer dan 3 procent van het artikelonderdeel uitmaken opgenomen in de financiële tabel. Dat betekent dat er in sommige gevallen geen uitputtende opsomming is van de financiële instrumenten per artikelonderdeel.
Conform de Rijksbegrotingsvoorschriften en de Comptabiliteitswet van 2001 dienen de opmerkelijke verschillen tussen de oorspronkelijke en huidige raming te worden toegelicht. Op uitgavenniveau is voor deze toelichting een norm gehanteerd waarbij voor de beleidsartikelen afwijkingen van 10% of meer, met een minimum van EUR 2 miljoen, ten opzichte van de stand van de eerste suppletoire begroting 2015 op sub-artikelniveau zijn opgenomen. Voor verplichtingen wordt de norm van 10% op artikelniveau aangehouden.
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):
Het voorstel is om de uitgaven voor 2015 per saldo te verhogen met EUR 69,5 miljoen. De stijging wordt grotendeels veroorzaakt door een saldo van mutaties op de beleidsartikelen 1, 4 en 5 (zie hieronder).
Vanwege de, sinds augustus 2015, verhoogde vluchtelingeninstroom wordt de asielraming aangepast naar 58.000 voor 2015. De verhoogde raming heeft gevolgen voor de toerekening aan ODA van de eerstejaarsopvang voor vluchtelingen uit DAC-landen. Voor 2015 wordt er EUR 350 miljoen additioneel beschikbaar gesteld voor de eerstejaarsopvang. Onderuitputting bij verschillende departementen wordt ingezet als dekking.
In aanvulling op het bovenstaande vindt u hieronder een overzicht van de meest in het oog springende wijzigingen ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2015 van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):
Artikel 1
Een lagere liquiditeitsbehoefte bij de RVO leidt tot een teruggave van bijna EUR 12 miljoen (non-ODA) op sub-artikel 1.2. De onderuitputting van EUR 32 miljoen op het thema private sectorontwikkeling op sub-artikel 1.3 is grotendeels toe te schrijven aan de onderuitputting op de programma’s ORIO en DRIVE en een lagere bevoorschotting van de RVO voor de uitvoering van lopende programma’s. Op sub-artikel 1.4 is het budget voor het DGGF neerwaarts bijgesteld met EUR 73,6 miljoen in lijn met de uitgavenraming op aangegane verplichtingen.
Artikel 4
Het kabinet heeft in 2.015 EUR 110 miljoen extra beschikbaar gesteld voor opvang van vluchtelingen in de Syrië-regio. Dit bedrag wordt toegevoegd aan het reguliere noodhulpbudget op sub-artikel 4.1. Voorts is EUR 5 miljoen extra uitgetrokken voor noodhulp aan Jemen. Deze bijdrage is reeds vermeld in de Kamerbrief d.d. 21 mei 2015 maar was nog niet verwerkt in de Voorjaarsnota.
Artikel 5
De koersverliezen op de euro lopen in 2015 naar verwachting op naar EUR 80 miljoen. Deze kosten worden geboekt op sub-artikel 5.2. Verder wordt sub-artikel 5.3 migratie en ontwikkeling met EUR 6 miljoen verhoogd naar EUR 15 miljoen als uitvloeisel van het Bed, Bad, Brood-akkoord.
Beleidsartikel 1
Beleidsartikel 1 Duurzame handel en investeringen Bedragen in EUR 1.000 |
Stand ontwerpbegroting 2015 |
Stand 1e suppletoire begroting 2015 |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2015 |
Stand 2e suppletoire begroting 2015 |
||
---|---|---|---|---|---|---|
(1) |
(2) |
(3) |
(4)=(2+3) |
|||
Verplichtingen |
321.663 |
323.239 |
361.755 |
684.994 |
||
Uitgaven: |
||||||
Programma-uitgaven totaal |
515.497 |
513.825 |
– 117.553 |
396.272 |
||
1.1 |
Versterkt internationaal handelssysteem, met aandacht voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen |
13.494 |
13.494 |
– 9 |
13.485 |
|
Opdrachten |
||||||
waarvan beleidsondersteuning internationaal ondernemen |
2.489 |
2.489 |
2.489 |
|||
Bijdrage (inter)nationale organisaties |
||||||
Contributies internationaal ondernemen |
5.670 |
5.670 |
5.670 |
|||
Maatschappelijk verantwoord ondernemen |
5.085 |
5.085 |
– 9 |
5.076 |
||
1.2 |
Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie en economische naamsbekendheid |
71.714 |
71.589 |
– 11.800 |
59.789 |
|
Subsidies |
||||||
Starters International Business (SIB)/ Programma Strategische Beurzen |
4.940 |
4.815 |
– 2.000 |
2.815 |
||
Partners for International Business (PIB) |
8.400 |
8.400 |
– 4.600 |
3.800 |
||
Financieringsfaciliteit/Demonstratieprojecten, haalbaarheidsstudies en investeringsstudies (DHI) |
15.000 |
15.000 |
– 7.000 |
8.000 |
||
FOM |
4.000 |
4.000 |
||||
Package4growth non-ODA |
730 |
730 |
730 |
|||
Overig Programmatische Aanpak |
3.104 |
3.104 |
– 1.000 |
2.104 |
||
PSO/2g@there |
3.576 |
3.576 |
– 2.000 |
1.576 |
||
Leningen |
||||||
Finance for International Business (FIB) |
3.965 |
3.965 |
3.965 |
|||
Bijdragen aan agentschappen |
||||||
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland |
26.072 |
26.072 |
26.072 |
|||
Versterking economische functie (NBSO's via RVO) |
5.927 |
5.927 |
800 |
6.727 |
||
1.3 |
Versterkte private sector en een verbeterd investeringsklimaat in ontwikkelingslanden |
280.289 |
278.742 |
– 32.144 |
246.598 |
|
Bijdragenovereenkomst |
||||||
Landenprogramma's ondernemingsklimaat |
14.000 |
15.342 |
– 3.493 |
11.849 |
||
Bedrijfsmatige technische bijstand |
1.709 |
1.709 |
1.709 |
|||
Subsidies |
||||||
Transitiefaciliteit |
1.700 |
2.080 |
543 |
2.623 |
||
Marktontwikkeling in het kader van private sector development |
41.759 |
41.759 |
10.087 |
51.846 |
||
Wet en regelgeving |
15.172 |
11.070 |
– 122 |
10.948 |
||
Financiele sectorontwikkeling |
19.572 |
19.572 |
1.274 |
20.846 |
||
versterking privaat ondernemerschap |
51.756 |
55.431 |
– 5.000 |
50.431 |
||
Infrastructuurontwikkeling |
68.994 |
69.658 |
– 27.838 |
41.820 |
||
Samenwerking bedrijfsleven en PPP's |
12.950 |
13.645 |
– 3.160 |
10.485 |
||
Bedrijfsleveninstrumentarium |
6.382 |
6.382 |
6.382 |
|||
Technische assistentie DGGF |
14.000 |
10.300 |
– 3.469 |
6.831 |
||
Bijdragen aan agentschappen |
||||||
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland |
19.500 |
20.000 |
1.000 |
21.000 |
||
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
||||||
International Labour Organization |
5.167 |
5.217 |
– 4 |
5.213 |
||
Partnershipprogramma ILO |
5.000 |
5.000 |
5.000 |
|||
International Finance Corporation |
2.628 |
2.628 |
– 2.628 |
0 |
||
1.4 |
Dutch good growth fund: intensivering van ontwikkelingsrelevante investeringen in en handel met ontwikkelingslanden door het Nederlandse en het lokale bedrijfsleven, met de focus op het MKB en bij uitzondering en onder condities grootbedrijf |
150.000 |
150.000 |
– 73.600 |
76.400 |
|
Programma's Dutch Good Growth Fund |
150.000 |
150.000 |
– 73.600 |
76.400 |
||
Ontvangsten |
7.267 |
7.267 |
5.000 |
12.267 |
||
1.10 |
Versterkt internationaal handelssysteem met aandacht voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen |
7.267 |
7.267 |
5.000 |
12.267 |
Verplichtingen
De stijging van het verplichtingenbudget komt voor EUR 295 miljoen voor rekening van de programma’s DRIVE en Development2Build. Daarnaast wordt EUR 25 miljoen aan verplichtingenbudget toegekend ten behoeve van de LEAD-regeling die zich richt op het stimuleren van lokaal ondernemerschap en werkgelegenheid voor Afrikaanse jongeren. Voorts worden nieuwe verplichtingen aangegaan voor het Initiatief Duurzame Handel (IDH), Trade Mark East Africa en het Health Insurance Fund (HIF). Daartegenover staat een verlaging van het verplichtingenbudget van het DGGF van EUR 150 miljoen. Deze verplichting is reeds in 2014 aangegaan.
Uitgaven
Artikel 1.2
De daling wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door een lagere liquiditeitsbehoefte bij uitvoerder RVO op diverse programma’s. De bevoorschotting is neerwaarts bijgesteld. Daarnaast is er op dit sub-artikel sprake van een verhoging vanwege door de uitvoerder gedeclareerde schade die is ontstaan onder de garantieregeling Financieel Opkomende Markten (FOM).
Artikel 1.3
De daling op dit sub-artikel is een saldo en wordt met name veroorzaakt door de onderuitputting op het budget voor infrastructuurontwikkeling, door de vertraagde ontwikkelfase en uitvoering van ORIO-projecten en de omvorming van het instrumentarium van ORIO naar DRIVE. Daarnaast valt de bevoorschotting van de RVO voor de uitvoering van lopende programma’s lager uit dan geraamd. Ook op de overige instrumenten is sprake van een lagere liquiditeitsbehoefte op lopende verplichtingen. Daartegenover staat een verhoging van het budget voor marktontwikkeling (waaronder de bijdragen aan het Initiatief Duurzame Handel en Trade Mark East Africa).
Artikel 1.4
De mutatie op dit sub-artikel betreft een aanpassing van de uitgavenraming op aangegane verplichtingen onder het DGGF. In dit verband verwijs ik tevens naar de Mid Term Review van het DGGF die onlangs aan Uw Kamer is gestuurd.
Ontvangsten
Uit de begrotingsreserve (non-ODA) voor de Faciliteit Opkomende Markten (FOM) zal in de periode 2015–2017 in totaal EUR 25 miljoen ter beschikking worden gesteld voor de LEAD-regeling (zie hierboven onder verplichtingen). In 2015 betreft het een bedrag van EUR 5 miljoen dat op het ontvangstenartikel 1.10 wordt geboekt.
Beleidsartikel 2
Beleidsartikel 2 Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheiden water Bedragen in EUR 1.000 |
Stand ontwerpbegroting 2015 |
Stand 1e suppletoire begroting 2015 |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2015 |
Stand 2e suppletoire begroting 2015 |
||
---|---|---|---|---|---|---|
(1) |
(2) |
(3) |
(4)=(2+3) |
|||
Verplichtingen |
442.237 |
722.755 |
– 162.783 |
559.972 |
||
Uitgaven: |
||||||
Programma-uitgaven totaal |
561.053 |
561.867 |
– 27.699 |
534.168 |
||
2.1 |
Toename van voedselzekerheid |
303.795 |
303.795 |
– 14.070 |
289.725 |
|
Subsidies |
||||||
Internationaal onderwijsprogramma |
32.700 |
32.700 |
100 |
32.800 |
||
Duurzame voedselproductie |
51.250 |
59.456 |
2.000 |
61.456 |
||
Marktontwikkeling in het kader voedselzekerheid |
39.332 |
33.000 |
– 15.000 |
18.000 |
||
Voeding |
17.200 |
17.200 |
4.300 |
21.500 |
||
Bijdragen (inter) nationale organisaties |
||||||
Partnerschapsprogramma FAO |
2.500 |
2.500 |
2.500 |
|||
versterking ruraal ondernemersklimaat |
20.000 |
15.000 |
5.500 |
20.500 |
||
Landenprogramma's voedselzekerheid |
140.813 |
143.393 |
– 10.970 |
132.423 |
||
2.2 |
Verbeterd waterbeheer, drinkwater en sanitatie |
173.157 |
173.157 |
– 13.104 |
160.053 |
|
Subsidies |
||||||
Integraal waterbeheer |
19.937 |
19.937 |
12.063 |
32.000 |
||
Drinkwater en sanitatie |
31.960 |
32.460 |
3.000 |
35.460 |
||
Bijdragen (inter) nationale organisaties |
||||||
Wereldbank |
10.000 |
10.000 |
10.000 |
|||
Landenprogramma's integraal waterbeheer |
59.611 |
59.295 |
– 16.869 |
42.426 |
||
Landenprogramma's drinkwater en sanitatie |
51.649 |
51.350 |
– 11.218 |
40.132 |
||
2.3 |
Duurzaam gebruik natuurlijke hulpbronnen, tegengaan van |
Verplichtingen
De verlaging op dit beleidartikel is grotendeels het gevolg van verlagingen op centrale en decentrale waterbudgetten. Het stopzetten van het waterprogramma in Benin leidt tot een verlaging van de verplichtingenbudgetten voor activiteiten op het gebied van drinkwater en sanitatie en integraal waterbeheer met in totaal EUR 73 miljoen. In Rwanda wordt circa EUR 20 miljoen wegens vertragingen doorgeschoven naar 2016. Het verplichtingenbudget voor centrale waterprogramma’s wordt met ruim EUR 55 miljoen verlaagd, m.n. omdat een nieuwe verplichting voor het Fonds Duurzaam Water pas in 2016 zal worden aangegaan.
Uitgaven
Geen toelichting.
Beleidsartikel 3
Beleidsartikel 3 Sociale vooruitgang Bedragen in EUR 1.000 |
Stand ontwerpbegroting 2015 |
Stand 1e suppletoire begroting 2015 |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2015 |
Stand 2e suppletoire begroting 2015 |
||
---|---|---|---|---|---|---|
(1) |
(2) |
(3) |
(4)=(2+3) |
|||
Verplichtingen |
1.587.610 |
1.611.980 |
– 229.064 |
1.382.916 |
||
Uitgaven: |
||||||
Programma-uitgaven totaal |
941.934 |
941.677 |
– 27.052 |
914.625 |
||
3.1 |
Seksuele en reproductieve gezondheid en rechten voor iedereen en een halt aan de verspreiding van HIV/aids |
389.784 |
386.784 |
– 14.178 |
372.606 |
|
Subsidies |
||||||
waarvan centrale programma's SRGR & HIV/aids |
119.193 |
124.640 |
124.640 |
|||
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
||||||
SRGR (Unicef) |
10.000 |
10.000 |
10.000 |
|||
UNAIDS |
20.000 |
20.000 |
20.000 |
|||
SRGR; Strategische Alliantie Internationale NGO's |
1.500 |
7.500 |
775 |
8.275 |
||
Global Fund to Fight Aids, Malaria and Tuberculosis |
55.000 |
55.000 |
55.000 |
|||
UNFPA |
70.000 |
60.000 |
– 5.000 |
55.000 |
||
WHO-PAHO |
6.713 |
6.713 |
– 729 |
5.984 |
||
Partnershipprogramma WHO |
10.216 |
11.683 |
– 1.774 |
9.909 |
||
Landenprogramma's SRGR & HIV/aids |
89.009 |
91.248 |
– 7.450 |
83.798 |
||
3.2 |
Gelijke rechten en kansen voor vrouwen |
43.510 |
43.510 |
– 1.454 |
42.056 |
|
Subsidies |
||||||
Vrouwenrechten en gendergelijkheid |
32.139 |
31.739 |
31.739 |
|||
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
||||||
UNWOMEN |
6.000 |
6.000 |
6.000 |
|||
Landenprogramma's gelijke rechten en kansen voor vrouwen |
5.371 |
5.771 |
– 1.454 |
4.317 |
||
3.3 |
Versterkt maatschappelijk middenveld |
452.340 |
452.366 |
– 9.566 |
442.800 |
|
Subsidies |
||||||
Vakbondsmedefinancieringsprogramma |
12.000 |
12.000 |
600 |
12.600 |
||
SNV programma |
55.000 |
55.000 |
– 10.000 |
45.000 |
||
Medefinancieringsstelsel |
382.000 |
382.000 |
382.000 |
|||
Twinningsfaciliteit Suriname |
3.340 |
3.366 |
– 166 |
3.200 |
||
3.4 |
Toename van het aantal goed opgeleide professionals, versterking van hoger- en beroepsonderwijsinstellingen en het bevorderen van beleidsrelevant onderzoek |
56.300 |
59.017 |
– 1.854 |
57.163 |
|
Subsidies |
||||||
Onderzoekprogramma's |
4.363 |
4.403 |
– 640 |
3.763 |
||
Onderwijsprogramma's |
800 |
800 |
800 |
|||
Internationale hoger onderwijsprogramma's |
43.710 |
44.203 |
44.203 |
|||
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
||||||
Internationale onderwijsinstituten |
477 |
477 |
– 392 |
85 |
||
Landenprogramma's hoger onderwijs |
4.000 |
4.000 |
4.000 |
|||
Landenprogramma's onderwijs algemeen |
2.950 |
4.600 |
– 788 |
3.812 |
Verplichtingen
De verplichtingen voor het Accountabilityfonds, het Voice Fonds en het SRGR Fonds worden in 2016 aangegaan. Daarnaast wordt het budget voor het Health Insurance Fund (HIF) om beleidsinhoudelijke redenen overgeheveld naar beleidsartikel 1 (zie aldaar). Dit leidt tot een verlaging van het verplichtingenbudget op artikel 3 van circa EUR 198 miljoen. In een aantal landenprogramma’s (o.m. Ethiopië, Rwanda, Mozambique) en regionale programma’s (Grote Meren) is de start van nieuwe activiteiten op het gebied van hiv/aids en SRGR eveneens uitgesteld naar 2016. Dit leidt tot een teruggave van circa EUR 72 miljoen. Daarentegen leiden versnellingen in Mozambique tot een verhoging van EUR 36,5 miljoen.
Uitgaven
Geen toelichting.
Beleidsartikel 4
Beleidsartikel 4 Vrede en veiligheid voor ontwikkeling Bedragen in EUR 1.000 |
Stand ontwerpbegroting 2015 |
Stand 1e suppletoire begroting 2015 |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2015 |
Stand 2e suppletoire begroting 2015 |
||
---|---|---|---|---|---|---|
(1) |
(2) |
(3) |
(4)=(2+3) |
|||
Verplichtingen |
370.379 |
549.121 |
164.966 |
714.087 |
||
Uitgaven: |
||||||
Programma-uitgaven totaal |
398.571 |
598.571 |
95.461 |
694.032 |
||
4.1 |
Humanitaire hulp |
205.017 |
205.017 |
116.381 |
321.398 |
|
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
||||||
UNHCR |
33.000 |
33.000 |
33.000 |
|||
Wereldvoedselprogramma |
36.000 |
36.000 |
36.000 |
|||
UNRWA |
13.000 |
13.000 |
13.000 |
|||
Noodhulpprogramma's |
123.017 |
123.017 |
116.381 |
239.398 |
||
4.3 |
Rechtstaatontwikkeling, wederopbouw, vredesopbouw, versterkte legitimiteit van democratische structuren en tegengaan van corruptie |
193.554 |
223.554 |
– 20.920 |
202.634 |
|
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
||||||
Landenprogramma's legitieme en capabele overheid |
2.777 |
– 527 |
2.250 |
|||
Landenprogramma's functionerende rechtsorde |
57.879 |
92.064 |
– 3.415 |
88.649 |
||
Midden Amerika programma |
10.100 |
9.000 |
9.000 |
|||
Landenprogramma's inclusieve en politieke processen; vredesdialoog en conflictpreventie |
7.800 |
7.800 |
– 3.839 |
3.961 |
||
Functionerende rechtsorde |
10.000 |
9.000 |
9.000 |
|||
Inclusieve politieke processen: vredesdialoog en conflictpreventie |
40.300 |
40.057 |
40.057 |
|||
Vredesdividend: werkgelegenheid en basisvoorzieningen |
56.000 |
46.050 |
– 15.000 |
31.050 |
||
Legitieme en capabele overheid |
19.275 |
17.850 |
73 |
17.923 |
||
4.4 |
Noodhulpfonds |
0 |
170.000 |
170.000 |
||
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
Noodhulpfonds |
0 |
170.000 |
170.000 |
Verplichtingen
De mutatie hangt grotendeels samen met de verhoging van het noodhulpbudget. Er worden voor circa EUR 300 miljoen nieuwe verplichtingen aangegaan voor bijdragen aan het Internationale Rode Kruis, UNICEF, UNWRA en het Central Emergency Response Fund (CERF) van de Verenigde Naties. Onder het centrale budget voor vredesdialoog en conflictpreventie wordt de bijdrage aan een aantal meerjarige strategische partnerschappen vernieuwd. Daarentegen worden de centrale budgetten voor legitieme en capabele overheid en voor vredesdividend verlaagd met circa EUR 125 miljoen, met name als gevolg van vertragingen. Tenslotte leidt de instabiliteit in Zuid-Soedan tot een verlaging van het verplichtingenbudget voor activiteiten op het terrein van functionerende rechtsorde met ruim EUR 20 miljoen.
Uitgaven
Artikel 4.1
Het kabinet heeft in 2.015 EUR 110 miljoen extra beschikbaar gesteld voor opvang van vluchtelingen in de Syrië-regio. Dit bedrag wordt toegevoegd aan het reguliere noodhulpbudget. Deze verhoging wordt gedekt door het naar voren halen van positieve BNI-bijstellingen in 2016 en 2020. Voorts is EUR 5 miljoen extra uitgetrokken voor noodhulp aan Jemen. Deze bijdrage is reeds vermeld in de Kamerbrief d.d. 21 mei 2015 maar was nog niet verwerkt in de Voorjaarsnota. Tenslotte stijgt het budget voor (non-ODA) noodhulp aan niet-DAC landen met EUR 1,4 miljoen. Dit budget is ingezet voor de vluchtelingencrisis in Griekenland (Special Mediteranean Initiative/UNHCR), de Nederlandse laborantenteams in de ebolacrisis en noodhulp aan Dominica (inzet van het marineschip Zs. Ms. Pelikaan en een helicopter).
Beleidsartikel 5
Beleidsartikel 5 Versterkte kaders voor ontwikkeling Bedragen in EUR 1.000 |
Stand ontwerpbegroting 2015 |
Stand 1e suppletoire ontwerpbegroting 2015 |
Mutaties 2e suppletoire begroting 2015 |
Stand 2e suppletoire begroting 2015 |
||
---|---|---|---|---|---|---|
(1) |
(2) |
(3) |
(4)=(2+3) |
|||
Verplichtingen |
21.217 |
30.246 |
107.544 |
137.790 |
||
Uitgaven: |
||||||
Programma-uitgaven totaal |
58.110 |
97.728 |
146.482 |
244.210 |
||
5.1 |
Versterkte multilaterale betrokkenheid |
159.617 |
163.814 |
3.064 |
166.878 |
|
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
||||||
UNDP |
17.500 |
17.500 |
17.500 |
|||
UNICEF |
14.000 |
14.000 |
14.000 |
|||
UNIDO |
1.950 |
1.950 |
– 10 |
1.940 |
||
Middelenaanvulling multilaterale banken en fondsen |
104.296 |
108.493 |
108.493 |
|||
Kapitaalaanvullingen multilaterale banken en fondsen |
5.498 |
5.498 |
446 |
5.944 |
||
Speciale multilaterale activiteiten |
7.373 |
7.373 |
2.628 |
10.001 |
||
Assistent-deskundigen programma |
9.000 |
9.000 |
9.000 |
|||
5.2 |
Overig armoedebeleid |
– 110.507 |
– 75.086 |
137.418 |
62.332 |
|
Bijdragen (inter)nationale organisaties |
||||||
Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling |
12.011 |
12.011 |
– 1.100 |
10.911 |
||
Voorlichting op het terrein van ontwikkelingssamenwerking |
9.350 |
9.350 |
– 100 |
9.250 |
||
Schuldverlichting |
48.667 |
48.667 |
– 1.002 |
47.665 |
||
Unesco |
2.000 |
4.400 |
4.400 |
|||
Overige |
Koersverschillen |
pm |
pm |
80.000 |
80.000 |
|
nog te verdelen i.v.m. wijzigingen BNI en/of toerekeningen |
– 182.535 |
– 149.514 |
59.620 |
– 89.894 |
||
5.3 |
Bijdrage aan migratie en ontwikkeling |
9.000 |
9.000 |
6.000 |
15.000 |
|
Subsidies |
||||||
Migratie en ontwikkeling |
3.100 |
3.100 |
3.100 |
|||
Diversen |
Migratie en ontwikkeling |
5.900 |
5.900 |
6.000 |
11.900 |
|
Ontvangsten |
79.542 |
79.792 |
744 |
80.536 |
||
5.20 |
Ontvangsten en restituties met betrekking tot leningen |
48.366 |
48.616 |
48.616 |
||
5.21 |
Ontvangsten OS |
31.176 |
31.176 |
744 |
31.920 |
|
5.22 |
Koersverschillen OS |
pm |
pm |
0 |
Verplichtingen
Tijdens de Finance for Development– bijeenkomst in Addis Abeba in augustus jl. heeft Nederland toegezegd zijn inspanningen op het gebied van domestic revenue mobilisation te verdubbelen. In dat kader wordt het verplichtingenbudget op dit artikel verhoogd met EUR 9,4 miljoen ten behoeve van bijdragen aan de African Regional Technical Assistance Centers (AFRITAC) van het IMF en het IMF Topical Trust Fund. Ten behoeve van een bijdrage aan de Stichting NCDO die aanvankelijk in 2014 was voorzien, wordt het verplichtingenbudget verhoogd met EUR 12 miljoen.
Uitgaven
Artikel 5.2
De koersverliezen op de euro lopen in 2015 naar verwachting op naar EUR 80 miljoen.
Voorts betreft de mutatie op sub-artikel 5.2 een technische bijstelling en wordt verklaard doordat de BNP-korting bij Tweede Suppletoire Begroting voor EUR 60 miljoen is ingevuld. De nog te verdelen BNP-korting, die in de BHOS-begroting als een negatief bedrag wordt opgenomen op dit sub-artikel, daalt hierdoor van EUR 150 miljoen (Eerste Suppletoire Begroting) naar EUR 90 miljoen (Tweede Suppletoire Begroting), hetgeen leidt tot een verhoging van sub-artikel 5.2.
Artikel 5.3
Het Bed, Bad, Brood-akkoord leidt tot een verhoging van het budget voor migratie en ontwikkeling met EUR 6 miljoen.
Ontvangsten
Geen toelichting.