Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 17 november 2014
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de aardbevingen in Groningen als gevolg van de gaswinning zorgen voor veel schade en overlast;
constaterende dat langlopende exportcontracten met het buitenland kennelijk verhinderen dat de gaskraan verder kan worden dichtgedraaid;
van mening dat wij zuiniger om moeten gaan met het Groninger gas en dat dit gas vooral voor de Nederlandse gasvraag moet worden gebruikt;
overwegende dat de vrijwel leegstaande lng-terminal in de Rotterdamse haven een uitstekend alternatief biedt om aan onze rol als gasrotonde te voldoen en gas door te voeren naar de ons omringende landen;
verzoekt de regering om, zuiniger te zijn met ons Groninger gas door maximaal gebruik te maken van de capaciteit van de Rotterdamse lng-terminal om aan onze buitenlandse gasleveranties te voldoen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Klever