Ontvangen 2 februari 2016
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel I, onderdeel B, vervalt in artikel 274a, tweede lid: de leeftijd van 18 jaren, maar.
II
Na artikel IV wordt een artikel ingevoegd, luidende:
A
Indien het bij koninklijke boodschap van 21 december 2015 ingediende voorstel van wet tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en enkele andere wetten in verband met het stellen van nadere huurmaatregelen tot verdere bevordering van de doorstroming op de huurmarkt (Wet doorstroming huurmarkt 2015) (34 373) tot wet is verheven en artikel I van die wet eerder in werking is getreden of treedt dan artikel I van deze wet, wordt artikel I van deze wet als volgt gewijzigd:
Na onderdeel B wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ba
In artikel 274c, tweede lid, vervalt: de leeftijd van 18 jaren, maar.
B
Indien het bij koninklijke boodschap van 21 december 2015 ingediende voorstel van wet tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en enkele andere wetten in verband met het stellen van nadere huurmaatregelen tot verdere bevordering van de doorstroming op de huurmarkt (Wet doorstroming huurmarkt) (34 373) tot wet is verheven en die wet later in werking treedt dan deze wet, wordt die wet als volgt gewijzigd:
1. In artikel I, onderdeel H, vervalt in artikel 274c, tweede lid: de leeftijd van 18 jaren, maar.
2. In artikel VIII, onderdeel D, vervalt in artikel 274c, tweede lid: de leeftijd van 18 jaren, maar.
Dit amendement regelt dat het voorgestelde jongerencontract ook gebruikt kan worden door jongeren onder de 18 jaar.
Een persoon moet handelingsbekwaam zijn om een geldig contract af te sluiten. Personen die jonger zijn dan 18 jaar zijn in principe niet handelingsbekwaam. De rechter mag echter minderjarigen bevoegd verklaren om bepaalde handelingen te verrichten. Als een minderjarige een huurovereenkomst sluit en een dergelijke verklaring van de rechter ontbreekt dan is deze overeenkomst vernietigbaar. Indien hierop echter geen beroep wordt gedaan, blijft de overeenkomst in stand. Onder omstandigheden is een huurcontract afgesloten door een minderjarige namelijk gebruikelijk en wenselijk. Te denken valt aan situaties waarin een minderjarige een kind verwacht of gaat huren in verband met het starten van een studie buiten de woonplaats.
Er is vrijheid voor verhuurders om te verhuren aan een minderjarige. Dit principe geldt reeds voor reguliere huurcontracten en wordt met dit amendement ook van toepassing op de nieuw voorgestelde huurcontracten op grond van artikel 7:274a van het Burgerlijk Wetboek (onderdeel I).
Onderdeel II van dit amendement voegt een nieuw artikel IVa aan het wetsvoorstel toe dat de samenloop regelt met de Wet doorstroming huurmarkt 2015 (Kamerstukken II 2015/16, 34 373). In het in dat wetsvoorstel (artikel I en artikel VIII) opgenomen artikel 274c van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt eveneens een minimumleeftijdsgrens van 18 jaar gehanteerd. Dit onderdeel regelt dat die leeftijdsgrens ook in die bepalingen vervalt.
Bisschop