Voorgesteld 5 november 2015
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat patiënten in hun laatste levensfase geconfronteerd kunnen worden met een patiëntenstop, waardoor zij niet de zorg kunnen krijgen bij hun vertrouwde zorgverlener in de terminale fase, zijnde de thuiszorgmedewerker c.q. de wijkverpleegkundige;
van mening dat een goede vertrouwensrelatie tussen de patiënt en de thuiszorgmedewerker/wijkverpleegkundige van essentieel belang is voor goede zorg, zeker in de terminale zorgverlening;
verzoekt de regering, te garanderen dat patiënten kunnen rekenen op terminale zorgverlening van hun vertrouwde zorgverlener,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Gerven