Blz. |
||
A. |
ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET BEGROTINGSWETSVOORSTEL |
3 |
B. |
DE BEGROTINGSTOELICHTING |
4 |
1. |
Leeswijzer |
4 |
2. |
Beleidsagenda |
5 |
Tabel belangrijkste mutaties |
12 |
|
Tabel beleidsdoorlichtingen |
13 |
|
3. |
Beleidsartikelen |
15 |
1. Openbaar bestuur en democratie |
15 |
|
2. Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst |
21 |
|
6. Dienstverlenende en innovatieve overheid |
23 |
|
7. Arbeidszaken overheid |
30 |
|
4. |
Niet-beleidsartikelen |
36 |
11. Centraal apparaat |
36 |
|
12. Algemeen |
40 |
|
13. Nominaal en onvoorzien |
42 |
|
14. VUT-fonds |
43 |
|
5. |
De Baten-lastenagentschappen |
44 |
5.1 Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG) |
44 |
|
6. |
Bijlagen |
51 |
6.1 Verdiepingsbijlage |
51 |
|
6.2 Moties en toezeggingen |
57 |
|
6.3 Specifieke uitkeringen (interdepartementaal) |
86 |
|
6.4 Evaluatie- en overig onderzoek |
93 |
|
6.5 ZBO’s en RWT’s |
99 |
|
6.6 Subsidiebijlage |
100 |
Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet (CW) 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld.
Het wetsvoorstel strekt ertoe om de onderhavige begrotingsstaten voor het aangegeven jaar vast te stellen.
Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor dat jaar. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota.
Met de vaststelling van dit wetsartikel worden de uitgaven, verplichtingen en de ontvangsten vastgesteld. De in de begrotingstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. Begrotingstoelichting).
Wetsartikel 2
Met de vaststelling van dit wetsartikel worden de baten en de lasten, het saldo van de baten en de lasten, en de kapitaaluitgaven en -ontvangsten van de in de staat opgenomen baten-lastenagentschappen voor het onderhavige jaar vastgesteld. De in die begrotingen opgenomen begrotingsartikelen worden toegelicht in onderdeel B (Begrotingstoelichting) van deze memorie van toelichting en wel in de paragraaf inzake de agentschappen.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk
Diensten die een baten-lastenstelsel voeren
De begroting van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) kent één baten-lastenagentschap, te weten Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG). De paragraaf over de baten-lastenagentschap presenteert de voorgeschreven financiële- en doelmatigheidsoverzichten ter toelichting op de begrotingsstaat van dit agentschap.
Specifieke uitkeringen
In paragraaf 6.3 is de bijlage specifieke uitkeringen (interdepartementaal) opgenomen. Hierin geven de departementen aan welke uitkeringen zij doen voor gemeenten en provincies.
Groeiparagraaf
Budgetflexibiliteit
Op grond van CW artikel 5, derde lid, onder c, moet in de begroting per beleidsartikel informatie worden opgenomen over de budgetflexibiliteit. In de tabel budgettaire gevolgen van beleid wordt voor de programma-uitgaven vermeld welk deel daarvan juridisch is verplicht voor het jaar 2016.
De peildatum van de gepresenteerde budgetflexibiliteit (juridisch verplicht) is 1 januari 2016.
Samenwerken aan goed openbaar bestuur
Een goed functionerend bestuur is van belang voor het draagvlak voor onze democratie, voor duurzame economische groei en voor de aanpak van maatschappelijke vraagstukken. Het doel is het openbaar bestuur blijvend goed te laten functioneren, ook in een veranderende samenleving.
In 2015 is de ordening binnen het openbaar bestuur op een drietal terreinen aangepast. Sindsdien zijn gemeenten verantwoordelijk geworden voor de jeugdhulp, de langdurige zorg en de begeleiding naar werk. Gemeenten worden op verschillende manieren ondersteund bij het invullen van deze taken.
Burgers vragen steeds vaker ruimte voor eigen initiatief en eigen invulling van betrokkenheid bij hun woonomgeving. Deze ontwikkeling versterkt de vitaliteit van de lokale democratie. Aan de overheid de taak burgers hiertoe de ruimte te geven en waar nodig en gewenst te helpen en te steunen met het wegnemen van knelpunten bij maatschappelijke initiatieven. Daarmee verandert de rol van de overheid, van beleidsmakend en uitvoerend naar meer vraaggericht en dienstverlenend. Goede digitale dienstverlening en het actief openbaar maken van bij de overheid beschikbare data en overheidsinformatie passen daar eveneens bij.
Bij de veranderende samenleving past ook het experimenteren met andere vormen van democratische legitimatie, zoals de consultatieve democratie. Ook zijn bestuurlijke creativiteit, dynamiek en economische groei in stedelijke gebieden van belang. Agenda Stad helpt de concurrentiekracht en leefbaarheid van Nederlandse steden te versterken.
Het functioneren van politici, bestuurders en ambtenaren speelt een grote rol in de waardering van ons openbaar bestuur. Hun veiligheid en integriteit is daarbij een voorwaarde, net als een passende beloning. Om in de publieke sector het goede voorbeeld te geven, worden de topinkomens verder beperkt.
Om onze open en vrije samenleving te beschermen, moeten risico’s en dreigingen voor onze democratie en rechtsstaat tijdig worden onderkend. Met de versterking in 2015 kunnen de betrokken diensten en organisaties, zoals de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) en gemeenten, blijven doen wat nodig is om dergelijke dreigingen tegen te gaan. Tegelijk vragen (technologische) ontwikkelingen in de samenleving om verdere modernisering van de bijzondere bevoegdheden die daar voor nodig zijn.
Burgers, democratie en openbaar bestuur
Democratie in ontwikkeling
Met het oog op de toekomstbestendigheid ontwikkelt onze democratie zich voortdurend. Hierbij wordt ook naar het functioneren van het parlementaire stelsel in Nederland gekeken.
Mede naar aanleiding van een internationale vergelijking van tweekamerstelsels (Kamerstukken II 2014–2015, 34 000-VII, nr. 4), waarin onder meer aandacht is besteed aan de bevoegdheden, zoals het terugzendrecht1, van senaten en hogerhuizen in het wetgevingsproces, is voor een staatsrechtelijke bezinning op het parlementaire stelsel het instellen van een staatscommissie voorgesteld. Momenteel wordt geïnventariseerd wat de opdracht en de samenstelling van een dergelijke staatscommissie zouden moeten zijn.
In 2015 is de Wet raadgevend referendum van kracht geworden.
Agenda Lokale Democratie
De lokale democratie krijgt bijzondere aandacht. Actuele maatschappelijke ontwikkelingen zoals de opkomst van de netwerksamenleving, steeds mondigere en meer betrokken burgers, de kansen die het digitale tijdperk biedt en de uitbreiding van het gemeentelijk takenpakket in het sociaal domein (decentralisaties) vragen daarom.
Met de Agenda Lokale Democratie (Kamerstukken II 2014–2015, 34 000-VII, nr. 36) worden de formele, representatieve democratie en de informele, participatieve democratie versterkt. Er is sprake van een transitiefase waarin de klassieke representatieve democratie steeds meer wordt verrijkt met nieuwe – veelal participatieve – vormen van democratie en experimenten, zoals de G1000 en burgertoppen. De lokale democratie wordt krachtiger als de combinatie van representatieve en participatieve elementen bewuster en gerichter wordt ingezet. Om ruimte te maken voor maatschappelijk initiatief moet de overheid soms andere kwaliteits- en veiligheidseisen stellen. Verder worden de lokale rekenkamers versterkt.
Voor onder andere de Agenda Lokale Democratie en de Agenda Stad komt er een Experimentenwet. Deze wet biedt een aantal gemeenten voor een specifieke periode de ruimte om af te kunnen wijken van bepaalde wettelijke regelingen. De betreffende gemeenten kunnen daardoor op innovatieve en meer effectieve manier maatschappelijke opgaven aanpakken. In 2016 wordt hiervoor een voorstel voor parlementaire behandeling aangeboden.
In 2016 richt het programma Lokale democratie in beweging, waarin de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en verschillende beroepsverenigingen deelnemen, zich op het ondersteunen van de gemeenteraden bij nieuwe vormen van democratie. De Democratic challenge ondersteunt vernieuwende lokale democratieprojecten.
Agenda Stad
Steden zijn de groeimotoren van de economie en werkgelegenheid en de plaatsen waar kennis en creativiteit opbloeien. De uitgangspositie van Nederlandse steden is goed, maar naar de toekomst niet vanzelfsprekend. Nederlandse steden zijn relatief klein en moeten internationaal concurreren met andere grote stedelijke regio’s. Ook staan Nederlandse steden voor grote opgaven in de komende decennia in het behouden en versterken van de leefkwaliteit in steden.
De Agenda Stad richt zich op het versterken van groei, leefbaarheid en innovatie in steden. Coalities van steden en stakeholders worden ondersteund om te komen tot City Deals: dit zijn afspraken van steden, provincies, rijksoverheid en andere stakeholders over samenwerking bij innovatieve oplossingen voor stedelijke opgaven en uitdagingen.
Tijdens het Nederlandse EU-voorzitterschap is er eveneens aandacht voor de stad. Nederland werkt samen met de andere lidstaten, de steden en de Europese Commissie aan een Europese Agenda Stad (Kamerstukken II 2014–2015, 34 139, nr. 4). Achterliggende doel is het terugdringen en verbeteren van de Europese regelgeving die stedelijke ontwikkeling beperkt, betere toegankelijkheid en benutting van Europese fondsen en het delen van kennis en best practices van innovatieve oplossingen voor Europese stedelijke uitdagingen. Inzet is om de Europese Agenda Stad onder Nederlands voorzitterschap in 2016 vast te stellen.
Elektronisch stemmen en tellen
Verkiezingen en stemmen zijn pijlers van onze democratie. Er wordt gekeken waar verbeteringen in het verkiezingsproces mogelijk zijn.
De adviezen van de commissie elektronisch stemmen en tellen in het stemlokaal (commissie Van Beek) worden op haalbaarheid onderzocht. Een groep deskundigen stelt specificaties op voor de benodigde ICT-systemen. Met de specificaties kan in markt worden nagegaan hoe complex het is en tegen welke prijs de systemen zijn te realiseren.
Er komt een nieuw stembiljet dat makkelijker te tellen is. Hiervoor wordt de tijdelijke experimentenwet nieuwe stembiljetten en centrale stemopneming aangepast. Voor het einde van 2015 wordt hiervoor een voorstel voor parlementaire behandeling aangeboden, zodat bij de herindelingsverkiezingen in november 2016 het eerste experiment kan plaatsvinden.
Om het makkelijker te maken voor Nederlanders in het buitenland om te kunnen stemmen, hoeven mensen zich voortaan niet meer voor elke verkiezing apart te registreren en komt er een permanente registratie. Het wetsvoorstel hiertoe is thans in consultatie en in 2016 wordt een voorstel tot wijziging van de Kieswet voor parlementaire behandeling aangeboden.
Om te kijken hoe de techniek voor internetstemmen zich ontwikkelt, wordt een test voorbereid. Als aan de noodzakelijke randvoorwaarden (Kamerstukken II 2014–2015, 33 829, nr. 9) is voldaan, wordt in 2016 de test gehouden. De test is met name gericht op de beveiliging en krijgt de vorm van een schaduwverkiezing.
Ordening van het openbaar bestuur
Transformatieagenda sociaal domein
In 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk geworden voor de jeugdhulp, de maatschappelijke ondersteuning en de begeleiding naar werk. In 2016 staan de transformatieagenda, het toezicht en de monitoring in het sociaal domein centraal.
In deze fase van transformatie gaat het om vernieuwing in het sociaal domein en wordt toegewerkt naar een overheid die ondersteuning en zorg biedt waar dat nodig is en aansluit bij het zelfoplossend vermogen van de samenleving en de behoefte van mensen om zelf regie te voeren over hun leven. Het Rijk creëert daarvoor de voorwaarden waarbinnen de gemeenten de transformatieopdracht effectief kunnen vervullen. Hierbij staat de lokale praktijk centraal en wordt aansluiting gezocht bij reeds lopende initiatieven.
De middelen voor het sociale domein zijn vrij besteedbaar en gemeenten hebben de vrijheid om binnen de wettelijke kaders hun nieuwe taken vorm te geven. Met ingang van 2018 gaan de middelen op in de Algemene uitkering van het Gemeentefonds, tenzij dit om verdeeltechnische redenen niet mogelijk is.
Toezicht en monitoring sociaal domein
In het sociaal domein is sprake van twee vormen van toezicht: interbestuurlijk toezicht door de afzonderlijke vakdepartementen en inspectietoezicht door de gezamenlijke inspecties. Voor alle vormen van toezicht vanuit het Rijk geldt dat deze een helder omschreven doel dienen, er geen dubbeling van toezicht plaatsvindt, de administratieve lasten zo laag mogelijk zijn en dat wordt uitgegaan van vertrouwen in de taakuitvoering door gemeenten.
Om inzicht te krijgen in de ontwikkeling van het sociaal domein is een gezamenlijke informatievoorziening ingericht (Kamerstukken II 2013–2014, 33 750-VII, nr. 67). Gemeenten en de betreffende Ministers kunnen daarmee verantwoording afleggen aan respectievelijk de Gemeenteraad en aan de Tweede Kamer. In mei 2016 wordt de eerste «overall rapportage2 informatievoorziening sociaal domein» naar de Tweede Kamer gestuurd. Er wordt toegewerkt naar één monitor en één indicatorenset van gemeenten en het Rijk. De monitorlasten voor gemeenten kunnen, onder andere door het creëren van één gegevensverzamelpunt, verder worden teruggedrongen.
Politici, bestuurders en ambtenaren
Beheersen topinkomens (semi)publieke sector
Bij een (semi)publieke functie hoort een passende beloning. De Wet normering topinkomens (WNT) regelt dat. Sinds 2015 geldt voor bestuurders in het openbaar bestuur een wettelijk bezoldigingsmaximum van 100% van het ministersalaris. In 2016 worden – zoals in het Regeerakkoord is aangekondigd – voorstellen gedaan om het ministersalaris als bezoldigingsmaximum in beginsel als norm te stellen voor alle functionarissen in de (semi)publieke sector.
In 2015 heeft de eerste integrale wetsevaluatie van de WNT plaatsgevonden. Op basis van de resultaten van die evaluatie wordt de doeltreffendheid van de wet beoordeeld. De administratieve lasten en uitvoeringskosten en de reikwijdte van de wet (naar instellingen en sectoren) krijgen daarbij eveneens aandacht. Op basis van de verworven inzichten worden in 2016 uitvoeringsmaatregelen en voorstellen tot aanscherping, verdere verbetering of vereenvoudiging van de wet gedaan.
Rechtpositie politieke ambtsdragers
Het openbaar bestuur kan niet functioneren zonder goed gekwalificeerde mensen die bereid zijn (politieke) functies te vervullen in het openbaar bestuur en in de volksvertegenwoordigende organen. Werken in het openbaar bestuur vraagt om medewerkers die niet alleen goed zijn in hun werk. De bijzondere taken van het openbaar bestuur vragen veel van de manier waarop zij invulling geven aan hun vak. Dat vraagt om ambtelijk en politiek vakmanschap.
Een passende rechtspositie voor politieke ambtsdragers is een voorwaarde om de kwaliteit van het openbaar bestuur te versterken. Een integrale visie op rechtpositie politieke ambtsdragers is in 2015 aan de Tweede Kamer aangeboden (Kamerstukken II 2013–2014, 28 479, nr. 73). Bepalend voor de rechtspositie van politieke ambtsdragers zijn principes verbonden aan de democratische rechtsstaat. Politieke ambtsdragers hebben een onafhankelijke positie en moeten vertrouwen hebben. Het ambt moet ook toegankelijk zijn voor alle geledingen van de samenleving.
Voor de rechtspositie van politieke ambtsdragers geldt de stelregel dat deze in de lijn is met de aanspraken voor werknemers waar het kan en eigenstandig daar waar het moet.
Ondermijning van het lokaal bestuur
Ondermijning van het lokaal bestuur moet stevig worden aangepakt. Dat vraagt meer dan handhaving en opsporing. Ondermijning begeeft zich in het grijze circuit van criminaliteit, integriteit, de relatie burgers-overheid-bedrijfsleven en kent een mediacomponent. Ondermijning laat zich niet tegenhouden door een gefragmenteerde aanpak vanuit bijvoorbeeld één enkele burgemeester, gemeente, of handhavingsorganisatie. Ondermijning van het openbaar bestuur vergt een mix van lokale, regionale en landelijke aanpak.
De Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Veiligheid en Justitie organiseren rondetafelgesprekken over de aanpak van ondermijning en stellen een agenda ondermijning lokaal bestuur op. Onderdeel daarvan is dat elke burgemeester getraind kan worden in het omgaan met intimidatie en bedreiging.
Digitale overheid
Digitale Dienstverlening
Nederland digitaliseert. De overheid blijft daarbij niet achter. Burgers en bedrijven verwachten ook dat de overheid haar diensten digitaal aanbiedt. Steeds meer producten en diensten komen digitaal beschikbaar en leveren gemak op. Voorbeelden daarvan zijn het online aanvragen van een parkeervergunning en de vooringevulde belastingaangifte. Digitale dienstverlening dient toegankelijk, veilig en gebruikersvriendelijk te zijn. Niemand mag als gevolg van digitale dienstverlening tussen wal en schip vallen.
Eén van de randvoorwaarden voor digitale dienstverlening is wetgeving. Het wordt wettelijk geregeld dat alle bestuursorganen berichten en aanvragen in digitale vorm accepteren. Ook digitale publicatie van alle algemene bekendmakingen wordt wettelijk verankerd.
Voor een samenhangende en efficiënte manier digitaliseren van de overheidsdienstverlening aan burgers en bedrijven, is de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) beschikbaar. Deze bestaat uit verschillende voorzieningen, die identificatie en authenticatie, informatievoorziening en gegevensuitwisseling door en tussen overheidsorganisaties digitaal ondersteunen.
Eén van de voorzieningen binnen de GDI is het eID stelsel: een standaard voor toegang tot online dienstverlening. Het eID stelsel maakt het mogelijk dat burgers, consumenten en ondernemers gemakkelijk online zaken kunnen doen met de overheid en het bedrijfsleven. Het eID stelsel wordt zo ingericht dat zowel publieke als private middelen er deel van kunnen uitmaken (multimiddelenstrategie). Eind 2015 starten pilots om het eID stelsel te beproeven en wordt het mogelijk om toegang te krijgen tot zowel private diensten als publieke dienstverlening. In 2016 worden in enkele gemeenten kleinschalige pilots met publieke eID-middelen uitgevoerd. Wettelijke identiteitsdocumenten worden daarbij gebruikt om digitaal in te loggen en zaken te doen met de overheid.
Ook in 2016 wordt fraude rijksbreed aangepakt, bijvoorbeeld door het tegengaan van adres- en identiteitsfraude. Het accent ligt hierbij op fraude met identiteitsproducten zoals de Basisregistratie Personen (BRP), het Burgerservicenummer (BSN) en met DigiD. Onderdeel hiervan is de Landelijke aanpak Adreskwaliteit (Kamerstukken II 2014–2015, 17 050, nr. 496).
De Digicommissaris (ook wel Nationaal Commissaris Digitale Overheid) heeft de opdracht de beleidsontwikkeling en vernieuwing aan te jagen, daarmee de totstandkoming van (voorzieningen voor) de Digitale Overheid te bevorderen, het beheer van essentiële voorzieningen te borgen en het gebruik van die voorzieningen te stimuleren (Kamerstukken II 2013–2014, 26 643, nr. 314). De ingerichte besturingsstructuur brengt inhoud, financiën en sturing bij elkaar. Dit draagt bij aan het functioneren van de overheid en (digitale) dienstverlening aan burgers en bedrijven.
Open data / Open overheid
Actieve openbaarmaking van bij de overheid beschikbare data en overheidsinformatie draagt bij aan het vermogen van de overheid én van de samenleving om economische, sociale en democratische waarde te creëren en maatschappelijke vraagstukken op te lossen.
In het tweede tweejarig actieplan open overheid staan activiteiten die de ontsluiting van overheidsinformatie en -data stimuleren met activiteiten waarbij de aansluiting hiervan op het (her)gebruik door maatschappelijke initiatieven, de samenleving en overige overheden centraal staat. De pilot voor de duurzame ontsluiting en optimale toegankelijkheid van onderzoeksrapporten bij de rijksoverheid worden verbreed tot vijf departementen. Ook bij het Nationaal Archief en de Koninklijke Bibliotheek worden pilots gestart.
In de kabinetsreactie op de eerste en tweede trendrapportage van de Algemene Rekenkamer (Kamerstukken II 2014–2015, 32 802, nr. 12) is de «open data aanpak» gepresenteerd. In de volle breedte moet overheidsdata actief en zonder beletsel beschikbaar worden gesteld. De «nationale open data agenda» geeft hier een verdere gerichte impuls aan.
Nationale Veiligheid
De openheid en vrijheid die de Nederlandse samenleving kenmerken zijn het meer dan waard om te beschermen. Zeker als er krachten zijn die die waarden bedreigen. De Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) doet onder andere onderzoek naar organisaties, personen en andere landen die een (mogelijk) gevaar vormen voor de Nederlandse democratische rechtsorde. Op basis van de resultaten van deze onderzoeksactiviteiten worden bestuurders, beleidsmakers en andere belanghebbenden op lokaal, nationaal en internationaal niveau geïnformeerd en geadviseerd.
Versterking veiligheidsketen
De aanhoudende instabiliteit in het Midden-Oosten en Noord Afrika, de uitingen van de jihadistische dreiging in Europa en een toenemend aantal geradicaliseerde personen en terugkeerders in Nederland, maken duidelijk dat de huidige jihadistische dreiging de komende jaren een gegeven is. Gezien het verwachte langdurige karakter van dit dreigingsbeeld, wordt de veiligheidsketen op een aantal punten substantieel versterkt. Vanaf 2016 wordt daarom structureel geïnvesteerd in de operationele capaciteit van de AIVD op het gebied van contraterrorisme en radicalisering (Kamerstukken II 2014–2015, 29 754, nr. 302).
Ontwikkeling dreigingsbeeld
De belangrijkste ontwikkelingen in het dreigingsbeeld zijn: de buitengrenzen van Europa, de jihadistische dreiging en digitale aanvallen.
De afgelopen jaren zijn er aan de buitengrenzen van Europa meer fragiele en instabiele regio’s gekomen. De opmars van terroristische organisatie ISIS heeft een destabiliserende invloed op de landen in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Ofschoon de technische capaciteit van jihadistische groeperingen momenteel gering is, neemt de waarschijnlijkheid van het gebruik van cybermiddelen door deze groeperingen langzaam maar zeker toe. Ook de oostgrens van Europa is niet stabiel. Deze instabiliteit heeft gevolgen voor de nationale veiligheid, de Nederlandse buitenlandpolitiek, de handelsbelangen, de energievoorzieningszekerheid in Europa en de in Europa woonachtige migrantengemeenschappen. Dit brengt reële veiligheidsrisico’s met zich mee.
Een fors aantal jongeren is naar met name Syrië afgereisd om deel te nemen aan de jihadistische strijd. Bij terugkeer kunnen deze jongeren een veiligheidsrisico vormen. Daarnaast hebben verschillende jihadistische groeperingen al langer de intentie om het Westen, en daarmee mogelijk ook Nederland, te treffen. Binnen de transnationaal opererende jihadistische netwerken, zijn zowel jihadisten in het Westen als in het Midden-Oosten en Noord-Afrika actief. Tot dergelijke netwerken behoren ook Nederlanders. Bovendien kan het jihadisme ook aantrekkingskracht hebben op eenlingen of kleine groepen die niet zijn uitgereisd naar jihadgebieden en evenmin onderdeel uitmaken van een netwerk of organisatie. De terroristische aanslagen in België, Frankrijk, Canada en Australië tonen eens te meer aan hoe complex het huidige dreigingsbeeld is.
Er is op grote schaal sprake van cyberaanvallen. Deze digitale aanvallen, onder meer door vreemde mogendheden, nemen in aantal en complexiteit toe. Digitale aanvallen kunnen de integriteit van de staat, de veiligheid van de vitale infrastructuur en de vertrouwelijkheid van informatie aantasten. Met detectie en onderzoek naar digitale aanvallen worden organisaties binnen en buiten de overheid geholpen de weerbaarheid tegen digitale aanvallen te verhogen.
De wereld om ons heen is onveiliger geworden. De dreiging wordt versterkt door de instabiele internationale politieke situatie in Noord-Afrika, het Midden-Oosten en aan de oostgrens van Europa. Jihadistisch extremisme, aangewakkerd door de aanhoudende instabiliteit in het Midden-Oosten en delen van Afrika, blijft een dreiging. Voor de huidige nationale en internationale veiligheidssituatie bestaan geen snelle oplossingen. De complexiteit en ook intensiteit van dreigingen en conflicten vragen om samenwerking in nationaal en internationaal verband. Het kabinet staat dan ook een geïntegreerde, multidisciplinaire aanpak voor, met de gecoördineerde inzet van verschillende instrumenten: inlichtingen, cyber, Politie, Justitie, Defensie, diplomatie, ontwikkelingssamenwerking en het sanctie-instrumentarium.
Modernisering Wiv2002
De trends in het dreigingsbeeld en de samenleving vragen om verdere ontwikkeling van de AIVD. De Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv) uit 2002 wordt gemoderniseerd, zodat deze aansluit bij de huidige (technologische) ontwikkelingen. De internetconsultatie van het wetsvoorstel voor de vernieuwde Wiv is in 2015 gestart. Naar verwachting wordt in 2016 een voorstel voor parlementaire behandeling aangeboden.
Belangrijkste beleidsmatige mutaties t.o.v. vorig jaar (ontvangsten, uitgaven en niet-belastingsontvangsten)
art. nr. |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
634.126 |
603.596 |
569.306 |
559.986 |
557.838 |
0 |
|
Mutaties 1e suppletoire begroting |
111.927 |
21.855 |
26.535 |
28.756 |
33.837 |
40.127 |
|
Nieuwe mutaties: |
57.100 |
57.777 |
– 3.448 |
– 3.994 |
– 4.014 |
548.028 |
|
waarvan: |
|||||||
a. Middelen GDI |
6.2 |
3.100 |
8.000 |
||||
b. Middelen GDI |
6.3 |
29.033 |
28.145 |
||||
c. Mijnoverheid |
6.3 |
16.280 |
|||||
d. Digicommissaris |
6.3 |
15.800 |
|||||
e. GDI PI (projectinfrastructuur) |
6.3 |
4.786 |
2.465 |
||||
f. GDI NCDO |
11.1 |
3.000 |
3.000 |
||||
overige mutaties |
1.381 |
– 113 |
|||||
Stand ontwerpbegroting 2016 |
803.153 |
683.228 |
592.393 |
584.748 |
587.661 |
588.155 |
art. nr. |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
757.353 |
92.523 |
41.495 |
41.454 |
41.420 |
0 |
|
Mutaties 1e suppletoire begroting |
162.972 |
– 50.475 |
15.475 |
15.414 |
15.324 |
15.324 |
|
Nieuwe mutaties: |
422 |
0 |
0 |
0 |
0 |
41.420 |
|
Stand ontwerpbegroting 2016 |
920.747 |
42.048 |
56.970 |
56.868 |
56.744 |
56.744 |
Toelichting
a, b, c, d en e Middelen GDI, Mijnoverheid, Digicommissaris en GDI PI
Betreft toekenning van de tranche 2015 en 2016 van de middelen die op de aanvullende post gereserveerd zijn voor de voorzieningen die onderdeel uitmaken van de generieke digitale infrastructuur (GDI) waar BZK het opdrachtgeverschap voor vervult.
f. GDI NCDO (Nationaal Digicommissaris Digitale Overheid)
Betreft een overboeking vanaf de aanvullende post voor de apparaatskosten voor de Nationaal Commissaris Digitale overheid voor 2015 en 2016.
(realisatie) |
(planning) |
|||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Artikel |
Naam artikel |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
2021 |
Geheel artikelonderdeel? |
1 |
Openbaar bestuur en democratie |
|||||||||
1.1 |
Bestuurlijke en financiële verhoudingen |
✓ |
✓ |
ja1 |
||||||
1.2 |
Participatie |
✓ |
ja1 |
|||||||
2 |
Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst |
nee2 |
||||||||
6 |
Dienstverlenende en innovatieve overheid |
|||||||||
6.1 |
Verminderen regeldruk |
✓ |
||||||||
6.2 |
Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen |
✓ |
✓ |
ja |
||||||
6.3 |
Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen |
✓ |
✓ |
ja |
||||||
6.4 |
Burgerschap |
✓ |
ja1 |
|||||||
6.5 |
Reisdocumenten en basisadministratie persoonsgegevens |
✓ |
✓ |
ja1 |
||||||
7 |
Arbeidszaken overheid |
|||||||||
7.1 |
Overheid als werkgever |
✓ |
✓ |
✓ |
ja4 |
|||||
7.2 |
Pensioenen, uitkeringen en benoemingsregelingen |
nee5 |
Een beleidsdoorlichting is voor artikel 2 op grond van de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten niet mogelijk. Wel heeft de commissie Dessens in 2013 de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten geëvalueerd. Ook wordt uitvoering gegeven aan de motie Van Toorenburg/Schouw (30 977, nr. 105).
De doelstelling voor vermindering regeldruk voor professionals en burgers is in 2015 gerealiseerd. Na 2015 staat er geen budget op dit artikelonderdeel.
Vanwege het aflopen van het programa Veilige Publieke Taak wordt dit onderdeel vooruitlopend op de doorlichting in 2018, al in 2017 opgeleverd.
Voor beleidsartikel 7.2 geldt dat pensioenen en uitkeringen zich niet laten toetsen op doeltreffendheid en doelmatigheid. Wel worden in 2016 de uitkeringsduur en de sollicitatieplicht APPA geëvalueerd. Voor de pensioenen loopt momenteel een IBO «Doelmatigheid pensioengelden collectieve sector».
Voor een overzicht van de gerealiseerde beleidsdoorlichtingen en evaluaties wordt verwezen naar de meest recente jaarverslagen en/of de site van het Ministerie van Financien: http://www.rijksbegroting.nl/beleidsevaluaties. Voor het meerjare planning van de beleidsdoorlichtingen en evalauties wordt verwezen naar de bijlage bij deze begroting: Bijlage «Evaluatie- en overig onderzoek». Voor de gerealiseerde beleidsdoorlichtingen en overige evaluaties zijn hyperlinks opgenomen die meteen verwijzen naar de betreffende documenten.
Overzicht garanties
Artikel 7 |
Omschrijving |
Uitstaande garanties |
Geraamd te verlenen |
Geraamd te vervallen |
Uitstaande garanties |
Geraamd te verlenen |
Geraamd te vervallen |
Uitstaande garanties |
Garantieplafond |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2014 |
2015 |
2015 |
2015 |
2016 |
2016 |
2016 |
|||
Arbeidszaken overheid |
SAIP |
2.500 |
0 |
0 |
2.500 |
0 |
0 |
2.500 |
2.500 |
A Algemene doelstelling
Een bijdrage leveren aan een goed functionerend openbaar bestuur en democratie.
B Rol en verantwoordelijkheid
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is verantwoordelijk voor het functioneren van het stelsel van het openbaar bestuur. Die verantwoordelijkheid richt zich op de bestuurlijke verhoudingen, het beheer van het Gemeentefonds en interbestuurlijk toezicht. De Minister is verantwoordelijk voor de bestuurlijke organisatie (de Grondwet, de Gemeente- en Provinciewet, de Financiële verhoudingswet en de Wet gemeenschappelijke regelingen). In het regeerakkoord zijn op dit vlak ambitieuze beleidsvoornemens geformuleerd. Het gaat daarbij in de eerste plaats om de decentralisaties in het sociaal domein die door de Minister van BZK in hun onderlinge samenhang worden gecoördineerd en onder de verantwoordelijkheid van de bewindspersonen van SZW, V&J en VWS worden uitgevoerd. In het verlengde hiervan voert de Minister van BZK een krachtig beleid gericht op het bewerkstelligen van voldoende uitvoeringskracht bij met name de gemeenten. Een tweede pijler van de legitimatie van het Nederlandse openbaar bestuur betreft het democratische en rechtsstatelijke gehalte van de publieke besluitvorming en beleidsvoering. In dat kader waarborgt de Minister van BZK het functioneren van het constitutionele bestel, waaronder het stelsel van de representatieve democratie. Daarbij gaat het in de eerste plaats om de verkiezingen (de Kieswet) voor vertegenwoordigende lichamen op de verschillende bestuurlijke niveaus. De Minister van BZK zorgt er tevens voor dat de Kiesraad zijn wettelijke taken adequaat kan vervullen. Daarnaast voert de Minister van BZK de op 1 mei 2013 in werking getreden Wet financiering politieke partijen (Wfpp) uit en is hij sinds 1 april 2012 verantwoordelijk voor de procesvoering met betrekking tot het Europees Burgerinitiatief. Sinds 1 juli 2015 is de Wet raadgevend referendum van kracht; voor de uitvoering van deze wet is de Minister van BZK verantwoordelijk.
De Minister van BZK is als coördinerend bewindspersoon verantwoordelijk voor de totstandkoming van en het uitvoering geven aan de Agenda Stad die tot doel heeft de groei, leefbaarheid en innovatie van Nederlandse steden te versterken en de kracht van het Nederlandse stedennetwerk beter te benutten. De Minister van BZK is eveneens coördinerend bewindspersoon voor de Europese Urban Agenda, waarmee Nederland wil bijdragen aan het versterken van het internationaal concurrentievermogen en de leefbaarheid in Europese steden door een betere verankering van de stedelijke dimensie in het Europese beleid.
C Beleidswijzigingen
Sociaal Domein
De decentralisaties in het sociaal domein gaan de volgende fase in. Toegewerkt wordt naar een overheid die ondersteuning en zorg biedt waar dat nodig is. Gemeenten voeren de regie over deze transformatie. De burger, zijn behoeften, mogelijkheden en directe leefomgeving staan hierbij centraal. Dit vraagt om veranderingen in organisatie, cultuur en manieren van werken van de overheid en uitvoerende organisaties. De aandacht en inzet die aanwezig waren in de transitiefase van de decentralisaties zijn evenzeer nodig om deze fase tot een succes te maken. Het is bovendien cruciaal dat juist nu ruimte wordt gemaakt voor vernieuwing, terwijl de zorgcontinuïteit geborgd wordt en voorkomen wordt dat de focus alleen komt te liggen op het financieel beheer. De Minister stimuleert en regisseert in dit kader het vormgeven van een transformatieagenda samen met departementen, gemeenten en de VNG. Bij de uitdieping daarvan in 2016 wordt gewerkt vanuit bestuurlijk partnerschap en zullen de lokale praktijk en de vraagstukken die daar spelen centraal staan. Aansluiting wordt gezocht bij reeds lopende initiatieven, opdat geen zaken dubbel worden opgepakt.
De verantwoordelijkheden van het Rijk zijn in deze fase gerelateerd aan de verantwoordelijkheden van de verschillende bewindspersonen. Voor de Minister van BZK gaat het daarbij om de verantwoordelijkheid voor goed openbaar bestuur. In dat kader gaat het om het creëren van die voorwaarden waarbinnen de gemeenten de transformatie opdracht effectief kunnen vervullen. Voorts heeft de Minister van BZK vanuit zijn coördinerende functie een rol te vervullen in het bewaken van de totale samenhang van het optreden van de rijksoverheid in deze fase.
De jaarlijkse «overall rapportage informatievoorziening sociaal domein» geeft een inzicht in de stand van zaken in het gedecentraliseerde sociaal domein. In mei 2016 wordt de rapportage aan de Tweede Kamer worden gestuurd. De rapportage brengt de uitkomsten van de monitoring gerelateerd aan de drie decentralisatiewetten bij elkaar. Daaraan worden de uitkomsten van de bestuurlijke monitor toegevoegd evenals een kwalitatief casusonderzoek en de zogenaamde «sociaal domein index», waarin centraal staat wat de effecten van de decentralisaties zijn voor (kwetsbare) burgers.
Agenda Lokale Democratie
Een goed functionerende lokale democratie is van groot belang, zeker gelet op actuele maatschappelijke ontwikkelingen zoals de opkomst van de netwerksamenleving, de mondigere burger, digitalisering en de uitbreiding van het gemeentelijk takenpakket in het sociaal domein (decentralisaties). Met de Agenda Lokale Democratie (Kamerstukken II, 2014–2015, 34 000-VII, nr. 36) wil de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties formele, representatieve democratie en de informele, participatieve democratie versterken. In deze agenda is bijvoorbeeld een aantal maatregelen opgenomen die bijdragen aan een goede werking van de lokale democratie, zoals versterking van lokale rekenkamers. Ook heeft de Minister een Experimentenwet aangekondigd om een aantal gemeenten de ruimte te bieden om af te kunnen wijken van wettelijke regelingen. In 2016 zal het kabinet een voorstel voor een Experimentenwet aanbieden voor parlementaire behandeling. Daarnaast vindt er een verkenning plaats voor het door de Minister aangekondigde standpunt op het recht op participatie (ook wel «buurtrechten» genoemd). Voorts neemt de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties samen met de VNG en de beroepsverenigingen (van raadsleden, wethouders, etcetera) actief deel aan het programma Lokale Democratie in Beweging. Het legt de focus op de wijze waarop gemeentebesturen en -raden, samen met burgers en bedrijven vorm geven aan de omgeving. Ten slotte stimuleert de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties vernieuwende democratische praktijken, onder anderen door middel van de «democratic challenge», ondersteuning van het G1000-platform en onderzoek naar de effecten van dit instrument. De Agenda Lokale Democratie stimuleert niet alleen nieuwe vormen van democratie, maar organiseert ook het leerproces om de effecten en kansen ervan inzichtelijk te maken voor burgers en gemeenten.
D1 Budgettaire gevolgen van beleid
Beleidsartikel 1 Openbaar bestuur en democratie
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen: |
16.323 |
35.933 |
29.154 |
29.131 |
29.096 |
29.096 |
29.096 |
|
Uitgaven: |
29.408 |
35.933 |
29.154 |
29.131 |
29.096 |
29.096 |
29.096 |
|
Waarvan juridisch verplicht |
73% |
|||||||
1.1 |
Bestuurlijke en financiele verhouding |
9.425 |
11.895 |
9.524 |
9.501 |
9.484 |
9.484 |
9.484 |
Subsidies |
3.601 |
4.209 |
3.755 |
3.753 |
3.753 |
3.753 |
3.753 |
|
Communicatie, kennisdeling en onderzoek |
995 |
608 |
28 |
28 |
28 |
28 |
28 |
|
Diverse subsidies |
13 |
427 |
553 |
551 |
551 |
551 |
551 |
|
Oorlogsgravenstichting (OGS) |
2.593 |
3.174 |
3.174 |
3.174 |
3.174 |
3.174 |
3.174 |
|
Opdrachten |
5.702 |
7.686 |
5.769 |
5.748 |
5.731 |
5.731 |
5.731 |
|
Communicatie, kennisdeling en onderzoek |
5.702 |
7.686 |
5.769 |
5.748 |
5.731 |
5.731 |
5.731 |
|
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties |
122 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Bijdragen internationaal |
122 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
1.2 |
Participatie |
19.983 |
24.038 |
19.630 |
19.630 |
19.612 |
19.612 |
19.612 |
Subsidies |
16.907 |
17.963 |
17.060 |
17.060 |
17.060 |
17.060 |
17.060 |
|
Politieke partijen |
16.907 |
17.963 |
17.060 |
17.060 |
17.060 |
17.060 |
17.060 |
|
Opdrachten |
2.918 |
5.625 |
2.570 |
2.570 |
2.552 |
2.552 |
2.552 |
|
Kiesraad |
633 |
1.875 |
220 |
220 |
202 |
202 |
202 |
|
Verkiezingen |
2.285 |
3.750 |
2.350 |
2.350 |
2.350 |
2.350 |
2.350 |
|
Bijdragen aan andere overheden |
158 |
450 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Experiment centrale stemopneming |
158 |
450 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Ontvangsten: |
25.352 |
21.965 |
21.965 |
21.965 |
21.965 |
21.965 |
21.965 |
D2 Budgetflexibiliteit
Subsidies
De subsidies zijn voor 100% juridisch verplicht. Het betreft financiering van de politieke partijen en oorlogsgravenstichting.
Opdrachten
Het budget voor opdrachten is voor 7% juridisch verplicht. Het betreft hier middelen onder andere voor de verkiezingen, kenniscentra en onderzoeken door derden.
E Toelichting op de instrumenten
1.1 Bestuurlijke en financiële verhoudingen
Subsidies
Communicatie, kennisdeling en onderzoek
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verstrekt subsidies en bijdragen aan onderzoeksinstellingen, universiteiten of particulieren voor verkenningen en onderzoek naar het functioneren van het openbaar bestuur.
Diverse subsidies
Het Kenniscentrum Europa Decentraal ontvangt een subsidie. Dit is een gezamenlijk initiatief van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het Interprovinciaal Overleg, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Unie van Waterschappen, dat zich richt op toepassing en verspreiding van kennis en expertise over Europees recht bij de decentrale overheden.
Oorlogsgravenstichting (OGS)
Namens de Nederlandse overheid onderhoudt de Oorlogsgravenstichting wereldwijd ongeveer 50.000 graven van Nederlandse oorlogsslachtoffers. Deze graven liggen in meer dan vijftig landen, verspreid over vijf continenten. Het zwaartepunt ligt daarbij in Indonesië. Tevens verzorgt de Stichting ruim 10.000 graven van militairen van de geallieerde strijdkrachten in Nederland. De Oorlogsgravenstichting ontvangt een subsidie voor de uitvoering hiervan.
Opdrachten
Communicatie, kennisdeling en onderzoek
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zet zich in voor kennisdeling en kennisvermeerdering. Verschillende publicaties, congressen en onderzoeken op het terrein van het functioneren van het openbaar bestuur worden gefinancierd. Ook financiert het Ministerie onderzoeken door derden, zoals het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO).
1.2 Participatie
Subsidies
Politieke partijen
Politieke partijen krijgen subsidie op grond van de Wet financiering politieke partijen. Een politieke partij komt voor subsidie in aanmerking als zij voldoet aan een aantal in deze wet genoemde voorwaarden. In 2015 ontvangen elf politieke partijen subsidie.
Partij |
Waarde 2012 (in €) |
Waarde 2013 (in €) |
Te verlenen subsidie 2014 (in €)1 |
Te verlenen subsidie 2015 (in €)2 |
---|---|---|---|---|
VVD |
2.743.998 |
3.712.978 |
3.695.138 |
3.686.713 |
PvdA |
2.780.432 |
3.592.723 |
3.592.977 |
3.570.609 |
SP |
1.666.193 |
1.632.647 |
1.635.827 |
1.595.392 |
CDA |
2.110.184 |
1.744.143 |
1.657.960 |
1.659.175 |
D66 |
1.273.909 |
1.528.924 |
1.539.011 |
1.570.742 |
CU |
849.162 |
948.280 |
918.024 |
924.943 |
GL |
1.137.367 |
866.898 |
798.546 |
804.193 |
SGP |
738.740 |
868.102 |
882.093 |
891.067 |
PvdD |
540.732 |
617.206 |
616.147 |
618.780 |
50PLUS |
328.015 |
380.655 |
492.688 |
456.749 |
OSF |
351.339 |
362.061 |
366.529 |
365.097 |
Totaal |
14.520.071,) |
16.254.618 |
16 194 939 |
16.143.461 |
Het relatief grote verschil tussen de totale bedragen van 2012 en die van latere jaren is te verklaren uit het feit dat de subsidie voor de instellingen voor buitenlandse activiteiten van de politieke partijen tot en met 2012 werd uitbetaald door de Minister van Buitenlandse Zaken. Sinds 2013 verstrekt de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties deze subsidie op grond van de Wet financiering politieke partijen.
Het betreft hier voorlopige bedragen. 80% daarvan is inmiddels uitgekeerd. Uiterlijk 1 juli van het jaar volgend op het subsidiejaar moeten partijen een definitieve subsidieaanvraag indienen. Als bij de beoordeling daarvan blijkt dat de partijen voldoen aan de voorwaarden, wordt de resterende 20% uitgekeerd.
Opdrachten
Kiesraad
De Kiesraad fungeert als centraal stembureau voor de verkiezingen van de Tweede Kamer, de Eerste Kamer en het Europese parlement. De Kiesraad registreert partijaanduidingen, nummert kandidatenlijsten en stelt de officiële verkiezingsuitslagen voor deze verkiezingen vast. Daarnaast is de Kiesraad het adviesorgaan voor het kabinet en parlement op het terrein van het kiesrecht en de organisatie en uitvoering van verkiezingen. Verder verschaft de Kiesraad informatie aan gemeenten, provincies, politieke partijen, burgers en media over kiesrecht en verkiezingen.
De Kiesraad heeft sinds de inwerkingtreding van de Wet raadgevend referendum in 2015 een aanvullende taak voor het verzamelen, tellen en controleren van inleidende verzoeken en ondersteuningsverklaringen voor het raadgevend referendum.
Verkiezingen en Referenda
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor de inrichting van het verkiezingsproces en voor de daarbij behorende wet- en regelgeving. Dit heeft betrekking op de verkiezingen die in Nederland worden gehouden (dit is inclusief de verkiezingen in Caribisch Nederland).
In 2016 vinden geen reguliere verkiezingen plaats. Wel wordt – zoals gebruikelijk – rekening gehouden met voortijdige Tweede Kamerverkiezing. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor de uitvoering van de landelijke voorlichtingscampagne en het faciliteren van de gemeenten bij de uitvoering van de verkiezingen. Tevens moet er, sinds de inwerkingtreding van de Wet raadgevend referendum in 2015, rekening mee worden gehouden dat er in 2016 referendumverkiezingen kunnen plaatsvinden. Indien dat het geval is, is de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verantwoordelijk voor het organiseren van deze verkiezingen.
In 2016 is een test gepland met internetstemmen voor kiezers die vanuit het buitenland mogen stemmen. De test zal de vorm hebben van een schaduwverkiezing en heeft tot doel na te gaan hoe internetstemmen zich ontwikkelt, met name waar het de betrouwbaarheid betreft.
Op 12 mei 2015 is een Deskundigengroep elektronisch stemmen en tellen in het stemlokaal ingesteld als vervolg op het rapport van de commissie Onderzoek elektronisch stemmen en tellen (de commissie Van Beek). Deze Deskundigengroep moet de specificaties opstellen voor de systemen die nodig zijn voor het stemmen met behulp van een stemprinter en het tellen met scantechnologie. Aan de hand van de specificaties zal worden bezien of de ontwikkeling van deze systemen mogelijk is en tegen welke kosten. Na afloop neemt het kabinet een besluit over de mogelijke invoering van elektronisch stemmen en tellen.
Bij de herindelingsverkiezingen van november 2016 is een experiment voorzien met een nieuw model stembiljet. Om dit experiment mogelijk te maken is een wijziging van de Tijdelijke experimentenwet nieuwe stembiljetten en centrale stemopneming in voorbereiding. Het wetsvoorstel is in juni 2015 voor advies aan de Raad van State gezonden.
Ontvangsten
De ontvangsten betreffen de bijdragen van de waterschappen ten behoeve van de Waarderingskamer.
A Algemene doelstelling
AIVD staat voor de nationale veiligheid door tijdig dreigingen, internationale politieke ontwikkelingen en risico’s te onderkennen die niet direct zichtbaar zijn en doet daartoe onderzoek in binnen- en buitenland. De AIVD signaleert, adviseert en deelt gericht informatie met zijn samenwerkingspartners zodat deze de dreiging en risico’s kunnen reduceren. Waar nodig reduceert de AIVD bovendien zelfstandig risico’s.
B Rol en verantwoordelijkheid
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor de taakuitvoering van de AIVD. De AIVD verricht onderzoek in binnen- en buitenland met behulp van algemene inlichtingenmiddelen (open bronnen) en bijzondere inlichtingenmiddelen. Op basis van de bevindingen informeert en adviseert de AIVD zijn afnemers met ambtsberichten en analyses (waaronder openbare publicaties) en door gericht relatiemanagement.
De Minister legt zo veel als mogelijk in het openbaar verantwoording af aan de Tweede Kamer. Waar dat niet kan, vanwege geheimhoudingsnoodzaak, gebeurt dit via de Commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CIVD) van de Tweede Kamer.
Waarde 2013 |
Waarde 2014 |
|
---|---|---|
Aantal openbare publicaties |
3 |
8 |
Aantal ambtsberichten1 aan het OM |
42 |
50 |
Aantal ambtsberichten aan Economische Zaken (EZ) |
30 |
30 |
Aantal dreigingsinformatie-producten ten behoeve van stelsel bewaken en beveiligen (art 6.2.e Wiv 2002)2 |
115 |
144 |
Aantal dreigingsinformatie-producten ten behoeve van beveiligingsbevorderende taak (art 6.2.c Wiv 2002) |
12 |
12 |
Aantal door AIVD in behandeling genomen veiligheidsonderzoeken3 |
7.929 |
8.710 |
Aantal herhaalonderzoeken |
1.367 |
1.249 |
Aantal geweigerde Verklaringen van Geen Bezwaar (VGB)4 |
716 |
958 |
Noot 1: De AIVD brengt ambtsberichten uit aan het Openbaar Ministerie, het Ministerie van Buitenlandse Zaken i.h.k.v. exportcontroles en overige afnemers.
Noot 2: De gerapporteerde stelselproducten bewaken en beveiligen zijn: dreigingsinschatting, dreigingsanalyse, risicoanalyse en mededelingen.
C Beleidswijzigingen
De aanhoudende instabiliteit in het Midden-Oosten en Noord-Afrika, de uitingen van de Jihadistische dreiging in Europa en een toenemend aantal geradicaliseerde personen en terugkeerders in Nederland, maken duidelijk dat de huidige Jihadistische dreiging de komende jaren een gegeven is. Gezien het verwachte langdurige karakter van dit dreigingsbeeld wordt de veiligheidsketen op een aantal punten substantieel versterkt. Investeringen in de operationele capaciteit, zoals het versterken van de observatiecapaciteit en incidentopvolging, zijn op de middellange en lange termijn nodig. Ook zullen extra contra-terrorismeteams inclusief technische hulpmiddelen worden gevormd. Met een structurele versterking van de AIVD oplopend tot € 40 mln. in 2020 (het AIVD budget is in 2015 € 212,3 mln.) kan de AIVD voldoende capaciteit vrijmaken voor contraterrorisme en radicalisering zonder dat andere belangrijke onderzoeken daaronder lijden (Kamerstukken II, vergaderjaar 2014–2015, 29 754, nr. 302).
Hiermee komt voor de AIVD na een aantal jaren van budgettaire turbulentie een stabiel meerjarige budget beschikbaar, zodat gewerkt kan worden aan een toekomst bestendige organisatie en ruimte ontstaat voor meer rust in de organisatie.
Op verzoek van de Tweede Kamer (motie Schouw/Van Toorenburg, Kamerstukken II, 2013–2014, 30 977, nr. 105), heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de Algemene Rekenkamer verzocht onderzoek te doen naar de effecten van opeenvolgende taakstellingen op de organisatie en het werk van de AIVD (Kamerstukken 2014Z14886 van 27 augustus 2014). Het kabinet heeft besloten alle aanbevelingen van de Algemene Rekenkamer aan het kabinet en de Minister van BZK in het bijzonder over te nemen. Bij de invulling van de extra intensivering van februari 2015 is bijzondere aandacht voor de borging van het meerjarenperspectief. Opleiding, informatisering en permanente innovatie krijgen hierin een plaats.
D1 Budgettaire gevolgen van beleid
Beleidsartikel 2 Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen: |
188.833 |
212.356 |
213.713 |
215.370 |
215.744 |
220.744 |
229.744 |
|
Uitgaven: |
193.364 |
212.356 |
213.713 |
215.370 |
215.744 |
220.744 |
229.744 |
|
2.1 |
Apparaat |
183.638 |
203.257 |
204.613 |
206.270 |
206.644 |
211.644 |
220.644 |
2.2 |
Geheim |
9.726 |
9.099 |
9.100 |
9.100 |
9.100 |
9.100 |
9.100 |
Ontvangsten: |
8.692 |
12.714 |
12.714 |
12.714 |
12.714 |
12.714 |
12.714 |
D2 Budgetflexibiliteit
Omdat het budget als apparaat wordt aangemerkt, is het gehele budget juridisch verplicht verondersteld.
E Toelichting op de instrumenten
Vanwege het bijzondere karakter van dit begrotingsartikel en de gedeeltelijk geheime uitgaven zijn de uitgaven niet nader uitgesplitst en zijn de apparaatsuitgaven niet opgenomen in het centraal apparaatsartikel.
Ontvangsten
De ontvangsten van de AIVD hebben grotendeels betrekking op de tarifering van de veiligheidsonderzoeken.
A Algemene doelstelling
Een goede, eenvoudige en betrouwbare dienstverlening aan burgers door te zorgen voor veilige en betrouwbare voorzieningen voor efficiënt gebruik van overheidsinformatie en -gegevens, verbeteren van de informatiepositie van de burger, en het bevorderen van maatschappelijk initiatief (actief burgerschap).
B Rol en verantwoordelijkheid
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een belangrijke rol als het gaat om de relatie tussen samenleving en overheid. Deze rol komt op verschillende manieren tot uitdrukking.
Voor het verankeren van het burgerperspectief (rechten en plichten) in het informatiebeleid heeft de Minister een coördinerende rol ten aanzien van de verschillende overheden en de relatie tussen overheden en burgers. Tevens heeft de Minister een stimulerende rol bij het bevorderen van de doe-democratie (programma burgerschap) en ten aanzien van open overheid en (her)gebruik van open overheidsdata.
De Minister stelt voor de Basisregistratie Personen (BRP) het beleid vast en is verantwoordelijk voor de uitvoering. De Minister is verantwoordelijk voor een goed functionerende Wet Basisregistratie Personen en verantwoordelijk voor betrouwbare reis- en identiteitsdocumenten.
Net als voor de fysieke infrastructuur heeft de overheid de verantwoordelijkheid voor een beschikbare en veilige digitale infrastructuur waarvan burgers en bedrijven gebruik maken en die randvoorwaardelijk is voor het functioneren van de overheid zelf. In de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) moeten basisregistraties, digitaal berichtenverkeer, identificatie en authenticatie een plaats krijgen. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is beleidsverantwoordelijk voor een groot deel van deze digitale voorzieningen.
C Beleidswijzigingen
Vermindering Regeldruk
Het kabinet heeft als doelstelling gesteld om rijksbrede regeldruk voor bedrijven, burgers en professionals in de periode tot 2017 te verminderen met € 2,5 mld. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een coördinerende rol richting departementen om de regeldruk en administratieve lasten voor burgers en professionals te beperken. Op het vlak van burgers en professionals is reeds een voldoende aandeel in het behalen van de totale doelstelling van € 2,5 mrd. geleverd. Zie hiervoor de voorjaarsrapportage regeldruk, (Kamerstukken II, 29 515, nr. 361). De Minister verlegt het accent daarom in het vervolg van deze kabinetsperiode naar een merkbare vermindering van regeldruk in het bijzonder door het verbeteren van de kwaliteit van (digitale) dienstverlening.Tegelijkertijd blijft de Minister van BZK vanuit zijn coördinerende rol verantwoordelijk voor het behalen van de doelstelling uit het Regeerakkoord.
eID
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties werkt (in overleg met de Minister van Economische Zaken en de Minister voor Wonen en Rijksdienst) samen met het bedrijfsleven aan een standaard voor toegang tot online dienstverlening: het eID Stelsel. Dit eID stelsel moet het mogelijk maken dat burgers, consumenten en ondernemers online zaken kunnen doen met de overheid en het bedrijfsleven, met één of meer inlogmiddelen. Eind 2015 starten pilots met zowel publieke als private middelen om het eID stelsel te beproeven.
Beleidsartikel 6 Dienstverlenende en innovatieve overheid
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen: |
136.236 |
175.438 |
151.477 |
81.583 |
81.078 |
81.079 |
81.079 |
|
Uitgaven: |
134.488 |
175.438 |
151.477 |
81.583 |
81.078 |
81.079 |
81.079 |
|
Waarvan juridisch verplicht |
91% |
|||||||
6.1 |
Verminderen regeldruk |
1.974 |
1.542 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Opdrachten |
1.527 |
1.412 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Vermindering regeldruk en administratieve lasten |
1.527 |
1.412 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Bijdragen aan baten-lastenagentschappen |
347 |
100 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Vermindering regeldruk en administratieve lasten |
347 |
100 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Bijdragen aan andere overheden |
100 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Bijdrage aan gemeenten |
100 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties |
0 |
30 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Bijdragen internationaal |
0 |
30 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
6.2 |
Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen |
37.341 |
43.501 |
28.333 |
20.307 |
20.288 |
20.288 |
20.288 |
Subsidies |
414 |
64 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
(door)ontwikkeling e-overheidvoorzieningen |
414 |
64 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Opdrachten |
35.602 |
31.803 |
24.902 |
17.484 |
17.488 |
18.488 |
18.488 |
|
(door)ontwikkeling e-overheidvoorzieningen |
23.621 |
20.430 |
23.502 |
15.484 |
15.488 |
15.488 |
15.488 |
|
Aanpak fraudebestrijding |
2.936 |
11.373 |
1.400 |
2.000 |
2.000 |
3.000 |
3.000 |
|
Implementatie NUP (VNG) |
9.045 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Bijdragen aan baten-lastenagentschappen |
1.325 |
11.460 |
3.431 |
2.823 |
2.800 |
1.800 |
1.800 |
|
Aanpak fraudebestrijding |
1.225 |
2.475 |
2.700 |
2.100 |
2.100 |
1.100 |
1.100 |
|
Baten-lastenagentschap Logius |
100 |
2.862 |
731 |
723 |
700 |
700 |
700 |
|
Baten-lastenagentschap RvIG |
0 |
6.123 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Bijdragen aan andere overheden |
0 |
174 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Loketkosten gemeenten |
0 |
174 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
6.3 |
Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen |
67.608 |
90.967 |
87.358 |
38.234 |
37.256 |
37.256 |
37.256 |
Opdrachten |
2.316 |
3.929 |
3.404 |
2.332 |
2.329 |
2.329 |
2.329 |
|
Beheer e-overheidsvoorzieningen |
0 |
2.149 |
1.624 |
552 |
549 |
549 |
549 |
|
Officiële publicaties en wettenbank |
2.316 |
1.780 |
1.780 |
1.780 |
1.780 |
1.780 |
1.780 |
|
Bijdragen aan baten-lastenagentschappen |
65.292 |
87.038 |
83.954 |
35.902 |
34.927 |
34.927 |
34.927 |
|
Baten-lastenagentschap Logius |
46.649 |
77.209 |
75.254 |
27.428 |
26.538 |
26.538 |
26.538 |
|
Baten-lastenagentschap RvIG |
12.461 |
4.601 |
4.601 |
4.591 |
4.591 |
4.591 |
4.591 |
|
Baten-lastenagentschap UBR |
6.182 |
5.228 |
4.099 |
3.883 |
3.798 |
3.798 |
3.798 |
|
6.4 |
Burgerschap |
5.813 |
5.498 |
4.794 |
4.794 |
4.794 |
4.794 |
4.794 |
Subsidies |
5.342 |
4.642 |
4.294 |
4.294 |
4.294 |
4.294 |
4.294 |
|
Comité 4/5 mei |
107 |
106 |
106 |
106 |
106 |
106 |
106 |
|
ProDemos |
5.006 |
4.338 |
4.188 |
4.188 |
4.188 |
4.188 |
4.188 |
|
Programma burgerschap |
229 |
198 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Opdrachten |
471 |
856 |
500 |
500 |
500 |
500 |
500 |
|
Programma burgerschap |
471 |
856 |
500 |
500 |
500 |
500 |
500 |
|
6.5 |
Reisdocumenten en basisadministratie personen |
21.752 |
33.930 |
30.992 |
18.248 |
18.740 |
18.741 |
18.741 |
Subsidies |
10 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Beleid BRP en reisdocumenten |
10 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Opdrachten |
6.536 |
12.315 |
10.133 |
2.251 |
2.759 |
2.759 |
2.759 |
|
Beleid BRP en reisdocumenten |
142 |
3.050 |
2.613 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Modernisering BRP |
6.394 |
9.265 |
7.520 |
2.251 |
2.759 |
2.759 |
2.759 |
|
Bijdragen aan baten-lastenagentschappen |
15.206 |
21.615 |
20.859 |
15.997 |
15.981 |
15.982 |
15.982 |
|
Baten-lastenagentschap RvIG |
15.206 |
21.615 |
20.859 |
15.997 |
15.981 |
15.982 |
15.982 |
|
Ontvangsten: |
10.020 |
5.886 |
624 |
574 |
513 |
423 |
423 |
D2 Budgetflexibiliteit
Subsidies
De subsidies zijn 100% verplicht. Het gaat om subsidies aan ProDemos en comite 4/5 mei.
Opdrachten
Van de opdrachten is 70% juridisch verplicht.
Bijdragen aan baten-lastendiensten
De bijdragen aan baten-lastendiensten zijn voor 100% juridisch verplicht. Het betreft verplichtingen die aangegaan zijn voor het beheren en doorontwikkelen van diverse voorzieningen, zoals DigiD, BSN, GBA, wettenbank.
E Toelichting op de instrumenten
6.2 Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen
Opdrachten
(door)ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen
Onder het credo «de burger centraal, de kosten minimaal, de overheid digitaal» geeft het kabinet invulling aan de ambitie uit het Regeerakkoord om de digitale dienstverlening aan bedrijven en burgers te versterken. Hiermee wordt tevens invulling gegeven aan de Europese doelstellingen rond digitalisering van de overheden. De Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Economische Zaken zorgen als coördinerende departementen waar nodig voor (beleids-)kaders en randvoorwaarden voor de invoering van de digitalisering. Tevens wordt de ontwikkeling van een hulpstructuur gefaciliteerd voor burgers die minder digivaardig zijn. Ook wordt gezamenlijk gewerkt aan de wettelijke basis van de e-overheid.
Met de kabinetsvisie op een open overheid (Kamerstukken II, 32 802 VII, nr. 5) is besloten transparantie in te zetten om openbaar bestuur en publieke dienstverlening te verbeteren.
Actieve openbaarmaking van bij de overheid beschikbare data en overheidsinformatie draagt bij aan het vermogen van de overheid èn van de samenleving om economische en democratische waarde te creëren en maatschappelijke vraagstukken op te lossen. In 2016 wordt gestart met het tweede tweejarig actieplan «Open overheid». Aanvullend worden via de nationale Open Data agenda meer datasets opengesteld en worden overheden gestimuleerd om meer gebruik te maken van beschikbare data mede ten behoeve van betere besluit- en beleidsvorming. Het inmiddels opgezette Leer- en expertisecentrum Open Overheid zal een impuls blijven geven aan de ontsluiting van het data aanbod en de aansluiting hiervan op de vraag. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is beleidsverantwoordelijke en werkt daarbij netwerkgericht samen ten behoeve van het op gang brengen van deze beweging met een aanzienlijk aantal andere overheden, uitvoeringsinstanties en maatschappelijke organisaties. Nederland is aangesloten bij het Open Government Partnership.
Informatieveiligheid is verbonden met goed openbaar bestuur. Burgers moeten erop kunnen vertrouwen dat hun gegevens veilig zijn bij de overheid. Met de toegenomen digitale dienstverlening neemt het belang van de informatieveiligheid alleen maar toe. De verantwoording van informatieveiligheid naar besturen binnen de systematiek van de verplichtende zelfregulering vindt plaats langs de basis voor informatieveiligheid die is vastgelegd in de baseline en geldt voor de betreffende bestuurslaag. Tegelijkertijd wordt met betrokkenen bekeken of de bestaande baselines van de verschillende overheidslagen samengevoegd kunnen worden tot één kader waaraan moet worden voldaan binnen de gehele overheid. Binnen bestaande verantwoordingen over informatieveiligheid tussen Rijk en medeoverheden worden deze gestroomlijnd langs diezelfde baselines, waarmee de bestaande administratieve last zoveel mogelijk wordt voorkomen en waar mogelijk wordt teruggebracht. Deze basis van informatieveiligheid voor bestuursorganen wordt wettelijk verankerd.
Aanpak fraudebestrijding
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties blijft zich inzetten om te voorkomen dat DigiD, BRP en reisdocumenten in de keten ruimte laten voor het plegen van fraude. Deze inspanningen zijn gericht op verdere verhoging van de kwaliteit van de basisregistratie personen en de andere identiteitsproducten. Dit wordt ook gerealiseerd in het project Landelijke Aanpak Adreskwaliteit (LAA), het verder verhogen van het aantal bruikbare terugmeldingen door gebruikers van de gegevens, het terugdringen van het aantal zogenaamde «spookburgers», betere inzage voor burgers in de registratie en het gebruik van hun gegevens en de deskundigheidsbevordering van de burgerzaken-ambtenaren. Voorts wordt verder gewerkt aan innovatieve middelen om identiteits- en adresfraude tegen te gaan, zoals de doorontwikkeling van de KopieID app en de meerjarige bewustwordingscampagne tegen fraude en aan het systematisch in kaart brengen van de kwetsbaarheden in de identiteitsketen.
Bijdragen aan baten- en lastenagentschappen
Het baten- en lastenagentschap Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG) en Logius ontvangen een bijdrage van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties om fraude actief aan te pakken. Hieronder valt het verbeteren van de systemen ter voorkoming van fraude en het aanbieden van slachtofferhulp.
6.3 Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen
Opdrachten
Beheer e-overheidsvoorzieningen
Overheidsorganisaties maken steeds meer gebruik van de generieke voorzieningen van de e-overheid en zijn daarmee ook meer afhankelijk van betrouwbare levering van verschillende e-overheidsvoorzieningen. Voor alle overheden is een bruikbare, veilige en efficiënte generieke digitale infrastructuur nodig. Het gebruik hiervan door burgers, bedrijven en overheden is randvoorwaardelijk voor het functioneren van de overheid en de maatschappij zelf.
Officiële publicaties en wettenbank
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor verschillende elektronische publicaties waaronder Wetten.nl en de Staatscourant alsmede voor de coördinatie van alle officiële publicaties. Dit betreft een wettelijke taak. De productie vindt plaats bij Sdu en het strategisch beheer wordt verricht door het baten-lastenagentschap UBR.
Bijdragen aan baten- en lastenagentschappen
Baten-lastenagentschap Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG, voormalig BPR)
Baten-lastenagentschap RvIG ontvangt voor de beheervoorziening Burgerservicenummer een bijdrage van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Met de inwerkingtreding van de Wet Basisregistratie personen (Wet BRP) per 6 januari 2014 ontvangt RvIG eveneens een bijdrage voor het beheer van de registratie niet-ingezetenen (RNI). Daarnaast verstrekt het agentschap RvIG jaarlijks, namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, een vergoeding aan de RNI-loketgemeenten voor de inschrijving van niet-ingezetenen.
Baten-lastenagentschap Logius
Logius ontvangt een bijdrage die aangewend wordt voor het beheer en de exploitatie van essentiële e-overheidvoorzieningen, die onderdeel uitmaken van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI). Dit betreft onder andere DigiD en DigiD Machtigen (inclusief DigiD-buitenland), de stelselvoorzieningen Digikoppeling, Digimelding, Digilevering en Stelselcatalogus, Public Key Infrastructure voor de overheid (PKI overheid), webrichtlijnen, Samenwerkende Catalogi, Overheidsorganisaties, Overheid.nl en het ten uitvoer brengen van DDoS-maatregelen.
De meetbare gegevens zijn opgenomen in de bijlage baten- en lastenagentschappen van RvIG (VII) en Logius (H XVIII).
Baten-lastenagentschap Uitvoeringsorganisatie Bedrijfsvoering Rijk (UBR)
UBR ontvangt een bijdrage van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor het beheer van diverse elektronische publicaties op overheid.nl (Staatscourant, centrale en decentrale wettenbank, tuchtrecht, open data) en voor de standaard van metadata voor de overheid. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is tevens verantwoordelijk voor het publiek openbaar stellen van open data van de overheid. Dit gebeurt via de open data portal bij Kennis- en Exploitatiecentrum Officiële Overheidspublicaties (KOOP), onderdeel van UBR.
6.4 Burgerschap
Subsidies
Comité 4/5 mei en ProDemos
Voor het bevorderen van burgerschap, democratie en rechtsstaat worden subsidies gegeven aan het Nationaal Comité 4 en 5 mei en ProDemos. Beide stichtingen wenden deze subsidie aan voor het bevorderen van de kennis en het debat over democratie en burgerschap.
Opdrachten
Burgerschap
Burgerschap is van de samenleving. Voor de realisatie van «meer burger, minder overheid» is het noodzakelijk dat overheden en maatschappelijke instellingen meer ruimte geven aan maatschappelijk initiatief en daar beter bij aansluiten (Kamerstukken II, 33 400 VII, nr. 79).
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties werkt met tal van overheden en maatschappelijke netwerken aan de transitie naar meer doe-democratie. Voor deze transitie wordt – onder andere via de Agenda Lokale Democratie en Agenda Stad – gewerkt aan vernieuwende vormen van participatieve democratie, overheidsparticipatie bij maatschappelijk waardecreatie, en het opruimen van allerlei knelpunten voor maatschappelijk initiatief en sociaal ondernemerschap.
6.5 Reisdocumenten en basisadministratie personen
Opdrachten
Operatie BRP (voorheen modernisering GBA)
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is opdrachtgever voor Operatie BRP. Doel is de realisatie van het 24 uur per dag online beschikbaar maken van actuele en betrouwbare persoonsgegevens voor geautoriseerde gebruikers. Dit levert een gestandaardiseerde en moderne uitwisseling van de persoonsgegevens op en een betere controle op de kwaliteit van de gegevens.
Bijdragen aan baten-lastenagentschap
Baten-lastenagentschap Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG, voormalig BPR)
De Basisregistratie Personen (de bevolkingsadministratie) bevat persoonsgegevens van ingezetenen van Nederland en niet-ingezetenen met een band met de Nederlandse overheid. Deze gegevens worden door ca. 800 overheidsorganisaties en derden gebruikt ten behoeve van de uitvoering van hun wettelijke taken.
Ten behoeve van het beheer van het stelsel Basisregistratie Personen en het gebruik door afnemers die onder het in 2008 afgesproken systeem van budgetfinanciering vallen, en voor het beheer van de PIVA-V en de sédula ontvangt het agentschap RvIG een bijdrage.
In 2016 wordt verder gewerkt aan de kwaliteit van de PIVA bevolkingsadministraties in Caribisch Nederland.
Ontvangsten
Betreft bijdrage van Unie van Waterschappen ten behoeve van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI).
A Algemene doelstelling
Een (compacte) overheid met voldoende en goed gekwalificeerde, integere medewerkers en politieke ambtsdragers tegen verantwoorde kosten.
B Rol en verantwoordelijkheid
De Minister is verantwoordelijk voor de werking van het stelsel waarin (organisaties van) werkgevers en werknemers in verschillende overheids- en onderwijssectoren afspraken over de collectieve arbeidsvoorwaarden maken. Dit is vastgelegd in de Ambtenarenwet, de Algemene Pensioenwet Politieke Ambtsdragers en de Wet privatisering ABP. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties stimuleert de doorvertaling van kabinetsbeleid naar afspraken over arbeidsvoorwaarden in en tussen de sectoren. De Minister is tevens verantwoordelijk voor het arbeidsmarktbeleid in de publieke sector en werkt aan het vergroten van de aantrekkelijkheid van de overheid als werkgever alsmede het vergroten van de productiviteit.
De Minister staat voor een overheid die een aantrekkelijke werkgever is en goede medewerkers aantrekt. De kwaliteit van de publieke sector valt of staat met de input en inzet van haar medewerkers, de bestuurders en ambtenaren, die binnen de publieke sector hun werk doen. Tegelijkertijd is het werken voor de overheid bijzonder, want de overheid heeft bijzondere taken. Dit vraagt om medewerkers die goed kunnen omgaan met de publieke taak en verantwoordelijkheid van de overheid. De publieke verantwoordelijkheid van de overheid vraagt om het tegengaan van bovenmatige topbeloningen in de (semi-)publieke sector. De Minister is verantwoordelijk voor het goed functioneren van het op de Wet normering topinkomens (WNT) gebaseerde stelsel dat hiervoor de grondslag biedt. Bij goed werkgeverschap hoort het beschermen van het personeel. De Minister voert daarom de regie over de landelijke aanpak van agressie en geweld tegen werknemers met een publieke taak en creëert voorwaarden ter bescherming van klokkenluiders binnen de publieke sector.
De Minister is uitvoeringsverantwoordelijk voor de rechtspositionele regelingen van (voormalige) politieke ambtsdragers, de pensioenregelingen van Nederlandse ambtenaren uit de voormalige overzeese gebiedsdelen en hun nagelaten betrekkingen, de (her-)benoemingen en ontslagen van onder andere burgemeesters, commissarissen der Koning en leden van de Raad van State, het decoratiestelsel en voor de toekenning van Koninklijke onderscheidingen.
C Beleidswijzigingen
Goede uitvoering Wet normering topinkomens (WNT)
Naast de intensivering op het vlak van het topinkomensbeleid, ter uitvoering van het regeerakkoord, bevordert de Minister de goede uitvoering en de naleving van de WNT. Daartoe wordt algemene voorlichting gegeven en daadwerkelijk (planmatig en risicogericht) toezicht gehouden op de naleving van de WNT. Zo nodig wordt ook handhavend opgetreden of worden de andere Ministers geadviseerd over handhavingsmaatregelen. In 2015 is de verbeterde uitvoering van de wet geconsolideerd. De aandacht voor goede uitvoering en uitvoerbaarheid wordt- overeenkomstig aanbevelingen van de Algemene Rekenkamer ter zake – onverminderd voortgezet.
In 2016 wordt zorg gedragen voor het verder verbeteren en vereenvoudigen van de uitvoeringsregelgeving. Op basis van de in december 2015 aan de Kamer te zenden eerste integrale wetsevaluatie wordt een aantal maatregelen genomen om de beoogde effecten van de WNT te consolideren en waar nodig te versterken en gesignaleerde ongewenste (neven)effecten te beperken. Hierbij wordt ook een vervolg gegeven aan de in 2015 uitgevoerde evaluatie van de reikwijdte van de wet.
Ambtelijke rechtspositie
Het initiatiefvoorstel normalisering rechtspositie ambtenaren3 is op 4 februari 2014 in de Tweede Kamer aanvaard. Door dit initiatiefwetsvoorstel wordt de rechtspositie van ambtenaren gelijk aan die van de ruim 6 miljoen werknemers in de marktsector4. Op 11 november 2014 is het nader voorlopig verslag door de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken van de Eerste Kamer vastgesteld5. Hierin zijn nieuwe vragen aan de initiatiefnemers en de regering gesteld. Op 21 mei 2015 is de nadere memorie van antwoord van de initiatiefnemers door de Eerste Kamer ontvangen6, gevolgd door een nieuwe brief van de regering, waarin op de (nieuwe) vragen en opmerkingen van de Eerste Kamer gereageerd wordt (Kamerstukken I, vergaderjaar 2014–2015, 32 550, H). De start van de plenaire behandeling heeft de Eerste Kamer geagendeerd voor september 2015. Indien vervolgens dit wetsvoorstel in de Eerste Kamer wordt aanvaard, duurt het minimaal 2,5–3 jaar voor het initiatiefvoorstel daadwerkelijk in werking kan treden op 1 januari van het daaropvolgende jaar. Er zal de nodige aanpassings- en invoeringswetgeving tot stand moeten worden gebracht. Daarnaast moeten er nog veel implementatieactiviteiten worden verricht om inwerkingtreding mogelijk te maken. Te denken valt aan:
• het afsluiten van echte cao’s ter vervanging van de huidige rechtspositieregelingen;
• communicatie en voorlichting, opleiding van personeelsfunctionarissen;
• aanpassing van hrm-systemen;
• voorbereiding op de stelselovergang door het UWV en de rechterlijke macht.
De overheid is een bijzondere werkgever. Dat heeft ook zijn weerslag op de mensen die er werken. Zij moeten hun werk integer, objectief en zonder persoonlijke voorkeur uitoefenen. De kernwaarden van het ambtenaarschap zullen in de ambtenarenwet of statuut worden opgenomen. Het vervolgens in de praktijk brengen van het statuut is een verantwoordelijkheid voor werkgevers en werknemers samen. Instrumenten zoals de ambtseed, het hrm-traject en opleidingsmodules spelen hierbij een rol.
D1 Budgettaire gevolgen van beleid
Beleidsartikel 7 Arbeidszaken overheid
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen: |
40.415 |
35.833 |
32.911 |
29.102 |
28.996 |
28.996 |
28.997 |
|
Uitgaven: |
35.396 |
35.833 |
32.911 |
29.102 |
28.996 |
28.996 |
28.997 |
|
Waarvan juridisch verplicht |
94% |
|||||||
7.1 |
Overheid als werkgever |
12.304 |
12.694 |
10.517 |
10.313 |
10.296 |
10.296 |
10.296 |
Subsidies |
6.079 |
7.800 |
6.802 |
6.710 |
6.847 |
6.647 |
6.647 |
|
Diverse subsidies |
3.287 |
2.222 |
3.169 |
3.197 |
3.369 |
3.169 |
3.169 |
|
Programma Veilige Publieke Taak |
732 |
860 |
80 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Subsidies Overlegstelsel |
1.811 |
4.445 |
3.295 |
3.295 |
3.295 |
3.295 |
3.295 |
|
Subsidies internationaal |
249 |
273 |
258 |
218 |
183 |
183 |
183 |
|
Opdrachten |
6.225 |
4.894 |
3.715 |
3.603 |
3.449 |
3.649 |
3.649 |
|
Arbeidsmarktbeleid |
5.355 |
3.752 |
2.898 |
2.941 |
2.787 |
2.987 |
2.987 |
|
Programma Veilige Publieke Taak |
245 |
200 |
80 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Zorg voor politieke ambtsdragers |
625 |
942 |
737 |
662 |
662 |
662 |
662 |
|
7.2 |
Pensioenen, uitkeringen en benoemingsregelingen |
23.092 |
23.139 |
22.394 |
18.789 |
18.700 |
18.700 |
18.701 |
Inkomensoverdracht |
7.594 |
8.944 |
8.744 |
8.744 |
8.744 |
8.744 |
8.744 |
|
Pensioenen en uitkeringen Politieke ambtsdragers |
7.594 |
8.944 |
8.744 |
8.744 |
8.744 |
8.744 |
8.744 |
|
Bijdragen aan ZBO’s / RWT’s |
15.498 |
14.195 |
13.650 |
10.045 |
9.956 |
9.956 |
9.957 |
|
Regelingen voor Nederlandse ambtenaren uit de voormalige overzeese gebiedsdelen (SAIP) |
15.498 |
14.195 |
13.650 |
10.045 |
9.956 |
9.956 |
9.957 |
|
Ontvangsten: |
3.259 |
820 |
820 |
820 |
820 |
820 |
820 |
D2 Budgetflexibiliteit
Subsidies
Van het beschikbare budget is 93% juridisch verplicht. Het betreft de financiering van tot en met 2015 aangegane verplichtingen op subsidieregelingen en incidentele subsidies.
Opdrachten
Van het beschikbare budget is 61% juridisch verplicht. Het betreft de financiering van verplichtingen die tot en met 2015 zijn aangegaan.
Inkomensoverdracht
Van het beschikbare budget is 100% juridisch verplicht. Het betreft de financiering van rechtspositionele regelingen van (voormalige) politieke ambtsdragers.
Bijdragen ZBO’s/RWT’s
Van het beschikbare budget is 100% juridisch verplicht. Het betreft de financiering van de pensioenregelingen van (voormalige) Nederlandse ambtenaren uit de voormalige overzeese gebiedsdelen en hun nagelaten betrekkingen.
7.1 Overheid als werkgever
Subsidies
Diverse subsidies
Integriteit en professionalisering
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties werkt aan de bevordering van integriteit en professionalisering binnen de overheid. In dat kader worden het Bureau Integriteitsbevordering Openbare Sector (BIOS) en het Professionaliseringsfonds voor burgemeesters gesubsidieerd. BIOS richt zich op het versterken van het integriteitsbesef en het bevorderen van een evenwichtig en samenhangend integriteitsbeleid bij publieke organisaties door nationale en internationale kennisdeling en -uitwisseling. Dit krijgt vorm door het organiseren van integriteitsbijeenkomsten, het geven van presentaties, het ontwikkelen van instrumenten en leidraden en het faciliteren van diverse opleidingen en workshops.
Het Nederlands Genootschap van Burgemeesters dat het Professionaliseringsfonds voor burgemeesters uitvoert, ontvangt jaarlijks een bijdrage voor diverse activiteiten ten behoeve van de verdere professionalisering van de uitoefening van de burgemeestersfunctie. Een deel van de bijdrage is afkomstig uit de arbeidsvoorwaardenruimte voor burgemeesters.
Arbeidsmarktbeleid
Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties bevordert modern en goed werkgeverschap binnen de publieke sector. Voor het openbaar bestuur (Rijk, gemeenten, provincies, waterschappen) gaat het om een verbindende rol: met de afzonderlijke sectoren wordt bezien waar gemeenschappelijk optrekken meerwaarde biedt.
Programma Veilige Publieke Taak
Publieke taken moeten goed en veilig uitgevoerd kunnen worden. Een goede werkgever treft maatregelen om veilig werken mogelijk te maken. Het programma Veilige Publieke Taak draagt hieraan bij door het stimuleren van werkgevers en werknemers in de aanpak (op basis van de acht VPT-maatregelen7) en het bevorderen van de lokale bestuurlijke aanpak. Het programma VPT loopt tot 1-1-20178.
Subsidies overlegstelsel
Door het subsidiëren van de Stichting Verdeling Overheidsbijdragen (SVO), het Verbond Sector-werkgevers Overheid (VSO) en de Stichting Centrum voor Arbeidsverhoudingen Overheidspersoneel wordt bijgedragen aan het in stand houden van een adequaat overlegstelsel inzake arbeidsmarktbeleid.
Subsidies internationaal
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verstrekt een subsidie aan het European Institute of Public Administration, die wordt aangewend ter bevordering van de vaardigheden van overheidsfunctionarissen bij het afhandelen van zaken van de Europese Unie.
Opdrachten
Arbeidsmarktbeleid
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft op het gebied van arbeidsmarktbeleid een regisserende rol met een formele basis. Om die rol goed uit te kunnen oefenen is een goede kennisbasis nodig. Het gaat dan bijvoorbeeld om kennis over de omvang en samenstelling van het werknemersbestand in de publieke sector, over de drijfveren en betrokkenheid van de medewerkers, de mate van tevredenheid over de organisatie en de leidinggevende en personele mobiliteit. Met deze kennis ondersteunt de Minister het werkgeverschap op landelijk en lokaal niveau binnen de overheid
De Minister werkt aan het vergroten van de aantrekkelijkheid van de overheid als werkgever, het vergroten van de participatie van onder meer arbeidsbeperkten en het vergroten van de productiviteit. Mobiliteit is een belangrijk thema, waarbij wordt bezien of belemmeringen voor mobiliteit kunnen worden opgelost.
De kennisbasis wordt ook gebruikt voor het uitwerken van scenario’s van de toekomst van het overlegstelsel. Actuele ontwikkelingen, zoals de normalisering van de rechtspositie van ambtenaren, vragen om een heldere en gedragen visie op de totstandkoming van arbeidsvoorwaarden in de toekomst. Ook de arbeidsvoorwaarden van bestuurders worden toekomstbestendig ingevuld. Aan de topinkomens van de publieke sector is een maximum verbonden (Wet normering topinkomens, WNT). De informatie over de topinkomens in de publieke sector wordt verzameld en gerapporteerd aan de Kamer.
De normalisering van de rechtspositie van ambtenaren heeft impact op het arbeidsmarktbeleid in de publieke sector. Met name van werkgevers wordt inspanning verwacht voor de implementatie van de nieuwe wetgeving. Ook worden, conform toezegging aan de Tweede Kamer, de waarden die specifiek zijn voor ambtenaren (de zogenaamde «kernwaarden» van het ambtenaarschap) verankerd.
Programma Veilige Publieke Taak
Publieke taken moeten goed en veilig uitgevoerd kunnen worden. Een goede werkgever treft maatregelen om veilig werken mogelijk te maken. Het programma Veilige Publieke Taak (VPT) draagt hieraan bij door het stimuleren van werkgevers en werknemers in de aanpak, het bevorderen van de lokale bestuurlijke aanpak en de doorontwikkeling van de preventieve aanpak van agressie en geweld. Het accent ligt daarbij vooral op de implementatie, borging en monitoring van de aanpak op landelijk, regionaal en lokaal niveau en de eigen verantwoordelijkheid van de werkgever. Het programma VPT loopt tot 1-1-20179.
Zorg voor politieke ambtsdragers
De kwaliteit van het openbaar bestuur is onlosmakelijk verbonden met de kwaliteit van de functievervulling door politieke ambtsdragers. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties faciliteert de hiervoor benodigde activiteiten, zoals opleidingen, trainingen, workshops, bijeenkomsten, experimenten en informatievoorziening op relevante thema’s, onder andere op het gebied van de professionalisering.
Waarde 2009 |
Waarde 2010 |
Waarde 2011 |
Waarde 2012 |
Waarde 2013 |
Waarde 2014 |
Waarde 2015 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
1. Jaarlijkse afwijking in loonontwikkeling overheid t.o.v. de markt. |
0,00% |
0,40% |
– 1,40% |
– 0,90% |
– 1,00% |
– 1,05% |
0,1% |
2. Percentage af te dragen pensioenpremies ten opzichte van de bruto loonsom. |
21,6% |
21,4% |
22,0% |
23,5% |
25,0% |
22,0% |
19,0% |
3. Gemiddelde uitstroomleeftijd naar pensioen |
62,3 |
62,6 |
63,0 |
63,2 |
63,3 |
p.m. |
* |
Bronnen:
• voor de indicator 1 CPB (bewerking BZK);
• voor indicatoren 2 en 3 ABP (bewerking BZK).
* Bij het opleveren van de begroting was dit cijfer niet bekend.
Een belangrijk uitgangspunt voor de beleidsinspanning binnen dit begrotingsartikel is – binnen de budgettaire mogelijkeden – de gelijkwaardigheid van de arbeidsvoorwaardenontwikkeling in de marktsectoren en bij de overheid. Omdat er in de jaren 2010 tot en met 2014 sprake is geweest van een nullijn voor de overheidssectoren is in die jaren de jaarlijkse afwijking in contractloonontwikkeling tussen markt en overheid negatief geweest. In 2015 geldt er geen nullijn voor de overheid, naar verwachting pakt de loonontwikkeling bij de overheid gemiddeld iets gunstiger uit dan in de markt.
Op het gebied van pensioenen worden de komende jaren aanzienlijke veranderingen doorgevoerd. Onder andere betreft dit de versobering van de pensioenopbouw (versobering Witteveenkader) en de doorvoering van het nieuw financieel toezichtskader (nFTK). De als tweede genoemde indicator, het percentage af te dragen pensioenpremies ten opzichte van het bruto loon, laat zien dat na jaren van stijgende pensioenpremies er in 2014 en 2015 een daling optreedt als gevolg van voor die jaren voor de ABP-regeling afgesproken versobering van de pensioenopbouw. De versobering van de pensioenopbouw hangt samen met het door het kabinet wenselijk geachte langer doorwerken van ondere andere overheidswerknemers. De derde indicator, gemiddelde uitstroomleeftijd naar pensioen, laat zien dat overheidswerkenemers gemiddeld inderdaad later met pensioen gaan.
7.2 Pensioenen, uitkeringen en benoemingsregelingen
Inkomensoverdracht
Pensioenen en uitkeringen politieke ambtsdragers
Uit deze middelen worden de rechtspositionele regelingen van (voormalige) politieke ambtsdragers gefinancierd.
Bijdragen aan ZBO’s / RWT’s
Regelingen voor Nederlandse ambtenaren uit de voormalige overzeese gebiedsdelen (SAIP)
Dit betreft de pensioenregelingen van (voormalige) Nederlandse ambtenaren uit de voormalige overzeese gebiedsdelen en hun nagelaten betrekkingen.
Ontvangsten
De ontvangsten betreffen de gelden de Garantiewet Surinaamse Pensioenen van de SAIP. BZK verrekent jaarlijks een deel van dit bedrag met het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
11.1 Apparaatsuitgaven kerndepartement
Op dit artikel worden naast alle personele en materiële uitgaven en ontvangsten van het kerndepartement ook de apparaatsuitgaven van de baten-lasten agentschappen gepresenteerd. Aanvullend wordt de taakstelling op de apparaatsbudgetten nader onderverdeeld naar het kerndepartement, de batenlasten-agentschappen en de Zelfstandige Bestuursorganen.
Beleidsartikel 11 Centraal apparaat
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen: |
432.229 |
343.902 |
254.767 |
236.002 |
228.629 |
226.541 |
218.034 |
|
Uitgaven: |
427.268 |
342.436 |
254.767 |
236.002 |
228.629 |
226.541 |
218.034 |
|
11.1 |
Apparaat (excl. AIVD) |
427.268 |
342.436 |
254.767 |
236.002 |
228.629 |
226.541 |
218.034 |
Personele uitgaven |
152.086 |
156.153 |
133.345 |
119.711 |
115.842 |
116.043 |
110.260 |
|
Eigen personeel |
144.994 |
144.284 |
123.257 |
111.125 |
107.847 |
107.871 |
102.088 |
|
Externe inhuur |
3.449 |
7.697 |
6.197 |
4.944 |
4.394 |
4.571 |
4.571 |
|
Overig personeel |
3.643 |
4.172 |
3.891 |
3.642 |
3.601 |
3.601 |
3.601 |
|
Materiële uitgaven |
275.182 |
186.283 |
121.422 |
116.291 |
112.787 |
110.498 |
107.774 |
|
Bijdrage SSO P-direkt |
0 |
66.412 |
64.147 |
62.803 |
61.269 |
60.011 |
60.011 |
|
Bijdrage SSO`s |
239.016 |
79.995 |
32.282 |
30.328 |
29.595 |
29.576 |
29.156 |
|
ICT |
3.107 |
3.199 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Overig materieel |
33.059 |
36.677 |
24.993 |
23.160 |
21.923 |
20.911 |
18.607 |
|
Materiële uitgaven |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Ontvangsten: |
92.442 |
86.762 |
5.925 |
5.897 |
5.856 |
5.822 |
5.822 |
In deze tabel zijn de apparaatsuitgaven van het kerndepartement opgenomen, inclusief de Kiesraad. De reeks is exclusief de apparaatsuitgaven van de AIVD. Deze zijn vanwege het specifieke karakter begroot op het beleidsartikel 2. Op de apparaatsuitgaven is als gevolg van de verwerking van de taakstellingen vanaf 2015 een sterke daling te zien. Deze neerwaartse beweging weerspiegelt de voortgaande afslanking van het kerndepartement.
De uitgaven voor materieel dalen net als de uitgaven voor personeel als gevolg van taakstellingen.
Naast de apparaatsuitgaven van het kerndepartement zijn op het apparaatsartikel ook de budgetten voor de centrale bekostiging van P-direkt ondergebracht. In 2015 is in het kader van het programma Herinrichting Governance Bedrijfsvoering het centrale opdrachtgeverschap van P-direkt, inclusief budget, belegd bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
11.2 Totaal overzicht Apparaatsuitgaven en -kosten BZK
De apparaatskosten van Binnenlandse zaken en Koninkrijkrelaties bestaan uit de apparaatsuitgaven voor het kerndepartement, de AIVD en negen baten- en lasten agentschappen. In tabel 11.2 staan de structurele apparaatsuitgaven van het kerndepartement en de AIVD aangegeven.
(x € 1.000) |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal apparaatsuitgaven ministerie BZK |
610.906 |
545.693 |
459.380 |
442.272 |
435.273 |
438.185 |
438.678 |
Kerndepartement |
427.268 |
342.436 |
254.767 |
236.002 |
228.629 |
226.541 |
218.034 |
AIVD |
183.638 |
203.257 |
204.613 |
206.270 |
206.644 |
211.644 |
220.644 |
Tabel 11.3 geeft een overzicht van de apparaatskosten van de baten-lasten agentschappen, de Zelfstandige BestuursOrganen (ZBO’s) en de Rechtspersonen met een Wettelijke Taak (RWT’s).
(x € 1.000) |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal apparaatskosten BLA’s |
875.705 |
839.641 |
1.002.875 |
982.754 |
956.135 |
893.503 |
861.881 |
Rijksdienst voor Identiteits Gegevens (voorheen BPR) |
109.604 |
105.937 |
135.144 |
138.393 |
121.807 |
76.889 |
46.948 |
Logius |
115.654 |
101.057 |
154.512 |
146.166 |
144.781 |
138.894 |
138.094 |
P-Direkt |
58.703 |
64.552 |
70.670 |
69.338 |
67.586 |
65.998 |
65.778 |
UBR (voorheen De Werkmaatschappij) |
126.364 |
97.915 |
165.790 |
170.287 |
170.287 |
170.287 |
170.287 |
FMHaaglanden |
109.392 |
114.234 |
101.401 |
89.342 |
86.559 |
85.580 |
85.575 |
SSC-ICT Haaglanden |
153.947 |
149.000 |
173.553 |
173.600 |
173.600 |
173.600 |
173.600 |
Rijksgebouwendienst (RGD) |
102.134 |
110.900 |
103.311 |
100.628 |
98.784 |
89.957 |
89.481 |
Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf (RVOB)1 |
20.623 |
22.617 |
22.494 |
21.184 |
20.663 |
20.593 |
20.524 |
Dienst Vastgoed Defensie (DVD) |
66.966 |
60.913 |
63.750 |
61.568 |
59.820 |
59.457 |
59.346 |
Dienst van de Huurcommissie (DHC) |
12.318 |
12.516 |
12.250 |
12.248 |
12.248 |
12.248 |
12.248 |
Totaal apparaatskosten ZBO’s en RWT’s |
700 |
950 |
900 |
850 |
800 |
750 |
750 |
Stichting Administratie Indonesische Pensioenen2 |
700 |
950 |
900 |
850 |
800 |
750 |
750 |
De apparaatskosten van de ZBO’s Kiesraad en Huurcommissie zijn niet opgenomen, omdat ze worden bekostigd vanuit het secretariaat van de Kiesraad (artikel 1) en baten-lastenagentschap Dienst van de Huurcommissie.
Om de Tweede Kamer inzicht te bieden in de apparaatsuitgaven per beleidsterrein wordt in tabel 11.4 weergegeven wat de apparaatsuitgaven zijn per onderdeel van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Directoraat-Generaal |
2016 |
Beleidsartikelen |
---|---|---|
Totaal apparaat |
254.767 |
|
Kiesraad |
1.506 |
1 |
Nationaal Commissaris Digitale Overheid (NCDO) |
3.400 |
6 |
Bestuur en Koninkrijksrelaties |
28.055 |
1, 6 en 7 |
Dienst concernstaf en bedrijfsvoering |
75.762 |
Niet-beleidsartikel 11 |
Wonen en Bouwen |
22.562 |
1, 2 (H18) |
Organisatie en Bedrijfsvoering Rijk* |
98.224 |
3 (H18) |
Bureau Algemene Bestuursdienst (inclusief Top Management Groep (TMG) van het Rijk) |
25.258 |
3 (H18) |
11.3 Invulling departementale taakstelling
De totale opgave voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (begrotingshoofdstukken VII en XVIII) loopt op tot bijna € 65 mln. structureel vanaf 2018. De taakstelling is als volgt verdeeld.
(x € 1.000) |
2016 |
2017 |
2018 |
Structureel |
---|---|---|---|---|
Departementale taakstelling (Totaal) |
23.582 |
53.110 |
64.563 |
64.563 |
Kerndepartement1 |
17.634 |
39.556 |
47.037 |
47.037 |
Baten-lastenagentschappen |
||||
AGNL (opdrachtgever BZK) |
1.000 |
1.000 |
||
RvIG (voorheen BPR) |
984 |
2.235 |
2.727 |
2.727 |
Dienst van de Huurcommissie |
427 |
970 |
1.183 |
1.183 |
FMHaaglanden |
333 |
759 |
926 |
926 |
Logius |
1.456 |
3.305 |
4.033 |
4.033 |
P-Direkt |
67 |
153 |
186 |
186 |
SSC-ICT Haaglanden |
427 |
973 |
1.187 |
1.187 |
Rijksgebouwendienst |
688 |
1.604 |
1.950 |
1.950 |
Rijksvastgoed- en ontwikkelingsbedrijf |
980 |
2.223 |
2.710 |
2.710 |
UBR (voorheen De Werkmaatschappij) |
586 |
1.332 |
1.624 |
1.624 |
Totaal Agentschappen |
5.948 |
13.554 |
17.526 |
17.526 |
ZBO’s2 |
||||
Stichting Administratie Indonesische Pensioenen |
0 |
0 |
0 |
0 |
Totaal ZBO’s |
0 |
0 |
0 |
0 |
De taakstelling ZBO Kiesraad is opgenomen bij het kerndepartement, omdat de kiesraad wordt bekostigd vanuit het secretariaat van de Kiesraad (artikel 1). Daarnaast maakt ook de generieke taakstelling AIVD onderdeel uit van de taakstelling kerndepartement.
Stichting Administratie Indonesische Pensioenen is overgekomen naar het kerndepartement. Dit resulteert in een neerwaartse bijstelling van de ZBO bijdrage en een verhoging van de departementale taakstelling.
Een deel van de taakstelling op het kerndepartement betreft Koninkrijksrelaties (€ 1,2 mln.) en de invulling van dit deel van de taakstelling is in begrotingshoofdstuk IV opgenomen.
De invulling van de taakstelling wordt op het ogenblik uitgewerkt langs de lijnen zoals verwoord in de begroting van 2014.
• De taakstelling op het kerndepartement wordt naast continuering van de efficiencykorting van 1,5% per jaar in de jaren 2016, 2017 en 2018 ingevuld met onder andere de resultaten van het programma’s Compacte Rijksdienst en Governance en sourcing van de bedrijfsvoering en door verlaging van de loonkosten en kosten voor externe inhuur en inbesteding.
• Daarnaast wordt een structuuraanpassing doorgevoerd binnen het kerndepartement om te komen tot een scherpere prioriteitsstelling en een meer flexibele organisatie. Het aantal directoraat-generaal en directies neemt af met respectievelijk één en zes. Op deze manier wordt bijgedragen aan de opdracht uit het huidige regeerakkoord om tot een kleinere rijksdienst te komen. In deze context wordt de inhuur door baten-lastendiensten, die werken voor de gehele Rijksoverheid (shared services), maar formeel onderdeel zijn van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties structureel fors teruggedrongen door zogenaamde «verambtelijking».
• De taakstelling van de baten-lastenagenstchappen is ingeboekt op de budgetten van de opdrachtgevers (bij het betreffende DG). De invulling vindt plaats in de driehoek van eigenaar, opdrachtgever en opdrachtnemer.
• De taakstelling op de huisvesting is ingeboekt bij de budgetten van de opdrachtgevers en is onderdeel van de Rijksbrede taakstelling op huisvesting. Onder regie van de Rgd wordt in overleg met alle departementen, deze taakstelling ingevuld.
Beleidsartikel 12 Algemeen
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen: |
461 |
1.157 |
1.206 |
1.205 |
1.205 |
1.205 |
1.205 |
|
Uitgaven: |
686 |
1.157 |
1.206 |
1.205 |
1.205 |
1.205 |
1.205 |
|
12.1 |
Algemeen |
686 |
1.157 |
1.171 |
1.170 |
1.170 |
1.170 |
1.170 |
Subsidies |
584 |
373 |
373 |
373 |
373 |
373 |
373 |
|
Diverse subsidies |
408 |
200 |
200 |
200 |
200 |
200 |
200 |
|
Koninklijk Paleis Amsterdam |
176 |
173 |
173 |
173 |
173 |
173 |
173 |
|
Opdrachten |
102 |
784 |
798 |
797 |
797 |
797 |
797 |
|
Internationale Samenwerking |
0 |
350 |
360 |
346 |
346 |
346 |
346 |
|
Opdrachten |
102 |
434 |
438 |
451 |
451 |
451 |
451 |
|
12.2 |
Verzameluitkeringen |
0 |
0 |
35 |
35 |
35 |
35 |
35 |
Bijdragen aan andere overheden |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
IPSV en impulsbudget |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties |
0 |
0 |
35 |
35 |
35 |
35 |
35 |
|
IPSV en impulsbudget |
0 |
0 |
35 |
35 |
35 |
35 |
35 |
|
Ontvangsten: |
0 |
0 |
0 |
15.000 |
15.000 |
15.000 |
15.000 |
12.1 Algemeen
Subsidies
Diverse subsidies
In navolging van het besluit van het presidium van de Tweede Kamer om een subsidie te verstrekken aan de Stichting Parlementaire Geschiedenis, stelt BZK een aanvullende subsidie beschikbaar voor exploitatie van het Centrum Parlementaire Geschiedenis (CPG).
Koninklijk Paleis Amsterdam
Jaarlijkse subsidie ten behoeve van het openstellen van het Koninklijk Paleis als museum.
Opdrachten
Internationale Samenwerking en opdrachten
Het budget wordt onder meer aangewend voor de voorbereiding en coördinatie van het EU-voorzitterschap 2016. BZK zet zich tijdens het EU-voorzitterschap primair in voor een betere betrokkenheid van Europese steden en decentrale overheden bij het Europese besluitvormingsproces. Tijdens het voorzitterschap wordt door BZK ook bijzondere aandacht gegeven aan naleving van grondrechten in de EU, ontwikkeling van de overheidsorganisatie, modernisering van rechtspositieregelingen van Europese (politieke) ambtsdragers en e-government.
Tenslotte is budget opgenomen voor het versterken van de strategische, constitutionele en wetgevende, en economische advisering voor BZK breed. Daarbij is een veilige informatievoorziening en verbetering van de ICT prioriteit. Hier zorgt de CIO-office voor samenhang in de informatievoorziening en voor de verdere versterking van de beheersing van de projecten met een ICT-component, waaronder het meehelpen bij het doorvertalen van beleidsdoelen naar ICT. Het budget voor de CIO-office wordt aangewend om bij te dragen aan de verdere inrichting van strategische advisering en toezicht, IT-governance en securitygovernance, informatievoorziening en professionalisering. Voorts zijn middelen bestemd voor de inrichting van de crisisbeheersingsorganisatie bij BZK en voor fysieke- en informatiebeveiliging van de organisatie op basis van risicomanagement. Naast bovenstaande zal bijzondere aandacht uitgaan naar de verdere versterking en inrichting van de adviescapaciteit op het gebied van Openbare Orde, Inlichtingen en Veiligheid.
12.2 Verzameluitkeringen
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties
IPSV en impulsbudget
De verzameluitkering kent zijn wettelijke grondslag in de Financiële verhoudingswet en keert uit aan de decentrale overheden. Aanleiding voor de invoering van de verzameluitkering is de behoefte aan een wijze van middelenverstrekking.
Ontvangsten
Het kabinet heeft in 2014 besloten tot de benoeming van de Digicommissaris (Nationaal Commissaris Digitale Overheid), die onder andere de taak heeft om de financiering van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) structureel van een oplossing te voorzien. Onder regie van de Digicommissaris is een voorstel tot stand gebracht dat o.a. interdepartementale versleuteling van de tekorten op de bestaande voorzieningen binnen de GDI behelst; dit voorstel is bij Voorjaarsnota 2015 budgettair verwerkt.
Onderdeel van het voorstel is een doorbelastingsopgave vanaf 2017 op de verschillende GDI-voorzieningen. Onder regie van de Digicommissaris zullen de verantwoordelijke partijen met een voorstel komen hoe deze opgave te realiseren. In afwachting hiervan worden te realiseren ontvangsten voorlopig geboekt op de begroting van BZK.
Beleidsartikel 13 Nominaal en onvoorzien
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen: |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Uitgaven: |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
13.1 |
Loonbijstelling |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
13.2 |
Prijsbijstelling |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
13.3 |
Onvoorzien |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Beleidsartikel 14 VUT-fonds
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen: |
160.000 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Uitgaven: |
160.000 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
14.1 |
VUT-fonds |
160.000 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Ontvangsten: |
409.712 |
792.600 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
In de zomer van 2005 hebben de sociale partners bij de overheid een akkoord gesloten over VUT/prepensioen/levensloop (VPL). Een belangrijke afspraak uit dit akkoord vormde het gegeven dat de toekomstige premie van het VUT-fonds zoveel mogelijk stabiel zou moeten blijven. Hierdoor ontstond een liquiditeitsbehoefte bij het fonds voor de periode van de looptijd van het fonds. Hiervoor is een leenovereenkomst tussen de Staat en het fonds gesloten die voor het laatst is herzien in 2009. De overeenkomst bevat een leningplafond van maximaal € 1,8 mld. Het fonds kan op ieder gewenst moment een beroep doen op uitbetaling van een tranche van deze lening. Daarnaast is zij bevoegd een tranche geheel of gedeeltelijk vervroegd af te lossen. Deze werkwijze stelt het fonds in staat in te spelen op actuele liquiditeitsbehoeften. In 2016 dient VUT volledig terugbetaald te zijn. In onderstaande tabel zijn de huidige ramingen opgenomen.
Inleiding
RvIG beheert de stelsels van de identiteitsgegevens en zorgt daarmee voor een betrouwbare levering van persoonsgegevens en reisdocumenten.
RvIG is verantwoordelijk voor de volgende stelsels:
• de Basisregistratie Persoonsgegevens (BRP);
• de beheervoorziening burgerservicenummer (BV-BSN);
• het systeem van aanvraag, productie en distributie van reisdocumenten;
• de persoonsinformatievoorziening van het Caribisch gebied (PIVA).
Verder beheert RvIG de volgende registers:
• het register Paspoortsignalering (RPS);
• het Basisregister Reisdocumenten (BRR);
• het Verificatieregister Reisdocumenten (VR).
Begin 2014 is een geheel vernieuwde technische infrastructuur in gebruik genomen bij het Rijksdatacenter (Overheidsdatacenter Noord). Dit heeft als doel te komen tot een generieke infrastructuur waarbij housing, hosting en technisch beheer voor alle stelselsystemen op eenduidige wijze ingericht wordt. Met deze vernieuwde infrastructuur is RvIG ook in de toekomst in staat op een zeer hoog niveau van informatiebeveiliging, performance en schaalbaarheid diensten te leveren. In 2016 worden nieuwe investeringen en implementaties gedaan, gerelateerd aan nieuwe ontwikkelingen binnen het takenpakket van RvIG. In het kader van de gekozen sourcingsstrategie zal er gebruik worden gemaakt van dienstverlening binnen de Rijksoverheid.
Basisregistratie Personen
Op 6 januari 2014 is de Wet Basisregistratie Personen (Wet BRP) in werking getreden. De Wet BRP heeft de Wet Gemeentelijke Basisadministratie (Wet GBA) vervangen, waardoor het GBA-stelsel opgevolgd wordt door het BRP-stelsel. Deze overgang betekent niet dat alle onderdelen van het GBA-stelsel vanaf dat moment vervangen zijn. De invoering vindt gefaseerd op dit moment plaats. Direct met de inwerkingtreding van de Wet BRP zijn de loketten van de Registratie niet-ingezetenen (RNI) geopend.
Onderstaand de speerpunten van RvIG werkzaamheden in het kader van de BRP.
• RvIG participeert met kennis en expertise en levert ondersteuning bij de voorbereiding op de implementatie en integratie van het Programma Operatie BRP. Met de komst van de Operatie BRP vinden er aanpassingen plaats binnen het systeemlandschap waaronder het uitfaseren van bestaande systemen. Ook moeten er voorbereidingen getroffen worden voor de overname van de beheertaken. Door de opdrachtgever (Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) is RvIG aangewezen als beoogd beheerder van de BRP.
• De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor de Registratie niet-ingezetenen. Het beheer van de RNI is in 2014 ondergebracht bij RvIG. De registratie van niet-ingezetenen is één van de basisregistraties en vormt samen met de registratie van ingezetenen de Basis Registratie Personen (BRP) en is daarmee een kernproduct uit de RvIG productportfolio.
• In 2016 voorziet RvIG een transitie van verschillende applicaties en zal gestart worden met werkzaamheden aan de aanpalende systemen. Met «aanpalende systemen» worden de systemen aangeduid die afhankelijk zijn van GBA-V of het GBA-berichtenverkeer. Gedurende de migratie van GBA naar BRP zal eerst GBA-V uitgefaseerd worden, op een later moment gevolgd door het gehele GBA-stelsel. De aanpalende systemen worden hierdoor dus geraakt.
• In 2014 is de Kwaliteitsmonitor BRP in gebruik genomen. Dit is een jaarlijkse kwaliteitsmeting die deels uit een zelfevaluatie en deels uit een bestandscontrole bestaat. Ook in 2016 dienen alle gemeenten deze kwaliteitsmeting onder toezicht van RvIG uit te voeren. In 2016 zal de Kwaliteitsmonitor worden aangevuld en geactualiseerd om fraude bij Burgerzaken van de gemeenten in kaart te brengen.
Reisdocumenten
In 2016 werkt RvIG verder aan een toekomstbestendig reisdocumentenstelsel dat zowel robuust als flexibel is. Hiervoor gaat RvIG verscheidene wensen van paspoort uitgevende instanties in het aanvraag- en uitgifteproces in pilots beproeven – door de ideeën uit te werken en te testen.
Het reisdocumentenstelsel omvat de volgende drie onderdelen:
• de productie van paspoorten en Nederlandse identiteitskaarten (NIK);
• het toezicht op het aanvraag- en uitgifte proces van paspoorten en NIK’s bij uitgevende instanties;
• het beheer van drie registers.
Onderstaand de speerpunten van de RvIG werkzaamheden in het kader van de Reisdocumenten.
• In 2015 is de aanbesteding gestart van de biometrische aanvraagstations en is een begin gemaakt met de nieuwe infrastructuur voor reisdocumenten. Deze werkzaamheden worden in 2016 voortgezet.
• Gemeenten zijn verplicht een jaarlijkse kwaliteitsmeting over hun reisdocumententaak uit te voeren. Daar waar gemeenten beneden de gestelde norm scoren oefent RvIG een verscherpt toezicht uit.
• Het inspelen op innovaties binnen het reisdocumentendomein en de strategische visie hierop.
• Het voeden van de egalisatierekening ter opbouw van een reserve voor de jaren waarin de aanvragen reisdocumenten sterk zullen teruglopen, vanwege de 10 jaar geldigheid van de documenten.
Caribisch gebied
In 2015 is een nieuwe strategische Visie op de ID infrastructuur binnen het Caribisch gebied opgesteld, waar ook een uitvoeringsagenda deel van uitmaakt. Ter voorbereiding op de beoogde overgang in het Caribisch gebied van PIVA naar BRP wordt een kwaliteitsverbeteringsprogramma uitgevoerd. Er wordt aandacht geschonken aan de bestuurlijke verankering, organisatorische-, technische- en kwalitatieve verbeteringen. Tevens wordt in 2016 gezamenlijk met het Caribisch gebied en opdrachtgever gewerkt aan de verdere kwaliteitsverbetering van de bevolkingsadministratie. Doel is om meer Rijksdiensten op PIVA-V aan te sluiten.
Centraal Meldpunt Identiteitsfraude (CMI)
Het CMI begeleidt slachtoffers van identiteitsfraude. Tevens begeleidt het CMI burgers met fouten in hun persoonsgegevens. Het aantal meldingen neemt jaarlijks gestaag toe. Er is een plan opgesteld voor doorontwikkeling van het Meldpunt. In 2015 zal een keuze gemaakt worden over de toekomst, vanaf 2016 van het Meldpunt. Het CMI is tot eind 2016 bij RvIG ondergebracht.
RvIG vervult een belangrijke rol in de strategische Digitale agenda Rijkdienst (Digitaal 2017 e.d.) Hierbij wordt samengewerkt met betrokken overheidsinstanties en koepelorganisaties. Daarnaast functioneert RvIG als de uitvraag organisatie voor de identiteitsinfrastructuur.
Staat baten en lasten
2014 Stand Slotwet |
2015 1e suppletoire begroting |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten |
|||||||
Omzet moederdepartement |
25.272 |
26.220 |
27.673 |
19.591 |
19.574 |
18.574 |
18.574 |
Omzet overige departementen |
|||||||
Omzet derden |
113.921 |
104.381 |
129.487 |
144.135 |
125.328 |
56.019 |
27.656 |
Rentebaten |
62 |
50 |
|||||
Vrijval voorzieningen |
|||||||
Bijzondere baten |
|||||||
Totaal baten |
139.255 |
130.651 |
157.160 |
163.726 |
144.902 |
74.593 |
46.230 |
Lasten |
|||||||
Apparaatskosten |
109.604 |
105.937 |
135.144 |
138.393 |
121.807 |
76.889 |
46.948 |
– personele kosten |
12.293 |
12.493 |
12.291 |
12.526 |
12.765 |
13.009 |
13.258 |
– waarvan eigen personeel |
7.939 |
9.273 |
8.074 |
8.223 |
8.375 |
8.530 |
8.688 |
– waarvan externe inhuur |
4.354 |
3.220 |
4.217 |
4.303 |
4.390 |
4.479 |
4.570 |
– waarvan overige personele kosten |
|||||||
– materiële kosten |
97.311 |
93.444 |
122.853 |
125.867 |
109.042 |
63.880 |
33.690 |
– waarvan apparaat ICT |
359 |
150 |
150 |
150 |
150 |
150 |
150 |
– waarvan bijdrage aan SSO’s |
137 |
150 |
150 |
150 |
150 |
150 |
150 |
– waarvan overige materiele kosten |
96.815 |
93.144 |
122.553 |
125.567 |
108.742 |
63.580 |
33.390 |
Rentelasten |
77 |
376 |
264 |
270 |
300 |
300 |
300 |
Afschrijvingskosten |
2.629 |
2.800 |
2.400 |
3.000 |
3.700 |
4.400 |
4.400 |
– materieel |
2.629 |
2.800 |
2.400 |
3.000 |
3.700 |
4.400 |
4.400 |
– waarvan apparaat ICT |
|||||||
– immaterieel |
|||||||
Overige kosten |
21.538 |
21.538 |
19.352 |
22.063 |
19.095 |
– 6.996 |
– 5.418 |
– dotaties voorzieningen |
21.538 |
21.538 |
19.352 |
22.063 |
19.095 |
– 6.996 |
– 5.418 |
– bijzondere lasten |
|||||||
Totaal lasten |
133.848 |
130.651 |
157.160 |
163.726 |
144.902 |
74.593 |
46.230 |
Saldo van baten en lasten |
5.407 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
De kosten voor het beheren van de BRP worden doorberekend aan de gebruikers met een kostendekkend tarief in de vorm van een abonnementsprijs. In het kader van financiering basisregistraties 2016 zal deze financieringsmethodiek mogelijk worden aangepast. Hierbij wordt ook gekeken naar de mogelijkheid van Rijksbrede financiering van alle basisregistraties.
De kosten voor het beheren van de reisdocumentenketen, innovatie, investering en de kosten van de productie en distributie worden in de huidige systematiek gedekt uit het tarief dat RvIG in rekening brengt bij de uitgevende instanties. De overige opdrachten worden betaald door de opdrachtgever, namelijk het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Toelichting op baten en lasten
Uitgangspunt voor de begroting van baten en lasten van RvIG is een kostendekkende exploitatie.
Voor het jaar 2016 zijn de lasten van de voorzieningen die in beheer zijn gelijk aan de beschikbare begroting. Als gevolg hiervan is eerder een rem gezet op zowel het beheer en de doorontwikkeling van de huidige voorzieningen (RNI, CNL), als nieuwe ontwikkelingen.
De baten en lasten bedragen in 2016 € 157 mln. Het grootste gedeelte van de lasten betreft de kosten die worden gemaakt voor de productie en distributie van de reisdocumenten, het in stand houden van het BRP-netwerk, het beheer van de centrale verstrekkingvoorziening van de BRP (GBA-V en RNI) en de beheervoorziening BSN, CMI, PIVA-V en Sedula. De personele lasten bedragen circa € 12 mln. in 2016. Hierin is rekening gehouden met de rijksbrede doelmatigheidskorting van 1,5%, de additionele taakstelling van € 0,1 mln. De taakstelling Rutte-II zal door de opdrachtgevers worden ingevuld en is meegenomen in de cijfers. Voor de uitvoering van de taken maakt RvIG gebruik van geautomatiseerde systemen die werken op een technische infrastructuur. De technische infrastructuur en het beheer daarvan zijn vervangen en uitgebreid. Hiermee sluit RvIG aan op de doelstellingen van de compacte rijksdienst en de informatiestrategie (I-strategie). Op de materiële activa wordt in 2016 € 2,4 mln. afgeschreven. Dit betreft de afschrijving op de investering van de vernieuwde RvIG-infrastructuur.
De omzet van het moederdepartement (€ 27,7 mln.) bestaat uit:
• de abonnementen voor het gebruik van de BRP door de afnemers die met ingang van 1 januari 2008 onder de budgetfinanciering vallen (€ 15 mln.);
• de bijdrage in de kosten van de BV-BSN (€ 2,6 mln.);
• de bijdrage in de kosten voor de voorziening PIVA-V en Sedula (€ 0,9 mln.);
• de bijdrage CMI (€ 0,6 mln.);
• de bijdrage IBN BRP (€ 4,8 mln.).
De omzet van derden (€ 129 mln in 2016) bestaat voornamelijk uit:
• de opbrengsten van de afnemers van de BRP die niet onder budgetfinanciering vallen (€ 11 mln.);
• de leges voor de reisdocumenten die de uitgevende instanties aan RvIG afdragen (€ 112 mln.).
Om te voorkomen dat er grote fluctuaties in de kostprijs van reisdocumenten ontstaan als gevolg van de invoering van de 10-jarige geldigheid, maakt RvIG gebruik van een egalisatierekening. Dit maakt realisatie van kostendekkendheid over 10 jaar mogelijk. Het vullen van deze rekening vindt plaats in de jaren voor 2019. Hierdoor kunnen vanaf 2019 de baten vanuit de egalisatierekening worden aangevuld.
Kasstroomoverzicht
2014 Stand Slotwet |
2015 1e suppletoire begroting |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1. |
Rekening courant RHB 1 januari 2016 + depositorekeningen |
43.392 |
51.590 |
51.590 |
51.590 |
51.590 |
51.590 |
51.590 |
2. |
Totaal operationele kasstroom |
14.706 |
2.800 |
6.911 |
1.100 |
500 |
– 200 |
– 900 |
– /– totaal investeringen |
– 4.008 |
– 3.000 |
– 8.605 |
– 3.500 |
– 3.500 |
– 3.500 |
– 3.500 |
|
+/+ totaal boekwaarde desinvesteringen |
||||||||
3. |
Totaal investeringskasstroom |
– 4.008 |
– 3.000 |
– 8.605 |
– 3.500 |
– 3.500 |
– 3.500 |
– 3.500 |
– /– eenmalige uitkering aan moederdepartement |
||||||||
+/+ eenmalige storting door het moederdepartement |
||||||||
– /– aflossingen op leningen |
– 2.500 |
– 2.800 |
1.694 |
2.400 |
3.000 |
3.700 |
4.400 |
|
+/+ beroep op leenfaciliteit |
8.000 |
|||||||
4. |
Totaal financieringskasstroom |
– 2.500 |
200 |
1.694 |
2.400 |
3.000 |
3.700 |
4.400 |
5. |
Rekening courant RHB 31 december 2016 + stand depositorekeningen (=1+2+3+4) (noot: maximale roodstand 0,5 miljoen euro) |
51.590 |
51.590 |
51.590 |
51.590 |
51.590 |
51.590 |
51.590 |
Toelichting bij het kasstroomoverzicht
Operationele kasstroom
Het operationele kasstroomoverzicht toont de meerjarige ontwikkeling van de rekening courant. De kasstroom wordt bepaald door het jaarlijkse bedrijfsresultaat, de investeringen, aflossingen op leningen en overige financiële transacties.
Investeringskasstroom
Voor 2016 wordt de omvang van de investeringen geraamd op € 3,5 mln. Het grootste deel van de investeringen betreft investeringen ten behoeve van de technische infrastructuur. Desinvesteringen worden niet verwacht. Omvang van de investeringen aan de technische infrastructuur zullen ook afhankelijk zijn van de keuzes die we moeten maken ten aanzien van dienstverlening van andere organisaties binnen het Rijk, bijvoorbeeld DICTU Cloud services.
Aflossingen op leningen
Deze bedragen betreffen de aflossingen van de aangegane leningen om investeringen te financieren.
Beroep op leenfaciliteit
Het beroep op leenfaciliteit omvat de door RvIG bij het Ministerie van Financiën geleende bedragen. Het beroep op de leenfaciliteit wordt gedaan ter financiering van investeringen.
Indicatoren
2014 Slotwet |
2015 Vastgestelde begroting |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
|
---|---|---|---|---|---|---|---|
Omschrijving Generiek Deel |
|||||||
Kostprijzen per product: |
|||||||
*Abonnementsstructuur (B) in € |
1.100 |
1.100 |
1.100 |
1.100 |
1.100 |
1.100 |
1.100 |
*Reisdocumenten: Paspoort 5 jaar (in €) |
21,20 |
21,20 |
21,20 |
21,56 |
21,93 |
22,30 |
22,68 |
*Reisdocumenten: Paspoort 10 jaar (in €) |
37,11 |
37,11 |
34,44 |
35,03 |
35,62 |
36,23 |
36,85 |
Identiteitskaart (in €) 5 jaar |
5,30 |
5,30 |
5,30 |
5,39 |
5,48 |
5,57 |
5,67 |
Identiteitskaart (in €) 10 jaar |
29,89 |
29,89 |
27,22 |
27,69 |
28,16 |
28,63 |
29,12 |
Omzet per productgroep: |
|||||||
*BRP |
20.732 |
18.500 |
25.995 |
25.995 |
25.995 |
25.995 |
25.995 |
*Reisdocumenten |
84.702 |
75.448 |
118.537 |
133.185 |
114.378 |
45.069 |
16.706 |
FTE-totaal (excl. externe inhuur) |
108 |
109 |
109 |
109 |
109 |
109 |
109 |
Saldo van baten en lasten (%) |
0% |
0% |
0% |
0% |
0% |
0% |
0% |
Omschrijving Specifiek Deel |
|||||||
ICT diensten |
|||||||
Kwaliteitsindicatoren |
2014 |
||||||
Beschikbaarheid GBA netwerk |
100% |
100% |
100% |
100% |
100% |
100% |
100% |
Beschikbaarheid GBA -V |
100% |
99,9% |
99,9% |
99,9% |
99,9% |
99,9% |
99,9% |
Responstijd GBA-V |
<3 sec |
<3 sec |
<3 sec |
<3 sec |
<3 sec |
<3 sec |
<3 sec |
Beschikbaarheid Basisregister |
100% |
99,9% |
99,9% |
99,9% |
99,9% |
99,9% |
99,9% |
Beschikbaarheid Verificatieregister |
100% |
99,9% |
99,9% |
99,9% |
99,9% |
99,9% |
99,9% |
Beschikbaarheid BSN |
100% |
99,9 |
99,9 |
99,9 |
99,9 |
99,9 |
99,9 |
Klanttevredenheid |
7,4 |
7,4 |
Nvt |
7,4 |
Nvt |
7,4 |
Nvt0 |
Doorlichting uitgevoerd cq. gepland in: |
2014 |
Toelichting op de doelmatigheidsindicatoren
De doelmatigheid van RvIG wordt inzichtelijk gemaakt door het opnemen van de tarieven voor de reisdocumenten en de BRP en indicatoren met betrekking tot de kwaliteit van deze producten.
Kostprijs per product
De hoogte van de leges die RvIG in rekening brengt bij de uitgevende instanties, zoals de gemeenten, de buitenlandse posten en de Caribische gemeenten (Bonaire, Eustatius en Saba), is gelijk aan de kostprijs van de documenten. De gepresenteerde kostprijs is exclusief de gemeentelijke leges en eventuele spoedtoeslagen. In de stijgingen van de kosten voor de komende jaren is rekening gehouden met een prijsindexcijfer.
Het BRP-tarief is onder andere door doelmatigheidsresultaten uit efficiëntere inkoop en aanbesteding stabiel. Het maximale tarief opgenomen in de abonnementen voor 2016 is € 0,17 per bericht. Gebruik binnen de bandbreedte van het abonnement leidt tot een lagere prijs per bericht (staffel). De bandbreedte van het meest gebruikte abonnement B bedraagt 10.000 – 100.000 berichten (maximale tarief).
FTE-totaal
De verwachting voor het aantal fte vanaf 2016 is in een addendum op het huidige O&F rapport inzichtelijk gemaakt en is op dit moment onderwerp van gesprek met eigenaar. De impact van het in beheer nemen van de BRP en andere opdrachten kan leiden tot een aanpassing van de benodigde fte de komende jaren.
Beschikbaarheid
De doelstelling in 2016 voor de beschikbaarheid van de netwerken is het halen van de gestelde normen.
Klanttevredenheid
Tweejaarlijks vindt er een klanttevredenheidsonderzoek plaats, deze staan gepland voor 2015 en 2017.
Artikel 1 Openbaar bestuur en democratie
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
30.383 |
29.452 |
29.430 |
29.395 |
29.395 |
0 |
|
1.1 |
Bestuurlijke en financiele verhouding |
10.163 |
9.849 |
9.827 |
9.810 |
9.810 |
0 |
1.2 |
Participatie |
20.220 |
19.603 |
19.603 |
19.585 |
19.585 |
0 |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2015 |
5.588 |
– 500 |
– 500 |
– 500 |
– 500 |
– 500 |
|
1.1 |
Bestuurlijke en financiele verhouding |
1.800 |
– 500 |
– 500 |
– 500 |
– 500 |
– 500 |
1.2 |
Participatie |
3.788 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Nieuwe mutaties |
– 38 |
202 |
201 |
201 |
201 |
29.596 |
|
1.1 |
Bestuurlijke en financiele verhouding |
– 68 |
175 |
174 |
174 |
174 |
9.984 |
1.2 |
Participatie |
30 |
27 |
27 |
27 |
27 |
19.612 |
Stand ontwerpbegroting 2016 |
35.933 |
29.154 |
29.131 |
29.096 |
29.096 |
29.096 |
|
1.1 |
Bestuurlijke en financiele verhouding |
11.895 |
9.524 |
9.501 |
9.484 |
9.484 |
9.484 |
1.2 |
Participatie |
24.038 |
19.630 |
19.630 |
19.612 |
19.612 |
19.612 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
21.965 |
21.965 |
21.965 |
21.965 |
21.965 |
0 |
|
Nieuwe mutaties |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
21.965 |
|
Stand ontwerpbegroting 2016 |
21.965 |
21.965 |
21.965 |
21.965 |
21.965 |
21.965 |
Artikel 2 Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
212.743 |
200.157 |
189.370 |
189.744 |
189.744 |
0 |
|
2.1 |
Apparaat |
203.644 |
191.057 |
180.270 |
180.644 |
180.644 |
0 |
2.2 |
Geheim |
9.099 |
9.100 |
9.100 |
9.100 |
9.100 |
0 |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2015 |
– 467 |
13.556 |
26.000 |
26.000 |
31.000 |
40.000 |
|
2.1 |
Apparaat |
– 467 |
13.556 |
26.000 |
26.000 |
31.000 |
40.000 |
Nieuwe mutaties |
80 |
0 |
0 |
0 |
0 |
189.744 |
|
2.1 |
Apparaat |
80 |
0 |
0 |
0 |
0 |
180.644 |
2.2 |
Geheim |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
9.100 |
Stand ontwerpbegroting 2016 |
212.356 |
213.713 |
215.370 |
215.744 |
220.744 |
229.744 |
|
2.1 |
Apparaat |
203.257 |
204.613 |
206.270 |
206.644 |
211.644 |
220.644 |
2.2 |
Geheim |
9.099 |
9.100 |
9.100 |
9.100 |
9.100 |
9.100 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
12.714 |
12.714 |
12.714 |
12.714 |
12.714 |
0 |
|
Nieuwe mutaties |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
12.714 |
|
Stand ontwerpbegroting 2016 |
12.714 |
12.714 |
12.714 |
12.714 |
12.714 |
12.714 |
Artikel 6 Dienstverlenende en innovatieve overheid
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
88.885 |
85.786 |
82.269 |
80.769 |
80.770 |
0 |
|
6.1 |
Verminderen regeldruk |
2.439 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
6.2 |
Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen |
18.351 |
20.137 |
20.115 |
20.098 |
20.098 |
0 |
6.3 |
Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen |
44.959 |
43.188 |
40.962 |
39.988 |
39.989 |
0 |
6.4 |
Burgerschap |
5.036 |
4.786 |
4.786 |
4.786 |
4.786 |
0 |
6.5 |
Reisdocumenten en basisadministratie personen |
18.100 |
17.675 |
16.406 |
15.897 |
15.897 |
0 |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2015 |
31.507 |
10.334 |
– 1.138 |
– 138 |
– 138 |
– 138 |
|
6.1 |
Verminderen regeldruk |
– 939 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
6.2 |
Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen |
19.922 |
– 138 |
– 138 |
– 138 |
– 138 |
– 138 |
6.3 |
Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen |
– 3.745 |
– 2.845 |
– 2.842 |
– 2.843 |
– 2.844 |
– 2.844 |
6.4 |
Burgerschap |
439 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
6.5 |
Reisdocumenten en basisadministratie personen |
15.830 |
13.317 |
1.842 |
2.843 |
2.844 |
2.844 |
Nieuwe mutaties |
55.046 |
55.357 |
452 |
447 |
447 |
81.217 |
|
6.1 |
Verminderen regeldruk |
42 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
6.2 |
Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen |
5.228 |
8.334 |
330 |
328 |
328 |
20.426 |
waarvan: |
|||||||
a. Middelen GDI |
3.100 |
8.000 |
|||||
6.3 |
Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen |
49.753 |
47.015 |
114 |
111 |
111 |
40.100 |
waarvan: |
|||||||
b. Middelen GDI |
29.033 |
28.145 |
|||||
c. Mijnoverheid |
0 |
16.280 |
|||||
d. Digicommissaris |
15.800 |
||||||
e. GDI PI (projectinfrastructuur) |
4.786 |
2.465 |
|||||
6.4 |
Burgerschap |
23 |
8 |
8 |
8 |
8 |
4.794 |
6.5 |
Reisdocumenten en basisadministratie personen |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
15.897 |
Stand ontwerpbegroting 2016 |
17.5438 |
15.1477 |
81.583 |
81.078 |
81.079 |
81.079 |
|
6.1 |
Verminderen regeldruk |
1.542 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
6.2 |
Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen |
43.501 |
28.333 |
20.307 |
20.288 |
20.288 |
20.288 |
6.3 |
Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen |
90.967 |
87.358 |
38.234 |
37.256 |
37.256 |
37.256 |
6.4 |
Burgerschap |
5.498 |
4.794 |
4.794 |
4.794 |
4.794 |
4.794 |
6.5 |
Reisdocumenten en basisadministratie personen |
33.930 |
30.992 |
18.248 |
18.740 |
18.741 |
18.741 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Mutaties 1e suppletoire begroting 2015 |
5.886 |
624 |
574 |
513 |
423 |
423 |
|
Nieuwe mutaties |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Stand ontwerpbegroting 2016 |
5.886 |
624 |
574 |
513 |
423 |
423 |
Toelichting
a, b, c, d en e Middelen GDI, Mijnoverheid, Digicommissaris en GDI PI
Betreft toekenning van de tranche 2015 en 2016 van de middelen die op de aanvullende post gereserveerd zijn voor de voorzieningen die onderdeel uitmaken van de generieke digitale infrastructuur (GDI) waar BZK het opdrachtgeverschap voor vervult.
Artikel 7 Arbeidszaken overheid
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
35.546 |
34.420 |
35.042 |
34.958 |
34.958 |
0 |
|
7.1 |
Overheid als werkgever |
12.460 |
10.498 |
10.295 |
10.278 |
10.278 |
0 |
7.2 |
Pensioenen, uitkeringen en benoemingsregelingen |
23.086 |
23.922 |
24.747 |
24.680 |
24.680 |
0 |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2015 |
12 |
– 1.791 |
– 3.730 |
– 3.750 |
– 3.750 |
– 3.750 |
|
7.1 |
Overheid als werkgever |
212 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
7.2 |
Pensioenen, uitkeringen en benoemingsregelingen |
– 200 |
– 1.791 |
– 3.730 |
– 3.750 |
– 3.750 |
– 3.750 |
Nieuwe mutaties |
275 |
282 |
– 2.210 |
– 2.212 |
– 2.212 |
32.747 |
|
7.1 |
Overheid als werkgever |
22 |
19 |
18 |
18 |
18 |
10.296 |
7.2 |
Pensioenen, uitkeringen en benoemingsregelingen |
253 |
263 |
– 2.228 |
– 2.230 |
– 2.230 |
22.451 |
Stand ontwerpbegroting 2016 |
35.833 |
32.911 |
29.102 |
28.996 |
28.996 |
28.997 |
|
7.1 |
Overheid als werkgever |
12.694 |
10.517 |
10.313 |
10.296 |
10.296 |
10.296 |
7.2 |
Pensioenen, uitkeringen en benoemingsregelingen |
23.139 |
22.394 |
18.789 |
18.700 |
18.700 |
18.701 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
820 |
820 |
820 |
820 |
820 |
0 |
|
Nieuwe mutaties |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
820 |
|
Stand ontwerpbegroting 2016 |
820 |
820 |
820 |
820 |
820 |
820 |
Artikel 11 Centraal apparaat
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
252.326 |
241.221 |
226.989 |
220.640 |
218.401 |
0 |
|
11.1 |
Apparaat (excl. AIVD) |
252.326 |
241.221 |
226.989 |
220.640 |
218.401 |
0 |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2015 |
85.366 |
8.526 |
7.955 |
7.144 |
7.320 |
5.006 |
|
11.1 |
Apparaat (excl. AIVD) |
85.366 |
8.526 |
7.955 |
7.144 |
7.320 |
5.006 |
Nieuwe mutaties |
4.744 |
5.020 |
1.058 |
845 |
820 |
213.028 |
|
11.1 |
Apparaat (excl. AIVD) |
4.744 |
5.020 |
1.058 |
845 |
820 |
213.028 |
waarvan |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
a. GDI NCDO |
3.000 |
3.000 |
|||||
b. Tranche loonbijstelling 2015 |
1.323 |
1.284 |
1.233 |
1.212 |
1.214 |
1.188 |
|
c. GOR Rijk |
702 |
702 |
702 |
702 |
702 |
702 |
|
d. Eenheidsprijzen kantoren |
– 525 |
– 1566 |
– 1880 |
– 1924 |
– 2439 |
||
e. Herschikking Koninkrijksrelaties |
224 |
285 |
375 |
375 |
375 |
||
f. Prijsbijstelling 2015 apparaat |
362 |
317 |
275 |
274 |
271 |
271 |
|
g. Loonbijstelling P-Direkt |
107 |
105 |
102 |
100 |
98 |
98 |
|
h. Prijsbijstelling P-Direkt |
114 |
112 |
109 |
107 |
104 |
104 |
|
Stand ontwerpbegroting 2016 |
342.436 |
254.767 |
236.002 |
228.629 |
226.541 |
218.034 |
|
11.1 |
Apparaat (excl. AIVD) |
342.436 |
254.767 |
236.002 |
228.629 |
226.541 |
218.034 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
6.054 |
6.024 |
5.996 |
5.955 |
5.921 |
0 |
|
Mutaties 1e suppletoire begroting 2015 |
80.286 |
– 99 |
– 99 |
– 99 |
– 99 |
– 99 |
|
Nieuwe mutaties |
422 |
0 |
0 |
0 |
0 |
5.921 |
|
Stand ontwerpbegroting 2016 |
86.762 |
5.925 |
5.897 |
5.856 |
5.822 |
5.822 |
Toelichting
a. GDI NCDO (Nationaal Commissaris Digitale Overheid, ook wel Digicommissaris)
Betreft een overboeking vanaf de aanvullende post voor de apparaatskosten voor de Nationaal Commissaris Digitale overheid voor 2015 en 2016.
b. Tranche loonbijstelling 2015
Loonbijstelling tranche 2015 voor centraal apparaat.
c. GOR Rijk
Middelen worden door diverse departementen overgeheveld naar BZK.
d. Eenheidsprijzen kantoren
Bijdrage aan BZK voor herverdeling eenheidsprijzen kantoren.
e. Herschikkink Koninkrijksrelaties
Overboeking van Koninkrijksrelaties (H4) in verband met technische herschikking binnen.
f. Prijsbijstelling 2015 apparaat
Prijsbijstelling tranche 2015 voor centraal apparaat.
g. Loonbijstelling P-Direkt
Loonbijstelling tranche 2015 voor P-direkt
h. Prijsbijstelling P-Direkt
Prijsbijstelling tranche 2015 voor P-direkt
Artikel 12 Algemeen
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
3.689 |
4.031 |
4.017 |
4.017 |
4.017 |
0 |
|
12.1 |
Algemeen |
1.510 |
1.496 |
1.482 |
1.482 |
1.482 |
0 |
12.2 |
Verzameluitkeringen |
2.179 |
2.535 |
2.535 |
2.535 |
2.535 |
0 |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2015 |
– 2844 |
– 2830 |
– 2816 |
– 2816 |
– 2816 |
– 2816 |
|
12.1 |
Algemeen |
– 344 |
– 330 |
– 316 |
– 316 |
– 316 |
– 316 |
12.2 |
Verzameluitkeringen |
– 2.500 |
– 2.500 |
– 2.500 |
– 2.500 |
– 2.500 |
– 2.500 |
Nieuwe mutaties |
312 |
5 |
4 |
4 |
4 |
4.021 |
|
12.1 |
Algemeen |
– 9 |
5 |
4 |
4 |
4 |
1.486 |
12.2 |
Verzameluitkeringen |
321 |
0 |
0 |
0 |
0 |
2.535 |
Stand ontwerpbegroting 2016 |
1.157 |
1.206 |
1.205 |
1.205 |
1.205 |
1.205 |
|
12.1 |
Algemeen |
1.157 |
1.171 |
1.170 |
1.170 |
1.170 |
1.170 |
12.2 |
Verzameluitkeringen |
0 |
35 |
35 |
35 |
35 |
35 |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Mutaties 1e suppletoire begroting 2015 |
0 |
0 |
15.000 |
15.000 |
15.000 |
15.000 |
|
Nieuwe mutaties |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Stand ontwerpbegroting 2016 |
820 |
820 |
820 |
820 |
820 |
820 |
Artikel 13 Nominaal en onvoorzien
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
10.554 |
8.529 |
2.189 |
463 |
553 |
0 |
|
13.1 |
Loonbijstelling |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
13.2 |
Prijsbijstelling |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
13.3 |
Onvoorzien |
10.554 |
8.529 |
2.189 |
463 |
553 |
0 |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2015 |
– 7.235 |
– 5.440 |
764 |
2.816 |
2.721 |
2.325 |
|
13.1 |
Loonbijstelling |
1.884 |
1.833 |
1.772 |
1.741 |
1.741 |
1.716 |
13.2 |
Prijsbijstelling |
1.435 |
1.256 |
1.181 |
1.538 |
1.533 |
1.162 |
13.3 |
Onvoorzien |
– 10.554 |
– 8.529 |
– 2.189 |
– 463 |
– 553 |
– 553 |
Nieuwe mutaties |
– 3.319 |
– 3.089 |
– 2.953 |
– 3.279 |
– 3.274 |
– 2.325 |
|
13.1 |
Loonbijstelling |
– 1.884 |
– 1.833 |
– 1.772 |
– 1.741 |
– 1.741 |
– 1.716 |
13.2 |
Prijsbijstelling |
– 1.435 |
– 1.256 |
– 1.181 |
– 1.538 |
– 1.533 |
– 1.162 |
13.3 |
Onvoorzien |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
553 |
Stand ontwerpbegroting 2016 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
13.1 |
Loonbijstelling |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
13.2 |
Prijsbijstelling |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
13.3 |
Onvoorzien |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Artikel 14 VUT-fonds
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
14.1 |
VUT-fonds |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Mutaties 1e suppletoire begroting 2015 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
14.1 |
VUT-fonds |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Nieuwe mutaties |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
14.1 |
VUT-fonds |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Stand ontwerpbegroting 2016 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
14.1 |
VUT-fonds |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Stand ontwerpbegroting 2015 |
715.800 |
51.000 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Mutaties 1e suppletoire begroting 2015 |
76.800 |
– 51.000 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Nieuwe mutaties |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Stand ontwerpbegroting 2016 |
792.600 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Omschrijving motie |
Vindplaats |
Stand van zaken |
---|---|---|
De motie van het lid Pieter Heerma: Verzoekt de regering, voorstellen te doen om groeperingen wier doelstellingen onvermijdelijk leiden tot het terzijde schuiven van onze democratische rechtsorde te kunnen verbieden |
Kamerdebat 02-07-2015 Notitie antidemocratische groeperingen |
De Tweede Kamer zal in het najaar 2015 geïnformeerd worden |
De motie van het lid van Dam; Verzoekt de regering, uit te werken hoe op verschillende beleidsterreinen het uit- en overdragen van die gedeelde waarden en het versterken van de onderlinge verbondenheid in de samenleving in het beleid kunnen worden opgenomen of versterkt |
Kamerdebat 02-07-2015 Notitie antidemocratische groeperingen |
De Tweede Kamer zal in het najaar 2015 geïnformeerd worden |
De motie van het lid Veldman c.s.; Roept de regering op, in overleg met Muiden, Bussum, Naarden en de provincie Noord-Holland dit renterisico af te dekken |
Kamerdebat 01-04-2015 Samenvoeging van de gemeenten Bussum, Muiden en Naarden en wijziging van de grens met de gemeente Weesp (34 075) |
De motie zal afgehandeld worden via het besluit over de aanvullende uitkering aan Muiden. Dit besluit wordt naar verwachting rond de zomer genomen. |
Gewijzigde motie van de leden Schouw en Bisschop; Spreekt uit dat eventuele extra kosten volledig zullen worden vergoed via een verhoging van de aanvullende uitkering, zonder dat de eigen bijdrage wordt verhoogd |
Kamerdebat 01-04-2015 Samenvoeging van de gemeenten Bussum, Muiden en Naarden en wijziging van de grens met de gemeente Weesp (34 075) |
De motie wordt afgehandeld via het besluit over de aanvullende uitkering voor Muiden. Dit besluit wordt naar verwachting rond de zomer genomen. |
Motie Gesthuizen; Verzoekt de regering te onderzoeken welke verbeterpunten er mogelijk zijn ten aanzien van het compenseren van slachtoffers van fraude en het beleid ten aanzien van hulp bij fraude duidelijk te communiceren richting burgers |
Kamerdebat 03-12-2014 DigiD |
Het onderzoek is inmiddels gestart en wordt uitgevoerd door BMC. De oplevering staat gepland voor na de zomer waarna de Tweede Kamer in najaar 2015 zal worden geïnformeerd. |
De motie van het lid Gerkens; Verzoekt de regering het Rathenau Instituut te vragen een onderzoek te doen naar de wenselijkheid van een commissie die kan adviseren over de ethische kant van de digitalisering van de samenleving |
Kamerdebat 23-09-2014 Over de rol van de overheid bij digitale dataverwerking en – uitwisseling II; privacy en toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten |
Minister BZK is in overleg met het Rathenau Instituut over de uitwerking van de adviesvraag uit de motie Gerkens. De Eerste Kamer zal in zomer 2015 bericht ontvangen over de uitkomst hiervan. |
De motie van de leden Veldman en Albert de Vries; Verzoekt de regering, gemeenten in alle gebieden die de officiële krimpstatus hebben, binnen het daarvoor bestaande budget in aanmerking te laten komen voor de tijdelijke krimpmaatstaf in het Gemeentefonds |
Kamerdebat 20-05-2015 VAO Bevolkingsdaling/Krimp |
De Tweede Kamer ontvangt het definitieve voorstel naar verwachting medio september 2015. |
De motie van het lid Schouw; Verzoekt de regering, te stimuleren dat met een publieke taak belaste instellingen reeds vrijgegeven data uit reeds afgehandelde verzoeken om hergebruik publiceren op data.overheid.nl en dat er actief op gestuurd wordt dat de gebruikerskwaliteit van de data verbetert |
Kamerdebat 03-06-2015 Regels over het hergebruik van overheidsinformatie (Wet hergebruik van overheidsinformatie) (34 123) |
In de reeds toegezegde brief over de ambities in het open databeleid welke in het najaar 2015 aan de Tweede Kamer zal worden toegezonden zal eveneens worden gemeld hoe deze motie zal worden uitgevoerd |
De motie van het lid Veldman; Verzoekt de regering, per eind 2016 alle daarvoor geschikte overheidsdata machinaal leesbaar en gestandaardiseerd te ontsluiten, via een nationale informatie-infrastructuur |
Kamerdebat 03-06-2015 Regels over het hergebruik van overheidsinformatie (Wet hergebruik van overheidsinformatie) (34 123) |
In de reeds toegezegde brief over de ambities in het open databeleid welke in het najaar aan de Tweede Kamer zal worden toegezonden zal eveneens worden gemeld hoe deze motie zal worden uitgevoerd |
Motie Schouw en Taverne; Verzoekt de regering bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel in te dienen om de Zondagswet in te trekken |
Kamerdebat 19-12-2012 Begroting BZK |
De Tweede Kamer wordt na de zomer 2015 geïnformeerd |
Motie Engels c.s.; Verzoekt de Minister een of meer modellen voor een stelsel van financiële verhoudingen tussen rijk en gemeenten te ontwikkelen waarin rekening wordt gehouden met zowel de effecten van de voorgenomen decentralisaties als met voortgaande processen van gemeentelijke herindeling |
Kamerdebat 18-06-2013 Inrichting openbaar bestuur |
In de kamerbrief groot onderhoud gemeentefonds 2016 is aangeven dat de fondsbeheerders bereid zijn te praten met VNG en Rfv over de toekomst van de financiële verhoudingen en dat de kamer hierover zal blijven worden geïnformeerd In de kamerbrief belastingherziening is aangeven hoe een verruiming van het gemeentelijk belastinggebied bij kan dragen aan verlagen van lasten op arbeid |
Motie Schouw/Fokke; Verzoekt de regering te faciliteren dat goede praktijken (tav terugdringen bestuurlijke drukte) breder uitgerold worden. |
Kamerdebat 06-11-2014 Begrotingsbehandeling BZK 2015 |
De Tweede Kamer wordt in de tweede helft van 2015 geïnformeerd |
Motie Van der Staaij c.s.; Verzoekt de regering er zorg voor te dragen dat de Kamer voortaan uiterlijk 1 december, voorafgaand aan het jaar waarop het jaarplan van de AIVD betrekking heeft, inzicht ontvangt in de prioriteiten en accenten van de AlVD, de verhouding tot het beschikbare budget en de afstemming met andere veiligheidsdiensten |
Kamerdebat 11-02-2015 Over inzet en capaciteit in de veiligheidsketen |
De Tweede Kamer wordt uiterlijk 1 december 2015 geïnformeerd |
Motie Van Oosten/Recourt; Verzoekt de regering scherp te monitoren dat bij aanwijzing van vertrouwensfuncties buiten de overheid heel kritisch nut en noodzaak worden overwogen en binnen twee jaar de Kamer te informeren welke afname in het aantal vertrouwensfuncties c.q. -onderzoeken door inzet van scherp aanwijsbeleid door de vakministers is bewerkstelligd |
Kamerdebat 08-10-2014 Wijziging van de Wet veiligheidsonderzoeken in verband met het opnemen van een grondslag voor het doorberekenen van kosten verbonden aan het uitvoeren van veiligheidsonderzoeken alsmede enkele andere wijzigingen (33 673) |
De Tweede Kamer zal in september 2016 geïnformeerd worden |
Motie Taverne c.s.; Verzoekt de regering de mogelijkheid tot het aangaan van lijstverbindingen bij verkiezingen af te schaffen, en de Tweede Kamer zo spoedig mogelijk een wetsvoorstel ter zake voor te leggen |
Kamerdebat 03-12-2014 Evaluatie verkiezingen |
Het concept-wetsvoorstel «Wijziging van de Kieswet in verband met het afschaffen van de mogelijkheid om lijstencombinaties aan te gaan» is eind juni 2015 ter consultatie aan de Kiesraad gestuurd. Tevens is het wetsvoorstel op «www.internetconsulatie.nl» geplaatst. De Tweede Kamer zal eind 2016 geïnformeerd worden |
Omschrijving motie |
Vindplaats |
Stand van zaken |
---|---|---|
Motie Recourt en Gesthuizen: Verzoekt de regering, een digitaal paspoort te ontwikkelen opdat het contact op internet tussen burger en overheid optimaal beveiligd is.Verzoekt de regering tevens, te onderzoeken voor welke toepassingen dit digitale paspoort eveneens kan worden gebruikt over de ontwikkeling van een digitaal paspoort |
Kamerdebat 04–2012 Cyber security en veiligheid overheidswebsites |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 9 februari 2015 per brief geïnformeerd. (TK 2014–2015, 26 643 nr. 349) |
Nader gewijzigde motie Schouw en Voortman; Verzoekt de regering voor behandeling van het wetsvoorstel tot samenvoeging van Noord-Holland, Utrecht en Flevoland te komen met een nader uitgewerkte visie en een stappenplan voor de overige provincies, bijvoorbeeld door het instellen van een bestuurlijke adviescommissie |
Kamerdebat 21-05-2013 Debat over de visie op de bestuurlijke inrichting van Nederland |
Afgedaan. Met het besluit een wetsvoorstel voor de samenvoeging van de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht (vorming Noordvleugelprovincie) niet in te dienen, wordt aan deze motie geen navolging gegeven. (TK 2014–2015, 33 047 nr. 22) |
Motie Voortman en Schouw; Verzoekt de regering om tegelijkertijd met de behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer in een apart document inzicht te geven in de inhoudelijke agenda, de taken, bevoegdheden en het budget van de nieuw te vormen provincie |
Kamerdebat 21-05-2013 Debat over de visie op de bestuurlijke inrichting van Nederland |
Afgedaan. Met het besluit een wetsvoorstel voor de samenvoeging van de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht (vorming Noordvleugelprovincie) niet in te dienen, wordt aan deze motie geen navolging gegeven. (TK 2014–2015, 33 047 nr. 22) |
Motie Szabo c.s; Verzoekt de regering over te gaan tot introductie van 1 uniforme elektronische identiteitskaart voor alle overheidsdiensten waarvoor authenticatie is vereist, invoering en gebruik van deze kaart voor burgers en bedrijven dient niet later plaats te vinden dan 1 januari 2007 |
Kamerdebat 04-02-2004 Modernisering van de overheid (brief van 1-12-2003); visie en actieprogramma «Andere Overheid» (29 362, nr. 1) |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 9 februari 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 26 643 nr. 349) |
Motie Recourt en Schouw; Verzoekt de regering de mogelijkheden voor internationale procedures ter bescherming van internationale klokkenluiders te onderzoeken |
Kamerdebat 07-11-2013 AIVD |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 15 oktober 2014 per brief geïnformeerd. (TK 2014–2015, 33 258 nr. 30) |
Motie Toorenburg en Schouw; Verzoekt de regering in de afzonderlijke wetsvoorstellen voor de decentralisatieoperaties uitdrukkelijk in te gaan op de samenhang met elk van de beide andere wetsvoorstellen |
Kamerdebat 28-11-2013 Begrotingsbehandeling BZK |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 4 november 2014 per brief geïnformeerd. (TK 2014–2015, 34 000 VII nr. 28) |
Motie Schouw en Voortman; Verzoekt de regering alsnog uitvoering te geven aan de motie-Schouw/Voortman (33 047, nr. 19) |
Kamerdebat 28-11-2013 Begrotingsbehandeling BZK |
Afgedaan. Met het besluit een wetsvoorstel voor de samenvoeging van de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht (vorming Noordvleugelprovincie) niet in te dienen, wordt aan deze motie geen navolging gegeven. (TK 2014–2015, 33 047 nr. 22) |
Motie Voortman; Verzoekt de Minister in zijn overleg met andere departementen over hoe dit versneld kan worden, uit te gaan van het principe dat definitieve rapporten binnen twee weken naar de Kamer gestuurd worden en de Kamer hier in het voorjaar van 2014 nader over te informeren |
Kamerdebat 28-11-2013 Begrotingsbehandeling BZK |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 3 juli 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 32 802 nr. 9) |
De motie Van Bijsterveld c.s.; Roept op het (wetgevings)proces inzake de vorming van een Noordvleugelprovincie op te schorten |
Kamerdebat 10-12-2013 Begrotingsbehandeling |
Afgedaan. Met het besluit een wetsvoorstel voor de samenvoeging van de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht (vorming Noordvleugelprovincie) niet in te dienen, wordt aan deze motie geen navolging gegeven (EK 2014–2015, 33 750-VII nr. E) |
Motie Fokke en Taverne; Verzoekt de regering concrete voorstellen te doen om misbruik van de dwangsom-regeling tegen te gaan, daarbij in ieder geval bovenstaande mogelijkheden te overwegen en de Kamer daar voor 1 maart 2014 over te berichten |
Kamerdebat 28-11-2013 Begrotingsbehandeling BZK |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 26 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 29 279 nr. 201) |
Motie Van Toorenburg en Van Raak; Verzoekt de regering voor interim-bestuurders een maximaal per maand te verdienen bedrag te bepalen en de Kamer hierover voor 1 maart 2014 te informeren |
Kamerdebat 30-01-2014 Aanpassingswet Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (33 715) |
Afgedaan. Motie is beantwoord door het indienen van het wetsvoorstel Wet verlaging bezoldigingsmaximum WNT op 1 juli 2014 (TK 2013–2014, 33 978 nr. 2) |
Gewijzigde motie Van Raak en Recourt; Spreekt uit dat burgers de zekerheid moeten hebben dat bij het delen van informatie met de Amerikaanse NSA de fundamentele mensenrechten en de wetten van ons land worden gerespecteerd; Spreekt uit dat deze beginselen uitgangspunt moeten zijn in de samenwerking met de Amerikaanse NSA |
Kamerdebat 09-04-2014 Het afluisteren door de NSA en de rol van Nederland |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 30 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 30 977 nr. 104) |
Motie Schouw en Segers; Verzoekt de regering tot een nadere invulling te komen van samenwerkingscriteria van de Nederlandse inlichtingen- en veiligheidsdiensten met buitenlandse diensten; Verzoekt de CTIVD om in de jaarlijkse rapportage in te gaan op de uitvoering van deze motie |
Kamerdebat 09-04-2014 Het afluisteren door de NSA en de rol van Nederland |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 30 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 30 977 nr. 104) |
Gewijzigde motie Schouw; Verzoekt de regering de Nederlandse inlichtingen- en veiligheidsdiensten enkel (meta)data uit te laten wisselen met buitenlandse diensten na vooraf verkregen toestemming van de Minister die het aangaat en dat een overeenkomst met de betreffende veiligheidsdiensten tot voorwaarde wordt gemaakt voor het geven van de eerder genoemde toestemming; Verzoekt de CTIVD om in haar jaarlijkse rapportage over de inlichtingen- en veiligheidsdiensten in te gaan op de uitvoering van deze motie |
Kamerdebat 09-04-2014 Het afluisteren door de NSA en de rol van Nederland |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 30 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 30 977 nr. 104) |
Gewijzigde motie Segers c.s.; Verzoekt de regering in overleg te treden met de bondgenoten waarmee de inlichtingen- en veiligheidsdiensten samenwerken om te komen tot nieuwe en expliciete afspraken over de eerbiediging van de mensenrechten bij het optreden van de diensten en de Kamer daarover te informeren |
Kamerdebat 09-04-2014 Het afluisteren door de NSA en de rol van Nederland |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 30 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 30 977 nr. 104) |
Gewijzigde motie Bergkamp; Verzoekt de regering in overleg te treden met de Raad voor het openbaar bestuur voor het verrichten van een onderzoek naar de vraag hoe de democratische legitimiteit van de regionale samenwerkingsverbanden waar gemeenten onderdeel van moeten uitmaken voor de uitvoering van de decentralisaties in het sociaal domein kan worden geborgd, en de Kamer over de uitkomsten van dat overleg in september 2014 te informeren |
Kamerdebat 24-04-2014 Wetsvoorstel WMO 2015 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 9 september 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 841 nr. 169) |
Motie Litjens c.s.; Verzoekt de regering de diverse modaliteiten van een regeling om de beslissing over het woonplaatsvereiste voor wethouders over te laten aan de afweging van de gemeenteraad te onderzoeken en vervolgens een wetsvoorstel voor te bereiden, waarin recht wordt gedaan aan de lokale autonomie |
Kamerdebat 04-06-2014 Wijziging van de Gemeentewet, de Provinciewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Waterschapswet (institutionele bepalingen) (33 691) |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 17 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 691 nr. 19) |
Motie Fokke c.s.; Verzoekt de regering een juridisch houdbaar voorstel te onderzoeken om de zelden tot nooit aanwezige lokale en provinciale volksvertegenwoordigers (die hiervoor geen dringende reden hebben) op hun vergoeding te korten en de Kamer hierover voor Prinsjesdag te informeren |
Kamerdebat 04-06-2014 Wijziging van de Gemeentewet, de Provinciewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Waterschapswet (institutionele bepalingen) (33 691) |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 16 september 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 691 nr. 18) |
Motie Van Toorenburg en Taverne; Verzoekt de regering, in overleg met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, na te gaan of er grotere transparantie kan worden betracht bij het vaststellen van de tarieven van de paspoorten en identiteitskaarten en tevens na te gaan of kostenreductie mogelijk is |
Kamerdebat 28-05-2014 Verantwoordingsdebat 2013 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 17 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 25 764 nr. 87) |
Gewijzigde motie Schouw en Toorenburg; Verzoekt de regering de Algemene Rekenkamer te verzoeken onderzoek te doen naar de effecten van de opeenvolgende bezuinigingsvoorstellen op de organisatie en het werk van de AIVD |
Kamerdebat 03-07-2014 IVD |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 27 augustus 2014 per brief geïnformeerd (840df926-orl-1.6) |
Motie Duthler; Verzoekt de regering tempo te maken met het verbeteren van of het ontwikkelen van alternatieven voor DigiD, en de Kamer voor het einde van het jaar over de voortgang te informeren. |
Kamerdebat 23-09-2014 Cyberintelligence en publiek belang |
Afgedaan. De Eerste Kamer is op 27 maart 2015 per brief geïnformeerd (EK 2014–2015, CV III nr. Q) |
Motie Slob c.s.; Verzoekt de regering, in overleg met de Vereniging Nederlandse Gemeenten, onwenselijke herverdelingseffecten in kaart te brengen en zowel de ingroeiregeling als het nu voorliggende verdeelmodel daarop aan te passen |
Kamerdebat 18-09-2014 Algemene Politieke Beschouwingen |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 8 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 104 nr. 1) |
Motie De Vries c.s.; Verzoekt de regering waarborgen te creëren inzake de afweging van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten om geconstateerde kwetsbaarheden op internet al dan niet bekend te stellen en de Kamer over de aard daarvan in te lichten |
Kamerdebat 23-09-2014 Cyberintelligence en publiek belang |
Afgedaan. De Eerste Kamer is op 17 december 2014 per brief geïnformeerd (EK 2014–2015, CVIII, N) |
Motie Oosenbrug/Segers; Verzoekt de regering bij nieuwe wetgeving met gevolgen voor de verwerking van persoonsgegevens een privacy impact assessment uit te voeren of het ontbreken daarvan te motiveren |
Kamerdebat 06-11-2014 Begrotingsbehandeling BZK 2015 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 10 november 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 26 643 nr. 335) |
Motie Segers/Oosenbrug; Verzoekt de regering te expliciteren welke rol de Nationaal Commissaris Digitale Overheid heeft voor deze doelgroep en het tot zijn taak te rekenen dat de toegankelijkheid van de digitale overheid voor allen bevorderd wordt |
Kamerdebat 06-11-2014 Begrotingsbehandeling BZK 2015 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 28 januari 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 26 643 nr. 347) |
Motie Voortman; Verzoekt de regering te inventariseren welke gemeenten koploper zijn als het gaat om het uitvoeren van de taken in het sociale domein op een wijze waarbij compleet zorgaanbod wordt gerealiseerd, voldoende aandacht is voor de bescherming van de privacy van burgers en er tevens voor eigen zeggenschap en initiatieven van burgers maximale ruimte is, en de Kamer bij de Voorjaarsnota over de uitkomsten van deze inventarisatie te informeren |
Kamerdebat 06-11-2014 Begrotingsbehandeling BZK 2015 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 28 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 VII nr. 43) |
De motie van het lid Bruins Slot; Verzoekt de regering, in overleg met gedeputeerde staten van Noord-Holland en de gemeente Muiden een billijke oplossing te vinden voor de meerkosten van beheer en onderhoud van het KNSF-terrein die direct voortvloeien uit de vaststellingsovereenkomst |
Kamerdebat 01-04-2015 Samenvoeging van de gemeenten Bussum, Muiden en Naarden en wijziging van de grens met de gemeente Weesp (34 075) |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 21 mei 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 075 nr. 14) |
Omschrijving |
Vindplaats |
Stand van zaken |
---|---|---|
De Minister zegt de Tweede Kamer toe een kabinetsreactie naar aanleiding van de resultaten van de consultatie over het concept-wetsvoorstel |
Brief d.d. 4 juni 2015 inzake wetsvoorstel splitsing RvS en opheffing CRvB en CBb |
Het streven is de kabinetsreactie medio september 2015 aan de Kamers te doen toekomen. |
De Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Veiligheid en Justitie zeggen de Kamer, naar aanleiding van een vraag de leden Duthler (VVD) en Engels (D66), toe de Kamer te berichten over het standpunt van het kabinet naar aanleiding van de uitkomsten van de consultatie over het conceptwetsvoorstel splitsing Raad van State en opheffing Centrale Raad van Beroep en College van Beroep voor het bedrijfsleven (T02031). |
Brief min BZK en min V&J d.d. 10 december 2014 «Splitsing Raad van State» |
Het streven is de kabinetsreactie medio september 2015 aan de Kamers te doen toekomen. |
De Minister zegt toe zijn standpunt, als bedoeld in artikel 24 Kaderwet adviescolleges, te bepalen en aan de Kamer te zenden nadat het tweede deel van het Rob-advies, gegeven de onderlinge samenhang tussen de beide delen, ontvangen is. |
Brief MBZK d.d. 5 februari 2015 «Aanbieding advies Democratische legitimiteit van samenwerkingsverbanden» |
Het advies van de Rob verschijnt naar verwachting najaar 2015. Daarna kan het advies voorzien van een reactie naar de Kamer worden gezonden. |
De Minister zegt toe de reactie op de buurtrechtennotitie van mevrouw Tanamal (na het zomerreces) naar de Tweede Kamer te sturen |
Kamerdebat 23-04-2015 Agenda Lokale democratie, Doe-democratie |
De Tweede Kamer wordt na het zomerreces 2015 geïnformeerd. |
De Minister zegt toe alle beschikbare relevante informatie, waaronder jurisprudentie, over het doorberekenen van de kosten van de WOB aan de Tweede Kamer beschikbaar te stellen. Dit zal gebeuren voorafgaand aan de bespreking van de nieuwe voorstellen WOB |
Kamerdebat 14-11-2011 WGO BZK Begroting (33 000-VII) |
Ofschoon de Hoge Raad de langlopende discussie over het heffen van leges heeft beslecht, zal de relevante informatie zomer 2015 aan de Tweede Kamer worden gezonden. |
De Minister zegt toe dat een voorstel tot wijziging van de Awgb betreffende het opnemen van een uitzondering inhoudende dat direct onderscheid naar geslacht bij de levering van goederen en diensten niet is verboden, mits daarvoor een objectieve rechtvaardiging bestaat, in de eerste helft van 2014 in procedure zal worden gebracht. |
Brief Eerste Kamer en Tweede Kamer d.d. 2 december 2013 inzake Reactie op de adviezen van het CRM |
Overleg met CRM heeft plaatsgevonden. De verdere uitwerking is nu in voorbereiding. De Tweede Kamer wordt medio september 2015 geïnformeerd. |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe het tussenbericht van de Deskundigengroep naar de Kamer te sturen |
Brief d.d. 10 juni 2015 inzake deskundigengroep electronisch stemmen en tellen in het stemlokaal |
De Tweede Kamer wordt eind september 2015 geïnformeerd |
De Minister zegt toe de Kamer medio 2015 te informeren over het onderzoek naar de kosten van het aanvraag-en uitgifteproces voor paspoorten en identiteitskaarten bij de G4-gemeenten en hoe die leiden tot de gewenste kostenbeheersing |
Brief MBZK d.d. 16 december 2014 «Transparantie van leges reisdocumenten en mogelijkheden voor kostenbeheersing» |
Eind april 2015 is het onderzoeksrapport opgeleverd. Besluitvorming naar aanleiding van de uitkomst is in voorbereiding. De Tweede Kamer wordt hierover na de zomer van 2015 geïnformeerd. |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer in mei 2015 te rapporteren over de broncode en gebleken interesse |
Kamerdebat 25-06-2014 Digitale overheid |
De Minister zal de Tweede Kamer voor het Herfstreces 2015 informeren |
De Minister zegt toe de effecten van de Basisregistraties Adressen en Gebouwen op het punt van de studentenflats en zorginstellingen te volgen in de Periodieke onderhoudsrapporten bij het gemeentefonds. In de tweede fase groot onderhoud wordt bekeken welke (structurele) maatregelen al mogelijk zijn. Hierover zal desgewenst worden gesproken met een delegatie van BAG-gemeenten als er meer duidelijkheid is over het vervolg. |
Kamerdebat 04-09-2014 Gemeentefonds |
De uitvoering van deze toezegging heeft vertraging opgelopen vanwege technische complicaties. Geprobeerd wordt een oplossing te vinden en die te melden in de septembercirculaire gemeentefonds 2015. De Tweede Kamer is hiervoor geïnformeerd (via een afschrift van de adviesaanvraag over de tweede fase groot onderhoud gemeentefonds) |
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Ten Horn (SP), toe om een Koninklijk Besluit dat ziet op het vervallen van de rijkswet financieel toezicht ook voor te hangen bij de Eerste Kamer (T01220) |
Kamerdebat 06-07-2010 Consensus rijkswetsvoorstellen (32 017 t/m 32 020, 32 026, 32 041, 32 178 en 32 179, 32 186, 32 213) |
De toezegging gaat pas spelen als op grond van een evaluatie voor 10-10-2015 wordt besloten dat de Rijkswet financieel toezicht Curaçao en Sint Maarten kan vervallen. Een daartoe strekkend ontwerpbesluit zal ook aan de Eerste Kamer worden gezonden. |
De Minister zegt toe samen met min V&J rondetafelgesprekken met burgemeesters te organiseren over dit onderwerp. Bovendien zal het trainingsprogramma over hoe om te gaan met intimidaties en bedreigingen beschikbaar worden gesteld voor alle burgemeesters. Terugkoppeling naar de Tweede Kamer zal in een gezamenlijke brief met min V&J gebeuren. |
Kamerdebat 31-03-2015 Mondelinge vraag van het lid VAN OOSTEN (VVD) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht waarin burgemeesters in Brabant de macht van criminelen zien groeien en zich door criminelen geïntimideerd voelen (Volkskrant, 28 maart 2015) |
Aftrapbijeenkomst zal 8 juli plaatsvinden; De vervolgbijeenkomst is in het najaar, in overleg met de Minister van V&J is besloten om daarna te rapporteren hierover. De Tweede Kamer wordt voor het herfstreces 2015 geïnformeerd |
De Minister zegt toe voor het eind van 2013 de Kamer informeren over de uitkomsten van het empirisch onderzoek naar de ontwikkeling van het burgemeesterschap en daarbij verslag doen van- Overleg met het NGB over de ondersteuning van (ook ervaren) burgemeesters bij crisissituaties;- Overleg met de CdK’s over het benoemen van waarnemers en de inbreng van gemeenteraden daarbij;- Overleg met het NGB en de CdK’s over de ontwikkeling van herbenoemingprocedures |
Kamerdebat 06-06-2013 Taken en verantwoordelijkheden burgemeesters |
Deze toezegging wordt inhoudelijk gecombineerd met commissiebrief 201631 en commissiebrief 201672, planning voor herfstreces (Uitstelbericht voor 201631 is aan Tweede Kamer verzonden 15-06-2015) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe voorafgaand aan de behandeling van de begroting in ieder geval de Kamer te informeren over de stand van zaken van het advies van de commissie-Dijkstal over fondsfinanciering Appa-pensioenen |
Kamerdebat 18-06-2015 Wet verkorting duur voortgezette uitkering Appa (34 112) |
De Kamer wordt in het najaar 2015geïnformeerd. |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe te berichten over de conclusies van het onderzoek en en het oordeel van de minister over de vertrekregeling |
Brief d.d. 22 juni 2015 inzake Aanbieding antwoord Kamervragen met kenmerk 2015Z10174 |
De Kamer wordt in een voortgangsbrief die medio oktober 2015 aan de Kamer zal worden gestuurd over de voortgang geïnformeerd. |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe te informeren over de ambities met betrekking tot publicatie beschikbare datasets |
Brief d.d. 21 mei 2015 inzake voortgang in het gebruik van open data |
In het najaar van 2015 zal de Nationale Open Data Agenda (NODA) aan de Tweede Kamer worden gezonden. |
De Minister zegt toe in overleg met de VNG de Kamer (naar verwachting zomer 2015) te informeren over de bestaande wensen in het veld en de mogelijkheden om experimenten uit te voeren mbt een samenwerkingsbestuurder. |
Brief MBZK d.d. 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
In verband met de samenhang met de experimentenwet wordt de Tweede Kamer na het herfstreces 2015 geïnformeerd |
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Sylvester (PvdA), toe om nader onderzoek te verrichten naar de handhaving van wet- en regelgeving in de praktijk door gemeenten. Hij zal tevens overleg voeren met de VNG om te bezien of vooruitlopend op de uitkomsten van het onderzoek het gebruik van reeds bestaande handreikingen en vergelijkbare instrumenten, voorlichting en overlegkaders kan of moet worden geïntensiveerd (T02030) |
Brief MBZK d.d. 8 december 2014 «Memorie van antwoord Begrotingsstaten BZK 2015 (34 000 VII)» |
De Eerste Kamer wordt in oktober 2015 geïnformeerd. |
De Minister zegt toe de Kamer nader te informeren over het onderzoek mbt hoe vaak de Zondagswet wordt toegepast en hoe dat wordt ervaren. Ook zal in kaart worden gebracht wat de gevolgen zijn van het intrekken van de wet en hoe dat zal worden ervaren. |
Brief MBZK d.d. 16 oktober 2014 «Zondagswet» |
De Tweede Kamer wordt medio najaar 2015 geïnformeerd |
De Minister zegt toe de klachtbehandeling in het sociaal domein te bespreken tijdens de volgende Regietafel Decentralisaties en de Kamer hiervan op de hoogte te stellen. Daarbij zal in het bijzonder worden ingegaan op eventuele knelpunten die in de praktijk kunnen ontstaan bij klachten ten aanzien van private instanties |
Kamerdebat 03-12-2014 Jaarverslagen Nationale ombudsman over 2012 en 2013 |
De brief zal in het najaar van 2015 aan de Tweede Kamer worden verstuurd. |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe dat het belang van (het uitdragen van de) kernwaarden van de democratische rechtsstaat wordt meegenomen in het Nationaal Actieplan Discriminatiebestrijding |
Kamerdebat 24-06-2015 Notitie antidemocratische groeperingen |
De Tweede Kamer wordt in het najaar 2015 geïnformeerd |
De Minister zegt toe in het voorjaar van 2015 een kabinetsreactie op het rapport van de Raad voor het openbaar bestuur, «Hoe hoort het eigenlijk», aan de Tweede Kamer te sturen. |
Brief MBZK d.d. 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
De brief zal in het najaar van 2015 aan de Tweede Kamer worden verstuurd |
De Minister zegt toe het onafhankelijk oordeel van prof. dr. P.H.M. van Hoesel, die erop toeziet dat het onderzoeksbureau het onderzoek beleidsdoorlichting van artikel 6.1, 6.2 en 6.3 volgens de regels van de Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek (RPE) uitvoert, naar de Tweede Kamer te sturen |
Brief d.d. 7 april 2015 inzake Beleidsdoorlichting artikel 6.1, 6.2 en 6.3 begroting Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties |
De Tweede Kamer wordt voor eind 2015 geïnformeerd. |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe een brief over de stand van zaken GDI – eind van het jaar (monitor digitale overheid) |
Kamerdebat 20-05-2015 ICT-aangelegenheden, digitale dienstverlening door de overheid |
De Minister informeert de Tweede Kamer eind 2015 over de stand van zaken over de Generieke Digitale Infrastructuur. |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe een brief over het oplossen van de openstaande ARK bevindingen bij DigiD |
Kamerdebat 20-05-2015 ICT-aangelegenheden, digitale dienstverlening door de overheid |
De Tweede Kamer ontvangt conform toezegging voor eind 2015 per brief de stand van zaken van de bevindingen van de Algemene Rekenkamer. |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe in het najaar de criteria SMARTER geformuleerd toe te sturen |
Brief d.d. 30 juni 2015 inzake Pilotvoorwaarden en pilotcriteria eID Stelsel |
De Minister zal de Tweede Kamer in het najaar 2015 informeren |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe een gezamenlijke analyse van AIVD en NCTV over het salafisme en een eerder door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid toegezegde kabinetsreactie hierop toe te sturen |
Brief d.d. 29 juni 2015 inzake Beleidsimplicaties Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland 39 |
De Minister zal eind 2015 de Tweede Kamer informeren |
De Minister zegt een overleg met de VNG toe over de kwaliteit van begraafplaatsbeheer, crematoria en uitvaartorganisaties en de eventuele behoeften van gemeenten op het gebied van toezicht hierop |
Kamerdebat 16-10-2014 Lijkbezorging |
De Minister van BZK zal voor het eind van het jaar (2015) de Kamer informeren over verschillende onderwerpen met betrekking tot de Wet op de lijkbezorging. Ook de invulling van deze toezegging wordt daarin meegenomen. |
De Minister zegt toe de Kamer te informeren over:• ethische, veiligheid- en milieu aspecten van resomeren als nieuwe uitvaarttechniek;• brede verkenning andere mogelijke vormen van lijkbezorging;• uitkomsten van bovengenoemd (bestuurlijk) overleg met de VNG |
Kamerdebat 16-10-2014 Lijkbezorging |
De Minister van BZK zal voor het eind van het jaar (2015) de Kamer informeren over verschillende onderwerpen met betrekking tot de Wet op de lijkbezorging. Ook de invulling van deze toezegging wordt daarin meegenomen. |
De Minister zegt toe de crematoriabranche te verzoeken initiatief te nemen tot het opstellen van een handreiking voor de branche en de Kamer hierover te informeren |
Kamerdebat 16-10-2014 Lijkbezorging |
De Minister van BZK zal voor het eind van het jaar (2015) de Kamer informeren over verschillende onderwerpen met betrekking tot de Wet op de lijkbezorging. Ook de invulling van deze toezegging wordt daarin meegenomen. |
De Minister zegt toe te bevorderen dat er voor uitvaartverzorgers een heldere procedure komt over hoe om te gaan met overledenen die op het moment van overlijden een besmettelijke ziekte hadden en de Kamer hierover te informeren |
Kamerdebat 16-10-2014 Lijkbezorging |
De Minister van BZK zal voor het eind van het jaar (2015) de Kamer informeren over verschillende onderwerpen met betrekking tot de Wet op de lijkbezorging. Ook de invulling van deze toezegging wordt daarin meegenomen. |
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Meijer (SP) en De Boer (GroenLinks), toe een Agenda Stad te ontwikkelen, waarin ook de in de motie-Meijer c.s. (33 659, J) genoemde knelpunten worden meegenomen (T02047) |
Kamerdebat 16-12-2014 Wijziging van de Wet gemeenschappelijke regelingen en enkele andere wetten in verband met de afschaffing van de plusregio’s (33 659) |
Beide Kamers worden voor einde jaar 2015 geïnformeerd middels een voortgangsbrief Agenda Stad |
De Minister zegt toe de adviezen van de Kiesraad te willen gebruiken om te bezien waar deze aansluiten op de voornemens verbeteringen in de Kieswet aan te brengen en beide Kamers daarover nader te berichten |
Brief MBZK d.d. 4 juli 2014 «Aanbieding advies Kiesraad d.d. 18 april 2014» |
Met de Kiesraad vindt overleg plaats over deze toezegging. In het vierde kwartaal van 2015 zal de Tweede Kamer over de uitkomsten worden geïnformeerd. |
De Minister zegt toe in den brede en niet alleen ten aanzien van de G1000 te onderzoeken of in de Gemeentewet en/of in andere wetgeving een algemene wettelijke basis kan komen voor burgerinitiatieven of, andersom, juist belemmeringen moeten worden weggenomen. |
Brief MBZK d.d 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
Voor december 2015 wordt er een antwoordbrief richting de Kamer gestuurd. |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe de mogelijkheden te verkennen om naar Deens voorbeeld bij wijze van experiment knellende regels buiten werking te stellen. De looptijd van de regeling is een jaar. Na afloop van de regeling wordt de Kamer geïnformeerd over de geleerde lessen en opgedane inzichten. |
Brief MBZK d.d. 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
De Tweede Kamer wordt medio najaar 2015 geïnformeerd. |
De Kiesraad heeft in zijn advies van 12 juni 2015 over »Strafbepalingen in het verkiezingsproces» voorgesteld het benaderen van kiezers om een volmacht af te geven strafbaar te stellen. De Minister de Tweede Kamer toe hier voor het einde van het jaar nader op in te gaan |
Brief d.d. 1 juli 2015 inzake evaluatie gecombineerde provinciale staten en waterschapsverkiezingen en eilandsraadverkiezingen 18 maart jl. |
De Minister zal de Tweede Kamer eind 2015 informeren |
De Minister zegt toe samen met de Staatssecretaris van Financiën en de VNG te onderzoeken of en hoe een verruiming van het gemeentelijk belastinggebied vorm en draagvlak kan krijgen. |
Brief MBZK d.d. 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
De Tweede Kamer zal indien nodig in het najaar 2015 geïnformeerd worden |
De Minister zegt toe in gesprek te gaan met de VNG om te bespreken hoe de belasting van stembureauleden omlaag kan gaan |
Kamerdebat 13-11-2014 Evaluatie verkiezingen |
De Tweede Kamer wordt eind 2015 geïnformeerd |
De Minister zegt toe in overleg met de Kiesraad te bezien hoe de Kieswet inzichtelijker kan worden gemaakt |
Kamerdebat 13-11-2014 Evaluatie verkiezingen |
Er vindt overleg met de Kiesraad plaats over deze toezegging. In het vierde kwartaal van 2015 zal de Tweede Kamer over de uitkomsten worden geïnformeerd. |
De Minister zegt toe in 2015 samen met de VNG opnieuw de aantallen samenwerkingsverbanden te inventariseren. |
Brief MBZK d.d. 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
Naar verwachting kan eind 2015 een overzicht opgeleverd worden. |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe om het wetsvoorstel fonds-financiering Appa (volledige inhoudelijke gelijktrekking Appa- en ABP-regeling) in het najaar van 2015 in te dienen |
Kamerdebat 18-06-2015 Wet verkorting duur voortgezette uitkering Appa (34 112) |
De Kamer wordt in het najaar 2015 over de voortgang geïnformeerd. |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer nader te informeren over de reactie van de VNG en IPO op de ontwerphandreiking |
Brief d.d. 8 juli 2015 inzake voortgang normering topinkomens (semi)publieke sector |
De Eerste Kamer zal eind 2015 geïnformeerd worden |
De Minister zegt toe dat de invoeringskosten die gepaard gaan met het initiatiefwetsvoorstel niet ten koste zullen gaan van de arbeidsvoorwaarden van de ambtenaren |
Kamerdebat 23-01-2014 Initiatiefvoorstel Van Weyenberg/Van Hijum; Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (32 550) |
De Tweede Kamer wordt medio december 2015 geïnformeerd. |
De Minister zegt toe na het opstellen van het wetsvoorstel waarmee pensioenaanspraken van politieke ambtsdragers gelijk worden getrokken aan de aanspraken van overheidswerknemers, in het Kabinet een voorstel voor de waardeoverdracht bespreken en de Kamer daarover zo spoedig mogelijk informeren. |
Brief MBZK d.d. 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
De Kamer wordt in een voortgangsbrief die op of rond 1 december 2015 aan de Kamer zal worden gestuurd over de voortgang geïnformeerd. |
De Minister zegt toe de uitkomsten van het onderzoek (verruiming van het gemeentelijke belastinggebied) aan de Tweede Kamer toe te zenden. |
Brief d.d. 4 mei 2015 inzake verzoek van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken om een reactie op een brief van het Rfv met betrekking tot uitbreiding van het lokaal belastinggebied |
De Tweede Kamer zal indien nodig in het najaar 2015 geïnformeerd worden |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe er naar te streven om in december 2015 de Kamer te informeren over de uitkomst van de eerste stap die nu gezet gaat worden om na te gaan of er leveranciers zijn van reeds (bij verkiezingen) gebruikte internetstemdiensten die bereid zijn hun stemdienst te onderwerpen aan de test |
Brief d.d. 19 mei 2015 inzake Test met internetstemmen kiezers buitenland |
Het streven is de Tweede Kamer in december 2015 te informeren. |
De Minister zal een uitgewerkt voorstel betreffende het beëindigen van de krimpstaf per 2016 en het toekennen van de betreffende middelen via een decentralisatieuitkering aan 8 gemeenten binnen de door het kabinet aangewezen krimpregio’s ná weging van de adviezen van de VNG en de Rfv aan de TK sturen. |
Brief min W&R d.d. 25 maart 2015 «Beantwoording Kamervragen van de Commissie Wonen en Rijksdienst over de Beleidsdoorlichting van het Programma Bevolkingsdaling (kenmerk 2014Z23805)» |
De Tweede Kamer ontvangt het definitieve voorstel naar verwachting medio september 2015. |
De Minister zegt toe de toepassing van het toetsmodel (PIA) voor de zomer van 2015 te evalueren, waaronder met betrekking tot mogelijke gevallen van en redenen voor het niet toepassen ervan, alsmede de wijze van verslaglegging over de resultaten in de toelichting. |
Brief MBZK d.d. 10 november 2014 «Motie Segers/Oosenbrug» |
De Tweede Kamer zal voor eind 2015 geïnformeerd worden |
De Minister zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van de leden Van Bijsterveld, Ester, Engels en De Boer, toe dat hij binnen twee jaar met de evaluatie van de effecten van de wet zal komen, en daarbij aandacht zal besteden aan:– de effecten op de zorgsector;– het sanctieregime;– de kwaliteit van nieuw aangetrokken topfunctionarissen;– het effect op het loongebouw.(T01603) |
Kamerdebat 06-11-2012 Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (32 600) |
De Eerste Kamer wordt voor 31 december 2015 geïnformeerd |
De Ministers van BZK en SZW zeggen de Tweede Kamer toe te komen met een onderzoek naar de wijze waarop in verschillende landen in de praktijk invulling wordt gegeven aan in het bijzonder het voormelde criterium dat aannemelijk moet zijn gemaakt dat het gevaar van een beleid ter realisering van antidemocratische doelstellingen voldoende naderend is (vgl. einde van de kabinetsnotitie) |
Kamerdebat 24-06-2015 Notitie antidemocratische groeperingen |
De Minister zal de Tweede Kamer eind 2015 informeren |
De Minister zegt, mede namens de Minister van OCW, de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Koffeman (PvdD), toe te monitoren of scholen na aanname van het wetsvoorstel vaker een beroep doen op verstoorde verhoudingen, terwijl daar feitelijk helemaal geen sprake van is (T02071) |
Kamerdebat 03-03-2015 Voorstel van wet van de leden Bergkamp, Van Ark, Yücel, Jasper van Dijk en Klaver Annuleren enkele-feitconstructie in de Algemene wet gelijke behandeling (32 476) |
De Eerste Kamer wordt voor het einde jaar 2015 geïnformeerd. |
De Minister zegt toe in de volgende voortgangsrapportage van Operatie BRP (gepland voor april 2015) de Kamer te informeren over de impact op Operatie BRP (qua planning en financiën) van het opnemen van het buitenlands persoonsnummer in de BRP. |
Kamerdebat 25-02-2015 Legale identiteitswisselingen en reisdocumenten |
In de voortgangsrapportage Operatie BRP die op 24 april 2015 naar de Tweede Kamer is gezonden meldt de Minister dat de impact op Operatie BRP niet eerder dan eind 2015 zal worden bepaald en in de planning verwerkt, omdat het onwenselijk is nu de voortgang van de bouw te belemmeren. De Tweede Kamer wordt eind 2015 opnieuw per brief geïnformeerd over de voortgang van Operatie BRP. Daarin zal ook deze toezegging opnieuw worden behandeld. |
De Minister van Veiligheid & Justitie zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Broekers-Knol en Lokin-Sassen, toe om samen met de Minister van BZK deskundigen te benoemen die nog in 2013 in goed overleg een breed gedragen handleiding zullen maken voor de omgang met verzoeken tot nadeelcompensatie (T01662) |
Kamerdebat 29-01-2013 Wetsvoorstel Aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht met bepalingen over nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige overheidsdaad (Wet nadeelcompensatie en schadevergoeding bij onrechtmatige besluiten) (32 621) |
In overleg met de betrokken overheidsorganisaties, deskundigen en het bedrijfsleven is een handleiding wegafsluitingen in voorbereiding die meer tijd vergt. Alle partijen hechten aan deze zorgvuldige voorbereiding. Gestreefd wordt naar een oplevering van de handleiding eind 2015. |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe een analyse van de kosten en baten toe te sturen van overheidsdata en de resultaten daarvan |
Brief d.d. 3 juni 2015 inzake kabinetsreactie op het eerste en tweede trendrapport van de Algemene Rekenkamer |
In het voorjaar van 2016 zal de Tweede Kamer de resultaten van het onderzoek naar kosten en baten van het openstellen van overheidsdata ontvangen. |
De Minister zegt de Eerste Kamer naar aanleiding van een vraag van het lid Thom de Graaf (D66), toe de motie over het binnen een jaar toesturen van een beschouwing over het doorberekenen van kosten, met daarin opgenomen een aanzet van een afwegingskader, uit te voeren (T02108) |
Kamerdebat 14-04-2015 Grondslag voor het doorberekenen van kosten verbonden aan het uitvoeren van veiligheidsonderzoeken (33 673) |
De Minister zal de Eerste Kamer voor juni 2016 informeren |
De Minister van V&J zegt namens de Minister van BZK toe over een jaar (door min BZK) indien mogelijk in het openbaar, of er onderzoeken hebben plaatsgevonden naar de buitenlandse financiële en personele steun aan moskeeën en organisaties waarbij het ernstige vermoeden is van antidemocratische invloeden, en wat in algemene zin daar de conclusie van is geweest |
Kamerdebat 11-06-2015 Over de bouw van een nieuwe moskee in Gouda |
De Minister zal de Tweede Kamer voor de zomer 2016 informeren |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe medio 2016 te zullen informeren over de conclusies, de aanbevelingen voor de vervolgstappen en de mogelijk daaruit voortvloeiende aanpassingen in het ontwerp van Idensys respectievelijk de publieke eID-middelen |
Brief d.d. 30 juni 2015 inzake pilotvoorwaarden en pilotcriteria eID Stelsel |
De Minister zal de Tweede Kamer medio 2016 informeren |
De Minister zegt toe met een voorstel te komen om invulling te geven aan art. 12a Statuut; regering streeft naar 1 januari 2011 (toezegging gedaan door MinJus Hirsch Ballin) |
Kamerdebat 12-04-2010 Staatkundige verhoudingen Koninkrijk |
De Tweede Kamer wordt medio 2016 geïnformeerd. |
De Minister zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Koole (PvdA), toe de werknemersorganisaties te betrekken bij de uitvoering van de onderdelen van het regeerakkoord over maximering van salarissen (T01604) |
Kamerdebat 06-11-2012 Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (32 600) |
De Eerste Kamer zal medio 2016 geïnformeerd worden |
De Minister zegt de Eerste Kamer een integrale evaluatie in 2016 toe, naar aanleiding van een vraag van het lid Lokin-Sassen, van de effecten van de eerdere wijzigingen van de Appa-uitkeringsaanspraken uit 2010 (verkorting uitkeringsduur en invoering sollicitatieplicht) voor alle Appa-gerechtigden (T01602) |
Kamerdebat 11-09-2012 Wet aanpassing uitkeringsduur Appa (33 298) |
De evaluatie van de Appa maatregelen vindt plaats eind 2015. De Kamer zal in het voorjaar van 2016 worden geïnformeerd. |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe volgend jaar te informeren over nadere voorstellen, onder meer op het gebied van «privacy by design» |
Brief d.d. 30 juni 2015 inzake Pilotvoorwaarden en pilotcriteria eID Stelsel |
De Minister zal de Tweede Kamer voor het zomerreces van 2016 informeren |
De Minister zegt toe over 3 jaar (in 2016) weer een Metamonitor uit voeren, waarbij gegevens uit de sectoren centraal komen te staan, aangevuld met gegevens uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden |
Brief TK d.d. 12 december 2013 «Aanbieding Rapport Metamonitor Veilige Publieke Taak 2013» |
De Tweede Kamer zal eind 2016 geïnformeerd worden |
De MP zegt toe, op een voorstel van lid Hermans, dat het kabinet bereid is om de instelling van een staatscommissie te faciliteren, ten behoeve van een staatsrechtelijke bezinning op het parlementaire stelsel. De MP heeft de EK geadviseerd om met MBZK in overleg te treden over de taakopdracht en samenstelling van zo’n staatscommissie. |
Kamerdebat 14-10-2014 Algemene Politieke Beschouwingen Eerste Kamer |
De Eerste Kamer zal worden geïnformeerd over de uitvoering van de toezegging nadat overleg is gevoerd tussen de EK en de Minister van BZK over de taakopdracht en de samenstelling van de staatscommissie, of anders eind 2016. |
De Minister zegt toe op het daartoe geëigende moment, dus na een eventuele aanvaarding van dit wetsvoorstel door de Staten-Generaal, over de wijze van invoering en uitvoering van die wet in overleg treden met de bonden |
Kamerdebat 23-01-2014 Initiatiefvoorstel Van Weyenberg/Van Hijum; Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (32 550) |
Het wetsvoorstel ligt ter behandeling in de Eerste Kamer. |
Op de vraag van de heer Heijnen over een protocol voor ambtenaren, stelt de Minister dat als het gaat om een code of een andere nog nader te vinden vorm, hij dat toezegt. |
Kamerdebat 19-12-2012 Begroting BZK |
In februari 2014 is het wetsvoorstel aanvaard in de Tweede Kamer. Het voorstel is in behandeling bij de Eerste Kamer. |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe in het najaar van 2016 te zullen informeren over de uitkomsten van de evaluatie van de pilots |
Brief d.d. 24 juni 2016 inzake actieve openbaarmaking onderzoeksrapporten |
De Tweede Kamer wordt in het najaar van 2016 geïnformeerd |
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Koole (PvdA), toe de mogelijkheid van een instrumentondersteuning voor lokale politieke partijen ten behoeve van financiële rapportage te betrekken bij de voorbereiding van het wetsvoorstel dat de financiering van deze partijen regelt (T01688) |
Kamerdebat 26-02-2013 Regels inzake de subsidiëring en het toezicht op de financiën van politieke partijen (Wet financiering politieke partijen) (32 752) |
De Eerste Kamer wordt medio 2016 geïnformeerd |
De Minister zegt toe oog te houden op uitvoering van de Verordening Europese politieke partijen (inwerkingtreding: 2017), en de Kamer hierover te informeren |
Kamerdebat 11-09-2014 Verkiezingsaangelegenheden |
De verordening treedt op 1 januari 2017 in werking. De Kamer zal nadat de eerste ervaringen met de verordening zijn opgedaan worden geïnformeerd. Het ligt in de rede dat dit medio 2017 zal zijn. |
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van de leden Schouwenaar (VVD), Koole (PvdA), Van Bijsterveld (CDA), De Boer (GroenLinks), Kuiper (ChristenUnie) en Holdijk (SGP), toe om bij de volgende evaluatie van de Algemene wet gelijke behandeling een voorstel te doen om artikel 5, lid 2, onderdeel d te schrappen (T01970) |
Kamerdebat 27-05-2014 Voorstel van wet van de leden Dijkstra en Schouw tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Algemene wet gelijke behandeling met betrekking tot ambtenaren van de burgerlijke stand die onderscheid maken als bedoeld in de Algemene wet gelijke behandeling (33 344) |
De eerstvolgende evaluatie van de Algemene wet gelijke behandeling zal in 2017 plaatsvinden (op grond van artikel 22 Wet College voor de rechten van de mens vindt er iedere 5 jaar een evaluatie plaats. De wet op het College van de rechten van de mens is op 1 oktober 2012 in werking getreden). |
De Minister zegt de Eerste Kamer toe, naar aanleiding van een vraag van het lid Schrijver (PvdA), toe te evalueren of de gelijkebehandelingsfunctie goed is ingebed bij het College voor de Rechten van de Mens (T01421) |
Kamerdebat 15-11-2011 Wetsvoorstel 32 467 Wet College voor de rechten van de mens |
26-06-2015 De Eerste Kamer zal vijf jaren na de oprichting van het College voor de rechten van de mens, in 2017 door middel van een evaluatie worden geïnformeerd over de inbedding van de gelijke behandelingsfunctie bij het College. |
De Minister zegt de Eerste Kamer toe, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van de leden Engels (D66), De Boer (GroenLinks) en Kox (SP), dat bij de evaluatie over 5 jaar wordt meegenomen of het College voor de Rechten van de Mens oordeels- en de procesbevoegdheid moet krijgen (T01422) |
Kamerdebat 15-11-2011 Wetsvoorstel 32 467 Wet College voor de rechten van de mens |
26-06-2015 De Eerste Kamer zal vijf jaren na de oprichting van het College voor de Rechten van de Mens, in 2017 door middel van een evaluatie worden geïnformeerd over een mogelijke oordeels- en procesbevoegdheid van het College. |
De Minister zegt de Eerste Kamer toe, naar aanleiding van een vraag van het lid Van Bijsterveld (CDA), dat bij de evaluatie over vijf jaar wordt beoordeeld of de balans van grondrechten daadwerkelijk is gerealiseerd (T01424) |
Kamerdebat 15-11-2011 Wetsvoorstel 32 467 Wet College voor de rechten van de mens |
26-06-2015 De Eerste Kamer zal vijf jaren na de oprichting van het College voor de Rechten van de Mens, in 2017 door middel van een evaluatie worden geïnformeerd over de eventuele realisatie van een balans van grondrechten. |
De Minister zegt toe als onderdeel in de evaluatie van de wet mee te nemen in hoeverre de toezichthouders sectorspecifieke instructies en meetlatten, eventueel onder een andere benaming, alsnog toepassen. |
Kamerdebat 14-09-2011 Wet revitalisering generiek toezicht (32 389) |
18-06-2015 De Minister van BZK neemt deze toezegging mee in de eindevaluatie van de Wet revitalisering generiek toezicht die gepland staat in de tweede helft van 2017 |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe eind 2017 te rapporteren over de daadwerkelijke kosten en baten van het beschikbaar stellen van overheidsdata |
Brief d.d. 3 juni 2015 inzake kabinetsreactie op het eerste en tweede trendrapport van de Algemene Rekenkamer |
In het najaar van 2017 zal conform toezegging een rapportage van het onderzoek naar de werkelijke kosten en baten van het openstellen van overheidsdata aan de Tweede Kamer worden gezonden |
De Minister zegt toe de werking van de wet, binnen de jaarschijven die het indienen van jaarverslagen en de controle daarop van accountants met zich meebrengen, na de eerstvolgende Tweede Kamerverkiezingen te evalueren |
Kamerdebat 25-01-2012 Wet financiering politieke partijen (32 752) + Wijziging van de Wet subsidiëring politieke partijen met het oog op verlaging van de subsidies (31 906) |
De Minister van BZK neemt de toezegging mee in de evaluatie van de wet, die naar verwachting eind 2017 zal worden afgerond. |
De Minister zegt toe dat de evaluatie aandacht zal schenken aan de aanwijzing van lokale afdelingen als neveninstellingen en het eventueel doorsluizen van giften aan lokale afdelingen naar landelijke partijen. |
Kamerdebat 25-01-2012 Wet financiering politieke partijen (32 752) + Wijziging van de Wet subsidiëring politieke partijen met het oog op verlaging van de subsidies (31 906) |
De Minister van BZK neemt de toezegging mee in de evaluatie van de wet, die naar verwachting eind 2017 zal worden afgerond. |
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Koole (PvdA), toe bij de evaluatie over vijf jaar het principe van gelijkheid van kansen mee te wegen en te bezien of dit tot een giftenmaximum moet leiden (T01682) |
Kamerdebat 26-02-2013 Regels inzake de subsidiëring en het toezicht op de financiën van politieke partijen (Wet financiering politieke partijen) (32 752) |
De Eerste Kamer wordt eind 2017 geïnformeerd. |
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Van Bijsterveld (CDA), toe de keuze voor het sanctiestelsel te betrekken bij de evaluatie van de wet (T01686) |
Kamerdebat 26-02-2013 Regels inzake de subsidiëring en het toezicht op de financiën van politieke partijen (Wet financiering politieke partijen) (32 752) |
De Eerste Kamer wordt eind 2017 geïnformeerd |
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid De Graaf (D66), toe de lacune van kandidaten die zich hebben afgesplitst, zich niet als vereniging organiseren en daardoor niet (direct) onder de wet vallen, bij een volgende gelegenheid te dichten, wanneer dit in de praktijk voorkomt (T01687) |
Kamerdebat 26-02-2013 Regels inzake de subsidiëring en het toezicht op de financiën van politieke partijen (Wet financiering politieke partijen) (32 752) |
De Eerste Kamer wordt eind 2017 geïnformeerd. De toezegging zal worden meegenomen bij de evaluatie van de wet, die voor over enkele jaren voorzien is. De Eerste Kamer wordt verzocht de deadline te verschuiven naar 1 januari 2018 |
De Minister zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Lokin-Sassen (CDA), toe de formulering van de artikel 93 en 94 Grondwet te betrekken in een meer integrale grondwetsherziening (31 570) (T01443) |
Kamerdebat 07-02-2012 Kabinetsreactie van 24 oktober 2011 (TK 31.570, nr. 20) op het advies van de Staatscommissie Grondwet (31 570) |
Deze toezegging heeft betrekking op een algehele herziening van de Grondwet. De uitvoering van deze toezegging wordt op langere termijn meegenomen. |
Omschrijving |
Vindplaats |
Stand van zaken |
---|---|---|
De Minister zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Duthler (VDD) en Engels (D66), toe voor 1 april 2014 een brief naar de Kamer te sturen met het standpunt van de regering over herziening van de organisatie van de bestuursrechtspraak in hoogste instantie, inclusief het beoogde tijdpad. In de brief zal aandacht worden besteed aan het advies van de Raad voor de rechtspraak en de reactie daarop van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (T01905) |
Kamerdebat 11-03-2014 Staat van de rechtsstaat |
Afgedaan. De Eerste Kamer is op 10 december 2014 per brief geïnformeerd (EK 2014–2015, 30 585 nr. M) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer op korte termijn, in ieder geval voor 1 maart 2014 te informeren over de maatregelen mbt tot misbruik van de Wet dwangsom |
Kamerdebat 28-11-2013 Begrotingsbehandeling BZK |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 26 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 29 279 nr. 201) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe te bezien of er een publieksversie van de Kieswet gemaakt kan worden |
Kamerdebat 06-03-2013 33 268 Wijziging van de Kieswet houdende maatregelen om het eenvoudiger te maken voor Nederlanders in het buitenland om hun stem uit te brengen, wijziging van de wijze van inlevering van de kandidatenlijsten, aanpassing van de datum van kandidaatstelling en stemming |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 25 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 33 268 nr. 23) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe de provincies uit te nodigen om zelf een inhoudelijke agenda te formuleren, desgewenst met ondersteuning van BZK, die tegelijk met het herindelingsvoorstel in de Kamer kan worden gepresenteerd. In dat geval krijgt de Kamer zowel het voorstel tot herindeling als een inhoudelijke agenda |
Kamerdebat 21-05-2013 Debat over de visie op de bestuurlijke inrichting van Nederland |
Afgedaan. Met het besluit een wetsvoorstel voor de samenvoeging van de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht (vorming Noordvleugelprovincie) niet in te dienen, wordt aan deze toezegging geen navolging gegeven. (TK 2014–2015, 33 047 nr. 22) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe, op verzoek van het lid Bosma (PVV), te reageren op de frictiekosten. De Minister zal in de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel van de Noordvleugelprovincie ingaan op de businesscase, inclusief de kosten |
Kamerdebat 21-05-2013 Debat over de visie op de bestuurlijke inrichting van Nederland |
Afgedaan. Met het besluit een wetsvoorstel voor de samenvoeging van de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht (vorming Noordvleugelprovincie) niet in te dienen, wordt aan deze toezegging geen navolging gegeven (TK 2013–2014, 33 047 nr. 22) |
De Minister zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Thom de Graaf (D66), toe de Kiesraad om advies te vragen over het belang en de vormgeving van een integrale herziening van de Kieswet en de Eerste Kamer een afschrift van dit advies te sturen (T01708) |
Kamerdebat 25-06-2013 Wijziging van de Kieswet houdende maatregelen om het eenvoudiger te maken voor Nederlanders in het buitenland om hun stem uit te brengen, wijziging van de wijze van inlevering van de kandidatenlijsten, aanpassing van de datum van kandidaatstelling en stemming, alsmede regeling van andere onderwerpen (33 268) |
Afgedaan. De Eerste Kamer is op 4 juli 2014 per brief geïnformeerd (EK 2013–2014, 33 268 nr. N) |
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Koole (PvdA), toe de resultaten van de uitvoering van de motie-Schouw/Voortman over een stappenplan voor de vijf landsdelen ook aan de Eerste Kamer te doen toekomen (T01720) |
Kamerdebat 18-06-2013 Inrichting openbaar bestuur |
Afgedaan. Met het besluit een wetsvoorstel voor de samenvoeging van de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht (vorming Noordvleugelprovincie) niet in te dienen, wordt aan deze toezegging geen navolging gegeven (EK 2013–2014, 33 750-VII nr. E) |
De Minister zegt de Eerste Kamer toe, naar aanleiding van een vraag van het lid Swagerman (VVD), diens suggesties inzake horizontale werking en notificatieplicht te betrekken bij het wetsvoorstel tot wijziging van artikel 13 Grondwet (31 570) (T01442) |
Kamerdebat 07-02-2012 Kabinetsreactie van 24 oktober 2011 (TK 31.570, nr. 20) op het advies van de Staatscommissie Grondwet (31 570) |
Afgedaan. Het wetsvoorstel is op 16 juli 2014 ingediend bij de Tweede Kamer (Kamerstukken 33 989) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe volwaardige wetten in te dienen met betrekking tot het einddoel van vijf landsdelen |
Kamerdebat 19-12-2012 Begroting BZK |
Afgedaan. Met het besluit een wetsvoorstel voor de samenvoeging van de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht (vorming Noordvleugelprovincie) niet in te dienen, wordt aan deze toezegging geen navolging gegeven. (TK 2013–2014, 33 750-VII nr. E) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe op verzoek van de heer Schouw (D66) om in de 2deconsultatieperiode met de provincies die betrokken zijn bij de vorming van het nieuwe landsdeel Randstad ook een inhoudelijke economische agenda te bespreken |
Kamerdebat 19-12-2012 Begroting BZK |
Afgedaan. Met het besluit een wetsvoorstel voor de samenvoeging van de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht (vorming Noordvleugelprovincie) niet in te dienen, wordt aan deze toezegging geen navolging gegeven. (TK 2013–2014, 33 750 VII nr. E) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe om voor 1 april de Kamer schriftelijk te informeren over hoe het kabinet de motie Taverne (33 000-VII, nr. 54) wél gaat uitvoeren |
Kamerdebat 28-11-2013 Begrotingsbehandeling BZK |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 26 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 29 279 nr. 200) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer te informeren of er nog aanvullende maatregelen in de operationele taakuitvoering nodig zijn om tot een besparing van in totaal € 11 mln. te komen mbt de tweede tranche bezuinigingsmaatregelen (2017/2018) |
Brief TK d.d. 22 november 2013 inzake nota van wijziging ontwerpbegroting 2014 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 30 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 30 977 nr. 104) |
De Minister van BZK komt – zo mogelijk voor de zomer van 2014 – met een notitie die een inventarisatie bevat van de verschillende opties voor de verhouding tussen de Eerste en Tweede Kamer. Ook zal daarin een internationale vergelijking met verschillende stelsels worden opgenomen. Ook de suggesties die in het debat zijn gedaan, zullen bij de notitie worden betrokken |
Kamerdebat 29-10-2013 Algemene Politieke Beschouwingen |
Afgedaan. De Eerste en Tweede Kamer zijn op 26 september 2014 per brief geïnformeerd (EK 2014–2015, 34 000 nr. C) (TK 2014–2015, 34 000 VII nr. 4) |
De Minister zegt toe in het voorjaar van 2014 (na het Bofv) de Tweede Kamer te informeren over de BTW-compensatie |
Kamerdebat 30-10-2013 Decentralisatieproject |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 17 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 33 750 VII nr. 59) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe met medeoverheden een gezamenlijke roadmap op weg naar 2017 vast te stellen in de Bestuurlijke Regiegroep, en de roadmap daarna namens het kabinet aan de kamer te presenteren |
Brief min BZK «Visiebrief Digitale overheid 2017» d.d. 23 mei 2013 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 23 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 26 643 nr. 316) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer bij de indiening van het wetsvoorstel te informeren over de discussie die het kabinet momenteel voert met de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht over het instrumentarium van de nieuw te vormen Noordvleugelprovincie. |
Beantwoording KV 2014Z01172 «Een brief van de provincie Noord-Holland» d.d. 3 februari 2014 |
Afgedaan. Met het besluit een wetsvoorstel voor de samenvoeging van de provincies Flevoland, Noord-Holland en Utrecht (vorming Noordvleugelprovincie) niet in te dienen, wordt aan deze toezegging geen navolging gegeven. (TK 2013–2014, 33 750 VII nr. E) |
De Minister zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Vos (GroenLinks), toe de evaluaties van het Adviespunt Klokkenluiders en de Onderzoeksraad Integriteit Overheid beschikbaar te stellen voor eenieder, waaronder de Eerste Kamer (T01949) |
Kamerdebat 20-05-2014 Initiatiefvoorstel-Van Raak, Fokke, Schouw, Voortman, Segers, Ouwehand en Klein Wet Huis voor klokkenluiders (33 258) |
Afgedaan. De Eerste Kamer is op 24 juli 2014 per brief geïnformeerd (EK 2013–2014, 33 258 nr. G) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe snel aandacht te wijden aan de motie Van Toorenburg/Van Raak en te kijken of de huidige regelgeving in de WNT stricter moet. Het is belangrijk om te bezien welke termijn én welke bezoldiging gewenst is. Verder moet uitgezocht worden wat eventuele effecten kunnen zijn van deze nieuwe wetgeving |
Kamerdebat 30-01-2014 Aanpassingswet Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (33 715) |
Afgedaan. De toezegging is beantwoord door het indienen van het wetsvoorstel Wet verlaging bezoldigingsmaximum WNT op 1 juli 2014 (TK 2013–2014, 33 978 nr. 1) |
De Minister zegt toe voor de zomer het wetsvoorstel, waarbij de norm van 130 procent naar 100 procent van een ministersalaris verlaagd, bij de Tweede Kamer in te dienen |
Kamerdebat 30-01-2014 Aanpassingswet Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (33 715) |
Afgedaan. De toezegging is voldaan door het op 1 juli 2014 gestuurde wetsvoorstel en memorie van toelichting. (TK 2013–2014, 33 978 nr. 1) |
De Minister zegt toe voor de zomer van 2014 het wetsvoorstel dat de verlaging van de WNT-norm van 130% naar 100% van een ministersalaris zal regelen naar de Tweede Kamer te sturen |
Brief min BZK d.d. 1 november 2013 inzake eerste ervaringen WNT |
Afgedaan. De toezegging is voldaan door het op 1 juli 2014 gestuurde wetsvoorstel en memorie van toelichting. (TK 2013–2014, 33 978 nr. 1) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer vóór de zomer in een brief te informeren over de inrichting van de transitiecommissie en de uitwerking die er met de VNG aan wordt gegeven |
Kamerdebat 28-05-2014 Verantwoordingsdebat 2013 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 3 juli 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 33 750 VII nr. 65) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe in overleg te treden met de Minister van Veiligheid en Justitie om zero tolerance beleid tav intimidatie lokale bestuurders te bespreken |
Kamerdebat 18-02-2014 Mondelinge vraag van het lid VAN TOORENBURG (CDA) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht «Honderden raadsleden overwogen opstappen» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 24 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 28 684 nr. 408) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe een vervolgrapportage van het CPB in voorjaar 2014 de Kamer te doen toekomen |
Brief d.d. 4 oktober 2013 inzake CPB rapportage decentralisaties sociaal domein en overleg met de VNG terzake |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 11 juli 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 33 750 B nr. 19) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer voor de zomer 2014 met een brief over DigiD te informeren, met o.a. de mogelijke samenwerking tussen gemeenten |
Kamerdebat 25-06-2014 Digitale overheid |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 10 juli 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 26 643 nr. 323) |
De Minister van VWS zegt de Tweede Kamer toe aan zijn collega van BZK de toezegging over te dragen de Kamer, vóór behandeling van de wet, door middel van een brief te informeren over hoe de monitoring op de drie deelterreinen zodanig kan worden gesynchroniseerd dat het niet tot een optelsom van monitors leidt |
WGO Jaarverslag VWS 2013 d.d. 10 juni 2014 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 3 juli 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 33 750 VII nr. 65) |
De Minister zegt toe de Kiesraad om advies te vragen over het belang én de eventuele vormgeving van een integrale herziening van de Kieswet en de Eerste Kamer een afschrift van dit advies te sturen. |
Brief min BZK d.d. 25 oktober 2013 inzake reactie op de brief van 25 september jl. van de commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat/Algemene Zaken en Huis van de Koning, betreffende toezegging T01708 |
Afgedaan. De Eerste Kamer is op 4 juli 2014 per brief geïnformeerd (EK 2013–2014, 33 268 nr. N) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer te informeren gedurende de looptijd van het programma eID over een tijdelijke governance voor het eID Stelsel waarin publieke en private partijen samenwerken |
Kamerdebat 05-03-2014 DigiD |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 10 juli 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 26 643 nr. 323) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe de releasekalender leveranciers (waarin is aangegeven op welke momenten aan welke webrichtlijnen moet zijn voldaan) digitaal beschikbaar te maken |
Kamerdebat 07-11-2013 Digitale overheid 2017/Basisregistratie Personen |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 23 juni 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 26 643 nr. 316) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer voor de zomer van 2014 een voorstel voor de uitvoeringsagenda Aanpak Identiteitsfraude te sturen |
Brief TK d.d. 20 december 2013 «Kabinetsvisie aanpak identiteitsfraude «Slim voorkomen, vlot herstellen» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 14 juli 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 17 050 nr. 485) |
Het Kabinet neemt de suggestie over van de ARK om voor het hele sociale domein een transitiecommissie in het leven te roepen. De commissie wordt nog deze zomer ingesteld, zodat zij na de zomer van start kan gaan |
Kamerdebat 28-05-2014 Verantwoordingsdebat 2013 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 3 juli 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 33 750 VII nr. 65) |
De Minister zegt toe na afloop van de verlengde aanstelling (1 juli 2014) van de ambassadeurs de Tweede Kamer opnieuw te informeren over de uitkomsten van het werk van de ambassadeurs |
Brief MBZK «Gemeentelijke samenwerkingsverbanden sociaal domein en ambassadeurs regionale samenwerking» d.d. 3 februari 2014 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 25 augustus 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 31 839 nr. 409) |
De Minister zegt toe de Kamer vóór 25 september a.s. per brief te informeren waarin wordt uitgewerkt hoe er een test kan worden gedaan naar de betrouwbaarheid van internetstemmen |
Kamerdebat 11-09-2014 Verkiezingsaangelegenheden |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 19 september 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 829 nr. 4) |
Het Kabinet neemt ook de suggestie over de ARK voor een meer gestroomlijnde en gedeelde informatievoorziening |
Kamerdebat 28-05-2014 Verantwoordingsdebat 2013 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 7 juli 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 33 750 VII nr. 67) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe bij de evaluatie van de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2014 het onderzoek naar de toegankelijkheid van stemlokalen te herhalen om te meten wat de vorderingen zijn |
Brief aan TK d.d. 17 januari 2013 inzake wijziging van de experimentenwet Kiezen op Afstand in verband met de verlenging van de werkingsduur van die wet |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 19 september 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 31 142 nr. 46) |
De Minister zegt toe na het zomerreces een kabinetsreactie naar aanleiding van het rapport «Evaluatie Klokkenluidersregelingen, Onderzoeksraad Integriteit Overheid en Adviespunt klokkenluiders» aan de Tweede Kamer te zenden |
Brief MBZK d.d. 24 juli 2014 «Toezending evaluatierapport klokkenluiders» |
Afgedaan. De Eerste en Tweede Kamer zijn op 24 oktober 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 258 nr. 131) |
De Minister zegt toe de huidige risico’s en kansen op het terrein van integriteit te verkennen |
Brief MBZK d.d. 14 mei 2014 «Aanbieding beleidsevaluatie Integriteitbeleid» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 20 oktober 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 28 844 nr. 79) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe bij de Begrotingsbehandeling 2015 de voortgang van de webrichtlijnen te melden |
Kamerdebat 25-06-2014 Digitale overheid |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 6 november 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, nr. 21 item 13) |
De Minister zegt toe door middel van halfjaarlijkse rapportages de Tweede Kamer te informeren over de voortgang van de voorbereiding op de decentralisaties in het sociale domein tot aan invoering per 2015. Deze voortgang geschiedt in samenhang met inhoudsspecifieke informatie van de betrokken departementen en de rapportage van het CPB |
Brief TK d.d. 18 oktober 2013 inzake Beeld ontwikkeling, ondersteuning en monitoring decentralisaties |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 4 november 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 VII nr. 28) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer na de zomer te informeren over het beleidsstandpunt over kabelgebonden ongerichte interceptie |
Brief MBZK en MDEF d.d. 30 juni 2014 «Diverse toezeggingen en moties AIVD» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 21 november 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 820 nr. 4) |
De Minister zegt toe, vanwege de uitbreiding van de gemeentelijke taken voor het sociaal domein per begrotingsjaar 2015, de komende jaren opnieuw in kaart te laten brengen wat de aard van de afgegeven accountantsverklaringen is. De Tweede Kamer zal over de uitkomsten dit najaar, wanneer de resultaten over begrotingsjaar 2013 beschikbaar zijn, worden geïnformeerd |
Brief MBZK d.d. 24 april 2014 «Beantwoording Kamervragen over de berichten «Stadsbestuur let onvoldoende op de centen» en «We zijn geen applausmachine van het college» « |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 27 oktober 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 B nr. 12) |
Het kabinet zegt toe voortgangsrapportages over zowel de uitvoering van de integratieagenda als het Actieprogramma Integrale Aanpak Jihadisme in november aan de Tweede Kamer te sturen. Daarbij zal ook worden gemeld op welke termijn de nieuwe wetgeving ter bestrijding van jihadisme te verwachten is |
Kamerdebat 18-09-2014 Algemene Politieke Beschouwingen |
De eerste voortgangsrapportage is op 12-11-2014 door Ministers VenJ en SZW aan de Kamer gezonden (kenmerk: 2014D41401), waarmee de verantwoordelijkheid bij VenJ ligt |
De Minister zegt toe om voor het kerstreces de bewindslieden V&J aan de Tweede Kamer te laten weten wat er aan de klachten op het terrein van V&J wordt gedaan |
Kamerdebat 03-12-2014 Jaarverslagen Nationale ombudsman over 2012 en 2013 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 17 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 876 nr. 5) |
De Minister zegt toe de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden -VPT 2014 (NEA) aan de Tweede Kamer te sturen. Bij die gelegenheid zal de Kamer worden geïnformeerd over de uitkomsten van het gesprek van MinBZK met de CdK’s over de veiligheid van burgemeesters |
Kamerdebat 28-10-2014 Veilige Publieke Taak |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 18 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 28 684 nr. 428) |
De Minister zegt toe met CdK’s te zullen spreken over agressie en geweld tegen burgemeesters en de Tweede Kamer daarover te informeren |
Kamerdebat 04-06-2014 Wijziging van de Gemeentewet, de Provinciewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Waterschapswet (institutionele bepalingen) (33 691) |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 18 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 28 684 nr. 428) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer nader te informeren over de overige punten van uitwerking, zoals de indexatie van het deelfonds, de nadere uitwerking van de aanwijzing (aanwijzingsbevoegdheid Rijk met als extra waarborg de mogelijkheid tot opschorting van de uitbetaling uit het deelfonds sociaal domein) en de informatieverstrekking van gemeenten aan het Rijk |
Brief TK d.d. 9 oktober 2013 inzake Vormgeving deelfonds sociaal domein |
Afgedaan. Aan deze toezegging is invulling gegeven door indiening bij de Tweede Kamer van het voorstel voor de Tijdelijke wet deelfonds sociaal domein d.d. 24 juni 2014. (TK 2013–2014, 33 935 nr. 5) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe CdK’s en burgemeesters van handelingsperspectief inzake bestuurlijke integriteit te voorzien en de Kamer hierover te informeren |
Kamerdebat 04-06-2014 Wijziging van de Gemeentewet, de Provinciewet, de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Waterschapswet (institutionele bepalingen) (33 691) |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 26 augustus 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 28 844 nr. 78) |
Het Kabinet zal – als onderdeel van het opendataproject – de verantwoording over subsidies («subsidieregister») openbaar maken, met inachtneming van de privacy (Van Hijum trekt hierop zijn motie 33 930, nr. 5 in) |
Kamerdebat 28-05-2014 Verantwoordingsdebat 2013 |
Afgedaan. De verantwoordelijkheid voor de uitvoering is op 14 juli 2014 overgedragen aan min FIN |
De Minister zegt toe eind 2014 de Tweede Kamer de voortgang te rapporteren over de website www.wiekrijgtmijngegevens.nl |
Kamerdebat 25-06-2014 Digitale overheid |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 16 oktober 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 27 859 nr. 73) |
De Minister zegt toe dat als uit nieuwe voorbeelden blijkt dat het minimumbedrag van 500.000 euro ontoereikend is, dit bedrag zou kunnen worden herzien bij de behandeling van de Wnt 2 (normverlaging) |
Kamerdebat 30-01-2014 Aanpassingswet Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (33 715) |
Afgedaan. De voorbeelden hebben zich niet aangediend. Dit geldt voor de gehele schriftelijke en mondelinge behandeling van de WNT-2 door en met de Tweede Kamer. De TK-behandeling is afgerond; het wetsvoorstel ligt bij de EK. (TK 2014–2015, 33 978 nr. 23) |
De Minister zegt toe nieuwe informatie met betrekking tot gemeenten die de artikel 12 – status hebben of hebben aangevraagd, of onder preventief toezicht staan of komen te staan aan de Kamer zenden. Tevens wordt nader onderzoek gedaan naar de grondposities van gemeenten, de risico’s en PPS – constructies waarover de Tweede Kamer in het najaar van 2014 zal worden geïnformeerd |
Kamerdebat 16-04-2014 Ruimtelijke Ordening |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 19 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 B nr. 18) |
De Minister zegt toe onderzoek te doen naar de relatie tussen schaalgrootte (bijvoorbeeld als gevolg van een herindeling) en het opkomstpercentage bij verkiezingen en de Tweede Kamer hierover te informeren |
Kamerdebat 15-04-2014 Herindeling van de gemeenten ’s-Hertogenbosch, Maasdonk en Oss (33 786) + Samenvoeging van de gemeenten Groesbeek, Millingen aan de Rijn en Ubbergen (33 787) + Samenvoeging van de gemeenten Bernisse en Spijkenisse (33 789) + Samenvoeging van de gemeenten Alkmaar, Graft-De Rijp en Schermer (33 790) + Samenvoeging van de gemeenten Bergambacht, Nederlek, Ouderkerk, Schoonhoven en Vlist (33 788) |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 18 augustus 2014 per brief geïnformeerd (TK 2013–2014, 28 750 nr. 59) |
De Minister zegt toe de tussenrapportage over de uitvoering van het Nationaal Actieplan Mensenrechten eind 2014 aan de Tweede Kamer te verzenden |
Kamerdebat 10-04-2014 Mensenrechten |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 8 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 826 nr. 7) |
De Minister zegt toe het belang van mensenrechten in het onderwijs onder de aandacht te brengen bij stas OCW |
Kamerdebat 10-04-2014 Mensenrechten |
Afgedaan. OCW heeft op 25 juli 2014 per e-mail bevestigd dat begin juni 2014 er een nota richting hun Staatssecretaris is gegaan waarin is aangegeven dat Minister BZK opnieuw aandacht wil vragen voor het onderwerp mensenrechteneducatie. |
De Minister zegt toe de CTIVD te vragen onderzoek te doen naar het handelen van de AIVD na 2 november 2004. De nadere inrichting van het onderzoek zal, met in achtneming van haar onafhankelijke positie, met de CTIVD worden vastgesteld. Over het resultaat hiervan wordt de Tweede Kamer zo snel mogelijk geïnformeerd |
Brief MBZK d.d. 9 oktober 2014 «Vervolgreactie op uitzending EenVandaag over moord op Theo van Gogh d.d. 22 september 2014 |
Afgedaan. De CTIVD heeft de Tweede Kamer op 17 november 2014 geïnformeerd over de invulling van het onderzoek (kenmerk: 2014/0188) |
De Minister zegt toe in de kabinetsreactie op de motie Slob, die aan het einde van dit jaar aan de Tweede Kamer wordt verzonden, stil te staan bij de wijze waarop het kabinet de gemeenten ondersteunt om de lokale regeldruk terug te dringen |
Brief MBZK d.d. 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 15 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 29 538 nr. 173) |
De Minister zegt toe de opdracht aan de Studiegroep Openbaar Bestuur, met daarin opgenomen het doel, tijdpad en de leden, binnen afzienbare tijd aan de Kemer te sturen |
Brief MBZK d.d. 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 26 november 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 31 490 nr. 162) |
De Minister zegt toe eind van dit jaar de Tweede Kamer een overzicht te doen toekomen van de bestaande en nieuwe artikel 12-gemeenten, alsmede van de gemeenten die in 2015 onder zogenaamd preventief financieel toezicht van de provincie komen te staan |
Brief MBZK d.d. 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 19 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 B nr. 18) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer de rapportage van de waarnemingsmissie van de Raad van Europa die het verloop van de gemeenteraadsverkiezingen van 19 maart 2014 heeft geobserveerd en in oktober 2014 wordt verwacht, te doen toekomen |
Brief MBZK d.d. 12 september 2014 «Evaluatie gemeenteraadsverkiezingen en de verkiezing van het Europees Parlement» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 10 november 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 31 142 nr. 48) |
De Minister zegt toe te onderzoeken:• hoe een kiescollege kan worden ingericht waarvan de leden worden gekozen door Nederlanders in Caribisch Nederland, en dat tot taak heeft mede de leden van de Eerste Kamer te kiezen;• hoe een apart kiescollege voor Nederlandse kiezers in het buitenland kan worden ingericht;• hoe die kiescolleges eventueel kunnen worden samengevoegd |
Kamerdebat 24-09-2014 Wijziging van de Kieswet en de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba, houdende aanpassing van de regeling met betrekking tot het kiesrecht van niet-Nederlanders bij eilandsraadsverkiezingen (33 900) |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 19 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 900 nr. 10) |
De Minister zegt een ruimere overgangsregeling voor gemeenten met kazernes en gevangenissen toe (2015–2017): de negatieve herverdeeleffecten worden gedurende deze drie jaar gemitigeerd (afbouwregeling) zodat de betreffende gemeenten 3 jaar de tijd krijgen om adequate maatregelen te treffen |
Kamerdebat 04-09-2014 Gemeentefonds |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 11 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 B nr. 16) |
De Ministers van BZK en V&J zeggen toe het wetsvoorstel waarin het voornemen om de Raad van State te splitsen en de hoogste bestuursrechtspraak te concentreren is uitgewerkt dit jaar in consultatie te doen |
Brief MBZK en MV&J d.d. 26 juni 2014 «Splitsing van de Raad van State en samenvoeging van de drie hoogste bestuursrechters» |
Afgedaan. Het wetsvoorstel is op 18 december 2014 in consultatie gedaan. (EK 2014–2015, 30 585 nr. M) |
De Minister zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Scholten, toe in het kader van de privacy impact assessments ook te laten onderzoeken welk risico de zorgvrager loopt als zijn omgeving niet wil meewerken (T01996) |
Kamerdebat 08-07-2014 Voortzetting behandeling van het wetsvoorstel Regels inzake de gemeentelijke ondersteuning op het gebied van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen en opvang (Wet maatschappelijke ondersteuning 2015) (33 841) |
Afgedaan. De verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de toezegging is overgedragen aan de Minister VWS |
De initiatiefnemers en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zeggen de Kamer, naar aanleiding van een opmerking van het lid Thom de Graaf (D66), toe met elkaar in overleg te treden over vorm en inhoud van het wetsvoorstel (T01948) |
Kamerdebat 20-05-2014 Initiatiefvoorstel-Van Raak, Fokke, Schouw, Voortman, Segers, Ouwehand en Klein Wet Huis voor klokkenluiders (33 258) |
Afgedaan. De novelle (TK 2014–2015, 34 104 nr. 1–3) is ingediend bij de Tweede Kamer en de Raad van State en zal daarna het reguliere parlementaire traject ingaan. Er hoeft geen nader overleg meer plaats te vinden. De Eerste Kamer is verzocht deze toezegging als afgedaan te beschouwen (is reeds gebeurd) |
De Minister zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Engels (D66), toe de voorliggende grondwetsherzieningen op een rij te zetten en ze in hun samenhang aan de Kamer te presenteren, inclusief de opvatting, voor zover zij die op dit moment heeft, van de regering (T01904) |
Kamerdebat 11-03-2014 Staat van de rechtsstaat |
Afgedaan. De Eerste Kamer is op 1 december 2014 per brief geïnformeerd (EK 2014–2015, 31 570 nr. L) |
De Minister zegt de Eerste Kamer toe, naar aanleiding van een vraag van het lid De Boer (GroenLinks), bij de evaluatie na twee jaar te onderzoeken wat het College voor de Rechten van de Mens niet heeft kunnen uitvoeren vanwege beperkingen in de financiële capaciteit, en daarbij te bepalen wat de structurele financieringsbehoefte is (T01423) |
Kamerdebat 15-11-2011 Wetsvoorstel 32 467 Wet College voor de rechten van de mens |
Afgedaan. De verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de toezegging is overgedragen aan min VenJ. De Eerste Kamer is akkoord. Zie korte aantekeningen d.d. 23 september 2014 |
De Minister zegt de Eerste Kamer toe, naar aanleiding van een vraag van het lid Van Bijsterveld (CDA), dat het gebruik van het wettelijke inlichtingenrecht door het College voor de Rechten van de Mens wordt geëvalueerd (T01425) |
Kamerdebat 15-11-2011 Wetsvoorstel 32467 Wet College voor de rechten van de mens |
Afgedaan. De verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de toezegging is overgedragen aan min VenJ. De Eerste Kamer is akkoord. Zie korte aantekeningen d.d. 23 september 2014 |
De Minister zegt toe in september een evaluatie van de gemeenteraadsverkiezingen en de Europese verkiezingen 2014 aan de Tweede Kamer te sturen. In de evaluatie zal specifiek aandacht worden besteed aan het commissieverzoek over de verhouding tussen de omvang van gemeenten en het opkomstpercentage en aan de relatie tussen opkomstpercentage en gemeentelijke herindelingen |
Brief min BZK d.d. 4 april 2014 «Uw verzoek naar aanleiding van de gemeenteraadsverkiezingen» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 8 januari 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 VI nr. 136) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer in het najaar te berichten over de mogelijkheden om in samenwerking met alle betrokken partijen de lokale democratie te versterken. Hierin wordt ook ingegaan op de interpretatie van opkomstcijfers voor het vertrouwen in de democratie, en op de vraag welke factoren van invloed zijn op de opkomst bij lokale verkiezingen |
Brief min BZK d.d. 4 april 2014 «Uw verzoek naar aanleiding van de gemeenteraadsverkiezingen» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 8 januari 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 VI nr. 30) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe in de agenda lokale democratie in te gaan op het vraagstuk van de opkomst bij gemeenteraadsverkiezingen |
Kamerdebat 13-11-2014 Evaluatie verkiezingen |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 8 januari 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 VI nr. 30) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe in de Agenda Lokale Democratie, die nog dit jaar aan de Kamer wordt aangeboden, met concrete plannen te komen mbt ruimte geven, stimuleren en faciliteren. Bovendien zal een bredere aanpak voor experimenteerruimte worden gepresenteerd |
Brief MBZK d.d. 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 8 januari 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 VI nr. 30) |
De Minister zegt toe op zo kort mogelijke termijn de Tweede Kamer een overzicht te doen toekomen met de verschillende (mogelijke) maatregelen om het gebruik van DigiD nog veiliger te maken |
Brief MBZK d.d. 16 oktober 2014 «Aanhoudingen fraude met DigiD» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 7 november 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 26 643 nr. 332) |
De Minister zegt toe in de jaarrapportage de «stand still», de arbeidsmobiliteit van topfunctionarissen, aan bod te zullen laten komen. |
Kamerdebat 16-10-2014 Wet verlaging bezoldigingsmaximum WNT (33 978) + Reparatiewet WNT (34 017) |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 12 december 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 30 111 nr. 74) |
De Minister zegt toe de (decentrale) overheden te zullen wijzen op kwetsbaarheden voor integriteit in inkoop en aanbestedingsprocedures |
Brief MWenR en MBZK d.d. 7 oktober 2014 «Reactie op uitzending Zembla 2 oktober 2014» |
Afgedaan. Met de brief van Minister BZK van 16 oktober 2014 is aan deze toezegging voldaan (2014-0000545657) |
De Minister van Veiligheid en Justitie zegt toe de Tweede Kamer te informeren over maatregelen die zijn genomen om mogelijk misbruik van vluchtelingenstromen door ISIS of andere jihadistische organisaties te herkennen en om maatregelen te kunnen nemen |
Mondelinge vraag van het lid De Graaf (PVV) nav het bericht «Tarnen sich ISIS-terroristen als Flüchtlinge?» d.d. 7 oktober 2014 |
Afgedaan. Antwoordbrief is verzonden door Minister VenJ, namens Minister BZK, d.d. 31 oktober 2014 (TK 2014–2015, 29 754 nr. 269) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer een afschrift van de reactie aan de Stichting Waarmerk drempelvrij.nl te sturen op het advies van de Webrichtlijnen Expert Groep mbt de aanbevelingen die de Stichting gedaan heeft omtrent het toepassingskader van de webrichtlijnen |
Brief MBZK d.d. 28 oktober 2014 «Afschrift brief Stichting Waarmerk drempelvrij.nl aan Minister van BZK» |
Afgedaan. De Minister heeft de toezegging mondeling uitgevoerd tijdens de Begrotingsbehandeling BZK d.d. 6 november jl |
De Minister zegt de Tweede Kamer een tussentijdse voortgangsrapportage van Operatie BRP toe, met daarin een reactie op alle aanbevelingen van de commissie Elias |
Kamerdebat 27-11-2014 Basisregistratie personen |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 9 maart 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 27 859 nr. 77) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer in het najaar 2014 te rapporteren over gesprekken met de markt over de ontwikkeling van eID, incl. een internationale vergelijking |
Kamerdebat 25-06-2014 Digitale overheid |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 9 februari 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 26 643 nr. 349) |
De Minister zegt toe de vraag van de Tweede Kamer om aandacht te besteden aan het onderwerp «pesten door collega’s» door te geleiden aan Min SZW |
Kamerdebat 28-10-2014 Veilige Publieke Taak |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 18 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 28 684 nr. 428) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer schriftelijk te informeren met enige feitelijke informatie over stemmen op zondag |
Kamerdebat 11-09-2014 Verkiezingsaangelegenheden |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 15 december 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 31 142 nr. 49) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe tijdens de volgende regietafel het onderwerp aantal monitoren naast de centrale monitor te agenderen |
Kamerdebat 06-11-2014 Begrotingsbehandeling BZK 2015 |
Afgedaan. Tijdens de regietafel van 11 november jl. heeft MBZK aan de orde gebracht dat het kabinet streeft naar 1 monitor in het sociaal domein en een gegevensuitvraag. De VNG gaf aan het kabinetsbeleid op dit punt te steunen |
De Minister zegt toe om bij een volgend bestuurlijk overleg met het IPO te informeren of het verzoek van het lid Van Oosten daar is geland en de termijn van anderhalf jaar te noemen |
Kamerdebat 06-11-2014 Begrotingsbehandeling BZK 2015 |
Afgedaan. Op 26 januari 2015 heeft Minister BZK het desbetreffende bestuurlijk overleg gevoerd met dhr. Remkes (voorzitter IPO) en daar het verzoek van Dhr. van Oosten overgebracht, inclusief termijn van anderhalf jaar. |
De Minister zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Duthler, toe dat hij de Kamer voor eind 2014 zal informeren over de stand van zaken van het verbetertraject van DigiD (T01999) |
Kamerdebat 23-09-2014 Cyberintelligence en publiek belang |
Afgedaan. De Eerste Kamer is op 27 maart 2015 per brief geïnformeerd (EK 2014–2015, CV III nr. Q) |
De Minister zegt toe de aard en omvang van de mogelijke publieke beschikbaarheid van de persoonskaarten in de archieven van FamilySearch in Utah nader te verifiëren, en op basis daarvan, indien nodig, tot een duurzame oplossing te komen om veilig te stellen dat toegang tot deze persoonsgegevens ook in de toekomst beperkt blijft. De Tweede Kamer zal hierover begin 2013 worden geïnformeerd |
Antwoorden op Kamervragen van lid Oosenbrug (PvdA) d.d. 10 december 2012 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 20 maart 2015 per brief geïnformeerd (2015-0000139537) (AH-TK 2014–2015, 1697) |
De Minister zegt toe voor het einde van 2014 de aanbevelingen van de commissie uit te werken en waar nodig verder te onderzoeken, waarbij ook externe experts worden betrokken en de Tweede Kamer hierover te informeren |
Brief min BZK d.d. 21 maart 2014 «Kabinetsstandpunt over rapport elektronisch stemmen in het stemlokaal en internetstemmen voor kiezers in het buitenland» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 17 februari 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 829 nr. 6) |
De Minister zegt de Eerste Kamer toe dat ter uitvoering van de motie Lokin-Sassen c.s. de voorbereidende werkzaamheden die reeds gaande zijn te laten resulteren in een concept wetsvoorstel tot wijziging van de Grondwet dat in (internet)consultatie kan worden gegeven. Bovendien zal het proefschrift van de heer Leeuw betrokken worden bij de formulering van een grondwetsartikel over het recht op een eerlijk proces en het recht op toegang tot de rechter (T01776) |
Brief EK d.d. 25 september 2013 inzake Procedure uitvoering moties Grondwet |
Afgedaan. De Eerste Kamer is op 17 maart 2014 (EK 2013–2014, 31 570 nr. J) over de tijdsplanning geïnformeerd. Over het conceptwetsvoorstel tot het opnemen van het recht op een eerlijk proces in de Grondwet stond van augustus t/m december 2014 (internet)consultatie open. Hiermee is voldaan aan de toezegging. Het wetsvoorstel wordt naar verwachting in de eerste helft van 2015 bij de Tweede Kamer ingediend. |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer te informeren zodra informatie van de VNG over de mogelijkheden die gemeenten zien om met betrekking tot de gemeentelijke website tot een grotere samenwerking te komen, is ontvangen |
Brief MBZK d.d. 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 20 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 26 643 nr. 357) |
De Minister zegt toe de Kamer voor de zomer van 2015, rekening houdend met alle onderzoeken die er dan liggen, een bredere notitie te doen toekomen over de taken en bevoegdheden van burgermeesters. In de notitie wordt ook ingegaan op de relatie tussen taken en bevoegdheden van burgermeesters en de wijze waarop burgermeesters worden benoemd (dan wel zouden kunnen worden benoemd). |
Brief MBZK d.d 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 17 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 31 570 nr. 29) |
De Minister zegt toe de verkenning, gedaan door Rijk en gemeenten hoe het gemeentelijk toezicht, het Rijkstoezicht en het beleid elkaar zo goed mogelijk kunnen aanvullen, medio april 2015 aan de Tweede Kamer te zenden |
Brief d.d. 2 april 2015 inzake Transformatie in het sociaal domein |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 30 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 VII nr. 45) |
De Minister zegt toe in overleg met de provincies te bezien hoe het komt dat er zulke grote verschillen in externe inhuur zijn en de Tweede Kamer hierover te informeren |
Kamerdebat 06-11-2014 Begrotingsbehandeling BZK 2015 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 9 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 C nr. 7) |
De Minister zegt toe twee jaar na inwerkingtreding een eerste tussenevaluatie van de Wet revitalisering generiek toezicht uit te zullen voeren en de Tweede Kamer daarover te informeren |
Kamerdebat 14-09-2011 Wet revitalisering generiek toezicht (32 389) |
De Tweede Kamer is op 21 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 32 389 nr. 17) |
De Minister zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Engels (D66), toe dat hij in zijn aan de Kamer te sturen beschouwing over een aantal elementen uit de visienota ook aandacht zal besteden aan heel Hoofdstuk 7 van de Grondwet, met name aan de in de motie-Engels c.s. genoemde elementen (T01721) |
Kamerdebat 18-06-2013 Inrichting openbaar bestuur |
Afgedaan. De Eerste Kamer is op 17 april 2015 per brief geïnformeerd (EK 2014–2015, CII nr J) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer een notitie over de mogelijkheden voor tussentijdse raadsontbinding te sturen |
Kamerdebat 12-03-2009 Staat van dualisering |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 17 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 31 570 nr. 28) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe dat hij bij de uitwerking van de monitor sociaal domein zal bezien hoe het goede van de monitor jeugd behouden kan blijven |
Kamerdebat 12-11-2014 Decentralisatieproject |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 28 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 VII nr. 43) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer schriftelijk te informeren over de uitkomsten van een komend bestuurlijk overleg met de VNG waarin besproken zal worden of het mogelijk is om van (een aantal) gemeenten te weten hoeveel uit-voeringskosten gemeenten ramen voor de decentralisaties en of ze ook reserves hebben aangelegd (en waar die dan vandaan komen). |
Kamerdebat 12-11-2014 Decentralisatieproject |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 28 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 VII nr. 43) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe de mogelijkheid om te komen tot een integrale modelverordening te bespreken met de VNG |
Kamerdebat 12-11-2014 Decentralisatieproject |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 30 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 VII nr. 45) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer (mei 2015) te informeren over de stand van zaken ten aanzien van de test met internetstemmen voor kiezers in het buitenland |
Kamerdebat 22-04-2015 Kiesrechtaangelegenheden |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 11 mei 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 829 nr. 9) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer voor de zomer van 2015, rekening houdend met alle onderzoeken die er dan liggen, een bredere notitie te doen toekomen over de taken en bevoegdheden van burgermeesters. In de notitie wordt ook ingegaan op de relatie tussen taken en bevoegdheden van burgermeesters en de wijze waarop burgermeesters worden benoemd (dan wel zouden kunnen worden benoemd) |
Brief MBZK d.d. 6 november 2014 «Antwoorden vragen Tweede Kamer begroting BZK 2015» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 17 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 31 570 nr. 29) |
De Minister zegt toe dat voor de zomer een novelle in consultatie gaat die in het huidige grondwetsvoorstel een kiescollege voor Caribisch Nederland regelt |
Kamerdebat 17-03-2015 Opportuniteit van een Kiescollege |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 28 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 131 nr. 17) |
De Minister zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van een opmerking van het lid Flierman, toe zich in te zetten voor bestuurlijke ondersteuning van gemeenten waar zich bestuurlijk-politieke complicaties voordoen (T01992) |
Kamerdebat 08-07-2014 Voortzetting behandeling van het wetsvoorstel Regels inzake de gemeentelijke ondersteuning op het gebied van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen en opvang (Wet maatschappelijke ondersteuning 2015) (33 841) |
Afgedaan. De Eerste Kamer is op 28 april 2015 per brief geïnformeerd (EK 2014–2015, 33 841 nr. T) |
De Minister zegt de Eerste Kamer, naar aanleiding van vragen en opmerkingen van de leden Schouwenaar (VVD), Koole (PvdA), Van Bijsterveld (CDA), De Boer (GroenLinks), Kuiper (ChristenUnie) en Holdijk (SGP), toe alle gemeenten ervan op de hoogte te stellen dat het niet gewenst is dat zij van buitengewoon ambtenaren van de burgerlijke stand voor één dag een verklaring vragen dat deze alle huwelijken zullen sluiten. Hij zal tevens gemeenten erop wijzen dat het niet de bedoeling is dat dezelfde persoon keer op keer tot buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag wordt benoemd, mocht deze praktijk zich voordoen (T01969) |
Kamerdebat 27-05-2014 Voorstel van wet van de leden Dijkstra en Schouw tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Algemene wet gelijke behandeling met betrekking tot ambtenaren van de burgerlijke stand die onderscheid maken als bedoeld in de Algemene wet gelijke behandeling (33 344) |
Afgedaan. De Eerste en Tweede Kamer zijn op 30 oktober 2014 per brief geïnformeerd (EK 2014–2015, 33 344 nr. G) (TK 2014–2015, 33 344 nr. 10) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer in het voorjaar 2015 te informeren over de evaluatie van de krimpmaatstaf |
Kamerdebat 04-09-2014 Gemeentefonds |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 29 mei per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 B nr. 25) |
De Minister zegt de Tweede Kamer toe dat hij zal bezien waar het tijdpad inzake het wetsvoorstel over lijstverbindingen kan worden bekort |
Kamerdebat 22-04-2015 Kiesrechtaangelegenheden |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 28 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 33 268 nr. 29) |
De Minister zegt toe vanaf het najaar van 2012 een jaarlijkse discriminatiebrief aan de Tweede Kamer te sturen waarin het kabinet zal rapporteren over de ontwikkelingen bij de bestrijding van discriminatie en over de concrete acties om discriminatie terug te dringen (motie Van der Staaij, 30 950, nr. 25). |
Brief TK d.d. 18 december 2012 Discriminatiebrief |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 11 februari 2015 per brief geinformeerd. Maakt nu deel uit van staand beleid. |
Het Kabinet zegt toe de notitie waarin de verschillende opties worden geïnventariseerd voor verandering van de positie van de Eerste Kamer (inclusief de afschaffing ervan) in het najaar aan beide Kamers te zenden |
Kamerdebat 18-09-2014 Algemene Politieke Beschouwingen |
Afgedaan. De Eerste Kamer is op 26 september 2014 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 34 000 nr. C) |
De Minister zegt toe om jaarlijks, tot en met 2016, de gegevens uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden te gebruiken om de Tweede Kamer te informeren over het algemene beeld mbt ontwikkelingen op het gebied van de Veilige Publieke Taak |
Brief TK d.d. 12 december 2012 «Aanbieding Rapport Metamonitor Veilige Publieke Taak 2013» |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 12 december 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 28 684 nr. 428) |
De Minister zegt toe de Tweede Kamer regelmatig te informeren gedurende het programma dat de BRP bouwt en voorwaarde is voor het slagen van de modernisering GBA. Dit informeren gebeurt in ieder geval bij alle faseovergangen en minimaal twee maal per jaar |
Brief TK d.d. 28 oktober 2013 |
Afgedaan. De Tweede Kamer is op 23 april 2015 per brief geïnformeerd (TK 2014–2015, 27 859 nr. 78). Toezegging wordt meegenomen in het reguliere BZK beleid |
Nr. in SiSa bijlage |
Toelichting |
Rijksbegroting |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
A2 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Veiligheidsregio’s |
VenJ VI |
175,2 |
175,2 |
175,2 |
175,2 |
175,2 |
175,2 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Brede doeluitkering Rampenbestrijding |
||||||||
36.2 |
||||||||
Vindplaats |
||||||||
A3 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
VenJ VI |
Nb |
Nb |
Nb |
Nb |
Nb |
Nb |
||
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Rijksbijdrage bijstands- en bestrijdingskosten (uitkering vindt alleen plaats in geval van calamiteiten en achteraf. Omvang daarvan vooraf niet te ramen) |
||||||||
D1 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten |
OCW VIII |
32,6 |
32,6 |
32,6 |
32,6 |
32,6 |
32,6 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Regionale meld- en coördinatiecentra voortijdig schoolverlaten. De RMC-functie heeft tot taak met de niet meer kwalificatieplichtige dreigende vsv’ers uit VO en MBO contact te leggen en het zoveel mogelijk terug te begeleiden naar school en/of werk. De daarvoor beschikbare middelen worden over de RMC- regio’s verdeeld volgens een verdeelsleutel die is vastgelegd in het «Besluit regionale meld- en coördinatiefunctie voortijdig schoolverlaten». Het bedrag per regio wordt uitgekeerd aan de RMC-contactgemeente van de regio. |
Artikel 4 |
|||||||
Vindplaats |
||||||||
Artikel 8.3.2 van de Wet educatie en beroepsonderwijs |
||||||||
D9 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten die onderwijsachterstandsleerlingen hebben (som schoolgewichten) |
OCW VIII |
361,6 |
361,6 |
351,8 |
331,8 |
321,8 |
311,8 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
a) Onderwijsachterstandenbeleid 2011–2014 (op basis van de Wet Oké). Besluit van 23.08.2010: € 261 miljoen voor gemeenten met onderwijsachterstands-leerlingen (n.a.v. de som van de schoolgewichten in de desbetreffende gemeente). |
Artikel 1 |
|||||||
b) Plus de aanvulling door het wijzigingsbesluit van 28.11.2011: € 70 miljoen voor de G37 in 2012; vanaf 2013: € 95 miljoen |
||||||||
c) Plus de aanvulling door het wijzigingsbesluit van 30.10.2013: € 4,7 miljoen voor G86 vanaf 2013 en de verlenging van de periode tot en met 2015. |
||||||||
Vindplaats |
||||||||
a. |
Besluit van 23.08.2010 |
|||||||
b. |
Besluit van 28.11.2011 |
|||||||
c. |
Besluit van 30.10.2013 |
|||||||
D10 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten |
OCW VIII |
56,2 |
56,2 |
56,2 |
56,2 |
56,2 |
56,2 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Sinds 1 januari 2009 maakte het educatiebudget onderdeel uit van het Participatiebudget, een specifieke uitkering voor gemeenten. Met ingang van 1 januari 2015 wordt het educatiebudget per specifieke uitkering verstrekt aan de samenwerkende gemeenten binnen een regio (via de contactgemeente). Hierbij wordt de verplichte besteding bij roc’s binnen een aantal jaren afgebouwd en wordt het mogelijk voor gemeenten maatwerk te bieden voor de diverse doelgroepen van de volwasseneneducatie. |
Artikel 4 |
|||||||
Vindplaats |
||||||||
E02 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten, Provincies en WGR |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
20.01.04 |
||||||||
E03 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten, provincies, WGR |
IenM XII |
21,09 |
21,29 |
22,64 |
27,91 |
26,31 |
26,31 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Subsidieregeling sanering verkeerslawaai (incl. bestrijding spoorweglawaai) |
20.01.01 |
|||||||
E05 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten, Provincies en WGR |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Verzameluitkering I&M |
97.01.01 |
|||||||
E06 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten, Provincies en WGR |
||||||||
IenM XII |
15,97 |
20,23 |
28,80 |
40,22 |
31,82 |
31,84 |
||
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
13.03.04 |
||||||||
E07 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten, Provincies en WGR |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
19.01.02 |
||||||||
E07a |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
19.01.02 |
||||||||
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
E10 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten, provincies |
IenM XII |
1,26 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Tijdelijke subsidieregeling innovatieprogramma Mooi Nederland |
13.01.02 |
|||||||
E11 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten, Provincies en WGR |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
11,62 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) |
20.01.04 |
|||||||
E12 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten, Provincies en WGR |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Nieuwe Sleutel Projecten (NSP) |
13.03.04 |
|||||||
E17 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Nota Ruimte project Maastricht Belvedere |
13.03.04 |
|||||||
E18 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Nota Ruimte project Nijmegen Waalfront |
13.03.04 |
|||||||
E21 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Nota Ruimte project Den Bosch Spoorzone |
13.03.04 |
|||||||
E22 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten |
IenM XII |
0 |
0 |
6,2 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Nota Ruimte project Rotterdam Stadshavens |
13.03.04 |
|||||||
E24 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
WGR |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Nota Ruimte project Regionale Ontwikkelingsorganisatie Zuidplas Zuidplaspolder |
13.03.04 |
|||||||
E25 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Provincies |
IenM XII |
2,30 |
4,32 |
1,38 |
6,80 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Beleidsregeling subsidies Budget Investeringen Ruimtelijke Kwaliteit (BIRK) |
13.03.04 |
|||||||
E26 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten, Provincies en WGR |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
IF 13.03.01 |
||||||||
E27 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Provincies |
IenM XII |
1,80 |
0,85 |
0,85 |
0,85 |
0,85 |
0,86 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
25.01.04 |
||||||||
E28 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Provincies, WGR |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
9,11 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
IF 14.02 |
||||||||
E29 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten, Provincies en WGR |
IenM XII |
0 |
1,53 |
0,74 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Tijd.reg. eenmalige uitkering stedelijke synergieprojecten Kaderrichtlijn Water |
12.01.04 |
|||||||
E30 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten, provincies, WGR |
IenM XII |
5,0 |
2,0 |
1,0 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
IF 15.03.01 |
||||||||
E34 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Provincies |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
IF 15.02.01 |
||||||||
E37 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Provincies |
IenM XII |
0 |
0 |
0 |
0 |
|||
3,0 |
0 |
|||||||
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
IF 15.03.01 |
||||||||
F3 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Provincies |
EZ XIII |
1,5 |
1,5 |
|||||
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Kennisprogramma Duurzaam Door Verzameluitkeringen |
||||||||
F4 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Provincie Zuid-Holland |
EZ XIII |
7,27 |
7,41 |
7,56 |
7,70 |
7,86 |
8,02 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Deelprojecten 750 hectare Natuur en Recreatiegebied (Project Mainportontwikkeling Rotterdam) |
U1820.311300 |
|||||||
Op korte termijn niet omzetten naar DU. Op langere termijn opnieuw bezien. |
||||||||
F7 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Bedrijven, organisaties en een klein deel aan gemeenten |
EZ XIII |
10,82 |
6,26 |
|||||
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Subsidieregeling sterktes in de regio (Pieken in de Delta) |
U.1810.300800 |
|||||||
U.1810.300900 |
||||||||
F10 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeente Veldhoven |
EZ XIII |
4,75 |
4,75 |
|||||
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Nota Ruimte Project Eindhoven Brainport |
U.1910.301100 |
|||||||
Deze € 9,5 mln is bestemd voor de gemeente =Veldhoven tbv de herstructurering van bedrijventerrein =De Run Oost en de verbetering van de ontsluitende weg-infrastructuur. Deze bedragen zullen middels de Najaarsnota 2015 en Voorjaarsnota 2016 worden overgeheveld naar het Gemeentefonds BZK als DU. |
||||||||
F15 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
verdeling onbekend |
EZ XIII |
37,43 |
12,39 |
|||||
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Doelstelling 2 programma’s van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). |
U.1810.301100 |
|||||||
Uitfinancieringsperiode 2007–2013 |
||||||||
F15 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
verdeling onbekend |
EZ XIII |
17,12 |
17,12 |
31,16 |
31,57 |
35,54 |
||
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Doelstelling 2 programma’s van het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). |
U.1810.301100 |
|||||||
Uitfinancieringsperiode 2014–2020 |
||||||||
H1 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten |
VWS XVIII |
14,1 |
14,2 |
14,2 |
14,2 |
14,2 |
14,2 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Ministeriële regeling heroïnebehandeling |
Artikel 1 |
|||||||
Vindplaats |
||||||||
H3 |
Ontvangende partij(en) |
Hoofdstuk |
||||||
Gemeenten |
VWS XVIII |
32,6 |
33,4 |
33,4 |
33,4 |
33,4 |
33,4 |
|
Korte omschrijving uitkering |
Artikelonderdeel |
|||||||
Seksualiteitscoördinatie- en hulpverlening + aanvullende curatieve SOA bestrijding |
Artikel 1 |
|||||||
Vindplaats |
||||||||
Bijlage Rechtspersonen met een Wettelijke Taak en Zelfstandige Bestuursorganen (vallend onder het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties)
Naam organisatie |
RWT |
ZBO |
Functie |
Begrotingsartikel |
Begrotingsramingen (x € 1.000,–) |
Verwijzing (URL-link) |
---|---|---|---|---|---|---|
naar website RWT/ZBO |
||||||
Kiesraad |
x |
Adviseren van de regering en de beide Kamers der Staten-Generaal in uitvoeringstechnische aangelegenheden die het kiesrecht of de verkiezingen betreffen (artikel A 2 Kieswet) Optreden als centraal stembureau voor de verkiezingen van de leden van: a. de Tweede Kamer (artikel E II, tweede lid, Kieswet); b. de Eerste Kamer (artikel S I, eerste lid, Kieswet); c. het Europees Parlement (artikel Y 9, eerste lid, Kieswet). |
Artikel 1 «Openbaar bestuur en democratie» |
219 |
||
Artikel 11 «Centraal apparaat» |
1.500 |
|||||
Stichting Administratie Indonesische Pensioenen (SAIP) |
x |
x |
Zorg dragen voor de uitvoering van de verplichting tot voldoening van de weduwepensioenen en wezenonderstanden aan de nagelaten betrekkingen van gewezen overheidspersoneel van Indonesië. Namens de Minister nemen van beslissingen ter uitvoering van de regelingen en aangelegenheden welke verband houden met zogenaamde overzeese pensioenen en uitkeringen. |
Artikel 7 «Arbeidszaken Overheid» |
13.011 |
Begrotingsartikel |
Naam subsidie(regeling) (met hyperlink naar vindplaats) |
2014 |
2015 |
2016 |
2017 |
2018 |
2019 |
2020 |
Aantal verleningen jaar 2014 |
Laatste evaluatie (jaartal) (met hyperlink naar vindplaats) |
Volgende evaluatie (jaartal) |
Einddatum subsidie (regeling) (jaartal) |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Openbaar bestuur en democratie |
||||||||||||
1.1 |
2.593 |
3.174 |
3.174 |
3.174 |
3.174 |
3.174 |
3.174 |
1 |
Nvt |
2015 |
2017 |
|
1.1 |
427 |
423 |
421 |
421 |
421 |
421 |
1 |
2016 |
2017 |
|||
1.1 |
VNG |
873 |
380 |
2 |
Nvt |
zie toelichting1 |
2015 |
|||||
incidentele subsidieverstrekking |
||||||||||||
1.1 |
Stichting Nationele Denktank |
75 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
2014 |
||||||
incidentele subsidieverstrekking |
||||||||||||
1.1 |
Universiteit voor Humanistiek |
15 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
2014 |
||||||
incidentele subsidieverstrekking |
||||||||||||
1.1 |
Bijdrage European Urban Knowledge Network |
13 |
Nvt |
zie toelichting1 |
2014 |
|||||||
incidentele subsidieverstrekking |
||||||||||||
1.1 |
Transparency International |
32 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
2014 |
||||||
incidentele subsidieverstrekking |
||||||||||||
1.1 |
COELO- informatieverstrekking aan burgers over lokale lasten |
130 |
130 |
130 |
130 |
130 |
0 |
Nvt |
In het najaar 2015 zal een subsidieregeling worden opgesteld. |
|||
1.1 |
Diverse subsidies BVO |
200 |
0 |
Nvt |
zie toelichting1 |
2015 |
||||||
incidentele subsidieverstrekking |
||||||||||||
1.1 |
Thorbecke Leerstoel |
28 |
28 |
28 |
28 |
28 |
28 |
1 |
Nvt |
2018 |
2019 |
|
1.2 |
16.907 |
17.963 |
17.060 |
17.060 |
17.060 |
17.060 |
17.060 |
11 |
Nvt |
zie toelichting2 |
2017 |
|
Dienstverlenende en innovatieve overheid |
||||||||||||
6.2 |
(door)ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen |
414 |
64 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
Nvt |
zie toelichting1 |
2015 |
|
6.4 |
107 |
106 |
106 |
106 |
106 |
106 |
106 |
1 |
Nvt |
2016 |
2017 |
|
6.4 |
5.006 |
4.338 |
4.188 |
4.188 |
4.188 |
4.188 |
4.188 |
1 |
Nvt |
2016 |
2017 |
|
6.4 |
Programma Burgerschap3 |
229 |
198 |
1 |
Nvt |
zie toelichting3 |
2014 |
|||||
6.5 |
Beleid GBA en reisdocumenten 3) |
10 |
1 |
Nvt |
zie toelichting3 |
2014 |
||||||
Arbeidszaken overheid |
||||||||||||
7.1 |
205 |
205 |
205 |
205 |
205 |
205 |
205 |
1 |
Nvt |
2016 |
2017 |
|
7.1 |
1.453 |
1.440 |
1.440 |
1.440 |
1.440 |
1.440 |
1.440 |
1 |
Nvt |
2016 |
2017 |
|
7.1 |
154 |
1.650 |
1.650 |
1.650 |
1.650 |
1.650 |
1.650 |
1 |
Nvt |
2019 |
2020 |
|
7.1 |
Veilige Publieke Taak (VPT) |
732 |
860 |
80 |
0 |
14 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
|||
7.1 |
889 |
889 |
889 |
889 |
889 |
889 |
889 |
1 |
Nvt |
2020 |
Per 1/1/2016 wordt een nieuwe regeling van kracht. |
|
7.1 |
NGB-orientatieprogramma3 |
57 |
104 |
105 |
105 |
105 |
105 |
105 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
7.1 |
Subsidie vereniging Raadsleden3 |
110 |
200 |
200 |
200 |
200 |
200 |
200 |
2 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
7.1 |
Vereniging Wethouders – professionalisering 3 |
322 |
250 |
250 |
250 |
250 |
250 |
250 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
7.1 |
Wethoudersvereniging – decentralisatie3 |
36 |
25 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
||||||
7.1 |
Programma Samenspel Lokale Democratie |
395 |
450 |
450 |
450 |
450 |
450 |
450 |
3 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
7.1 |
ACOM1 |
2 |
10 |
10 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
||||
7.1 |
Stichting Beroepseer3 |
30 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
2014 |
||||||
7.1 |
Stichting Arbeidsmobiliteitscentrum1 |
76 |
2 |
Nvt |
zie toelichting1 |
2014 |
||||||
incidentele subsidieverstrekking |
||||||||||||
7.1 |
Stichting Jonge Ambtenaren1 |
5 |
5 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
|||||
7.1 |
NL Kennisland1 |
50 |
76 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
|||||
7.1 |
Vereniging voor overheidsmanagement3 |
200 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
2014 |
||||||
7.1 |
Bureau Integriteitsbevordering Openbare Sector (BIOS)1 |
0 |
1.150 |
1.150 |
1.150 |
1.150 |
1.150 |
1.150 |
1 |
Nvt |
2019 |
Deze subsidie maakt onderdeel uit van de CAOP-subsidieregeling |
7.1 |
Expertgroep klokkenluiders1 |
0 |
74 |
0 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
2015 |
||||
7.1 |
Stichting Transfercentrum1 |
775 |
Nvt |
zie toelichting1 |
2014 |
|||||||
7.1 |
Subsidie APS |
81 |
57 |
96 |
295 |
95 |
95 |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
|||
7.1 |
Stichting M (Meld misdaad anoniem)3 |
25 |
31 |
30 |
30 |
30 |
30 |
30 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
7.1 |
European Institute for Public Administration1 |
179 |
183 |
183 |
183 |
183 |
183 |
183 |
1 |
Nvt |
Nnb. In afwachting van wettelijk voorschrift |
Regeling wordt opgesteld en dan ook voorzien van een einddatum. |
7.1 |
European Institute for Public Administration1 |
70 |
90 |
75 |
35 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
|||
7.1 |
Drift |
86 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
||||||
7.1 |
Futur |
20 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
||||||
7.1 |
VNG |
180 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
||||||
7.1 |
Doelmatigheid Publieke Sector |
28 |
27 |
28 |
27 |
1 |
Nvt |
zie toelichting1 |
incidentele subsidieverstrekking |
|||
Algemeen |
||||||||||||
12.1 |
176 |
173 |
173 |
173 |
173 |
173 |
173 |
1 |
Nvt |
2015 |
2017 |
|
12.1 |
Subsidie CZW3 |
408 |
200 |
200 |
200 |
200 |
200 |
200 |
Nvt |
zie toelichting1 |
In najaar 2015 zal voor de structurele reeks een regeling worden opgesteld. |
|
32.937 |
35.051 |
32.284 |
32.190 |
32.327 |
32.127 |
32.127 |