Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 juni 2016
Hierbij bied ik u de reactie aan op het verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van 20 mei 2016 om een schriftelijke reactie op de brief d.d. 10 mei jl. van de ambassade van de Republiek Armenië inzake het Nagorno-Karabach conflict.
Het kabinet heeft kennis genomen van de inhoud van de brief inclusief bijlagen van de ambassade van de Republiek Armenië inzake het Nagorno-Karabach conflict. Het kabinet kan niet oordelen over de juistheid van de aantijgingen in de documenten omdat er in het betreffende gebied geen onafhankelijke waarnemers zijn. Nederland is uiteraard wel bezorgd over de veiligheidssituatie vanwege de toename van het aantal incidenten en de recente oplaaiing van het Nagorno-Karabach conflict.
Het kabinet betreurt de slachtoffers van geweld en onderschrijft daarom des te meer de noodzaak dat partijen zich constructief opstellen in de onderhandelingen over een vredesakkoord. Het is van belang dat de partijen het staakt-het-vuren respecteren en afzien van vijandelijkheden. Op 2 april jl. heeft de EU Hoge Vertegenwoordiger Federica Mogherini, mede namens Nederland, een verklaring uitgebracht waarin de partijen worden opgeroepen de vijandelijkheden te stoppen en het staakt-het-vuren te respecteren.
Nederland is ervan overtuigd dat de sleutel tot een oplossing van het conflict ligt in dialoog tussen de partijen onder auspiciën van de OVSE Minsk Groep. Ook steunt het kabinet aanvullende activiteiten van de Europese Unie met een coördinerende rol van de EU Speciaal Vertegenwoordiger, de heer Herbert Salber. Daarnaast roept het kabinet Armenië en Azerbeidzjan in bilaterale diplomatieke contacten op om zich in te spannen voor het bereiken van een duurzame vredesregeling voor het conflict.
Ook tijdens het Nederlandse voorzitterschap van de EU heeft het kabinet haar steun uitgesproken voor de OVSE Minsk Groep en de aanvullende activiteiten van de EU om een vreedzame en duurzame oplossing van het Nagorno-Karabach conflict te bevorderen.1
De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders