Voorgesteld 10 december 2014
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
van mening dat het goed is dat met het vervallen van de 1.040 urennorm docenten meer ruimte krijgen om het onderwijs af te stemmen op de behoeften van leerlingen;
opmerkende dat er evenwel een urennorm per opleiding blijft bestaan en niet inzichtelijk is of en, zo ja, op welke manier deze urennorm zou bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs;
van mening dat het in het onderwijs nooit moet gaan over kwantiteit maar altijd over de kwaliteit van lessen;
verzoekt de regering, de Onderwijsraad te vragen te onderzoeken of en, zo ja, op welke wijze een urennorm bijdraagt aan het onderwijs en ook inzichtelijk te maken hoe in andere landen met een goed onderwijssysteem wordt omgegaan met onderwijstijd,
en gaat over tot de orde van de dag.
Ypma
Van Meenen