Ontvangen 30 september 2015
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
Artikel 5.7 wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel a wordt de komma vervangen door: en.
2. In onderdeel b wordt «en» vervangen door een punt.
3. Onderdeel c vervalt.
4. Na het tweede lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
2a. Bij algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over het deel van de investeringskosten, waaronder kosten voor onderzoek naar de haalbaarheid worden begrepen, dat wordt betaald door de verzoeker.
5. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:
4. De voordracht voor een krachtens het 2a-de lid vast te stellen algemene maatregel van bestuur wordt niet eerder gedaan dan vier weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd
II
In artikel 6.7, tweede lid, wordt «een vergoeding in rekening bij de verzoeker ter dekking van 25 procent van de investeringskosten» vervangen door: een vergoeding ter dekking van de investeringskosten, bedoeld in artikel 5.7, 2a-de lid, in rekening bij de verzoeker.
Dit amendement regelt dat bij algemene maatregel van bestuur wordt bepaald welk deel van de investeringskosten, waaronder kosten voor onderzoek naar de haalbaarheid worden begrepen, wordt betaald door de verzoeker. Deze algemene maatregel van bestuur is onderworpen aan een lichte voorhangprocedure, inhoudende dat het ontwerp van de algemene maatregel van bestuur ter kennis van het parlement wordt gebracht. Het parlement wordt gedurende vier weken in de gelegenheid gesteld opmerkingen over het ontwerp te maken en daarover met de betrokken bewindspersoon van gedachten te wisselen.
Het amendement beoogt dat er nader in overleg wordt getreden met de vertegenwoordiging van Nederlandse gemeenten over hun zorgen omtrent de draagkracht in relatie tot aantal inwoners, de omvang van gemeenten en de lengte van mogelijk te verkabelen tracés per gemeente. De uitkomsten hiervan moeten leiden tot een redelijke verdeling van de investeringskosten, die wordt vastgelegd in een algemene maatregel van bestuur. De indieners hebben voor ogen dat deze algemene maatregel van bestuur binnen een half jaar na inwerkingtreding van deze wet wordt voorgehangen bij de beide kamers der Staten-Generaal.
Agnes Mulder Jan Vos