Voorgesteld 30 oktober 2014
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat wij een mondiale verantwoordelijkheid hebben om de opwarming van de aarde te beperken en dat een reductie van ten minste 40% CO2-uitstoot daarbij verstandig is;
overwegende dat de inzet van de EU voor de klimaatonderhandelingen de mogelijkheid openhoudt voor een lager doel dan 40% als landen buiten Europa niet meegaan in deze ambitie;
verzoekt de regering, namens Nederland ervoor te pleiten dat de EU, ongeacht de uitkomst van de wereldwijde onderhandelingen over een nieuw mondiaal klimaatverdrag, voor Europa zelf vasthoudt aan ten minste 40% CO2-reductie,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dik-Faber
Van Veldhoven
Van Tongeren
Ouwehand