Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz., enz., enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de voorwaarden waaronder betreffende zorgverzekeraars kunnen beschikken over hun ziekenfondsreserves met twee jaar te verlengen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Indien het bij koninklijke boodschap van 28 juni 2013 ingediende voorstel van wet, houdende wijziging van de Zorgverzekeringswet en de Invoerings- en aanpassingswet Zorgverzekeringswet in verband met verbetering van de maatregelen bij niet-betalen van de premie en de bestuursrechtelijke premie en enkele andere wijzigingen (verbetering wanbetalersmaatregelen) (Kamerstukken 33 683) tot wet wordt verheven, wordt die wet als volgt gewijzigd:
A
Artikel Ia komt te luiden:
Artikel 2.1.9, derde lid, van de Invoerings- en aanpassingswet Zorgverzekeringswet komt te luiden:
3. In afwijking van het tweede lid heeft het Zorginstituut een onmiddellijk opeisbare vordering ten behoeve van ’s Rijks schatkist op een ziekenfonds dat of zijn rechtsopvolger onder algemene titel die niet in zijn statuten heeft vastgelegd dat hij ten doel heeft te werken als zorgverzekeraar zonder winstoogmerk, dan wel zodanige statutaire bepaling uit zijn statuten heeft geschrapt voordat twaalf jaren zijn verstreken na de inwerkingtreding van deze wet, dan wel gedurende minder dan twaalf jaren na de inwerkingtreding van deze wet als zorgverzekeraar werkzaam is.
B
Artikel VII komt te luiden:
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,