Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 november 2015
Tijdens het debat op 5 november jl. heb ik toegezegd om voorafgaand aan de begrotingsbehandeling uw Kamer te informeren over de asielraming en de gevolgen hiervan voor de VenJ-begroting 2016 (Handelingen II 2015/16, nr. 21, debat over de Europese top, JBZ-Raad en migratietop). Aanleiding was de vraag van de heer Buma of er voor 2016 nog steeds uitgegaan wordt van een instroom van 26.000 asielzoekers.
Op 20 november jl. hebben de Minister van Veiligheid en Justitie en de Minister van Financiën uw Kamer een brief geschreven over de Ontwerpbegroting 2016 Veiligheid en Justitie (Kamerstuk 34 300 VI, nr. 23). In deze brief is aangegeven dat de instroomraming voor 2016 bij Najaarsnota opgehoogd wordt, van 26.000 naar 58.000. De instroom voor 2016 is met veel onzekerheden omgegeven. Onzekerheid is er zowel vanwege de omvang van de stroom asielzoekers uit Syrië die Nederland kiezen als bestemmingsland, als het effect van de maatregelen die Europa als geheel of lidstaten afzonderlijk nemen om de asielinstroom in te dammen. Alles overziend heeft het kabinet gekozen om de raming van 26.000 op te hogen naar 58.000.
De hogere instroom heeft gevolgen voor de uitvoerende diensten in de vreemdelingenketen. Vanwege de hogere instroom maakt het kabinet voor 2016 € 60,5 mln. vrij voor de IND (€ 50 mln.) en Nidos (€ 10,5 mln.). De verhoogde raming heeft ook gevolgen voor de bekostiging van COA en de ODA-toerekening van de kosten van de eerstejaarsasielopvang. Ook hierover wordt u – in lijn met de motie Slob 1 – in de Najaarsnota nader geïnformeerd.
Bij Voorjaarsnota zal het kabinet, conform de gebruikelijke systematiek, bezien of de raming een verdere aanpassing behoeft.
De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff