Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is in verband met de parlementaire betrokkenheid bij internationaal recht de rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen te wijzigen om de mogelijkheid van stilzwijgende goedkeuring van een verdrag uit te sluiten bij verdragen met een ieder verbindende bepalingen;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
De rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende: In het voorstel van wet tot goedkeuring van een zodanig verdrag wordt tot uitdrukking gebracht dat de goedkeuring wordt verleend met inachtneming van het bepaalde in artikel 91, derde lid, van de Grondwet.
2. Het tweede lid komt te luiden:
2. Indien een verdrag bepalingen bevat die naar hun inhoud een ieder kunnen verbinden als bedoeld in artikel 93 van de Grondwet, wordt dit verdrag aan de uitdrukkelijke goedkeuring onderworpen.
B
In artikel 7, aanhef, wordt «of» vervangen door een komma en wordt na «tot zodanig afwijken noodzaken» ingevoegd: of naar hun inhoud een ieder kunnen verbinden als bedoeld in artikel 93 van de Grondwet.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad, in het Afkondigingsblad van Aruba, het Publicatieblad van Curaçao en in het Afkondigingsblad van Sint Maarten zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Buitenlandse Zaken,