Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 oktober 2014
Hierbij reageer ik op de bij de begrotingsbehandeling voor 2013 van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aangenomen motie over het intrekken van de Zondagswet (Kamerstuk 33 400 VII, nr. 23).
De Zondagswet stelt regels voor met name het respecteren van rust rond religieuze bijeenkomsten. Er is echter weinig bekend over de werking van de Zondagswet in de praktijk, bijvoorbeeld of en hoe vaak de wet in de praktijk in de afgelopen tien jaar is aangeroepen. De regering acht het daarom van belang eerst te onderzoeken hoe de wet op dit moment in de praktijk functioneert. Onderzocht zal worden hoe vaak de Zondagswet wordt toegepast en hoe dat wordt ervaren. Ook zal in kaart worden gebracht wat de gevolgen zijn van het intrekken van de wet en hoe dat zal worden ervaren.
De regering zal de VNG en andere relevante partijen bij dit onderzoek betrekken. Uw Kamer zal over de uitkomst van dit onderzoek nader worden geïnformeerd.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk