Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 23 november 2015
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het aantal sportblessures is toegenomen en dat de maatschappelijke kosten hiervan jaarlijks 1,5 miljard bedragen;
constaterende dat de regering enkel inzet op het voorkomen van sportblessures en er onvoldoende aandacht is voor secundaire en tertiaire vormen van sportblessurepreventie, terwijl juist voorlichting en het delen van kennis over het behandelen van blessures en het voorkomen van terugkerende blessures gezondheidsschade op lange termijn kan beperken en maatschappelijke kosten kan verlagen;
constaterende dat door onvoldoende financiering de opgebouwde expertise en adequate kennisoverdracht van de sportgeneeskunde belemmerd wordt;
verzoekt de regering, ervoor te zorgen dat Sportzorg Nederland zijn werk op het terrein van voorlichting en kennisoverdracht kan blijven voortzetten,
en gaat over tot de orde van de dag.
Van Nispen