Kamerstuk 34002-35

Amendement van de leden Merkies en Nijboer dat onder meer regelt dat het verbod op een variabele beloning bij staatssteun niet alleen geldt t.a.v. personen die het dagelijks beleid van de financiële onderneming bepalen

Dossier: Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2015)

Gepubliceerd: 11 november 2014
Indiener(s): Arnold Merkies , Henk Nijboer (PvdA)
Onderwerpen: belasting financiën
Bron: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34002-35.html
ID: 34002-35

51,3 %
48,7 %

SGP

CU

PVV

D66

PvdD

CDA

50PLUS

SP

VVD

Klein

GrBvK

GL

PvdA

Van Vliet


Nr. 35 AMENDEMENT VAN DE LEDEN MERKIES EN NIJBOER

Ontvangen 11 november 2014

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

Na artikel XXIV worden twee artikelen ingevoegd, luidende:

ARTIKEL XXIVA

Indien het bij koninklijke boodschap van 17 juni 2014 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wet op het financieel toezicht houdende regels met betrekking tot het beloningsbeleid van financiële ondernemingen (Wet beloningsbeleid financiële ondernemingen) (Kamerstukken 33 964) tot wet wordt verheven en die wet later in werking treedt dan deze wet, komt het ingevolge artikel I, onderdeel D, van die wet in te voegen artikel 1:128, vierde lid, te luiden:

  • 4. Indien de steun is verleend aan een groep in de zin van artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek of een tot zodanige groep behorende rechtspersoon of vennootschap, wordt de aan het hoofd van die groep staande groepsmaatschappij voor de toepassing van het eerste tot en met derde lid aangemerkt als de in die leden bedoelde financiële onderneming en gelden die leden tevens voor de tot die groep behorende banken en verzekeraars met zetel in Nederland.

ARTIKEL XXIVB

Indien het bij koninklijke boodschap van 17 juni 2014 ingediende voorstel van wet tot wijziging van de Wet op het financieel toezicht houdende regels met betrekking tot het beloningsbeleid van financiële ondernemingen (Wet beloningsbeleid financiële ondernemingen) (Kamerstukken 33 964) tot wet wordt verheven en die wet later in werking treedt dan deze wet, komt artikel II van die wet te luiden:

ARTIKEL II

  • 1. Artikel 1:128, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Wet op het financieel toezicht is niet van toepassing:

    • a. op reeds voor 26 oktober 2011 toegekende, maar nog niet uitgekeerde variabele beloningen van haar bestuurders, indien een financiële onderneming op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet steun geniet en deze steun reeds voor 6 oktober 2011 was verleend;

    • b. op reeds voor dat tijdstip toegekende, maar nog niet uitgekeerde variabele beloningen van personen die een leidinggevende functie vervullen direct onder het echelon van de dagelijks beleidsbepalers en verantwoordelijk zijn voor natuurlijke personen wier werkzaamheden het risicoprofiel van de onderneming wezenlijk kunnen beïnvloeden, indien een financiële onderneming op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet steun geniet.

  • 2. In afwijking van artikel 1:128, tweede lid, onderdeel b, van de Wet op het financieel toezicht wordt:

    • a. indien een financiële onderneming op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet steun geniet en deze steun reeds voor 6 oktober 2011 was verleend, bij het bepalen van de waarde van de vaste beloningen van haar bestuurders uitgegaan van de waarde die deze vaste beloningen hadden op 20 juni 2012, met dien verstande dat de voor de toepassing van artikel 1:128, tweede lid, onderdeel b, in acht te nemen waarde ten hoogste 120% van de waarde op 26 oktober 2011 bedraagt;

    • b. indien een financiële onderneming op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet steun geniet en deze steun reeds voor dat tijdstip was verleend, bij het bepalen van de waarde van de vaste beloningen van personen die een leidinggevende functie vervullen direct onder het echelon van de dagelijks beleidsbepalers en verantwoordelijk zijn voor natuurlijke personen wier werkzaamheden het risicoprofiel van de onderneming wezenlijk kunnen beïnvloeden uitgegaan van de waarde die deze vaste beloningen hadden op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet.

  • 3. In een geval als bedoeld in artikel 1:128, vierde of vijfde lid, van de Wet op het financieel toezicht wordt voor de toepassing van het eerste en tweede voor «financiële onderneming» gelezen: de aan het hoofd van de groep staande groepsmaatschappij, onderscheidenlijk de binnen de groep hiërarchisch hoogste groepsmaatschappij met zetel in Nederland en de tot die groep behorende banken en verzekeraars.

Toelichting

Dit amendement regelt dat het verbod op een variabele beloning bij staatssteun niet alleen geldt ten aanzien van personen die het dagelijks beleid van de financiële onderneming bepalen. De groep wordt uitgebreid naar personen die een leidinggevende functie vervullen direct onder het echelon van de dagelijks beleidsbepalers en verantwoordelijk zijn voor natuurlijke personen wier werkzaamheden het risicoprofiel van de onderneming wezenlijk kunnen beïnvloeden. Dit zijn personen die het meest verantwoordelijk zijn voor de hoofdactiviteiten van de onderneming (of groep) het uitkeren en toekennen van variabele beloningen tijdens de periode van steun verboden. Ook het toekennen van variabele beloningen na de periode van steun ter compensatie is niet toegestaan. Daarnaast wordt net als bij het huidige bonusverbod bij staatsteun de vaste beloning gedurende de periode van steun bevroren.

Door dit amendement zal het senior management bij banken, zoals bij ABN Amro en SNS Reaal, en bij verzekeraars, zoals bij ASR Verzekeringen ook onder het bonusverbod vallen.

Dit amendement bevat enkele technische verbeteringen en een verheldering van de afbakening van het senior management op het bij de behandeling van de Wet beloningsbeleid aangenomen amendement van ondergetekenden ten aanzien van hetzelfde onderwerp (Kamerstukken II 2014/15, 33 964, nr. 41).

Merkies Nijboer