Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 maart 2015
Met deze brief informeer ik u over de nadere uitwerking van het amendement Van Veen/Vos (Kamerstuk 34 000 XIII, nr. 17), dat is aangenomen op 27 november 2014. Dit amendement stelt vanuit het budget voor de TKI-toeslag een extra bedrag van € 20 miljoen beschikbaar ter versterking van het innovatieve mkb en geeft ruimte om dat bedrag zo nodig te spreiden over 2015 en 2016. Als instrumenten worden genoemd MKB Innovatiestimulering Topsectoren (MIT), Innovatie Prestatie Contracten (IPC) en Small Business Innovation Research (SBIR). Het extra verplichtingenbudget (inclusief uitvoeringskosten) zal ik inzetten voor MIT (€ 11 mln.), IPC (€ 6 mln.) en SBIR (€ 3 mln.), waarbij de budgetten evenredig worden verdeeld over 2015 en 2016.
Daarnaast informeer ik u in deze brief over SBIR in het programma Ruimtevaart.
Innovatie-instrumenten
Het bedrijvenbeleid kent verschillende instrumenten om innovatie in het bedrijfsleven te ondersteunen. Die instrumenten richten zich zowel op dienstverlening (bijvoorbeeld het adviseren van ondernemers door RvO en KvK) als op financiële ondersteuning. Financiële ondersteuning vindt onder andere plaats via de generieke, fiscale instrumenten WBSO en RDA, de kredietregelingen (Vroegefasefinanciering, Innovatiekrediet) en regelingen gericht op de topsectoren (TKI-toeslag en MIT).
Mkb Innovatiestimulering Topsectoren (MIT)
De subsidieregeling MIT is in 2013 geïntroduceerd en richt zich uitsluitend op het mkb. In 2014 was € 30 mln. verplichtingenbudget beschikbaar en dit bedrag is ook voor de komende jaren door EZ begroot.
De regeling MIT bestaat uit een aantal succesvolle instrumenten voor het mkb, o.a. innovatievouchers, haalbaarheidsstudies en R&D-samenwerkingsprojecten. Topsectoren adviseren over de invulling van het instrument. Aanvragen voor subsidie moeten passen binnen de innovatieagenda’s van de topsectoren. MIT zal in 2015 voor de derde keer opengesteld worden.
Een grote verandering ten opzichte van 2014 is dat de regeling in 2015 samen met de provincies wordt uitgevoerd. Er wordt meer samenhang en uniformiteit aangebracht in de landelijke regeling en de regionale innovatieregelingen, zodat er één gezamenlijk kader komt voor het innovatief mkb in de topsectoren. Hierover zijn afspraken gemaakt in de Samenwerkingsagenda Rijk-Regio, waarover ik uw Kamer op 11 december geïnformeerd heb (Kamerstuk 29 697, nr. 18).
Een verhoging van het MIT-budget is een belangrijke wens van de bedrijven in de topsectoren en het mkb. De provincies en het Ministerie van Economische Zaken zijn voornemens in 2015 elk € 20 miljoen beschikbaar te stellen voor de samenwerking tussen Regio en Rijk via de MIT. Provincies kunnen daarbij aangeven voor welke topsectoren zij hun regeling openstellen. Voor MIT-projecten in de Topsectoren die in de regio’s niet aan bod kunnen komen, reserveer ik in lijn met het amendement, landelijk nog eens € 15 miljoen. Zo is er voor MIT in 2015 in totaal ruim € 55 mln. verplichtingenbudget beschikbaar.
Ook de dienstverlening van de innovatie-instrumenten wordt gestroomlijnd. Zo zullen aanvragen in MIT automatisch doorgeleid worden naar de juiste regio of topsector en wordt bij de beoordeling van de aanvragen gebruik gemaakt van landelijke en regionale expertise.
De MIT-regeling 2015 zal naar verwachting in april zowel landelijk als regionaal gepubliceerd worden. Met de regio’s en de topsectoren is afgesproken om na de zomer gezamenlijk te evalueren. Voor 2016 kan de regeling dan zo nodig bijgesteld worden.
Innovatie Prestatie Contracten (IPC)
In een IPC werken mkb-ondernemers onder leiding van een penvoerder/brancheorganisatie in groepen van minimaal 10 bedrijven samen aan het ontwikkelen van nieuwe producten en diensten.
Als uitwerking van het amendement zal ik in 2015 een generieke IPC-regeling openstellen met een budget van € 3 mln. en nogmaals in 2016 met een gelijk budget. Daarmee kunnen per jaar ca. tien IPC’s met totaal minimaal honderd deelnemers gestart worden.
In 2015 kan de IPC-regeling nog voor de zomer gepubliceerd worden. Bij de verdere uitwerking van IPC in 2015 en 2016, werk ik nauw samen met het bedrijfsleven via VNO-NCW en de brancheorganisaties.
Small Business Innovation Research (SBIR)
SBIR is in 2004 geïntroduceerd en gebaseerd op de succesvolle regeling in de VS. SBIR is een methode waarbij oplossingen ontwikkeld worden voor maatschappelijke problemen door het aanbesteden van R&D. Daarbij wordt gebruikgemaakt van een getrapte competitie: eerst worden een aantal haalbaarheidsonderzoeken uitgevoerd, daarna krijgen de onderzoeken met de beste resultaten een opdracht voor een R&D-traject.
De SBIR-vraag ontstaat vanuit een innovatieagenda van overheden, gekoppeld aan een klantvraag. De met SBIR ontwikkelde innovaties worden idealiter beproefd in de praktijk door de potentiele overheidsinkoper die een oplossing voor een maatschappelijke vraag zoekt. Vaak wordt eerst gewerkt met een proeftuin of pilot, vervolgens krijgen de oplossingen een goede kans in overheidsaanbestedingen. SBIR maakt daarom deel uit van het overheidsprogramma voor innovatiegericht inkopen, Inkoop Innovatie Urgent.
Met een SBIR kan de verbinding tussen overheidsorganisaties – partner in de triple helix – en topsectoren verstevigd worden.
Omdat SBIR nieuw is voor de topsectoren wordt voorgesteld om in 2015 en 2016 op maximaal twee thema’s of in twee topsectoren een SBIR te starten. Gedacht wordt aan mobiliteit, zorg en/of veiligheid. Voor één SBIR is ca. € 1,5 mln. nodig. De doorlooptijd is twee à drie jaar. Vanuit de extra middelen zal in totaal ca. € 3 mln. voor SBIR ingezet worden.
Met de extra middelen voor MIT, IPC en SBIR wordt een extra impuls gegeven aan het innovatieve mkb. Hoewel SBIR niet exclusief op het mkb gericht kan zijn vanwege het gelijkheidsbeginsel in de EU aanbestedingsregels, wordt het mkb wel heel gericht aangesproken. Van de SBIR-projecten die de afgelopen jaren gestart zijn, wordt ca. 95% uitgevoerd door het mkb.
SBIR Ruimtevaart
Specifiek voor ruimtevaart zal vanuit het Flankerend beleid Ruimtevaart ook met SBIR gewerkt gaan worden.
SBIR biedt (startende) bedrijven in de ruimtevaart de mogelijkheid om bestaande kennis om te zetten in een succesvol product. Onderwerpen in de Ruimtevaart zijn het creëren van ruimte-infrastructuur (upstream) en (de ontwikkeling van applicaties voor) de benutting van satellietdata (downstream). Inzet is om in 2015 een Innovatiegericht inkopen Ruimtevaart programma te hebben. Een budget van minimaal € 500.000 per jaar zal voor vier jaar gereserveerd worden. Hiervoor wordt geput uit het budget voor Flankerend beleid Ruimtevaart.
De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp