Voorgesteld 26 november 2015
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat Nederland geen regeling voor voorwaardelijke invrijheidstelling in geval van levenslange gevangenisstraf kent;
overwegende dat de rechtbank Assen op 24 november 2015 ervan afzag om een levenslange gevangenisstraf op te leggen omdat de mogelijkheid van gratie voor levenslang gestraften vrijwel niet wordt toegepast en omdat een levenslange gevangenisstraf zonder enig perspectief op vrijlating in de toekomst op gespannen voet staat met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens;
van mening dat levenslange gevangenisstraf zonder enig reëel perspectief op vrijlating in de toekomst in strijd is met artikel 3 van het EVRM met betrekking tot het verbod op onmenselijke bestraffing en dus inhumaan is;
van mening dat als rechters bij gebrek aan perspectief op vrijlating in de toekomst geen levenslange gevangenisstraf opleggen, daarmee het gevaar bestaat dat de meeste zware misdaden niet langer met levenslang zullen worden bestraft;
verzoekt de regering, met een wetsvoorstel te komen dat ziet op een periodieke onafhankelijke toetsing van de levenslange gevangenisstraf die perspectief op vrijlating biedt,
en gaat over tot de orde van de dag.
Recourt
Voordewind
Swinkels